IS' DIAGSDAG 14 MAART. HA. Ao. 1882. No. 1507 ING MONDEN Biniienlanrisch Nieuws. Buitenlandse!! Nieuws 26ste Jaargang SCHAGE Dit blad verschijnt drie maal per week - Maandag Woensdag- en Zaiurdagavond. Bij inzending tot s middags 12 ure worden Advertentièn in het eerstnitkomende nummer geplaatst. Ingezonden stukken een dag vroeger. Prijs per jaar 3Franco per post ƒ3.60 Afzonderlijke nummers f 0.05. Advertentiën van een tot vijf regels f 0.75. iedere regel meer f 0.15. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. n. 1. De zetboeren zijn onderhevig aan de zelfde wetten en statuten als de eigenaars iD Dakota. 2. Een zetboer moet tusschen 21 en 55 jaar oud zijn, getuigschriften bezitten van een be kwaam practisch landbouwer te zijn en voor zien zijn van goed beddegoed, goede kleêren schoenen en laarzen. 3. Ieder zetboer moet zooveel middelen hebben of ontvangen van den patroon, dat hij j in zijne nooddruften kan voorzien tot den oogsttijd. 4. De zetboer wordt aangesteld telkens voor 5 jaar. Gedurende de eerste 5 jaar be hoeft hij niets op te brengen, om reden hij het land in cultuur moet brengen en de kos ten daartoe te hoog zijn, dan dat hij van de ste 5 jaar zou afstaan. de opbrengst van de eerste 5 jaar zou afstaan. 5. De landheer verschaft den zetboer benoodigde machineriën, drie trekossen en al les wat verder voor den [landbouw noodig is. 6. Het onderhoud der machineriën van huis en schuur en de belastingen van het land zijn ten laste van den eigenaar. 7. De ze tl roer is verplicht, het arbeidsloon te betalen, zoowel voor den landbouw als de boschteelt. 8. De zetboer kan zooveel koeijen, varkens, paarden, schapen en pluimgedierte houden als hij verkiest en heeft het recht die kosteloos j te weiden. Ook kan hij van de prairielanden zooveel hooi oogsten als hij wil. De voor- en nadeelen van een en ander zijn geheel voor zijne eigene rekening. 9. Behalve het aantal Acres, dat hij vol gens de statuten verplicht is, aan Iroschcultuur j te bebouwen, is hij verplicht jaarlijks 30 Acres I tot bouwland in exploitatie te brengen, zoodat na 5 jaar minstens 150 Acres als bouwgrond' in cultuur moeten zijn. 10. De boschteelt is geheel voor den land heer. Van de opbrengst van het bouwland komt 1/g aan den landheer, echter niet dan na de eerste 5 jaar, zooals in artikel 4 genoemd. 11. De zetboer werkt onder toezicht van het bestuur en is na de eerste 5 jaar, ver plicht, jaarlijks het derde gedeelte van de opbrengst van het bouwland in handen van het bestuur te stellen, die het na aftrek van onvermijdelijke kosten, aan den landheer over maken. Welke zal nu de opbrengst zijn voor den landheer na 20 jaren? In de eerste 5 jaren is door den landheer niets ontvangen. Bij de tweede 5 jaar zijn 150 Bouw-Acres in cultuur gebracht. Rekent men nu de maïs- teelt niet te hoog, dan krijgt men eene op brengst van 65 Bushel per Acre, tegen 40 Amerik, centen of 1.00 hollandsch per Bus hel maakt f 65 per Acre. Is de berekening van 65 reeds zeer laag, wij willen met het oog op nog slechtere oogsten, eventueel zware daling der prijzen enz., de opbrengst per Acre in plaats van 65 op 40 stellen j (dat is omstreeks 100 de Bunder en gaat men na, dat hier te lande de opbrengst wel eens f 700 per Bunder bedraagt, dan is met het oog op de groote hoeveelheid plantenvoedscl, welke de grondeu in Dakota bezitten, deze som voorzeker al zeer miniem). De 150 Acres af 40 is 6000.00 waarvan voor den landheer 1ft is f 2,000.00 (en voor den zetboer ƒ4000.onge rekend hetgeen hij van zijn pluimge dierte, varkens, schapen, koeien, enz. gemaakt heeft. Wordt vervolgd, Europa is plotseling weer een Koning rijker geworden Servië, welks Vorst Milan reeds vroeger, eens tot Koning werd uitgeroepen toen hij in een oorlog tegen de Turken, neder laag op nederlaag leed. heelt zich thans met eenig meerder recht deze weelde vergund- en aan de mogendheden is van deze promotie ken nis gegeven. Men verwacht dat hij spoedig al gemeen als zoodanig zal worden erkend. Uil Relgrada wordt gemeld dat onder kanongebul der dit groote nieuws den volke :s verkondigd en dat, na de proclameering al ilc Afgevaardigden zich naar het paleis hebben begeven om aan Vorst Milan bunne opwachting te maken Servië is alzoo he'jongste koninkrijk in Europa, In de Vereentgde Staten van Noord-Atnerika alwaar jaarlijks duizenden van