Algemeex
A i) v e k t e x t i e-
8 MAAIi i
A I E l w s-
cv sx 1> b o l w b l v d.
Kennisgeving.
Ao 18S3.
J. WIKKEL,
27stc Jaarnanz.
Ao 1653.
Bekendmakingen.
NATIONALE MILITIE.
eerste Ziltiiio van den Militieraad.
Binnenlandse!! IVieuws.
SCHAÏEII
I)it blad verschijnt tweemaal per weck H'oens
dag- en Znturdagacond. Bij inzending tot 's
middags 12 ure, worden Adcertentiën in liet
eeretuitkomend nummer geplaatst.
Ingezonden stukken één dag vroeger.
w
ÜITOE VER:
TE 8CH AGEN",
Laan, Wijk D, No. 5.
Prijs per jaar ƒ3.Franco per post 3.60
Afzonderlijke nummers f 0.05.
Adcertentiën van één tot vijf regels f 0 75
iedere regel meer f 0.15. Groote letters wor»
den naar plaatsruimte berekend.
- -
O F II O F F I G
VOOR DE
Burgemeester en Wethouders van Schaffen
(leiien art 86, 87 en 88 der wet op de Nationale Militie.
Gelet op eeae Missive van den Heer Militie-Commissaris in
dit district van den 26en Februarij 1883.
Brengen ter kennis van de belanghebbenden.
Dat de eerste zitting vin den Militieraad zal worden gehou
den ten Raudbuite te Hoorn, op Dinsdag den 13 Maart
eerstkomende, des morgens te 11 ure.
Dat voor den Militieraad mort verschijnen:
lo. de vrijwilliger voor do Militie;
So. de loteling die vrijstelling verlangt wegens ziekelijke
gesteldheid of gebreken of gemis van de gevorderde lengte;
3o. fly, die voor een loteling als plaatsvervanger of num-
merTerwisselaar verlangt op te treden.
Schagen den 2en Maart 1883.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
G. LANGENIIERG.
De Secretaris,
DENIJS
11 EU ld li.
Burgemeester en Wethouders van Schagen
Gelet op het besluit van Herren Gedeputeerde Staten dezer
provincie van den 10 Januarij 1883, No. 5, (Provinciaal blad
No. 9
Gezien het Koninklijk beslnit van 29 November 1882,
(Stbl No. 119), waarbij is bepaald, dat in het jaar 1883 aan
den herjjk zijn onderworpen, de maten en gewichten.
Brengen ter ken nis van de ingezetenen, dzt die herijk, binnen
deze gemeente, zal plaats hebben voor de gewichten voor fijnere
wegingen, op Zaterdag 17 Maart a. s., des namiddags van 2
tot 1 urevoor de overige maten en gewichten, op Maandag
19 en Dinsdag 20 Maart van des vooroiiddaga 9 tot des na
middags 3 ure, alles in het lokaal „de Beurs" van W. Rogge
veen Cx., wij k K, No. 36, ingang aan de Noordzijde.
Schagen2 Maart 1883,
Bnrgemeester en HethotuWs voornoemd;
G. LANGENBERG
De Secretaris,
denijs.
Zondag, 4 Maart 1.1. gaf de Harmonieka
pel haar eerste concert onder leiding van haren
nieuwen directeur, den lieer Rugers, in de zaal
van den heer C. Kos alhier. Tot opluistering
van het programma was de medewerking toe-
lioman van JOtlAKNES VAN DE HALL.
XI.
Tiende Hoofdstdk.
Toen Luitenant graaf Hancke den vo" geilden morgen
don weg naar Wicelowiec afdraafde, ontmoette hy een
joodwhen venter, die woeklagend by /.yn wagen zat,
midden in de sneeuw.
Vol medelijden bleef de officier staan en vroeg den
oude naar de oorzaak van zijn klagen. Deze zeide,
onder gejammer en vervloekingen, dat booze menschen
het hem hadden aangedaan, zijn maag draaide hem
in zyn ïyf om en zijn hoofd brandde hem als vuur.
„vanwaar komt gij?" vroeg de officier, terwijl lijj
vol medelijden zijn zadeltasch opende.
„V anwaar zou ik komen?Ik hoor te Podyorze
tehuis, genadige heer officier!De Heere Israéls
moge de honden straffen, die mij dit aangedaan heb
ben, mompelde hy.
„Én gij trekt zoo alleen het land door, op uw leef-
tyd en in dit jaargetyde nog bovendien T'
„Wat zal ik beginnen, ik ben eeniarme Jood!
Wie wil er by levendige lyve verhongeren?"
