ZOINDAG I 5 NOVEMBER. Ao 1882 26ste Jaargang No 1607. &MIKIII» NÏIÜWS-^D^BETENTIE» MKQBÖQWBL&B, ekendmaking. ÏHH- RAGE COURANT. Dit blad verschijnt drie maal per week. Aiaandag TI oensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure worden Advertentiën in het eerstuitkomende nummer geplaatst. Ingezonden stukken een dag vroeger. Prijs per jaar f 3Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 0.05. Advertentiën van een tot vijf regels f 0.75. iedere regel meer f 0.15. Groote let ers worden naar plaatsruimte berekend. p nummer lu;- s-aat uit 2 Maden. KKUOTE Rl.ll), STAATSLOTEBIJ. Burgemeester en Wethouders van Scha gen, brengen ter algemeene kennis, dat, bij resolutie van den Minister van Financiën, dd. 5 Öctober j.1., No. 26, Afd. Registratie, krachtens de daartoe .door den Koning verleende magtiging is vast gesteld, de 311e Staatsloterij, bestaande uit 21000 liten, 10500 prijzen en 2 premiën, overeenkom stig het plan aan gezegde resolutie gehecht. Schagen, 3 November 1882. Burgemeester en Wethouders voorn. G. LANGENBERG. De Secretaris, DENIJS. meerderen zal en lmn komkommertijd voorbij is waarlijk dikwijls eene zeer lastige vraag 1 Cl As 11 VI V f t t /I *1 .1 M 1 r 1 1 I 1 u 1 f. MH n 1 n M n 1 i Mn 1 n A 1 1 is. En niet ten onrechte; 't is hun bestaan. Leden van zanggezelschapjien en redtrij- kersvereenigingen zien zich weer een ruim veld geopend: de tijd is weer daar, waarop ze, bijeenkomen, zich onderling oefenen, ge zellig bijeen zijn, om nu en dan de bewijzen hunner vorderingen te geven in concerten of j Als alle ouders openbare voordrachten en hunnen stad- ofdachtenvan hoe dorpsgenooten daardoor meer dan noegelijken avond te verschaffen. Zoo kunnen de winteravonden gezelligheid aanbrengen buiten de zoowel voor ouders als voor kinderen. Alle rechtgeaarde ouders znllen overtuigd zijndat er geen akeliger, sfchadelijkcr zaak voor hunne kinderen is, dan dat onzalige niets doen. Geen vruchtbaarder moeder voor allerlei verkeerd heden dan het niets doen. dat beseftenals zij be- oneindig veel belang het een ge- later voor hunne kinderen isdat ze in hunne jeugd geleerd hebben en gewoon zijn geweest, .„j..,,,,, zich nuttig bezig te houden, dan zouden ze woning, gelukkig even- voorzeker al hunne krachten vereenigen, om wel zijdie geene vrees voor de lange avon- het niets doen met wortel en tak uit te roeien den in hunne woning behoeven te koesteren, en werkzaamheid te bevorderen. Misschien zullen vele ouders bij 't lezen dezer regelen zeggen„wij sporen onze kin deren altijd aan, om iets te doenwij hebben O Wie werkzaam is van aard, de nijvere huis moeder, die voor hare vlijtige hand altijd iets vindt te doenzij begroeten met eene zekere vreugde die avondendie zoo ruimschoots t ons in dezen niets te verwijten. Handen- \rbcid. Naar aanleiding van bet door den heer G. II. S. ingezonden stuk over Handen-arbeid bericht de redactie genoemden inzender, dat zeer spoedig van de redactie zelve een twee tal stukken zullen verschijnenwaarvan de inhoudnaar zij hoopthem zal aansporen ombij wijze van vervolgeen derde stuk te leveren en daarin den Handen-arbeid nog maals breedvoerig te behandelen. Zoo zal liij, geheel in den geest der redac tie, haar steunen en een middel te meer zijn, om het goede te bevorderen en dringend aan te moedigen. i De Hcductic. gelegenheid geven, om veel te verrichtenI Voor dezulken vliegen ze omdie avonden, die voor menigeen een schrikbeeld zijn. Menig een grijnst het spook der verveling tegen en on ophoudelijk