Ao. 1881.
AIGEIIii KÏROWS-
AQYERTENTIE.
DONDERDAG
30 .5 U i\ U
Reisindrukken.
25sic Jaargang.
No, 14IU
AIT.
Dit bltwl verschijnt twee maal per weck*
Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot
's middags 12 ure worden Adccrlenliën in het
fcratuitkomende nummer geplaatst Ingezonden
Miskien een dag vroeger.
Trijs per jaar f 3.Franco per post ƒ3.60
Afzonderlijke nummers 0.05.
Advertcntiën van een tot vijf regels 0.75
iedere regel meer f 0.15. Grootc let'ers worden
naar plaatsruimte berekend.
lU'kcnrimnking.
POLITIE
ACHTl-RC. KI.LEVEN:
in ren kennis kinum te Scltngcn.
een OELDUKCHSJE uiei ZILVERN KNIP.
Inicliiiugen hieromtrent zijn te bekomen ter
i'4'ineenie secretarie aldaar.
OK VONIIKN
in ile gemeente Schagen, een SKïAHENKOIvER.
inlichtingen zijn liiriomtreiii te bekomen, ter
gemeente Secretarie aldaar.
De Burgemeester van Schagen, brengt ter algemeene
Icrnuis, dat, ter Seer.tarie aldaar, inlichtingen zijn te bekomen,
omtrent de vont waarden, waarop oppassende knapen, mits niet
ouder dan zestien jaren, die lust in het ZEEMANSLEVEN
hebben, e nt eervolle en voordeelige betrekking kunnen bekomen
door eene verlxndteuis aantegaan bij 's Lands vloot.
Schagen. den 28 Junij 1881.
De Burgemeester voornoemd,
O LANGENBERG.
't Ts schooner toch wnt God orrs geeft, .van zijne naasten blijft slaan, zoolang dedron-
Dan wat de mensch geknutseld heeft. i kenschap den mensch 't verstand beneemt
Na een paar Stations gereden te hebben zoolang mijneed het laatste gevoel voor waar-
stapten er twee jónge lieert n in de trein. Met heid en regt blijft uitdooven; zoolang luiheid
boeken onder den arm en diuk in gesprek en domheid nog kracht van bestaan hebben
over een en ander leervak, merkte ik, dat zezoolang zal het nog duren voordat de
leerlingen cencr H. B. school waren, die met kerkerdeuren voor goed gesloten zullen zijn;
vacantie naar huis gingen. Zij deden zich maar ook, zoolang er nog fatsoen in de we-
Burgruiccster en Wethouders van Schagen, eene aanschrijving
deswege ontvangen hebbende, van den Heer Commissaris des
Konings in deze provincie, brengen ter kennis der ingezetenen,
d.t, blijken» een scbrijxcu viui den Heer Geneeskundigen In
specteur vuor Noord-Holland; te Amsterdam, uit Antwerpeuzijn
aangevoerden ook naar elders verzonden trichinieuze Aineri-
kaansche Kchoudcrhamn.cn, waarvan het gebruik, ruauw of
halt gaar, levensgevaarlijk kan zijn, welk gevaar, volgens
genoemden Heer liisjieeteur, alleen kan worden weggenomen,
door isdoeld vleesih of sprk, zoodanig te koken of te braden,
dat hettot in het binnenste door gaar zij.
Ku wordt mitsdien den ingezetenen ten deze de noodige
veorzigtiglieid aanbevolen.
Schagen den 28 Junij 1881.
Burgemeester en Weihouders voornoemd
G. LANGENBERO.
De Secretaris,
DENIJS.
ii.
Daar ik spoedig zag, dat mijn reisgezelschap
geen stof tot gesprek zou opleveren, schoof
ik een raampje open, liet de heerlijke mor
genlucht binnenwaaijen en verlustigde ik mij
in het vlugtig gezigt der heerlijke landouwen,
die ik doorreed. Wat een vee liep er op het
land en wat eene bedrijvigheid was er op den
akker. Hier water; daar bosch eu in de
verte och, och, daar moest alles nog heer
lijker zijnDe wolken rustten op de aarde en
de weerkaatsing der zonnestralen gaf een be-
tooverenden aanblik aan den geheelen om
trek.
Maar in die verte was 't zeker niet zoo
mooi, als waar ik was; maar zoo gaat het;
wat men niet heeft verlangt men en in de
verte och, dan zijn zooveel dingen mooi
en bij nadere beschouwing, ziet men zoo dik
wijls, dat schijn bedriegt en 't al geen goud is,
wat er blinkt. Die gedachten kwamen toen niet
bij mij op; maar wel, dat het buitenleven zoo
uitstel end voor en hunne manieren waren
netjes en ongekunsteld.
Hunne beleefde cn vrije blikken, gepaard
aan eene zekere rondborstigheid, deden mij
al aanstonds vermoeden, dat dit jonge lui van
den echten stempel waren cn ik heb mij in
mijne opvatting niet bedrogenwant wat ik
hoorde getuigde van nadenken en van een
ontwikkeld verstand.
Alles, wat zij leerden, scheen mij toe gron
dig te zijn; want met oordeel werd er over
de lessen van verschillende leeraren gespro
ken terwijl er van arogantie geeno sprake
was, iets wat ieder moet hinderen in aanko
mende jongens en dat henen ten dage nog al
dikwijls voorkomt. Als alle leerlingen in
znlkc schoenen liepen, dacht ik, wat zou er
dan van lieverlee een ontwikkeld geslacht
gevormd worden, dat de menschheid ten zegen
en ons Ncderlandsche volk tot sieraad zou zijn.
