De erfgenaam van lloruegg.
lxXix.
locaal qieeiaal voor meer uitgebreid lager
onderwijs interigten. Daarna wordt metalgemecnc
sten men in beginsel besloten dat de vergrooting
der school zal plaats hebben, en het dagelijkscli
bestuur opgedragen bet noodige voorlebereiden,
voor den aankoop van een gedeelte van bet
achter de school gelegen, terrein.
Daarna wordt gelezen een adres van de wed.
H. Beekman alhier, waarhij deze verzoekt be
gunstigd te worden met de levering der school
en bureaubehoeften, ten behoeve der gemeente
op welk adres gunstig wordt beschikt, en verder
bij loting uitgemaakt dal adressante die levering
zal hebben liet volgend jaar, de firma Wed.
Diderich in 1881 en de boekhandelaar Enter
in 188a.
Volgt de behandeling van een adres van J.
van der Maaien, houdende het verzoek, dat voor
gemeenschappelijke rekening van adressant cn
de gemeente, moge worden behard de gemeente
steeg aan de Zuidzijde zijner woning aan de
Laan, en het onheharde gedeelte van den open
haren weg langs zijn erf aldaar. Omtrent
adres, op voorstel van bet dagelijkse!» bestuur
wordt besloten, de steeg voor rekening der
gemeente te beliarden,' doch verder aan bet
verzoek geen gevolg te geven.
Vervolgens wend door den voorzitter, den
raad, namens Burgemeester en Wethouders,
aangeboden de gemeente begrooting voor het
volgend dienstjaar, welke ingevolge de bestaande
voorschriften, gedurcivle veertien dagen ter visie
zal worden gelegd cn daarna door den raad
behandeld. Zij is voorloopig opgemaakt tot
een bedrag, in ontvang en uitgaaf, beide, van
i *4427.88.
Bij de nu volgende rondvraag vestigt de lieer
Govers de aandacht op bel ondiepe der sloot
voor zijne woning, als mede op den gebrekkigen
toestand van een slootje achter de wed. Finvtcr
en de departementale bewaarschool. Ook is hij
van oordeel, dat de straatverlichting niet is zoo
als die behoort te zijn. De voorzitter zegt dat
in den mingnns'tigen toestand der slooten zal
worden voorzien, en dat omtrent de straatver
lichting een onderzoek zal worden ingesteld.
Daarna wordt de vergadering gesloten.
Zondag avond jl. werd in een der zalen
van de Landbouw Sociëteit «Ccres* te Scbageu,
door de mannenzangvereeniging «Sappbo van
lloorn, een concert gegeven dat aan de talrijke
bezoekers zeker een aangenamen indruk beeft
achtergelaten.
Een schoon programma werd flink en vaardig
afgezongen.
Dc daverende applntis van liet auditorium
waren meer dan verdiend.
Onder al liet sclioone dat we boorden munt
ten in de eerste plaats uit een quartet en een
dubbel qliartet, inaar vooral de solo's van de
lieeren Nieuwenhuis en Magné.
Ook den directeur Komt allen lof toe, de
leiding was onverbeterlijk.
Mogt dit gezelschap nogmaals de gelegenheid
gegeven worden zich in onze gemeente te doen
liooren, dan zal zeker aan menigen wenscb
voldaan worden.
Bedïnkt voor bet beroep naar Scbalsum
door Th. van Berkum,predikant te Kolhorn.
Een kantenjapon ter waarde van 600.000
frs. zal, zoo wordt uit Madrid bericht, behooren
tot den tiitzet van dc aaustaande koningin van
Spanje.
Do ambtman zweeg en zag voor zich op den
grond.
«Waaraan denkt gij? vroeg de vorst na eone poos.
„Zijt gij beleedigd, oradat ik omtrent do liefde uwer
nicht zoo mijne denkbeelden koester?"
„Zoo weinig, Uwo Doorluchtigheid, en ik ben zoo
zeer genegen uwe inzichten in de zaak to doelen, dat
ik er over denk, om mijne nicht, in plaats van een
voudig in haro voorwaarden to trodon, in do govan-
genis te zetten!"
„Wat wilt go? Marr ik bid u! .Waartoo zou dat
diencD, Hagen? In de gevangenis zulk ecne
damo?"