zinnen zij op middelen, om dat spook te vorjagen. Tijdverveling is eene pijn lijke ziekte, waarvoor maar één radikaal ge neesmiddel is, namelijk nuttige bezigheid. \zoek maar wat te doen!" Zie r.oo, nu hebben Lodewijk XV, de bekende koning van Ide ouders aangespoord, maar verder gaan ze Frankrijkdie zich zelden met Staatszaken niet. En zoo zijn er vele oudersdie den bemoeide, had die ziekte van tijdverveling in takt niet hebben, om hunne kinderen te lei- hoogen graad. Op zekeren avond vroeg hij i denhun goeden raad te geven en niet be- algecuwcnde aan een der heeren zijner om geving: hoe laat is het? Het antwoord was: 8 uur Sire! Waarop de ongelukkige vorst Zeer goed, maar we zijn er nog niet. Menig ouder zegt herhaaldelijk: „kind, doe toch wat: waarop dan niet zelden de verzuchting volgt„ik heb niets te doen" gepaard met de vraag: „wat zal ik doen?" En nu 't antwoord der ouders. Zeer dik wijls luidt dit aldus: Och, dat weet ik niet, zoek maar Die lan:;e avouden! p T. De zomer is voorbij en de herfst heeft zijne intrede gedaan. Duidelijk wordt het zichtbaar aan de verbruikle hoeveelheid pe troleum of olie of gas, dat de dagen aan merkelijk korter en bij gevolg de avonden zooveel langer worden. Met zeer verschillende gevoelens wordt herfst of winter tegemoet gezien. Zijdie zich belasten met het houden van publieke ver- "nikelijkhedenzien met genoegen den tijd j "Slibreken-, waarop het aantal bezoekers ver-i smeekeiide uitriep: Och! help me toch! zoek een middel0111 den avond om te krijgen Met andere woordenmaak den tijd voor mij dood Ik vertrouw, dat niemand van ons publiek I worden, aan die ziekte lijdt en 't was ook volstrekt weging niet met het oog op hen, dat. ik boven dit stuk den titel plaatste, üie lange avonden! en nog wel niet een uitroepingstecken. Wel richt ik het woord tot de groote men- sclienmaar ik doe dit met het oog op de kleine menschend i. op de kinderen 't Is toch eene waarheiddat vele kinderen met denkendat kinderenhoe vindingrijk ze ook zijn, behoefte hebben aan de leidende hand van vader of moeder. Eene kleine aanwijzing is dikwijls voldoende. Die verveling, maar al te veel voorkomende, gedurende die lange avondenmoet met alle kracht bestreden, nog beter, moet voorkomen Dat is een punt van ernstige over- voor hendie in den waren zin des woords ouders zijn en 't gewicht van hunne schoone taak beseffen. Helpen wil ik in 't zoeken naar middelen om in die lange avonden kinderen nuttig be zig te doon zijn. Zij, die genegen zijn, mij daarin te helpen, kunnen een nuttig werk doen door hunne de lange winteravonden geen raad weten. Is i aanwijzingenhun raad aan de redactie mede 't schoolwerk afgedaan, dan blijft er nog ge ruime tijd over. Hoe dien te besteden? Dat te doelen. B Y. .'26) Homak van KARL HEIGEL. -Ze schaamt zich och, kom; dat is maar gekheid!" *egt menheer Hahnenkamm met een gezicht als een ®ater „Allons, opgepast op je laatste woord, hoor klei ne meid. Vooruit!" En het meisje treedt op't tooneel, )vant dit is haar plicht niet alleen, 't is ook haar mid del van bestaan. En de muziek speelt, en liet publiek applaudisseert, want die beschroomdheid staat do débu tante allerliefst, en de dubbelzinnigheden werken van ;le rozenlippen dubbel pikant. Heden gaat ze nog met hanen in de oogen achter de coulissen terug maar •aorgen schreit ze niet meer. Viooltjes en reseda Kunnen in zulk een dampkring niet leven. Goed ge- »Pt aP s'u't a"e onzuivere bostanddeelon buiten 1 .us tellen de meeste schouwburgen niet tot dien s,'nV E11 het publiek? Och, kom; loop heen! Hot doelt'18 buiten zijn familiekring, maar de vrouwen en centers komen tot ons. Ge kunt ze uit alle standen, !HL 'net in groot toilet, maar des te prettiger en vroo- dat l ®®®temd, in de loges zien zitten. Ja. 