Ao 1SS3.
27ste Jaargang.
J>o !C63.
S(
1
AL E 51 E E X
A V E 15 T E X T I E-
donihïiiiiag
tl
A 1 E L 55 S-
L A X I» B O l XV I? L V1),
12 APHIL.
Dit bind verschijnt tweemaal per week II oens
dat/- en Zalurdayavond. Bij inzending tot 's
middags 12 nte, worden Adcertcnticn in het
eerstuitkomend nummer geplaatst.
Ingezonden stukken één dag vroeger.
-AAN-
io pstil ir»nr>.
ii.
Reeds vóór onzen tijd heeft men in zijn
Vaderland (de Staten l lo'land), zijn 'naam en
eer (van Hoiigh de Groot), hersteld door
twee gedenkpenningen, waarvan de eerste aan
de eene zijde zijn borstbeeld en aan de an
dere een koffer vertoont, boven welken de
kronen van Frankrijk en Zweden, ter zijde
het kasteel Loevenstein en eene opgaande zon
met deze woorden: nik verrijd luisterijker na
t ondergaan van harde ram/jen."
De tweede penning vertoont aan de eene
zijde het beeld van de Groot en aan de an
dere zijde een Nederduitsch vers.
En nunu 300 jarenzal het nageslacht
van den beroemdenmaar miskenden man
een standbeeld voor hem oprichten en zijne
nagedachtenis de eer bewijzen die hem rechts
wege toekomt!
Baar n.
P van de Vei.de Mz.
Binnenlandse!) jVieuws.
XXI.
UITGEVER:
j. \\I\KI:L,
T TC SC H A O TC X
Laan, "Wijk D, No. 5.
Prijs per jaar ƒ3.Frar.co per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 0.05.
Adverierdiën van één tot vijf regels f 0 75.
iedere regel meer 0.15. Groote letters wor
den naar plaatsruimte berekend.
Door omstandigheden is het slot van het
hoofdstuk over llugo de Groot, geplaatst in
hel nummer van Zondag l.l. ongeplaatst geble
ven zoodat wij hel hier ter aanvullina doen
volgen. JDc McdactIe.
Sch \gen. Mot veel genoegen hebben wij
verleden Zondag de uitvoering bijgewoond der
Gymnastiek- Schermvereeniging Lycurgus
Al ware de opbrengst niet bestemd geweest
voor een liefdadig doel, toch zou ze door nie
mand betreurd zijn geworden. De nummeis
werden onder leiding der Heeren Roggeveen en
Hoolwerff flink uitgevoerd en deleden gaven blij
ken van vlugheid en spierkracht, die met allen
recht luide toegejuicht werden.
Eene schoone Apotheose sloot de voorstel-
ling en maakte den overgang tot het gewone
Bal.
Dank zij den leden toegebracht voor hunne
TaFd__ZËM~
Roman van J 0 HANNES VAN DE WALL.
Zeventiende Hoofdstuk.
Na een kort onderhoud met zyn zuster en haar
echtgenoot en zonder de vorstin vaarwel gezegd te
hebben, ging graaf Branicz.ki s'morgens om 9 uur naar
de stad, om voorloopig daar te bi(jven. Onder de rede
nen die hem hiertoe bewogen was de vrees geenszins
begrepen. Waarschijnlijk geloofde hij in K ra kim
met beter gevolg te kunnen werken of zich er beter
te kunnen verdedigen; ook viywaarde hij door zijn
vertrek zijne tamilio voor een menigte onbepaalde on
aangenaamheden.
Den dag na deze genoemde gebeurtenissen rolden
nogmaals de wagens den hof van Wieelowiec binnen
en bewogen korporaal Tarcza naar buiten te gaan om
te zien wie er uitstapte.
Met eenige verbazing, bemerkte hijonderde nieuw
aangekomenen een grooten, trotschen officier, in een
vreemdsoortige uniform, die de reispels afdeed voor
bij het huis binnentrad en door Piotre met diepe bui
gingen begroet werd.
B'nrten in de eetzaal stond een opulent ontbijt op
het buffet, de dames ontvingen de gasten en geleidden
hen aan tafel. Men werd dus verwacht.