„"Waarachtig, Uwe Doorluchtigheid, het zou het
beste zijn I
„Ik had, op mijn woord, niet gedacht, dat de po
litieman in n zoo slcrk was, Hagenverklaar mij, in
's hemels naam, wat voordeel hebt gij er van, wanneer
gij uwe nicht laat arresteren
„Ik niet, maar dc kantonrechter het ligt zekor
r ie* op den weg van mijn ambt. Maar ziet gij, mijne
nicht komt mij daar als eeno bom in huis vallen en
barst los in allerlei vreeselijbo dingen, die zij echter
niet geheel en onvoorwaardelijk wil loslaten, op wier
geheelc mededeeling zij een prijs stelt, die zij op
waarde houdt en waarmede zij haar voordeel denkt
te deen. Is dat recht is dat edel gehandeld?"
„Ik, wat mij betreft, ben de laatste die het edel
vindt," beraam de vorst, .dat heb ik u reeds gezegd."
-En zijn er dan veel complimenten noodig? Han
delt mijt.e richt tegenover mij als tegenover oen
vreemde," dan behandel ik haar als eene vreemde.
„Maar sedert wanneer, stopt men in Horüegg de
vreemdelingen in de does?"
„Luister eens raar mij. Uwe Doorluchtigheid. Mjjne
Bicbt komt daar, en kpeft eere groote misdaad aan
dio tegen uw vorstelijk buig begaan, de verdniste'
Ilct Letterkundig Weekblad »Do Porte
feuille,* waarop wij, blijkens in deze Courant
voorkomende advertentie, eene inteekening
geopend hebben, is geheel ingericht op den voet
onzer groote staalkundige bladen. Het bevat een
hoofdartikel over een of ander belangrijk letter
kundig onderwerp van den dag; verder beschou
wingen en besprekingen van allerlei aard, den
inbond van tijdschriften, nieuwtjes en berichten,
besprekingen over den stand van ons tooneel cn
eindelijk een overzicht van onze Ncderlantlscbe
literatuur in zijn geheel, cn van 'die in het
buitenland, wat liet belangrijkste aangaat.
Alle nieuwe boeken worden ten spoedigste in
De Portefeuille aangekondigd en besproken.
Ilct is een veilige gids voor bestuurders van
leesmuseums; die graag liet nieuwste en bet
beste hebben en voor beoefenaars der letterkunde
die gaarne gemakkelijk op de boogie blijven.
Hoe men zijn geld al niet beleggen kan.
Dezer dagen werd in Erarikrijk een paard ver
kocht voor 118,126 franken Het dier is reeds
18 jaren oud en was voor renige jaren verkocht
voor 328,126franken, docli in dien tijd bad
liet niet harddraven een aantal prijzen behaald
die zamen een waarde van 860,000 franken
vertegenwoordigden.
Volgens* »le Cburrier des Ardennes,* is
te Douclieeic een negenjarig meisje onder
vrccselijke omstandigheden gestikt.
Het kind bezat een dier bekende fluitjes
waaraan een gntta-pcrelia blaasjes verbonden is
dat door inblazing gevuld, bet insti umenlje geluid
doet geven.
Op een oogcnblik dat bet meisje liet speelgoed
in den mond had, slikte zij bij bet ademhalen
liet blaasje in.
Daar men te vergeefs, bet blaasje, dat intus-
scbcn zich uitgezet bad. trachtte te verwijderen,
volgde kort daarop verstikking.
De Amerikanen zijn tocli praetiselie
menselien. Een bewijs daaivan bestaat weder
in een nieuwen wekker, die den viervoudigen
dienst doet van nachtlampje, pendule, wekker
en petroleumlamp. l)c inrichting is hoodzakelijk
aldus: De voet der petroleumlamp draagt een
gewoon uurwerk met wekker. De lamp beeft
twee pitten, een kleine, die als nachtlicht dienst
doet om een groote re, die in tien slaaptijd niet
brand en neergedraaid is. Wanneer de wekker
afloojit duwt een geland staatje, gedeeltelijk
in, gedeeltelijk buiten de pendule gcjilaatst,
een klein getand rad rond. Dit rad is op de
as van den pitopwinder bevestigd, zoodat dan
tevens de grootcre pit opgedraaid wordt,
daarbij strijkt die grootere platte pit langs of
liever door de vlam van do brandende nachtpit
en' de gewekte persoon behoeft alzoo zijn licht
niet meer op te steken, dewijl bet uurwerk
dit reeds voor hem gedaan beeft. In New-York
worden die lampen reeds veel verbruikt.
