IMIIIBI KIEÜWS-
liiiaTEifii.
Z O N 15 A G
4 SEPTEMBER.
Ao. 1881.
25stc Jaargang.
Bekendmakingen.
Biiuicnlanrisch Nieuws.
i\o. 1430.
Dit blad verschijnt twee maal per week
Woensdag- en Zaturdagavond. Bij inzending tot
's middags 12 lire worden Adverlenliën in het
ecrstuitkomende nummer geplaatst. Inr/czonacn
stukken een dag vroeger.
Prijs per jaar 3.—. Franco per post 3.60
Afzonderlijke nummers f 0.05.
Adccr ten tien van een tot vijf regel; f 0.75
iedere regel meer f 0.15. Groote let'ors worden
naar plaatsruimte berekend.
POLITIE.
GEVONDEN.
In de gemeen ie Scliagen, EEN KINDEBABM
BAND.
Inlichtingen zijn te hekomen ter gemeente
Secretarie aldaar.
PATENTEN.
Burgemeester en Wethouders van Schagen, bi'engen bij deze
ter kennis van belanghebbenden, dat de patenten, tot uitoefening
der beroepen van tapper, slijter in wijnen en sterke dranken,
kroeg- en koffiehnishouder, voor het dienstjaar 1881— 82, ter
Secretarie kunnen worden aigehaald, des morgens van 9 tot 12
ure, onder overlegging van de kwitantie wegens voldoening der
helft van den aanslag.
Schagen, 10 Augustus 1881.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGENBERG.
De Secretaris,
DENIJS.
Waar blijven onze kinderen, als wij eens
vroeg ten grave moeten dalenGeld kunnen
we niet nalaten; vermogende familie hebben
we nieten tochoud zullen we niet
worden, uitgenomen nog 't onzekere van ie
mands levenzoo weeklagen er velen, al
zijn ze nog betrekkelijk jong, die met kinde
ren gezegend zijnwant, hoe schijnbaar
onverschillig soms, 't lot der kinderen
weegt toch bij de meeste ouders zwaar en
daarin toonen de armsten niet de minste be
langstelling maar:
Ziet gij ginds dat groote huis met zijne
breede (leuren, hooge ramen en hardsteenen
stoep? 't Heeft iets sombers nietwaar?
De gordijnen zijn neergelaten en het front is
anthiek.
't Geheel maakt een somberen indnik. Twee
steenen beeldjes, ter lengte van een meter,
een jongen en een meisje, staan aan weers
zijden der groote poort, en kondigen u aan
waaro9 dit huis dient. Ja Ouders! Dit huis
is het toevlugtsoord uwer kinderen, als gij er
niet meer zijt en de dood u verhindert voor
uwe kinderen te kunnen zorgenGaat er ge
rust de eeuwigheid op in uwe kinderen
zullen hier een heenkomen vinden. t Is
het Weeshuis! Opgerigt door de hand der
liefdadigheidbedeeld met schenkingen van-
vroegeren tijd is het Weeshuis door de voor
ouderen gesticht 0111 barmhartigheid te doen
aan ongelukkigen en liefdadigheid te betoonen
aan de armen. Daar de bezittingen dier hui
zen meest uit landerijen bestaan, zoo zijn de
inkomsten er van in de laatste jaren ook ver
bazend toegenomen; zoodat in eïen regel een
goed gevulde beurs den regenten in staat stelt,
0111 op ruime schaal in alle behoeften van het
weeskind te voorzien. E11 toch, hoe schoon,
hoe nuttig, het Weeshuis bevalt ons niet.
Maar kom laat ons binnen gaan en een kijkje
nemen.
Een knecht doet open. Op ons verzoek,
wordt ons vergund op een entreebiljet
van een der regenten 't gesticht te bezig-
tigen. Een gezet man met lange pijp maakt
ons met zijne waardigheid bekend: hij is de
Vader!
Een gehuwde Vader treurig denk
beeld, brengt ons bij zijne vrouw do
gehuwde Moeder; maar 't kan hier niet
andersAch Godontglipt ons, hadden
die kinderen hunne eigen ouders maar; ook
al waren ze arm! Hoe kunnen vreem
den toch dat hart, die belangstelling en die
zorg hebben voor andere kinderen, zooals ei
gen ouders?
Och, zij hebben geen vader om hun leed
te klagen en een kind heeft zooveel leed
en geene Moeder om het te verzachtenVa
der en MoederMaar geen warm hart geen
kus op de lippen geene toenadering
geen traan bij ziekte geen vreugde bij
blijdschapGeen kinderlijke ziel geen
weerklank in den boezem geen gebed voor
behoud geen dank bij den zegenLe
zers voelt met ons, wat een kind mist in het
verlies zijner ouders en gij zult zij 't ook
geen traan laten vallen dan toch door een
meewarig gevoel overmeesterd worden bij 't
gezicht van een Weeshuis.
Maar die vader en Moeder hebben geene
kinderen gehad de meesten niet, of ze
hebben ze vroeg verlorenwant er wordt dui
delijk in de annoncen gevraagd naar lieden
die geene kinderen hebbenmaar hoe
kunnen zij dan, die geene kinderen kennen,
kinderen opvoeden? Hoe kunnen zij zich in
de kinderlijke ziel verplaatsen, hunne nooden
en behoeften kennen, hunne gebreken ver
dragen en die jeugdige zwakheden ten goede
leiden? 't Is niet genoeg immers, dat men
voedt en te slapen ligt maar er wordt
zooveel vereischt, dat niet eens zichtbaar is,
om met waarachtige belangstelling de plaats
te bekleeden der ouders! 't Innerlijke leven
met en voor een kind heeft wat meer waarde,
dan de voorziening in de dierlijke behoefte!
