Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
Ao. 1880.
No. 1310
Bekendmakingen,
Politie.
EEN HOND.
PATENTEN.
HOOISTEKERS.
NATIONALE MILITIE.
De Burgemeester voornoemd,
G. LANGENBERG.
Klimmer
hl
l\
nr.T Oi .1
Dit blad verschijnt twee maat per «eek. ff'oens
dag- en Zaturdag avond. Bij inzending tot 's mid
dags 12 ure worden advertentiên in het eerstuitkomend
No. geplaatst, ingezonden stukken eet) dag vroeger.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Prijs per |aar 3. Franco per post f 3 fio.
Afzonderlijke nummersJ 0.074.
Advertentiën van een tol vijf regels j o ieder
regol «wier /O.i5.' Groote, Ltteis naar plaatsruimte.
Postdirecteuren en Boekhandelaren aaugenomen.
i
0) FT) (P Naar volksheil ronder deugd te dingen
Ai \-S is arbeid aan een rots te hiên.
GEVONDEN:
Inlichtingen zijn te hekomen ter gemeente
secretarie van Schagen.
Burgemeester en Wethouders van Schagen,
brengen hij deze ter kennis van belanghebbenden
dat He PATENTEN, tot uitoefening der beroepen
van tapper, slijter in wijnen en sterke dranken,
kroeg- en koffij huishoudervoor het dienstjaar
j88o|8i, ter Secretarie kunnen worden afgehaald,
des morgens van p tot 12 ure, onder overlegging
met dergelijke aanbrengingen steeds verbondene
omstandigheden, traden voor dat gevoel terug
Ho^ nu echter dien {jevaarlijken mati op de
zekerste wijze achter het slot te krijgen, voor
hij zijne schandelijke plannen ten uitvoer kon
brengen
»Den waard uit het Hotel roepen en hem
alles overbrengen.» dit was de eerste gedachte
van den lieer Kraiitschncider. Hij verhief zich
diep ademhalend van de sopha, om dit plan
ten uitvoer te brengen. Jilist sloeg de klok el*
uur. In het hotel was reeds alles dood stil. Ook
huiten in den stillen winternacht waar de heldere
vriendelijke maan de met sneeuw bedekte daken
\.in de kwitantie negens voldoening der helft j a]s met een jilveren manlid overejekte, hoorde
van den aanslag, -\
Schagen, 7 Julij 1880.
Burgemeester en wethouders voorn.,
G. EANGENBERG.
De Secretaris,
DEN US.
4 \n\ Uv'a wuv nwi bit ViA
Burgemeester en' Wethouders van3chagen;
Gezien art. 174 en 175 van het politieregle
ment dezer gemeente;
Gelet op art 179. letter O der wet van 29
Junij i85i, (Staatsblad no. 85);
Brengen hij deze ter l>eonis van de Ingezetenen
men geen geluid in de straten. Hel was juist
ais in Kijritz. zoo stil en rustig! Ach, eri onder
deze schijnbare kalmte, het ontzettende vreese-
i 4
lijke geheim, wat weidia deze slapende wereld
met een luiden kreet van schrik zou wekken
Het werd den heer Krautschneider erg treurig
te moede, terwijl hij op weg vviis naar het schelle
koord. «Nummer zeven." steunde hij, «daar
hebben wij het tiu!«
Luid en schrikwekkend klonk de bel.
Het duurde tamelijk lang, eer iemand te
dat door hen, voor het jaar 188o, tot hooistekers j voorschijn kwam om naar de orders van den
vóór de geheele gemeente zijn aangesteld:'
J u hellenden gast te vragen. Waarschijnlijk sliep
JAN ROOS en CORNFAIS ROTGANS.
Wordende belanghebbenden tevens herinnerd
aan de bepalingen, voorkomende in de hier
bovengenoemde arft, 174 eu. Iji) van het vnn z'.)n welwillend lachje, war ei1 thans bijna
j Jan reeds.
Eindelijk verscheen hij. met liet overschot
|Militieregletceut.
Schagen, 7 Julij 1880.
Burgemeester en Wethouders voorn
C. LANGENBKRG
De Secretaris,
DENIJS
ili
De Burgemeester van Schagen, daartoe de
noodige aauschrij ving onjvangen hebbende,
zwaarmoedig uitzag, op r.ijti slaperig gelaat.
»Ik vveusch den lieer-Hotelhouder te spreken,"
zeide de heer Krautschneider.
»Dat is onmogelijk Mijnheer!"
«Waarom? Hij moet komen!"
Hij kan niet kouien, Mijnheer!
«En ik zeg dat hij konii-n zal!*
De goede Kijritzer riep deze «'oorden inet
zichtbare opgewondenheid en met zulk eeue
brengt ter algemeene kennis, dat tot de wer
keliike dienst worden ópgeroepen de onderstaande uitdrukking, van vastberadenheid uit, dat Jan
v ei lofgang.-. der liglii.gen 1877 en 1878, ,te v<?rbaa6d aclller uit trad.
JAN RAVEN i "'k vraag verscliooning, maar de heer
behoorende tot het ie. Regiment hussaren
(garnizpen Haarlem') tegen dj Jplij a. s.