In de Arnh. Ct. is de volgende opmerking
gemaakt:
Daar bij den wedstrijd der brandkasten ge
bleken is, dat in zeer soliede het papier toch
verkoolt, is liet misschien niet ondienstig op
te merken, dat de zekerheid tegen verbranding
of verkoling verhoogd wordt door de papieren
niet te sluiten in de oude «blikken trommels"
en die in de brandkast te zetten, maar daartoe
houten kistjes, van buiten bekleed met vilt.
ring van uwen rcctitmatigcnrcrfgcnnam. Als boamhto
ben ik verplicht daarvan procesverbaal op to makon
en het tor vordcre vervolging aan onzo justitie op
te zenden. Dc kantonrechter zal nu terstond 111 do
eorsto plaats mijne nicht voor zich dagon, van haar
eischon, onder code oono verklaring af to leggen
omtrent alles wat zij weet on omdat zij do troeven
niet terstond uit do hand zal willen gevon, en hot
getuigenis niet zal willen afleggon, zal hij haar wogons
die weigering in hechtenis laten nemen
„Wanneer zij niet reeds oerder nit schrik ecne
volledige verklaring aflegt!" viel do vorst in.
,'t Is mogelijk," antwoordde de ambtman Hagon.
De vorst zweeg eene poos.
„Wanneer gij dion weg wildet inslaan..."
„Het is do eenvoudige, lijnrechte en door do wet
aangewezen weg," zcidc Hagon.
„Dat kan ziju cn daarom mag ik u niet wcorhou-
don, dion in to slaan. Eene and. re vraag is cclitor,
of bot do weg is, dien do voorzichtigheid aanraadt.
Wanneer nu uwe nicht geheel zeker is van hare zaak
wanneer zij wcrkolijk zooveel genegenheid voor den
jongen man heeft, dat zjj daarop trotsch is ou zich
laat opsluiten; wanneer zij het werkelijk zoo ver
brengt, zij het ook eerst na mijnen dood, dat zij
vorstin van Horrcgg wordtDan zou het toch op
zulk een, voor mijn huis vernederend feit geen beter
licht werpen, ingeval de nieuwe vorstin vroeger in do
gevangenis liad gezeten."
„Gij gelooft dus aan do mogelijkheid, dat zij, ook
tegon den wil van Uwo Doorluchtigheid, het werkelijk
zoo ver kan brengen?"
„Dc hen een and man, Hagen, en nwe tijding heeft
mij geschokt ik geloof niet, dat ik, indien een
verloren zoon tot mjj terugkeerde, veel tegenstand
zou kunnen bieden tegen een hartstocht, dien hij
medebracht."
„Dan voegt gij u dus in den wensch mjjner nicht,
Uwo Doorluchtigheid, antwoordde de ambtman, terwijl
hij, als ware hij vermoeid en ternedergedrukt zich
achterover in de canapé wierp, „dan is alles op een-
te gebruiken Al wordt dan de hitte in de brand*
kast nog zoo boog, dan zal wel het vilt en bet
hout door dc in de brandkast aanwezige zuur
stof verkolen, maar hoogst waarschijnlijk liet
papier in de kistjes behouden blijven. Zeker
zal vilt en bout eerst verkolen; de aanwezige
zuurstof verteren en rook ontwikkelen, waardoor
in alle geval het gevaar voor liet papier zeer
verminderd wordt. Vooral is liet van gewicht
zulke brandkasten te kiezen, waarin geen lacht
kan indringen; daarom is dan ook liet bevesti
gen van brandkasten :uin den muur door bonten,
die door een gat in den wand van de brandkast
gaan, zeer af te keuren.
Een nian uit Amsterdam had de hoofd
stad verlaten., met achterlating van zijne vrouw
cn vier kinderen en had daarentegen de vrouw
van een ander medegenomen. Natuurlijk waren
zij in de verbeelding, dat niemand dan zij van
de ontvluchting afwist. Doch toen zij gister
morgen hun intrek ineen herberg in de Docl-
straat te Rotterdam hadden genomen, kwamen
eenige oogenblikkcn naderhand de vrouw van
den gevlochten man met hare vier kinderen cn
dc man van de gevluchte vrouw hetzelfde huis
binnen. Het verdere werd met gesloten deur be
handeld.
Onlangs werd voor de rechtbank te Rrcslau
bet laatste tooneel afgespeeld van een ontzettend
familiedrama.
In den nacht van den 28n Maart 11. vond
men den schrijnwerkersgezel Seidel, met zijn
drie zoontjes, van l3, 9 en 8 jaar, door kolen
damp verstikt in zijn zolderkamertje liggen.
