Gemengde berichten.
DE~RIDDER VAN VENETIê.
302c Staatsloterij.
Tweede klasse.
Trekking van Woensdag 28 Januarij.
Burgerlijke Stand der gemeente Schagen
M ark tberich ten
I
Aan den ingang bleef tij een oogenbhk staan,
hare leden sidderden en zij baalde met moeite
adem- Alois zag baai vol bezorgdheid aan.
ij zullen op een anderen tijd binnengaan.
Gij zijt ziek; zeide bij, maar zij schudde slechts
met het hoofd en trad met hem de schemerachtige
van wierook doortiokkene ruimte, binnen.
De hiddenden die rondom knielden sloegen
onwillekeurig een kruis, toen zij de bleeke vrouw
naar het hoogaltani zagen wankelen, terwijl
hare gloeiende oogen onafgewend op bet beeld
der moeder Gods staarden, wat om dezen tijd
van den dag eerst in de nabijheid duidelijk
zichtbaar werd Eerst was slechts de omtrek
der gestalte kenbaar, dan schitterden de gouden
lokken en trad het witte gelaal te voorschijn
en wanneer de biddenden de trappen van het
altaar bereikt hadden, zagen de oogen der
Hemelsche Koningin vol genade op hen neder.
Op de Ffiesche klei zijn vele boeren nog
roim van aardappelen voorzien. Uit Protsen komen
er echter nog gedurig binnen. De Friesche aard
appelen zullen dientengevolge goedkoop moeten
worden afgeleverd. Vroegere jaren werd de aard
appelen tot het vooraar door den boeren gehou
den; hij kon ze dan duur verkoopen.
De waarde der landerijen neemt in Friesland
weer toe. Dit is een verblijdend verschijnsel. De
goede boterprijzen zullen zeker weldadig werken.
Naar wij vernemen is de proef, op de
Staatsspoorwegen genomen met de verbanning
van de rijtuigen volgens het stelsel van den Bel-
gischen ingenieur Helleroclie, geheel mislukt, zoodat
pene goede rijiuigverwarming nog steeds tot de
onopgeloste vraagstukkeu blijft bchooren. Intusschen
hoop men, dat het gas bestemd voor ae verlichting
ook voor de verwarming goede diensten zal kunnen
bewijzen. Reeds worden dienaangaande proeven in
het buitenland genomen.
Twee personen hebben gisteren den weg
van Urk naar Kampen over de Zuiderzee de
een op schaatsen de ander te voet achter eene
slede afgelegd. Op hun terugreis hebben zij een
voorraad levensmiddelen naar het eiland meegeno
men.
Te Cregeld is een roelkverkooptser, wegens
het vervalschen van melk, tot drie weken gevangenis
straf veroordeeld. Zij. was vroeger reeds vijf
malen voor hetzelfde feit gestraft.
Een logementhouder te Dü«seldorf had
onlanpg naar de Dii«s. Z. verhaalt, het ongeluk een
flesch «net anilina in plaats van wijn voor te zetten.
Naalniiriijk was de inan er zeer verwonderd over
en kon maar niet begrijpen hoe die kleurstof in
zijn keiier was gekomen.
Te Erli-ch moet de beheerder der gemeentekas
een som van f250,000 hebben zoek gemaakt,
wat de toch reeds arme gemeente in groote verlegen
heid brengt.
Te Tarnowitz is onlangs een jonge dame op
straat door twee welgekleeden aangevallen, waarvan
de een haar mond dicht hield, zoodat zij niet kon
scheenwenen de ander haar vlechten afknipte.
VII.
„Hoe zal ik gelooven, wat gij mij zegt, Babarello?
