ALGEMEEN- NIEUWS- ADVERTENTIE- LANDBOUWBLAD.
DINGSDAG
6 JUNIJ.
VREEMDELINGEN.
fmiïrïïoss i
Ao 1882
26stc Jaargang
No 1541
Stil Ui l! COURANT.
Dit blad verschijnt drie maal per week - Maandag
Woensdag- en Zatiirdagavond. Bij inzending tot
s middags 12 ure worden Advertentièn in het
ecrstuitkomende nummer geplaatst. Ingezonden
stukken een dag vroeger.
Prijs per jaar f 3Franco per post ƒ3.60.
Afzonderlijke nummers 0.05.
Advertentièn van een tot vijf regels f 0.75,
iedere regel meer f 0.15. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend.
mm
't Is opmerkelijk, en velen een grief, dat
ons landen speciaal onze goede stad Amster
dam overstroomd wordt met vreemdelingen
die baantjes en betrekkingen zoeken en levendig
aan de vliegen doen denken, welke op den
strooppot afkomen.
't Meerendeel dier kandidaten bestaat uit
Duitschers, die veel van 't steen-rijke Holland"
gehoord hebben en een kansje wagendat in
den regel op een gansje valt, tot Jgroote te
leurstelling van menigen Ilollandschen jongen,
die een lang begeerden vetten hap in een Ger
maansche maag ziet verdwijnen.
't Is volstrekt geene antipathie| tegen Duitsch-
land of den Duitscher in 't algemeen, noch
aan den alhier vertoevenden in 't bijzonder, die
ons aanleiding geeft om over de moderne volks
verhuizing te praten, integendeel; even als
velen onzer landgenooten hebben we achting
voor 't Duitsche rijk en voor de groote ea
merkwaardige zakendie er in de laatste jaren
in voorvielen. Ook mogen we in 't algemeen
de Duitschers gaarne lijden. Er zijn kundige,
beste, joviale menschen onder en we stellen
er prijs op eenige onzer vrienden te kunnen
noemen.
De hier te lande vroeger tamelijk sterk
heerschende anti-Duitsch-gezindheid is in den
lateren tijd veel verminderd enmet uitzonde
ring van zekere klasse van dat volklaat de
harmonie tusschen Nederlanders en Duitschers
weinig of niet te wenschen over; in ons
land zijn er velen van de laatstendie zich de
algemeene vriendschap hebben verworven en
hoog in aanzien staan; velen zijn ook door 't
huwelijk onze nabestaanden, door naturalisatie
onze landgenooten geworden.
't Zou trouwens ook te dwaas zijnwanneer
in onzen tijd nog een soort van ras-haat be
stond en toch toch bestaat er tegen som
migen een ware verbolgenheid en wel tegen
dezulken, die tot de «zekere klasse" behooren.
Die «zekere klasse", men zal reeds be
grepen hebben welke bedoeld wordtis die
der indringers en kruipers die, in 't eigen
vaderland geen brood kunnende vinden, naar
alle oorden der wereld trekken, en met zeer
Novelle 13
VAI' F- JUSTUS-
No, geen dank, het is volstrekt niet zuivere
edelmoedigheid van mijn kant. 1 k reken daar-j
bij op eene wederdienst van uwe zijde. Ik
zeide u reeds, dat ik besloten heb dat meisje
te trouwen, en dat moet wel zeer spoedig ge- i
beuren want mijne tegenwoordigheid aan den
overkant is dringend noodzakelijk, zoo dringend
dat ik eigenlijk geen dag, geen uur meer tal- j
ïnea mag met mijn vertrek. Maar van zaken,
als die, waarover we nu spreken, heb ik geen
verstand en ik ben daarin niet bedreven,
daarom zou ik die in uwe handen willen leg
gen. Gij zult in elk geval beter advocaat
voor mij zijn, dan ik zelf het zou kunnen'
wezen."
«Ik zal zeker mijn best doen," antwoordde
de president, in wiens stem eenige gemoeds
bescheiden eischen aanvankelijk te voorschijn
komen, waardoor 't hun maar al te vaak,
althaus bij patroons, die bedienden als koop
waar beschouwengelukt anderen op zijde te
dringen en zich overal in te werken. Hebben
zij zich eenmaal ergens ingenesteld, dan krijgt
men hem met geene mogelijkheid weer uit;
in den regel weten zij daarentegen fortuin
te maken en dan is hun grootste vermaak om
te schelden en te schimpen op 't land, waar
zij van r.iet iet werden, en om van hunne
nieuwe landgenooten zooveel leelijks mogelijk
te zeggen.
Onder alle gedaanten komen zij in ons land
en zij bederven meestal de markt, daar door
hun komst 't aanbod van werkkrachten, ver
reweg de vraag overtreft.
't Zou niet moeijelijk wezen eene uitge
breide collectie van leelijke uitspraken door
Duitschers tegen Nederland en zijne bewoners
te leveren en aan te toonen hoe ons land voort
durend 't mikpunt is van Duitsche «Witze"
van 't laagste gehalte.
Wanneer men in Duitschland reist ontmoet
men 't zelfde verschijnsel van oppervlakkige
be en veroordeeling van ons volk, de
enkele mededeeling, dat ge «Hollander" zijt
is dikwijls voldoende om aan een lading ca-
lembours en schimpscheuten 't aanzijn te ge
ven zelden is men dan zoo gevat als de Hol-
landsehe matroos, die, toen hij te Londen in
een theater hoorde zingen
Wat kan de Nederlander nog anders dan
jenever drinken en rooken luide uitriep
Uw schepen verbranden bij Chattam!
