Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad. ÖSlig Ao. 1S79. 23ste Jaargfiiig. No. 1244 30 MifilBli, Bekendmakingen. Hevolking. "Vermist: .Aangifte bij verhuizing, en van dienstboden. Staatsloterij. liet nedcrlandsche liberalisme. Gemengde berichten Dit blad verschijnt twee maal per week. IVoens dag en Zaturdag avond. 1$ij inzending tot 's mul dags 12 lire worden advertentiën in liet ecrstuilkoinend No. geplaatst, ingezonden stukken een dag vroeger. Abonnementen op dit blad worden door alle Prijs per jaar 3.Franco per post f 3 6o. Afzonderlijke nummers 0.07I. Advertentie 11 van een tot vijf regefs O 75; ieder regel meer ƒ0.15. (>roote letters «aar plaatsruimte. Postdirecteuren en Boekband jl&ien aangcnoiiien. Naar volksheil zonder deugd te dingen is arbeid aan een rots te bitïi. AMKE IIENDRICKS. wordt in haar belang aangemaand, zich 7.00 spoedig mogelijk ter Gemeente secretarie van Scharren aantemelden. op de Markt te Schagen, den 20 November j.1. een WIT SflUAAP (ram) met een roodaardmerk op den bek. Zij die hieromtrent inlichtingen kunnen geven, worden verzocht zich ter gemeente secretarie aldaar aantemelden. Burgemeester en Wethouders v«an Schaden, brengen ter kennis van de ingezetenen, dat eerdaags aldaar zal worden nagegaan: Je Of bij verhuizing in de gemeente daarvan de verplichte aangifte is ge daan ter gemeente secretarie. 2e Of aldaar, door de hoofden der gezinnen, zijn aangegeven de bij hen inwonende dienstboden, welke aangifte bij elke wisseling van personeel ver plichtend is, onverschillig of de dienst boden van elders zijn ingekomen, dan of zij reeds in de gemeente woonachtig waren. Zij die bovenbedoelde aangiften niet mochten hebben gedaan, worden aan gemaand dit verzuim alsnoch, ter koming van bekeuring ten spoedigste te herstellen. Schagen, den 25 November 1879. Burgem. en Wethouders voornoemd; G. LaNGENBEBG, De Secretaris, DENIJS. 1 n 1 11ICU 11(111 IUUIII KcJll UIJWCftlkCIl. Burgemeester en Wethouders van schagen,, brengen ter algeineene kennis, dat, bij resolutie 'ets van een kalkoensehen haan van den Minister van Financien, dd. 31 October j. I.. afd. Registratie, no. 53, krachtens de daartoe door den Koning verleende machtiging, is vast gesteld, de 3o2e S TAA TSL O TER1J. bestaande uit 21000 loten, lo5oo prijzen en 2 prerniën, overeenkomstig het plan aan gezegde resolutie gehecht. Schagen, den 27 November 1879. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANGENBERG. De Secretaris, DENIJS. In het eerste hoofdstuk van Klaasje Zevenster laat van Lennip het vrij onnoozele koopuians zoontje Bleeck met groote oogen opkijken als de geuiale Donia en de geleerde Boll ook spreken van de schaduwzijden van Lourens Kosters uit vinding, Bleeck heeft natuurlijk niets anders dau nutsverhandelingen over de zegenrijke gevolgen van de uilvinding der boekdrukkunst gehoord en gelezen en daaruit geleerddat al wie daar op iets heeft aftedingen, een duisterling verzot op menschenbraden, is. Ondeugend genoeg heeft van Lennip in een ploertig en dom koop mannetje, dat van niets anders weet te vertellen dan van een neef, die de honderd duizend uit de loterij heeft getrokken, de vertegenwoordiger getcekend van die groote burgerschaar, die hij de grootst mogelijke bekrompenheid zich eene hartstogtelijke aanhangster waant van vooruit gang, verlichting en beschaving. Onze goedige en met verlichting dweepende burgerij had een beter vertegenwoordiger ver diend, hij al hare bekrompenheid en eenzijdig beid is zij werkelijk eerbiedwaardig iu hare zucht tot beschaving, al verwart zij ook te veel, de wetenschap en beschaving, die leermeesters, tijdsehrillen en dagbladen hier te koop bieden met die echte wetenschap en beschaving, die alleen als de vruchten van eigen nadenking en inspanning kunnen verkregen worden. Onze burgerij is opregt iu hare vereering van den vooruitgang, instinctmatig vaalt 'zij dat daarin alleen haar heil is te vinden, zij beeft eene geheime afkeer van alle stemmen, die bet ver leden aanprijzen en wijzen op de schaduwzijden van wetenschap en vooruitgang, inaar die afkeer maakt haar vaak even bekrompen als de Le krompenste catholiek, die u:t vreeze van besmet j te worden met kettersclie gevoelens, alle boeken welke niet door de kerk goedgekeurd rijn, schuw t- Gelijk de vrome catholiek zweert bij de kerk en hare priesters, zweert zij b(j hare dagbladen en tijdschriften en nuts verhandelaars, (lelijk 1 iedere bekrompenheid maakt ook die van liet nederlandsch liberalismus zich te ligt boos, hij