Men slaagde er in den vader en den oudsten
zoon in het leven terug te roepen, maar alle
pogingen daartoe, bij de twee jongsten aange
wend, waren vruchteloos. Thans stond de man,
zwak en uitgeteerd, als een beeld der ellende,
terecht wegens moord.
Hij verhaalde met bevende stem, dat hij
reeds sedert i3 jaren ziekelijk was en bij den
dood zijner vrouw die na een ziekte van 6 jaren
in Augustus 1878 overleed, bet laatste moest
opofferen wat hij bezatHij kou bijna niets
verdienen en moest eindelijk zelfs zijn gereed
schap verkoopeti. Zijn huisheer vervolgde hem
wegens verschuldigde huur, cn den 7."]n Maart
zou hij met de zijnen op straat gezel worden.
Als een gunst werd hem zijn verzoek toege
staan, om nog één nacht in zijn kamertje te
mogen doorbrengen. Dien avond gaf hij zijn
laatste geld uit om wat eten te 'kóop'cn voor
de kindenen. Hij zelf at nieta, cn'zeide hun,
toen het donker werd, dat hij het niet langer
kon uithouden, cn maar zou gaan sterven. Dc
kinderen smeekte hem, hen niet alleen te laten;
zij wilde ook gaarne sterven.
Dc ongelukkige vader legde hun uit ivat
sterven was, en beschreef hun den langen
benaauwden doodstrijd, maar toen zij bij hun
voornemen hieven, verklaarde hij dat hij hen
door kolendamp zou dooden, daar dat 'geen pijn
deed. Hij maakte vuur aan, legde er de kolen
bij, cn toen zij goed gloeiend war eg, legde hij
er versche kolen op. Daarna omhelsde hij zijti
zoontjes cn allen gingen naast elkander liggen,
slapen. IVat er r.a dien tijd gebeurd was, wist
hij niet, hij ontwaakte eerst weder in het
gasthuis.
Ilct eenig overgebleven zoontje, een bleek,
mager kimt, vertelde de toedracht der zaak
maal in orde."
Do vorst stond .op on ging naar het raam.
„Laat mij oono poos aan mij zolven over," ant
woordde hij daarop, zich wodor naar do kamer kee-
rendo; „op dit oogenblik in dozo zaak te beslissen,
kan ik niet. Zoudt gij hot kunnen? Laat ons wachten,
om to ovorleggen. Een zoon wodervinden mijn
God, hot is. zoo gemakkelijk gozegd, maar er ligt een
omkeer voor mijn goheele leven, voor al mijno be
trekkingen in. Gelijktijdig met do vrengdo gevoel ik
ook. het .stuitende,: hot ontzottondo der ondougd, dio
ons bedroog, do angst cn dc zorgen voor de op han-
don zijnde tooncelon van opgowondenhoid, voor hot
verseliil van levensbeschouwingen, die wellicht al to
spoedig ccn afgrond zullen vormon tusschen twoo
zoo laat in het loven elkander ontmootonde mannen
Misschien spreekt zich daarin meer zelfzucht uit dan
vaderliefde maar ik kan hot niet gcbetcron, het
kwelt en pijnigt mij pn in mijno ontsteltenis ben ik
niet in staat beloften te doen, dio in de oerste plaats
en vóór alle andere dingen, de belangen van mevrouw
von Sche's tullen, bevorderen!"
„Gjj hebt gelijk, Uwe Doorluchtigheid wij wil
len dit al'es overwegen," antwoordde do ambtman,
„Ik ?al ook met mijnen zoon to rado gaan."
„En kom dan terug van middag, wilt gij
Dc ambtman was opgestaan. De vorst reikte hom
dc hand, die Hagen met oen warmen druk schnddo,
gelijk do hand van don vorsiclijken heer wel sodort
langen tijd niet was gedrukt geworden. Beide mannen
zagen elkander in het gelaat met ©on eigenaardigen
blik van hnlpbehoovcnd vertrouwen het waren
blikken, die, ver over allo verschil van stand, in den
vriend alleen don man zagen, wiens tronw de eenige
steun en toeverlaat was, in een zoo wonderbaren
levonsstorm, waarin boido waren goraakt.
Nadat do ambtman was heengegaan viel de vorst
als geknakt achterovor in zijnon leuningstoel.
„Zóó laaghartig!" zeide hij halfluide bij zich zeiven
cn verried daarmede tevons, in welko richting thans,
nu hij alleen waszijn -godachtcn zich hot eerst