Er ligt echter en zoo heeft iedere me
daille twee zijden in de manier, waarop
Duitschers zich door 't leven en de weield
doorslaan, ook een les opgesloten, die onze
Hollandsche jongelui waarlijk wel ter harte
mochten nemen.
Onze IIoll. jongens de heer van Leeuwen,
lid van de Kanier van Koophandel te Am
sterdam heeft 't in der tijd zeer juist gezegd
moeten nog veel zien en leeren en zich van
vele verouderde vormen en vooroordeelen los
maken.
Zij hebben te weinig ondernemingsgeest, te
weinig zelfvertrouwen; zij durven zelden of
nooit iets ondernemen en als dit al gebeurt
beweging zich deed hooren, «alleen verzoek
ik u, er mij de schuld niet van te geven,
indien somtijds Eveline's antwoord anders
uitvalt, dan gij verwacht."
Weder maakte de Amerikaan dat zelfde
veelbeteekenende handgebaar, dat Eckow reeds
eens had beleedigd, en dat eene volkomen
geringschatting te kennen gaf van alles, wat
zich tegen zijne wenschen mocht verzetten.
Op dit oogenblik hoorde men het vrooliike
praten en lachen der kinderen op geringen
afstand en terstond daarna kwam Eveline met
alle drie van tusschen de boomen te voorschijn,
rijk beladen met bloemen en allerlei groen.
«Zoo als gezegd is, wij spreken morgen, of
wat ten slotte nog beter is, van avond daar
over wel verder," zeide Westheim met ge
dempte stem, «want laDger uitstel kan de
zaak nn eens vooral niet lijden. Ik ben bereid,
u den geheelen staat van mij vermogen bloot
te leggen, opdat mijne toekomstige vrouw
weet, wat haar te wachten staat, wanneer zij
is 't eerst na een berg van denkbeeldige be
zwaren opgeworpen en weder weggeruimd te
hebben, Op avontuur de wereld ingaan, gelijk
onze vaderen dat plachten te doen, te trachten
zich zeiven een weg te banen, ziedaar iets,
waarover de meeste Hollanders juist zóó lang
peinzen tot de gunstig gelegenheid voorbij
jMj. lo„ j ,aJlL» qo nol jkmm wiii i
In ons land blijft men liefst bij «moeders-
pappot" en kerels als boomen en met groote
baarden hangen, om zoo te zeggen, nog aan
't boezelaar van de moeder.
Misschien dat die eigenaardige karaktertrek
zijn ontstaan te danken heeft aan ons glansrijk
verleden, waardoor men er onwillekeurig toe-
i gekomen is om op 't oude vet te teren. Maar
dan is en blijft 't toch vreemd, dat in onzen
tijd van vooruitgang en stoom, van vroegere
I ongekende behoeften en verhoogde levensei-
j schen de ouden slender nog altijd ten troon
zit.
Ongetwijfeld zal er een andere tijd komen
de rijke papa's van vroeger beginnen op
te dunnen; Peruanen en Spanjaarden,
Turken en failliete Amerikaansche sporen ne-
l men in menig brandkast de plaats in van
vroegere kapitalen,- vele zonen zullen de-
handen uit de mouw moeten steken om aan
j den kost en door de wereld te komen.
Wij zijn 't altijd gemakkelijk gewend ge-
i weest en daardoor is veel geestkracht en
ondernemingszucht te loor gegaan.
Jammer zou 't zijn. als enkel materiééfe
tegenspoed epn andere wijze van handelen
deed geboren worden, en 't is te wenschen,
dat onze jongelui vóór dien tijd zullen leeren
inzien dat «selfhelp" altijd No 1 is.
En hierin kunnen zij heel wat van onze
duitsche buren leeren.
Binncnlanrisch Nieuws
Camille Flamniariou schrijft over de ka-
meel, «lie binnen eenige dagen voor alle hevvo-
j qers van Europa zichtbaar zal zijn, dat zij reeds
eeuxvin lang op reis is. Zoo zij van de dichtst
j bij ons staande ster afkomstig is, beeft de leis
niet minder dan ao millioen jaren geduurd In
'de ruimte van ons planeten stelsel is zij roe
ger r.ooii doorgedrongen; tenminste liet is thans
de eerste maal, dat uien haar opmerkt Nu twee
t in een ander land een nieuw leven begint."
Zijne toekomstige vrouw! Onwillekeurig
richtte de blik van Eckow zich naar Eveline,
i wier wangen in de frissche zomerlucht licht
j gekleurd waren en die in haar helder licht
i gewaad hem op eens liefelijker en meer jonk
vrouwelijk scheen dan ooit te voren. Op een
j wenk van Westheim plaatsten de bedienden
j opnieuw allerlei uitgezochte ververschingen op
de tafeldoch alleen de kinderen deden het
gebak en den perzikbowl eer aan. De beide
heeren waren in eene ongewone stilzwijgend
heid vervallen en Eveline, bij welke een onbe
paald gevoel opkwam, alsof er in hare afwe
zigheid iets onaangenaams en storends was
voorgevallen, gaf zich moeite om, geheel in
strijd met hare gewone meer teruggetrokken
wijze, weder meer gang en levendigheid in
het gesprek te brengen.
Wordt Vervolgd.