Dit is slechts een gedeelte der taak, die
aan de ouders is opgedragen.
ZonderlingVoor elk vak bijna wordt examen
vereischt, of ten minste geschiktheid gevraagd;
terwijl voor het vak van vader en moeder
in een weeshuis (Lezers! kent gij gewigtiger
werkkring?) de voorwaarde wordt gesteld zon
der kinderen te wezen en liefstZeekapitein
of kleermaker of zoo iets geweest te zijn!
Zonderlinge combinatie. Is 't niet of men een
kapitein vraagtdie nooit water of een kleer
maker, die nimmer eene naald zag?
We begrijpen wel, waarom men menschen
zoekt zonder kinderenen 't kan hier moeijelijk
andersjuistmaar ook daarom willen we
aantoonen, dat we niet voor de weeshuizen
zijn
Laat ons toch, met de kracht die in ons
is, strijden voor het belang van ieder; maar
in 't bijzonder voor het welzijn van ons eigen
kroost. Laat ons pleiten voor hen, die voor
zich zeiven niet pleiten kunnen en zorgen, dat
ons nageslacht geen: Wee U! over ons uit
spreekt. We spreken in 't belang lezers
Uwer kinderenXader kunnen we niet;
maar niet in 't belang van lT meergegoeden!
die door 't lot gezegend zijt, Uwe kinderen
bij eenen vroegtijdigen dood, verzorgd achter
te laten. God zegene U en we beneiden U
niet, maar helpt ons in ons streven, als wij
onze kinderen na onzen dood eene opvoeding
in en voor het leven wenschen te geven die
in de meeste gevallen en met den besten wil
geen weeshuis geven kan.
We willen eerlijk zijn. 't ziet er do
vader leidt ons rond zindelijk uit. Hier
eene kinderkamer, 't verblijf van jeugdigen
beneden de 6 jaar daar eene zaal waarin
de meisjes bezig zijn aan handwerken onder
opzigt der naaimoeder; ginds de ziekeka-
merocher liggen eenigen op het doods
bed de moesten lijden aan tering eene
ziektewaardoor hunne ouders zoo vroegtijdig
ten grave gedaald zijn en die zij onder do
leden haddentoen ze de muren van het
weeshuis binnen traden. Verder de eetzaal
voor de meisjesvoorzien met liordjes aan do
muren, waarop spreuken staan uit den bijbel
of korte kernachtige gezegden.
Dit gesticht is nog al groot; 't heeft een
eigen school, waarin de weezen Jonderwijs
ontvangen; er zijn er ook, waarvan de kin
deren ter stadsschool gaan; niet ongelukkig,
zij komen dan ten minste zij 't ook onder
geleide nog een paar keeren daags op straat.
Och, och! die muren! dat geïsoleerde! die
afscheiding van de wereld! dat plantenleven,
dat klokje maar wachtlaten wij
ons niet bloot geven, gij zoudt raden waar
ik heen wil en dat heb ik voor eene volgende
keer bewaard. Dit alvast: Geef mij do
wereldzoo als ze isde volle wereld niaar
sluit me niet op. In het h ven voor het leven
E11 in het 1 hui te gewoel der wereld vindt
men de beste kweekplaats ter vorming harer
leden.
Wordt vervolgd.
Aar otü; is geene kweekschool ter opleiding voor Valer*
en Hoeders lu weeshuizen uf andere gestichten bekend
Mogten wij Nederlanders den i3 Augustus,
de dag waarop voor vijftig jaren de tiendaag-
sclie ve.dlocht voor ons een toenirijk einde nain,
Neerlandsch eer, de eer onzer vlag op nieuw
was gehandhaafd, in blijde herinnering brengen,
als zonen van dat zelfde volk mogen wij, zonder
ons van ondankbaarheid te beschuldigen, ons oog
niet afwenden van die schoone bladzijde onzer
geschiedenis, die ons toont hoe vijftien jaren te
voren, den 27 Augustus 1816, onze vaderen,
waarvan er nog in leven zijn, op de ku>ten van
Barbarije onze vlag ten schrik der Algarijnsche
roofstaten ontrolden, een roemrijke zege bevoch
ten, die geheel Europa aan N uitrland verplichtte.
Iminers het bombardement van Algiers maakte
een eind( aan de zoo geweldige Algarijnsche
zeerooverijen, die de schrik uitmaakten van
alle zeevarende volken en gaf aan meer dan
1000 Christenslaven, waaronder »5 Nederlanders
de vrijheid weder.
Wij geven hier een klein overzicht van die
roemrijke gebeurtenis, niet minder waardig in
herinnering te herleven.
De Beij van algiers, door den kwijnenden
scheepvaart van geheel Europa, als gevolg van
Frankrijks overheersching. aangemoedigd, be-
heerschte met zijn roofschepen niet alleen de
middellandsche zee, maar waagde zich ook daar
buiten om weerlooze koop aarders, onverschillig
onder welke vlag, huit te maken en hunne be
manning als geketende slaven naar zijn roofstaten
te slepen.
Toen onze scheepvaart eindelijk weer begon
te ontluiken, onze driekleur weer in eere op de
Oceaan rondwapperde, moest in het belang der
menschelijkheid en in dat onzer handel en die
van geheel Europa, ecu einde aan dien toeslaud