Het was opvallend, dat de leiden, nog gisteren zoo
gevierde helden heden 6enzaam op hun kamer moes
ten ontbijten en dat geen mensch zich hunner scheen
te herinneren. Do geestdrift was verdoofd, de dames
medewerking, om de nagelaten betrekkingen
der bij de jongste stormen omgekomen Noder-
landsche visschers bij te staan. Wij eindigen
met den wensch, dat het getal leden van
Lycurgus moge toenemen; want wij moesten
bekennen, dat het ons verwonderd heeft, dat
eene gemeente als behagen het getal liefheb
bers voor eene zoo nuttige oefening zoo gering
was.
De zuivere opbrengst der voo' sf el ling
van de Gymnastiek- en Schermvereeniging
Lycurgus alhier 11. Zondag gehouden, ten
bate der nagelaten betrekkingen van de bij
de jongste stormen omgekomen Xederlandsche
Vissers bedraagt f 55,61, na aftrek der on-
vermijdelijkste kosten. Dit bedrag zal aan de
bevoegde commissie ter hand worden gesteld.
De uitslag der gisteren alhier gehouden
verkiezing voor een lid van den gemeen'eraad
voor de vacature D. Keetis als volgt
Uitgebracht ziin 149 geldige stemmen, zoo-
i dat het getal van 75 stemmen de volstrekte
m-eiderheid uitmaakt, en wel op:
Den heer W. Kooij, 77 stemmen.
ir u P. Stroomer 5!) ,t
ii ii K. E. iN'uman, 6 ,i
ii ,i W. Roggeveen Cz:, 5 v
n ,i P. Timmerman Dz: l stem.
,i ,i D. Roggeveen Dz: Sr. 1
Is alzoo tot Lid van den Raad gekozen, de
lieer W. Kooij.
Bij kon. besluit van den 2 is aan den
heer G. C. Hulst, burgemeester van Callantsoog,
wegens het redden van 3 menschen bij gele
genheid der stranding van het stoomschip „Srath-
m >ro", op 4 December 1882, toegekend de zil
veren meialje cn het loffelijk getuigschrift, ii -
gesteld bij kon. besluit van 22 September 1855
en aan T. Brouwer te Petten, R. Lamerre, J.
Zeeman, J. Duit cn F. Kenning te Huisduinen,
die zich mede bij deze redding zeer verdienste
lijk maakten, do bronzen medalje en een loffe
lijk getuigschrift.
Aan 't postkantoor te Amsterdam werd
dezer dagen een brief ontvangen met het een
voudige opschrift:
„Aan niien Soon."
De beambten lieten den brief als onbestel
baar liggen, tot er een paar dagen later een
roodwangige milicien verscheer, die zijn hoofd
keken nu meer naar den officier, een slank Ulaan,
gekleed in den zoo dierbaren oud-Poolschen uniform,
donkerblauw laken met purperen kragen, opslagen en
breodo purperen galons.
Deze vreemd» ling was een zekere Léon de Garczins-
ki, eon heer, die uit het Posensciie stamde en aan de
eersto Poolscho huizen was verwant.
Hj| kwam uit Warschau. fly was daar in het belang
der party werkzaam geweest en had daar zelfs samen
komsten gehad met den geheimen chef der st ad en het
Comité: gisterenavond was hy eerstin Krakauaange
komen.
Zooals hy zeide, kwam hy om zich aan mijnheer
von Bordowski voortestellen als een deraanzienlykste
partygenooten in den omtrek.
De roep, die van hem uitging, daarby nog z.yn
schoone, ridderlyke versihyning, de uniform en zyue
geoefende manieren van een man der wereld, maak
ten een diepen indruk op de dames des huizes. Ditmaal
scheen ook Meta in vuur te geraken, want ook hare
zachte oogon glinsterden levendiger en hingen opmerk
zaam aan des sprekers mond, en haar hart klopte
sneller, wanneer de graaf met lachende lippen vertel
de, hoe het hem gelukt was van Warschau uit mid
den door de Russische troepen hierheen te konten.
Graaf Hancke was afw ezig; hem werd dus de smart
der jaloezie bespaard. Maar graaf Tardowski leed
alle kwellingen der jaloezie, toen hij zag. hoe Mart?,
niedegesïeept door de vei tellingen en de koene, man-
nelyke schoonheid van den graaf, met hare gloeiende
oogen den Ulaan byna \ersloLd, en bem aanstaarde
a'.s ware zy betooverd geiyk de vogel door den slang.