Goede reis; jongeluiGoede reis ook op
uwen levensweg! Gaat zoo voort en ik
verzeker 11, dat ge u en uwe familie tereere
zijn zult! Zoo dacht ik, toen ze met eene
beleefde :groet uitstapten. Mijn indruk was:
hadden er toch in mijn tijd zulke inrigtingen
bestaan, waar men voor weinig geld alles kan
leeren wat men wil, wat hadden er velen met
twee handen naar die gelegenheid gegrepen
en wat zou er voor velen een andere loopbaan
geopend zijn, die nu verpligt waren te {worden
wat 't digtste bij de hand lagGelukkige tijd
van vooruitgang. A\ ie nu hersens heeft met
een goeden wil, hij kan worden wat hij
wensclit
Terwijl ik zoo mijmer komt de Conducteur
met zijne tendorstem ons verwittingen, dat we
te A. zijn. Ik bleef zittenmaar door het
lange oponthoud en het rumoer tiaar buiten
opgewekt, vraag ik naar tle reden aan een
voorbijgaand beambte van een en ander. En
zijn antwoord was, blijf maar er moet een
transport gevangenen meeIk keek en zag
onder een toevloed van menschen en een groot
aantal politieagenten een 20 gevangenen, ge
boeid aan den trein staan, 't Was voor mij
een akelig gezigt. In 't grijs gekleed met dito
kleppert voor de oogen, met gaatjes er in,
om door te kijken, twee aan twee, jonge
menschen naar gissing tussehen de 20 en 30
rold is, zoolang er nog schaamte en gevoel
van eigenwaarde bestaat; zoolang er nog ach
ting is voor zich zeiven voor de menschheid
zoo lang zullen de deuren der gevan
genis eene Verschrikking zijn voor ieder, die
nog eenigen prijs stelt op fatsoen en beschaving
en fier is op de eer een beelddrager Gods te
zijn 1
Daar floot de locomotief en trok de dubbel
zwaren last van boozen en goeden van
allen zonder onderscheid maar tooh allen
van eenen stam van eene loot; broeders en
zusters altegader; kinderen van een huis, van
eenen Vader, die zijne zon laat opgaan over
boozen en g te Jen en regenen over rechtvaar
digen en onrechtvaardige» De trein hield
stil en allen stapten uit, wat een verschil
Hier vrienden en kennissen, om elkander do
hand te drukken, of den welkomstkus to
geven en daar een sombere dooden-
wagen, zonder licht, om de gevangenen op
te nemen en in de cel te brengen! Dooreen
drom van politic-agenten werden zij afgehaald
Droevig gezicht! Twee aan tweo gin
gen zij er in Eén was er bij, wiens scherm
van de cogen viel. Hij haastte zich zijn aan
gezicht weder te bedekken. Goddank! hij had
schaamte. Hij is, dacht ik, nog niet geheel
verloren! Een andtr was vrolijk. Maar
ook onder den lach kan zooveel smart ver
borgen zijn Daar werden de deuren gesloten
en de wagen reed weg! 't Ging door
mijne zielen menig toeschouwer met mij zag
den doodenwagen met droevige blikken nu als
gold het eene begrafenis
En onwillekeurig kwamen mij de dichtre
gelen van Snieder voor den geest, als hij zegt:
Rol voort, rol voort, gevangen wagen
Uw wielen plettren 't laatst gebloemd
Dien gij gevoerd hebt schijnt gedoemd
Om 't brandmerk voor 't hoofd te dragen
Geen mensch die zulk een „broeder" noemt.
Maar ook
Rolt voort! Ik zal dien wagen volgen,
Al schijnt heel 't menschdom ook verbolgen',
Mij zegt de boezem klop op klop:
ie uwer is er zonder zonden
Hij neem den eersten steen dan op!
Wordt vervolgd.
zoet en aangenaam moet zijn Rustig vreedzaam, jaren, stonden ze daar te wachten tot liet
ver van steedschenhoogmoed en weidsche bevel van „intreden" een einde zou maken
pracht, te leven in Gods heerlijke schepping aan liet begluren der menigte en aan den
onder dartelend vee, zingende vogels, frissche pijnlijken toestand, die wel ligt in dezen of
lucht, reine geuren, is het niet het hoogste genen een vriend of faniilïd zou kunnen ker-
RuitcnJaiirisch Nieuw*.
genot, wat de mensch smaken kan en had
Poot niet gelijk, toen hij zeide:
Hoe genoeglijk rolt het leven
Des genisten landmans heen.
Die zijn zalig lot, hoe kleen,
Oni geen koningskroon zou geven.
Lage nist braveert den lof
Van het hoogste koningshof!
En de indruk was, dat ik het zoo voelde
wat Tollens eens zong
kennen't Zwaard ging door mijne ziel zoo
veel f< mie, gezonde jonge mannen, der Maat
schappij te zien onttrekken, om in de cel hun
misdri jf te boeten en de straf der geregtigheid
te ondergaan.
Hoelang, dacht ik, zal het nog moeten duren
eer al de gevangenissen met wortel eu tak
uitgeroeid zijn? OchneenZoo lang de mensch
door hartstochten geregeerd wordt, zoolang
hebzucht hare begeerige blikken op het goed
De ió jarige regering van den Vorst van
Manaco.
Het komt in onzen eemv niet veel voor dat
een vorst zijne 25 jarige regeling viert.
Karei III van Manaco die in l856 den troon
beklom v erde eeuige dagen geleden dit leest.
Het geheele vorstendom verkeert in vreugde
en afgevaardigdeu uit stad eu land en alle stan
den komen den vorst begroeter.
Een groote fakkeloptügt algemeene illuminatie,
feesten van ullerbandeu auid zijn zoo vele blij
ken boe men de vorst bemint.
Ook de artneu werden niet vergelen, daar de
vorst den Maire vap Manaco totdat doel loo,ooQ
Irs gaf.