de minste tegenspraak stuift zij op hij den minsten twijfel aan de deugdelijkheid liarer beginsels, verliest zij hare bezadigdheid. Er is iets bespottelijks, iets aan liet dierl ijke grenzende, in die gemakkelijkheid, waarmede men hun toorn kan opwekken, zij krijgt soms en een stier, die woedend worden, als men hun een rood lapje voor oogen houdt. Het verschil ligt alleen daarin dat de afkeer van sommige kleuren bij zijne burgers wisselt, soms ontvlamde I11111 toorn, als zij groen zag, soms, als zij hoog geel aanschouwde, nu is zwart de kleur, die zij haat. Spreek h. v. in een gezelschap van 100 liberalen van de zwarte internationalentien tegen een, dat hij negentig van het gezelschap de lust niet opwelt om de vuisten te ballen, wilt gij de bui gerij afkeerig maken, van de eene of andere zaak, meng er het woord zwart onder en uw doel is bereikt. Deze bekrompenheid van het nederland.sche liberalismus is zijn gevaarlijkste vijand, het trekt een tooveicirkel oin hem heen, buiten welks lijnen het zich niet wagen durft. De groote knust om van tegenstanders te leeren blijft liein ten eene male vreemd. Onze burgerij is in den regel goedig en beleefd, maar waar het geldt tegenspraak van liberale zaken, daar dwingt zij de tegenpartij, niet dooi argumenten, maar door getrappel, geschuivel en geschreeuw tot stil— zwijgen. De antirevolutionaire afgevaardigden in onze Kamers klagen er openlijk over, dat hunne argumenten nog meer door de voeten dan door de lippen hur.ncr tegenstanders be antwoord worden, waarschijnlijk heeft de klcu- reiivrecs van onze burgerij zich ook aan hare afgevaardigden mede gedeeld en daar men 111 den regel zoo weinig vermag tegen de opwellingen van een dierlijk instinct, vindt deze onwelvoc- gelijklieid, daarin misschien eenige verschooning. De feil, waarop wij wijzen, heeft zich in den loop dezer eeuw herhaalde malen vertoond, zij vertoon de zich b. v. toen Bilderdijk c» zijn leerlingen Da Costa en Capadosa iu 1820 hunne bezwaren tegen den geest van deze eeuw mededeelden, zij vertoonde zich in j85o toen Albenlingh Th ij 111 zijn caiholiuke middeleeu wschc denkbeelden ook onderdo oogen der protestanten zocht te brengen, zij vertoonde zich in 1853 in de door de an tipapisten op touw gezette 11 Aprilbeweging, zij vertoonde zich toen Des Amorie van der Hoeven zijn cirkelgang aan de mensehheid uitgaf, zij vertoonde zich in de boosheid der libereraleu over het volkspetitionement tegen Kappeijnes schoolwet. Had onze burgerij alles bedaard aan gehoord zij had veel uit den mond der tegen partij kunnen leeren. Thans b.v. zijn allen het er over eens dat de liberaliteit van Willem f en zijn raadslieden leed aan gebrek aan diepte, opregtheid en waarheid, Uiet eenigen goeden wil had men dat reeds in 1820 van Bildcrdijk en de zijncu kunnen leeren. Was liet geen aanwinst toen in i85o een talentvol dichter aan het gebied onzer letterkunde eene nieuwe provincie, die der catholiekc denkbeelden annexeerde. Hoe was het mogelijk dat uien zich daar over boos maakte. Geen erger zieke dan die zich waant gezond te zijn. Het nederlandsche liberalismus lijdt aan bekrompenheid, tnaar bet beeft daarvan hoege naamd geen besef, en daarin 'ligt juist het gevaarlijke van zijn krankheid. Dezer dagen kwam er op een der politie- bureelen te Amsterdam een juist ontslagen ge vangene hij den sectie coiuiuisaris 0111 steun, voorspraak en goeden raad. Deze ontslagene was bezield van de heiiigste voornemens om weer «terug te keeren lot do maatschappij", gelijk zijn uitdrukking luidde, die hij waarschijnlijk uit den inond van een geestelijke iu den kerker opgevangen bad. Hij kwam jui>t bij dezen com missaris omdat bij wist dat deze wel meer lieden van zijn slag voortgeholpen bad. Steun bad hij niet noodig wat bet geld betrof. Hij bezat ruiiufa5 uit de werk en onderstandskas van de gevangenis, dut was genoeg om een drietal weken op zijn gemak te kunuen zoeken naar werk. Hel doel van zij 1 becuek was alleen zich aan te bevelen in de welwillendheid van de heereu en zich te verzekeren van de voorspraak van den commissaris. Hij gevoelde beboeite aan steun, nu bij de goede maar moeielijke keuze van te rugkeer in de maatschappij aaugegaan bad. Met hartelijkheid werd hem die steun toegezegd. De commissaris raadde den man verder aau zuinig te zijn op zijn ge'd, gaf hein een adres op voor een kosthuis, beval hem matigheid aan, kortom, gaf hem goeden raad. Inmiddels zou naar een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1879 | | pagina 1