Eene bedelares, wier echtgenoot met de vurdeuking
van vorstenmoord bezwaard, gestorven is, en gij de
machtige procurtor der republiek. Gij, gij spoi met
mijne ellende!*
„Bij den heiligen Marcus!* riep Barbarello neder-
kcieh.-nde en de uitgeteerde hand der bedelares aan
zijne lippen brengende. Binnen weinigen weken zult
gij mijne vrouw rijn, als gij wilt!,
„Ik zou wel wiilen!" fluisterde Margeritha en met
deamonisclie kracht rustte haar blik op den procurator,
wien 't hoofd schier begon te draaien. „Doch ik w* et
maar al te goed, dat ik voor ©enen man als gij, die
onder de dochteis van alle arme nobili en van alle
rijke burgers slechts te kiezen heeft, niet meer be-
geerend-jwaard kan schijnen, met mijn door verdriet
ontsierd gelaat en bevlekten naam
„Toch zijt gij het.', riepBarbarello, die onder de gloei-
jende blikkeu der bedelares niet meer wist, of bet de
verborgen schatte waren, of hunne bewaakster, waarnaar
hij zoo vurig vei langde. „Gij zijt voor mjj de
begeerendswaanligste aller vrouwen. Wat zal ik met
een eenvoudig burgermuisje, dat naar den winkel van
haar vader riekt? Ook heb ik geen lust misschien
vijf dochters van eenen armen edelman te onderhouden,
waarvan ééne mijne vrouw is.
En gij schaamt u mijner niet?"
Barbar elo stak trotsch de borst vooruit en sprak:
Mijn naam is goed genoeg om dien van uwen eer
sten echtgenoot te bedekken.*
Zooals blijkt nit een briefje, dat zij der dame
in den zak hebben gestoken, is de daad uit
wraakzucht gepleegd. Haar vader, een hoogephatst
ambtenaar, heeft een belooning uitgeloofd aan hem,
die de daders kan aanwijzen.
Dezer dagen liep in de Noorweegsche haven
Haugesond een Engelsche passagiersboot binneD, die
geregeld van Dundee naar Newcastle vaart. De reden
van dat uitstapje over de Noordzee was, dat de
kapitein bij bet vertrek van de toot uit Leith in
een toestand van dronkenschap verkeerde en koers
zette nsar het noordoosten zoodat het schip
weidra in volle zee was.
Daar er slechts weinig kolen aan boord waren,
moest men het schip door den wind laten drijven,
die langzamerhand tot een storm aanwakkerde.
De kapitijn dronk nog steeds voort, en verviel
eindelijk tot een toestand van razernij. Toen de
betnanniug weigerde laDger zijn bevelen op te
volgen, nam hij woedend een pistool en dreigde
ieder dood te schieten, die he.it ongehoorzaam
wsa.
Men slaagde er eindelijk inden kapitein in boeien te
slaan, en de stuurman nam de leiding van het
schip op zich. Men gebruikte een gedeelte der
verschansing om onder de ketel te stoken, en
zette koers naar Utsire, waar het schip een loods
kreeg naar Haugesund.
Er waren behalve de bemanning, verscheidene
dames aan boord, die te Leith aan land hadden
willen gaan, maar die, toen de dronken kapitein
bevel gaf terstond van Leith te vertrekken, ge
dwongen waren de reis mede te maken.
De reederij, aan wie men het gebeurde geseind
had, ontzette per telegraaf den gevaarlijken kapitein
van zijn post, en den volgenden dag keerde de
boot naar Engeland terug.
Een te Ziirich uitkomend blad verhaalt,
hoe lang de oevers van de Li inmat dagelijks het
publiek behageudat er genoegen in schijnt te
scheppen den meeuwen die daar rondvliegen voeder
toe te werpen. De vogels zijn zoowelnig schuw, dat
ze zich met de hand laten grijpen.
Een hunner weldoeners voederde hen dezer da
gen met afval van vleescb, toen plotseling een
der begeerige gasten tegen zijn hoed vloog, tenge
volge waarvan deze in het water stortte. Men
wilde thans een boot uitzetten otn den hoed te
redden maar het was niet noodig. Een der
meeuwen had het ongeval bemerktze streek neer,
haalde den hoed uit het water, vloog er met in
spanning met alle krachten mede omhoog en liet
Item op den vasten; grond vallen, zoodat de man
hem weder kon oprap°n. Het blad doet in vollen
ernst de vraag, of hier aan meeuwen dankbaarheid
dan wel -aan toeval moet worden gedach t
In de Schotsche stad Grangemouth zal na
5 Mei a. s. geen enkele herberg meer zijn, en
volstrekt geen sterken drank verkocht worden.
