MUIEN- NÏEÜWS- MNDSQOTOIQ IfO\l>MU)A 3 AUGUSTUS. 01» SYLT. Vasthouden van Eenden- Aan den Luitenant Prater. Ao 1882 2(5ste Jaargin;; No I5H7 SCHAttE Dit blad verschijnt drie maal per weck Maamtag Woensdag- en Zaturdagavond. Bij inzending tot s middags 12 ure worden Advcrtcntièn in het cerstuitkomende nummer geplaatst. Ingezonden stukken een dag vroeger. Êmk%~ 3 i rijs per jaar f 3Franco per post ƒ3.60, Afzonderlijke niimniers f 0.05. Adcer/eufièn van een tot vijf regels f 0.75. iedere regel meer f 0.15. Grootc let ers worden naar plaatsruimte berekend. Hckcnriiuaking. Burgemeester en Wethouders van Schaden; Gezien art: lo3 van liet l'olitie reglement dezer gemeente; Brengen bij deze ter algemeene 1 enr.is, dat van af lieden tot en met 15 Oeiober a s de EENDEN binnen deze gemeente, gesloten of ge hokt zullen iii«eleu worden, op de boete bij het politie reglement bepaald Schagen, a8 Jnlij i88a. Burgemeester en Wethouders voornoemd; G. LANGENBEBG. de Secretaris, DENIJS. Hij behield wel het gebruik van de gewonde hand, maar bleef in deze altoos zeer gevoelig o r# vijand, dat de kapitein Donleben met hen tot zijn corps terug, handgemeen werd. De lc luitenant Penning TT 11,1 Nieuwland der compagnie, kreeg een schot langs het aangezigt, van zoo nabij, dat het ontvlammend kruid hem zoozeer in de oogen kwetste, dat hij buiten gevecht geraakte, De 15 April 1849 zag die dappere schare Doch de reserve der en tirailleur opgelosteweder voor de, in dien tusschentijd zeer ver- compagnie, onder de luitenants Dickman en sterkte en uitgebreide werken van Djagal Aga 1 Het 13 Bataillon Infanterie, dat zich het vo rige jaar zoo roemrijk onderscheidde, en liet bloed van zoo menigen dapperen vloeijen zag, zou ook nu verder de blijken geven van dien- Prager, dreef spoedig den vijand in verwar ring tenig. Het was Pragers eerste beproeving; met moed stond hij die door. Even moedig vinden wij onzen jeugdigen z lfden moed. van diezelfden trouw, held den volgenden dag, bij de bestorming Het was de onvergetelijke Sorg, die bij van Djagal-Aga, terug. Reeds vroegtijdig had Pamangkat zijnen ridderlijken moed met den de le kolonne post gevat en stond gedeploi- dood bezegelde, welke het bataillon tegen het Bij zijne aankomst in Nederlansch Indië, geplaatst bij het 13 Bataillon Infanterie, mogt P. F. Prager zich al spoedig de genegenheid en vriendschap zijner kameraden verwerven en weldra deed zich de gelegenheid voor, waarbij hij toonen zou, ook hunne achting waardig te zijn. Andermaal moest het trouwelooze Bali ge tuchtigd worden. Den 30 April 1848, ligtte de vloot, welke de troepen naar Bali zoude overvoeren, het anker. Ingedeeld bij de 2 kompagnie, onder het bevel van den beproefden Kapitein Donleben, werd de vriendschapsband tusschen Prager en zijne krijgsmakkers, gedurende den overtogt aan boord van het schip F. A. Falck, nauwer toegehaald Hartelijk was hun omgang, want allen waren vol geestdrift en verwachting. Den 6 Junij ankerde de vloot voor het eenig- zins landwaarts ingelegen Boncoelan. Tot de eerste colonne, onder het bevel van den luitenant-kolonel Suttherland behoo- rende, nam de 2e compagnie, op den 8 Junij, een krachtig deel aan de bestorming en vero vering der meer of min versterkte kampong Boncoelan, ja, kreeg het zoo kwaad met den NOVELLE (10) VAN I» VÖ\ FA *C lilt OW* KI Het was een stille, donkere avond, waarop zij zich klaar maakte om kerkwaarts te gaan. De moeder klopte bescheiden aan de deur om te vragen of zij gereed was. Hèlène zelve had aan haar huisgenooten voorgesteld gezamelijk te gaan. Ter nauwer- nood onderscheidde zij, in de duisternis, de forsche gestalte van de oude vrouw met den zwarten hoofddoek Edlef en zijn vader waren reeds vooruitge gaan. Meili was de laatste die het huis ver- het, zonder de deur te sluiten, een gebruik at 'jog steeds bij de Sylters in zwang is. Helene was meermalen getroffen geworden oor dit bewijs van vertrouwen op de eerlijk eK van anderen Dezen avond vioeg zij aan aar gastvrouw jeerd voor het front der oostelijke redoute 2, waarin de hoofdmagt des vijands ver- no zameld was. Een geruimen tijd doorstond zij daar het verschrikkelijk vuur der redoute. front der Redoute geleidde, om, op hooger last, den vijand aldaar af te leiden, ten einde