't is i\ aar, inaari maP zÜn vrouw en kinderen thuis laat ;r[Ri Nat doet hij meer uit zucht tot sparen dan uit 1 h°k ten minste n°b' geen enkelen braven j orksnian aangetroffen, die voor een vrykaartje heeft bedankt. Vol is waar zijn er brave lui, die met hen en met u tevreden kunnen zijn? Heen zeg ia: n.r toorn en verontwaardiging over do toenemende licht- j is niemand onder ons, die niet eens nu en dan aan zinnigheden, die men op het tooneel ziet opvoeren, j die koele, stille zetelplaats der muze heeft gedacht, spreken. Maar die pedante lui komen ook niet. al geeft 1 waar de kunstlievende moeder van allen uit eer- men goede stukken. Dat z.yn de gelukkige of ongeluk- baarheid of uit ijverzucht over don tempel de wacht kige menschen met een dikke huid doch zonder eenige houdt en haar beschermelingen op soirèes noodigt om phantasie. Met hen behoeft een tooneeldirecteur geen rekening te houden. Welken smaak het zoogenaamde volk, do arbeider met vereelte handen huldigt, weet ik niet. Volgens hetgeen ik daarvan in gezelschap van pret- en joolmakende jongeren in de publieke tuinen, daar over niets anders dan over Iphigenia's en jonk vrouwen van Orloans te babbelen. Dat zijn de oasen in de woestijn, waarnaar wij met meer of minder dich terlijk gevoel smachten, evenals een kameel naar wa ter. 't Is alleen jammer, dat die oasen gemeenlijk zeer heb gezien, koester ik daarvan geon hooge vorwach- 1 klein zijn! Ik heb het nimmer bijzonder troostrijk ge- ting. En in. de provincie? Geen mensch komt hier in de residentie of hy betaalt Hahnenkamm zijn schat ting. „Men moet zoo iets toch hebben gezien!" Overi gens valt zooals ik reeds gezegd heb aan' de stukken uit ons repertoire ook in de ouderwetscho landstadjis de zege ten doel, en als daar de koorde- danseres met lange rokken optreedt, dan komt dat alleen dat ze geen tricots heeft. Aan den goeden wil om-die 1.uit.sten te dragen, ontbreekt het haar echter niet. ..En nu vraag ik: kan een meisje, die zulk een on dervinding heeft opgedaan, braaf, zedig en bescheiden vonden, als men iemand, die geen cent in de wereld bezit, maar die zyn geld op fatsoenlijke manier zou besteden, toeroept, dat hy moet zien, dat hy de hon derdduizend trekt!" „Bravo! Bravo!" riep juffrouw Freiberg. die thans niet te lui was om eons in do hadden te klappen. „Waar haal je al die invallen van daan? Je moetco- medie schrijven!" „Dat zyn meer dan invallen, mama: 't zijn waarlio- 1 don," wierp Thea haar toe, .Slechts gedeeltelijk." hernam haar broeder. „En uJliuwuf "vu.- zelfs al gaf ik toe, dat al 't geen je daar hebt ver blijven? Ja als ze geen heet bloed, geen hartstoeh-1 kondigd, in alle deelen juist is, blijft nog de vraag ten heeft. Maar een acteur zonder driften, zonder pas- j over, wat je dan dwingt om nog langer aan't tooneel sie is nonsens. Ik vraag maar of wy, die in het leven 1 te blijven als het tooneelleven niets dan glinsterend) met den nek aangezien, ja veracht worden, die in den ellende is?" kur.st van den oogenblikkelyken smaak, van de luim ou \an de beurs des directeurs afhankelijk zijn, met Dat is een zonderlinge vraag! Glinsterende ellende is toch steeds nog beter dan ellende in al haar naakt-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1882 | | pagina 1