Onder de heerlijkheidsrechten van Grangemauth
nl. is er een waarbij de verkoop van sterke dranken
verboden wordt. Tot dnsverre is dat verbod een
doode letter geweest, maar Lom Zetland, de landheer,
heeft thans bepaald, dat het den 15en Mei in
werking zal treden. Dat zal eerst eeu modelstad
wezen!
No. 6374 f 500. Nos. 6034, 13951 iedor f 200
Nos. 1212, 12380 ieder f 100.
Margeritha zag hem als met bewondering aan.
„Uw aard bevalt mij. Ik houdt van gloeiende harts
tocht en verachting van 't oordeel des publieks. Toch
verlang ik andere hewjjzen van uwe liefde, dan woorden.
Gjj zijt de voogd der weezen.
„In der daad
„Ook die van Savina Pesaro
Zeker, door den hoogen Raad, als met de omstan
digheden van het buis Pesaro op 't nauwkeurigst
vertrouwd, bijzonder verkozen en in behoorlijken vorm
daartoe aangesteld
.Dat is mij aangenaam, dan kunt gij mij eenen
dien«t doen en toon en dat gij mij liefhebt.'
„Gebied over mij!* zei Barbarello op vastberaden
toon. Hij behoefde immers niet te houden wat hij
beloofde, als 't gevaarlijk was.
Margaritha boog zich naar hem to© en haar heetc
adem streek langs zijn gezicht!
„Gjj houdt niet van Savina?* zeide zij.
.Ik haat haar,* zwoer Barbarello, die nu eerst
deze ontdekking deed. Maar de haat was voor hem
even licht als voor eene vsn gift op gezwollen pad.
.Dat doet mij genoegen!, sprak Margeritha pein
z,end Gij weet dat mijn levensgeluk door de Pesaro's
verwoest is. En toch waagde deza Savina het heden
mij aan te spreken, mij deelneming te huichelen!
slechts om mij te besponen en zich in mijne sehando
te verlustigen. Daarvoor moet zij boeten
„Zjj zal daarvoor boeten!' besliste Barbarello, die
des te stouter werd toen hij bemerkte, dat het or
tuaar op aan kw am eene vrouw in 't verderf te storten
die voor de helft reeds in zijne macht was. Hoor
Margeritha! Ik heb reeds {sedert lang in last, bij-
zondsr op SaTina te ietten en den Raad van tijd tot
Uit Londen meldt men, dat Prof. Piaz
Srr.yth, in verband met de zonnevlekken, voo
Noord Europa een warmen zomer en een droog
naj'aar voorspelt, die door een zeer zachten winter
gevolgd zal worden.
Als eene bijzonderheid wordt nit Stompwiik
gemeld, dat, niettegenstaande de strenge koude
van de vorige maand, in de S'ompwijksche Meer
het gras even groen staat als in den zomer en
door den landbouwer C. Ontshoorn aldaar voor
een paar dagen gras is gemaaid, dat door de
koeijen met graagte werd gegeten
De heer J. Boes Gz hoofdonderwijzer te Pur-
merond heeft een werktuigje uitgevonden, dat een
zeer doelmatig hulpmiddel is bij het redden Tan
drenkelingen. Het kan binnen zeer weinige seconden
over den drenkeling worden heengeworpen om dezen
te grijpen en naar den wal to trekkon. 't Geheel is
zdó compact van vorm en zoo licht, dat het, zonder
ecnigen overlast of zonder te kunnen worden gezien,
onder de jas kan worden gedragen.
Het bestuur der Maatschappij tot redding van
drenkelingen te Amsterdam verklaart in een zeer
vcroorend schrijven aan den ontwerpen, dat het boven
«11e in Nederland bekonde ïmodellen van dien aard
uitmunt.