Hotelhouder is op reis!*
«Wie treed dan in de plaats van uwen chef
GORNELIS KUS, KLAAS RÜOS, JACOB KEUR gedurende zijne afwezigheid? Ik had hem iets
behoorende tot het 7e Regiment InSmteriè1 gewichtigs en dringends zoo spoedig mogelijk
(garnizoen Helder) tégen fJ Augustus a. s.
VOLKERT BAKKER, MEIJERT WAGEMAKER.
behoorende tot de VI afdeeling vestingartillerie
(garnizoen Helder) tegen 7 September a. s.
Welke verlofgangers op de opgegeven datums
bij hun corps present zullen moeten zijn vóór
des namiddags 4 ure.
Schagen, 7 Julij 1880.
De Heer Krautschneider had werktuigelijk
de handen gevouwen. Sidderend en bevend lag
1'ij ter neer.
Wat te doen?
De plichten van een goed patriot waren de
eersten die 111 de z:el van den angstigen man
opkwamen, /elft dc pijnlijke gedt.cloe aan alle
gewichtigs en dringends zoo spoedig mogelijk
iuede te dcelen
Jan lachte vriendelijker da» ooit en zeide:
Ik en de boekhouder zijn deze plaatsvervangers.
Trouwens komt de Heer Kirchman» reeds morgen
voormiddag met den twaalfuurstrein terug.
De Heer Krautschneider lachte tevreden.
«Wie is toch mijn huurman daar," zeide hij
en wees op de .naaste kamer rechts.
«O, Nummer acht," antwoordde Jan, «dat is
een doctor in de pbiiosophie, Muller uit Dort-
inund.«
«Is hij reeds lang hier?«
•Sedert van morgen vroeg. Morgen verwacht
hij een vriend die met hem aan table d'hote
wil eten, hij heeft reeds twee plaatsen daaraan
besteld.
Wil de Heer rentenier mógelijk?
«Zeker1 zeker! een plaats digt hij Nummer
acht," antwoordde de Heer Krautschneider
haastig Het zal frater Felix zijn die hij verwacht
dacht hij bij zich zelve. Nu zoo weten wij dat
hij voor morgen middag niet ontsnapt!....
«Hoeft de Heer rentenier anders nog iets te
zeggen? Ik hoop mij het vertrouwen van mijn
chef als diens plaatsvervanger in alle opzichten
waardig te maken-!
«Best best! ik zal wachten tot hij morgen
terugkomt
«Tot 11 w dienst.*
Jan trok de bovenlip in en zag met berusting
naar zijne verlakte laarzen. 1)0 Fleer Kraut
schneider scheen intusscheii werkelijk geruster
geworden en daar 7.yne goedhartigheid niet
toeliet den dienstvaardige» kelner te krenken
i voegde hij' er op zich turen toon bij: «Het is
ecne private aangelegenheid en en betreft
den hui-heer zelve; Het heeft wet tijd tot
morgen. Goede nacht.»
Jan voelde aich diep getroffen door dit bewijs
van vertrouwen en boóg nog eens zoo diep als
vroeger terwijl hij eene «geruste nacht" wertschte.
Hij liet den Heer Krautschneider in veel
geruster gemoedsstemming in nummer zeven
achter.
«Tot morgen kunnen wij zuker van hom zijn
dacht de Kijritzer. «Ik zal, wanneer ik hij den
raad van Justitie kom, vragen hoe ik er mede aan
moet) Zeker zal dat alles veel onrust en ellende
veroorzaken. Een geluk,' dat Ida niet hier is.
ZÜ bestierf het vati angst, wanneer ze in de
buurt van zulk een booswicht moest sla|>en
Slapen hm zal ik het dan kunnen?"
Hij ham hét wille glas in de hand, inaar de
wjju smaakte hqm uiet meer, ook de sigaar
niet, zijn gansche zenuwgestel was in zulk een
oproer als zelfs op den morgen van zijn huwelijk
piet het geval geweest was en het sedert on
heugelijke tijden in den huize Krautschneider
erfelijke familie phlegma scheen plotseling van
hein geweken Wel een uur lang ging hij oj>
om'usl^tj„wijze ip zgne kamer op eu pj'eu sprak
tegen zijne gewoonte luid in zich zelve, terwijl
hij alle mogelijkheden bedacht die hij het
noodzakelijke inhechtenis nemen van den ver
dachten inensch konden plaats vinden
«Waar kreeg ik den moed van daan," dacht
hij otnje}' anderen," mij ook nog een convert,
naast dezen moordenaar te bestellenAch, zoo
Ida het wist! O dat nummer zeven! Had ik op
nummer zes gelogeerd zoo had ik van al die
booze plannen niets vernomen! Wie kon iets
tegen dergelijke logica inbrengen
Eindelijk poogde hij te slapen, maar voor
liet eerst in zijn leven deed hij de verrassende
ontdekking dat de inenschclijke hersenen zelfs
des nachts niet altijd veilig zijn legen de voort
zetting van onaangename gedachten. Het minste
gedruisch deed hem schrikken en als een bont
panorama gleed Je herinnering aan alle angsten
die hij vroeger en met veel meer koelbloedigheid
doorleefd had. door zijne verbeelding. Een hollend
paard, eene ter dood brengiog, een lange lijk
stoet, een woedende veldslag, het laatste echter
ai.een op het tooneel dat alles wisselde elkander
af eu bracht eeue menigte akelige gezichten voor