het omtrekkende le bataillon, in zijne gevaarlijke en moeijelijke taak, te gemoet te komen. Tot De bravo kapitein Donleben moedigde, «ligt vóór de gracht gekomen, zag men cok door voorbeeld en toespraak, zijn jeugdige hier de onmogelijkheid om de werken te gena- krijgsmakkers tot moed en bedaardheid aan. kenvan drie zijden ontving men het De opwekking werkte krachtig op onzen doodelijk vuur; maar zijnen last getrouw, Prager, onversaagd stond hij zijnen kapitein I stonden Sorg en zijne [braven pal, dood en ter zijde. De eerste compagnie moest met levensge vaar, onder een vernielend vuur, over eenige zwakke bamboezen ladders (de mede gevoer de stormladders), de diepe grachten ten wes ten der redoute overtrekken. Zij volbracht die verderf het hoofd biedende. Met opgeheven hand zijne bevelen gevende, trof hem een kogel, boven de pols der hand. Bloedverlies noodzaakte hem zich te verwijde ren. Het was daar, dat onze moedige Prager een moeijelijke taak; hare officieren wezen haar schot in de zijde ontving 't welk hem deed den weg. nederzijgenEen Madureesch fusilier zijner De 2e compagnie moest dc redoute in het kompagnie (de naam van dien brave is mij front bespringen. Reeds was men op de onbekehd gebleven), droeg hem op zijne scliou- contre-escarpe gekomen; onmogelijk was de deren uit liet gevecht, toen een tweede schot beklimming. Daar treft het doodelijk schot den braven, zoo beminden kapitein Donleben, en in den zelfden oogenblik, wordt de linkerhand van Prager, men wil met denzelfden kogel, door boord hem in den hals trof, zijnen moedigen redder verwondde, en hem den heldendood sterven deed. Diep betreurd door zijne hem achtende kameraden, werd hij 's anderen daags, op het eereveld zelf, aan den schoot der aarde we- De ongelukkigen afloop, van dezen aanval, fdergegeven. zoo rijk in daden van moed en zelfopoffering, j Gewis het leger verloor in hem een offi- is, helaas genoeg bekend. cier> die in beide veldtogten, de blijken gaf Prager genas moeijelijk en langzaam in van beradenheid en moed, van wien men do het hospitaal te, Soerabaija en keerde daarna beste verwachtingen koesteren mogt, wiens Is u nog nooit iu huis of' hof iets ont-vindt men er bijna geen, die er zoo gezond vreemd geworden? Neen, nog nooit," antwoordde de moe der, wwat in groote steden misschien noodig is, kennen we hier niet. Winter en zomer slapen wij met ongesloten deuren. Wel is waar, zeide mijn man laatst, dat wij, nu er en opgeruimd uitzien, als wij, die van kinds been af hard moeten werken en noch tal van bedienden noch fijne spijzen, noch fraaie klee- derer- hebben. En als ik dan al die menscheu zie en hoor, dat zij niet slapen kunnen, en dat het eten hun niet smaakt en dat zij ziek zooveel vreemden op het eiland komen, er jen zwak zijn, dan denk ik dikwijls: (/ais do langzamerhand aan moesten gaan denken een slot te koopen voor onze huisdeur, maar tot dusver was dat niet noodig. De Sylters ver dienen wat zij voor hun onderhond noodig hebbenmaar zij stelen het niet meesten van hen flink moesten werken, en,niet zooveel lekkernijen aten, en hun best deden zich zoo nuttig bezig te houden, dat zij geon tijd hadden om zich te vervelen, dan behoef den zij niet hier te komen, om veel geld uit Juist omdat zij zoo weinig noodig heb-te geven en onze eenvoudige zeden en gebrui ben," zeide Hélène ik zou het voor onmoge (ken te bederven."' lijk hebben gehouden, dat menschen zoo wei nig behoeften konden hebben, en daarbij zoo tevreden konden wezen. Zeker, tevredener dan de voorname heeren en dames, die bij ons op het eiland komen," viel de moeder argeloos in, vheel Hélène wilde de moeder in de rede vallen. Haar opvatting scheen hot meisje eenzijdig toe en zij gevoelde er zich een weinig door gekrenkt. Maar zij hadden het kerkje reeds bereikt, dat nauwelijks dien naam verdiende, zoo onaanzienlijk was het tusschen de andere goed kan ik hierover natuurlijk niet oordee- huizen verscholen gebouwtje, waaraan zelfs een len, want ik ben nooit op het vasteland ge- toren ontbrak. weest.; maar onder de mooigekleede, rijke De vader <n Edlef stonden bij een groep lieden, die hier dc baden komen gebruiken, andere maumu voor dj kerkdeur. Hélène zag

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1882 | | pagina 1