Ook de burgemeesters van Oosthuizen. Purmercnd,
Ilpendam en Landsmeer, wien 't reddingsmiddel ter
bezichtiging werd aangeboden, hebbon er de gun
stigste verklaringen van afgolegd en voor ioder der
beambten van politie in hunne gemeenten een oxem-
plaar er van besteld.
Ingeschreven van 27 tot en met 29 Jannarij 1880.
GEBOREN: .Tacob, zoon van Gerrit do Vries en
Sophia Meerlo.
ONDERTROUWD: Geono.
GETROUWD: Geono.
OVERLEDEN: Geono.
SCHAGEN, 29 Jan. aangevoerd vee ter markt waa
heden als volgt: paarden f a venlens
a ossen a stieren a
gcldu koeijen magero a 12 vetto dito 220 a
280; 5 kalfkoeijen 200 a 260; vaars en a
graskalverona 12 nuchtere kalveren-f 12^a 26
rammen a schapen magere a
idem vette a 650 overhouders 14 a 24
lammeren a bokken en geiten a
12 varkens 15 a 19; idem vette a 7
biggen 8.a 11.konijnen a 20
kippen 0.60 a 1.50; 25 eenden 80 a 1 30; duiven
a ganzen a zwanen; f a 200 kilo
boter 1.33 a 1.40. 50 kilo kaas .35 a .45; 3000
stuks kipeijeren 3.a 4.00; eendeijeren
AMSTERDAM, 30 Jan. Do prijzen der aardappelen
waren heden als volgt: Friesche Jammen f4a
4.30; Friesche Engelscho f 2 50 a 2.75; Pruisischo
gele f 3.a 5.—dito witte f dito roode
f 2.40 a 4.90; dito blauwe f a Saksische
f 4.— a 4 25; Hamburgers f 7.a 7.25; Zeeuwsche
Jammen f 5.a Groningers f a
Bovenm. Roode f a Russische f a
Stettiners blanke f a roode dito f a
tijd verslag te doen. Wat zal ik melden? Dat zij
opstand in den zin heeft? Dat zij u heden op het St.
Marcusplein door tooverkunsteu kwaad heelt gedaan?
Dat zij den tegenwoordige© Doge wilde laten ver.
moorden door den dollen Duitscher, die haar bouw
meester is en van daag reeds het zwaard heeft ge
trokken op het Dogeplein? De Raad wantrouwt haar
eu de aanklaaht is gemakkelijk!*
Margaritha schudde het hoold
„Ik wil haar niet alleen in het verderf storten,
ik wil mij wreken!"
„W ilt gij des nachts in hare slaapkamer haar dooden?
Niets gemakkelijker dan dat, want eene harer vrouwen
is in onzen dienst en doet te allen tijde open. Gij hebt
immers nog bijzondore vergiften van uwen man, wier
sporen men aan een lijk niet kan merken vroeg
Barbarello loerend en rillend vau eigen vrees voor
den dood.
Margeritha ontkende ook dat.
„Ik zou mij op mijne wijze willen wreken!' zei ze
veelbeleekenend, „haar op mi)ne wijze treffen, wanneer
ze zich 't gelukkigst waant en in alle geneuebten der
liefde zwelgt, of ook, wanneer zij boven den afgrond
hangt, de hand, die zij hulpzoekende om haar laatste
houvast klemt, met honenden lach losrukken en haar
doen neerstorten. Gij moet mij vergunnen dit oogen-
blik van wraak zelf te kiezen. Wat ik van u wil,
is slechts, dat gij miileven trocw als den Raad !'er"y
geeft van alles wat haar betreft, van elke Treu?*J?'
die haar verrukt, van elk onheil, dat haar be rel?'
Zijt gij mij hierin te wille,* voedde 8
met veelbeloovenden blik bij, „dan wil Iv
liefde gelooven en ben de uwo en de^dag e
op Savina is de dag onzer verloving.