vreemdelingen uit alle oorden der wereld aankomen doet men thans alle moeite om de Chineezen te weeren- Voor de verdrukte Russische joden verzamelt men de noodige gelden voor den overtocht; maar voor de Chineezen is men bevreesd, niet zoo zeer voor de Staart van hun hoofdhaar maar voor bunne te groote geslepenheid. In dit jaar zullen vier Vorstelijke Echt paren hun zilveren bruiloft vieren, de Duitsebc Kroonprins en Kroonprinses, de Koning en de Koningin van /.weden. Prinses Ida van Lichten stein en haar Gemaal en de Russische Groot vorst Mtchacl en zijn Gemalin. Te Parijs gingen vier oude dames de weddenschap aan tien partijen whist te spelen zonder een woord te spr-ken. Niettegenstaande bet spel vier uur duurde kwam bij geene een woord over de lippen Toen het spel geëindigd was, vielen drie hunner tengevolge van het zwijgen, in onmacht. DOOR 46) VII: „Dan is het een heerlijk beroep:" antwoordde hij met vuur »en tot mijn schande moet ik u bekennen, dat ik zulk een opoffering niet begrijp Wanneer men, zulks voor een persoon doet waar het hart in het spel is, ja dan begrijp ik het, dan is het liefde, vriendschap of dank baarheid Voor het algemeene welzijn ontbreekt mij echter die mate van allesomvattende liefde, die daarom het beste deel der goddelijke af stamming is." Zij bloosdeals ware haar bedrog ontdekt ook hare opofferingen golden een persoon, en al had de wensch om boete te doen voor een oude schuld haar hierheen gevoerdzoo hield een machtiger gevoel haar thaus geketend aan deze plaats. Toen zij niet antwoordde, nam hij zijn sigaar, die naast zijn bord lag, en die hij tegenwoordig nooit meer behoefde te zoeken, nadat zij met zijn gewoonte bekend geworden was, stak die aan en ging voort: 1 „Ik moet u ook nog danken voor de moeite en zorg waarmee ge Ulla's kamer ingericht i hebt. Mijn moeder heeft mij daarvan met een ware verrukking gesproken, toen ik gisteren, nadat gij naar boven gegaan waart, nog een oogenblik bij haar bleef zitten praten, en dan zal het zeker wel bijzonder goed in orde zijn, want evenals alle zieke dames van dien leef tijd is zij niet gemakkelijk te voldoen. Wel is waar ben ik, helaasgeen goed beoordeelaar van uw smaak en onvermoeide zorgen maar UUa heeft veel schoonheidsgevoel. Zij heeft alle ongemakken van een verblijf hier in huis ruimschoots ondervonden, toen zij kort na mijn blind worden hier was, en ik maakte den toestand niet beter door mijn ongeduldig humeur." Toen Eva nog steeds zweeg, ging hij vroo- lijk plagend voort: Ik zou wel eens willen zien, welk een be straffend gezicht ge bij mijn bekentenis zet, De heeren G. W. Scholten en Th. Roesinglt te Enschedé hebben steunende op <1e hulp, hunner medeburgers voor f 7000 een kapitaal huis aan de Groote Markt aangekocht dat voor de volksbibliotheek en voor een leeskamer uitmuntende gelegenheid aanbiedt Het thans voor de bibliotheek gebezigde gebouw is veel te klein voor de 4nO° boeken en de Goolezeis die daar wekelijke kosteloos lectuur komen halen. Men heeft berekend, dat met t Mei a.s, 'de 46,000 gelegenheden in ons land tot het hekomen van sterkendrank in het klein met I minstens 10,000 zullen verminderen, en dat er tegen 1 Mei 1884, met welken termijn dat be- j drijf niet langer met eene andere winkelnering j zal mogen verbonden woiden, opnieuw eene maar het is zoo en niet anders; wat helpt het of ik het tracht te verschoonen. Tegen woordig heb ik mij een weinig verbeterd; in uwe nabijheid waagt men niet ongeduldig te zijnen al heeft Ulla daartoe misschien nog meer reden dan ik, dan hebt ge deze reeds bij voorbaat weggenomen." Op dit oogenblik blafte Mvlord; een jonge vrouwengestalte vertoonde zich om den hoek van het huis, een heldere stem riep zijn naam, en Waldemar sprong op en breidde met een vroolijken uil roep de armen naar haar uit. „Mijn beste Ulla" sprak hij opgewonden, terwijl hij zijn arm om haar heen sloeg en haar vriendelijk de wangen streelde, „mijn beste Ulla, hoe vriendelijk van u om te ko men." „Mijn beste Waldemar" sprak zij hem met vroolijken spot 11a; „hoe slecht van u om mijn kapsel in wanorde te brengen; wat ik u bidden mag, laat mij toch even los." Haar spottende woorden werkten als een koud bad op W alderuar. Weg was zijne tee- derheid, hij liet de armen zinken, en sprak

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1882 | | pagina 1