Graaf Hancke had zyn veldflesch uit de tasch geno
men. Hy goot den oude een deel van den inhoud m
de holle hand. - Met gulzigheid slurpte deze den ster
ken wyn op, blykbaar deed dit hem goed. Toen beval
de officier zijn ordonnans, by den zieke te blyven.en
hem te geleiden tot de naaste bewoonde plaats, en
reed toen zelf weg. De Jood keek hem na, en prevel
de eenige woorden van dank.
Doer den Ulaan vergezeld trok het armzalige voer
tuig met den Jood den weg af.
gezegd van eenige stafmuziekanten der Marine,
Schagen's Mannenkoor „Euterpe" en den heer
J. M. Otto, oud-Directeur der Harmoniekapel.
De Harmoniekapel opende het programmalet
de Marsch „Mon Salut a Schagen," gecomponeerd
door den heer Rugers.
Den indruk, dien de Harmoniekapel ons den
geheelao avond heeft gegeven, is dat er flink
gestudeerd! wordt, en wij gelooven dat de Har
monie in den lieer Rugers weder een waardigen
flinken Directeur heeft gekregen.
De heer Lerstikow, die een solo voor fluit
ten beste gaf, toonde een flink technicus te
zijn.
De Zangvereeniging „Euterpe" voldoet ons
altijd en ook dezen avond, te meer nog daar
door omstandigheden ongeveer de helft van het
ledenaantal aanwezig was en het „kleine kud-
deke" de gelegenheid niet voorbij heeft laten
gaan om te toonen, dat men met een goeden
wil en eene flinke leiding, al is men klein, in
aantal, ook iets goeds en schoonsjkan wrochten.
De beide Viool-solo's, door den heer J. M.
Otto ten gehoore gebracht, getuigden opnieuw
van den vasten hand des meesters en streelden
het gehoor, vooral de solo „Groszmütterchen"
blonk uit door lieflijkheid en takt van uitvoe
ring.
Ten slotte werd door de Harmoniekapel ter
eere van haar oud-Directeur, den heer Otto,
een marsch uitgevoerd, gecomponeerd door den
heer Otto, bij gelegenheid van het tien-jarig be
staan der Kapel.
Naar wij vernemen zal den 21sten Maart
aanstaande de Vereeniging tot ontwikkeling van
den Landbouw in Noord--Holland's Noorder
kwartier, alhier in het Noord-Hollandsch Koffi-
huis eene algemeene vergadering houden.
De bodem der gemeente IJselmuiden schijnt
op sommige plaatsen merkwaardige antiquiteiten
te bevatten. Een ingezeten, die verleden jaar
een nieuw perceel betrokken heeft, vond dezer
dagen bij het verplanten van een boom in den
grond200 gave flesschen, welke, volgens
de kenners, onvervalschte Schiedammer tot in
houd hebben gehad.
Te Wijhe bood zich in de vorige week
een loteling aan, die de ontzagwekkende lengte
had van 1,985 M., du-i bijna twee Meter. Hij
was daarbij forsch gebouwd.
Het aan stukken geschoten slot van de poort van
het landgoed Wicelowiec was nog niet hersteld, de
dour stond open, zonder hindernis reed dus de officier
de plaats op en steeg voor het huis uit den zadel.
„Die zullen 'wel groote oogen opzetten!" zeide graaf
Hancke bi) zich zolven, toon een bediende hem mede
deelde, dat de heeren officieren nog sliepen, en hy
volgde dezen in huis.
Toen hy in den gang Piotr ontmoette, liet hy zich
do slaapkamer der officieren wyzon, klopte aan. trad
binnen en schoof de gordijnen weg, dio voor de ramen
hingen. Prins Looz sliep nog zeer vast. Majoor Edler
en von Parschner insgelijks. Nadat graaf Hancke dit
slapende drietal had gadegeslagen, schudde hy prins
Looz aan den arm.
„Hoila! Wakker!" riep hy uit en lachtte om de pot-
sierlyke grimassen van den slaapdronkene.
„SapperlootZyt gy het! Waar is de brand?
hoe laat is het. - Vanwaar komt gy?" vroeg
Prins Looz, terwyi hy zich de oogen wreef.
„Wat? Gy slaapt hier als mormeldieren en laat
een ander het werk doen?. dineert met de schoone da
mes des huizes, danst er duchtig op los, zooals ik hoor,
en dapper chanq>agne gedronken, gy luiaard?"
„Op myn eer! ja dat is waar," bekende de prins,
„vervloekt schoone meisjes, en wat veel zwaren wyn!
Ik heb geslapen als een osSapperloot!
„De Polacken hadden u best kunnen wegvoeren
gy zoudt het niet gemerkt hebben!"
„Slint genoeg!Maar van wat voor werk spreekt
gy, beste graaf?" vroeg de prins geeuwende. „Wees
zoo goed en geef my een sigaar, ik heb nog zulk een
akeligen smaak in myn mond, van den wyn..en
„En van het kussen!.... Haha?"
„Kussen? O, niets van dat alles!"
„Hebt gy dan niet uit de pantoffels der dames ge-
dronken en haar daarna gekust, zooals de echte Pool-
scbe gewoonte is?"
In do Kaag, gemeente Spanbroek, is in
de vorige week, met li cent in den zak, uit
America teruggekeerd een huisvader, die maar
kort geleden goed van geld voorzien derwaarts
w;xs vertrokken.
Te Apeldoorn worden a. s. Vrijdag de in
beslag genomen goederen van Jannetje Struik
publiek verkocht. Men vindt er stukken van
groote waarde onder.
't Blijkt thans, dat de viaduct te Amster
dam, ofschoon geen onmiddellijk gevaar opleve
rende, toch afgebroken zal moeten worden om
den onderbouw te kunnen herstellen.
Een aantal landbouwers in Limburg, die
verleden herfst hun zieke aardappelen onmid-
delijk gaar kookten en met een greintje zout
in tonnen of kuilen stampten en bewaarden,
ondervinden thans, dat die knollen, aldus be
waard, zich maanden lang goed houden en er
vooral op de Limburgsche kleigronden, waarde
ziekte doorgaans hevig woedt, een belangrijke
voorraad voeder op die wijze kan worden ge
conserveerd. Denkelijk zouden op dezelfde
manier duizenden mudden, die door overstroo-
ming hebbon geleden, bewaard kunnen blijven.
Kort, maar in de gevolgen voor den be
trokken persoon hoogst belangrijk, was het
bezoek, dat de gemeente Goes de eer had te
ontvangen van een vrij aanzienlijk persoon,
den heer W. J. Van Schaik, inspecteur of in
genieur bij de Staatsspoorwegen. Genoemde
heer had in sommige winkels bestellingen ge
daan, o. a. van een winterjas, een zoogenaamde
pool; had in een hotel een diner besteld en
gebruikte zijn half fleschje, maar alles op cre-
diet. Wie zou zulk een aanzienlijk man dat
ook weigeren? Op het stationsterrein trad hij
in zijnen qualiteit op, en gaf daar allerlei be
velen, totdat eene informatie per telegraaf aan
het licht bracht, dat hij, die eerst den politie
agent bij het station gezegd had. dat deze zijn
plicht niet deed, eigenlijk bij de politie thuis
hoorde. Per telegraaf vernam men toch, dat de
gewaande inspecteur niemand anders was dan
een weggejaagde weger! Gelukkig kon men de
bestelde goederen terugbekomen, alleen de hotel
houder kon de do< r hem geleverde waren niet
meer in bruikbaren vorm te rag krijgen. De
politie evenwel was van meening, dat men
zooveel beleefdheid wel met eenige beleefdheid
„Onzin!"
.Dan gaat het hier met de goede zoden ook berg
afwaarts. Maar alle scherts ter/.ydoik heb zooovon
over den gang een jonge dame zien voorby zweven,
mot oogen als die eener gazolle en een haartooi
„Misschien een kamermeisje. Monschenkind, wat
hei.t gy toch een licht ontvlambaar hart! Daar
waren gisteren avond geheel anderen, zeg ik u; oon
geluk, dat gy er niet waart,dank u! och,
liu nog een weinig vuur."
De prins stak zyn sigaar aan en nam zyn gemak;
graaf Hancke, mantel en muts afleggende, nam een
stoel en stak insgelyks een sigaar op.
„Dus goed geamuseerd in dit nost, reeds den eer
sten avond?"
„Voortreffelyk! Weet gy, zulk een Poolsch huis
gelykt op een noot met een leelyke schaal, maar over-
heerlyke kern byna te zoet!"
- „En niets bemerkt geen zamonzweerders of der-
gelyken?"
„Niets bizonders, hoewel ik niet beweren wil...
weet gy, graaf, zamenzweerders zyn die lieden hier
allen toch min of meer en vooral de vrouwen
„Maar helaas allen vyandig gezind tegenover ons
niet waar?"
„Wie weetMaar ware vulkanen, wanneer zy
over hunne Pools-die geschiedenissen begonnen te
spreken. De Hemel beware iemand daarvoor! Dan
een zwerm neven en bloedverwanten om zich heen,
die men slechts een geweer in de hand behoeft te
geven. Overigens, oui rechtvaardig te zyn, zyn er
werkelyk verscheidene charmante lieden onder. Alles
leeft hier op grooten voet Wy waren allen ver
baasd over zooveel pracht en zooveel genot!"
„Nu daar gy u dan zoo voortreffelyk hebt ge
amuseerd, zult gy het my zeker niet zoo byzonder
kwalyk nemen, béste wapenbroeder, dat ik in uwe
rechten ben getreden," zeide de graaf diplomatisch en