Do vorstin zag er een weinig bleek uit, maar ook
hare oogen vertoefden van t(jd en wjjle vol belang
stelling op den s; reker en eau zachte kreet van bijval
door het loket stak met de vraag: „Hedde ók
en brief van mien Moder?
Vrijdagavond omstreeks half negen, brak
er brand uit in de smederij van Albert Stroet
te Kerkbuurt, gem. Haringcarspel. Het huis
werd bewoond door drie gezinnen; van de in
boedel kon men nog slechts een groot gedeelte
meester worden. Alles was tegen brandschado
verzekerd. Oorzaak tot nog toe onbekend.
-- Bij eene, deze week te Zwolle gehouden
publieke verkooping ten huizo eener uitgestor
ven familie is betaald voor een op linnen .ge
schilderd kamerbehangselhenevens een gesneden
eikenhouten schoorsteenmantel met een poitret
van Louis XIV f 72U, voor een antiek ingelegd
buffet f 480 en voor twee porceleinen groepjes,
zijnde allegorischs voorstellingen van winter en
zomer f 380. Het behangsel werd aangekocht
voor een Amerikaan. Do andtro voorwerpen
zijn door Zwollenaren gekocht.
Een 22jarig werkman, zekere de W., had
I het Zion zijner wenschen bereikt, toen hij te
Amsterdam door voorspraak van derden, werd
gei laatst aan de Wester-Suikerrafïinaderij. Nu
konden spoedig ook zijne huwelijksplannen ver
wezenlijkt worden. Zondag 11. do eerste dag al
daar werkzaam, had hij het ongeluk tusscheu
de machine beklemd to geraken en zoo te wor
den verminkt, dat hij in deerniswaardigen toe
stand naar het gasthuis werd vervoerd. Zijn
meisje, verwonderd dat haar aanstaande echt
genoot haar niet van de boot was komen halen,
kwam bij de familie alwaar zij do vreeselijko
tijding van het gebeurdo moest hooren.
Drie jongelieden to Rotterdam, namen de
zer dagen hun introk in het Adlers-hötelzij be
stelden een fijn diner en hadden binnen enkele
uren een vertering gemaakt van f 25. Toen
echter de tijd van betalen naderde, trachtten
zij in stilte het hotel te ruimen. Twee hunner
slaagden, maar de derde werd nog intijds tegen
gehouden, zoodat hij ook voor zijne voorvluch-
tige makkers het gelag moest betalen.
Voor de ongelukkigen te Paesensen Mod
dergat is reeds meer dan een halve ton bijeen
gebracht. Opmerkelijk is het dat vooral in do
Friesche dorpen zelfs de armste nienschen hun
bijdragen komen offeren. Meermalen komt het
voor dat zelfs bedeelden uit het armhuis vragen
of 7.ij voor ditmaal hun snoepcenten mogen af
staan. Zooveel menschlievendheid bij zooveel
nood is ongetwijfeld een gunstig verschijnsel.
Wie niet sterk is moet slim zijn. Z5o
of van verbazing ontsnapte nu en dan aan hare lippen.
Naderhand had er eono beraadslaging onder do man
nen plaats; en toonde hen mynhoer von Garczinski
brieven voor von Bobrowski en Kulikowski; en een
zoogenaamde revolutie-pa-:, welke] hem by de Krakauer
vrienden accrediteerde. Hy sprak moedig en bedaard,
in do gemoederen der licht bewegolyke toehoorders,
kwam een geheel andere wending; men omarmde hem
en drukte hem do handen als een broeder, zonder dat
een van hen hem beter kende of hem vroeger ooit
in zijn leven had ontmoet. De vreemde gaf ook goe
den raad: Alles kwam er op aan, verzekerdo hy, Eu
ropa te doen gelooven dat de opstand eene algemeene,
eene nationale was, opdat men de Europeesche diplo
maten daardoor zou dringen, van het briefsehryven
eindelijk tot bandelen over to gaan. Do stemming,
namenlyk in Engeland en Frankryk, was bepaald gun
stig. Voor alle dingen moest men ook beproeven be
kwame vreemde officieren in dienst te krygen, dat
zou do glorie vermeerderen en het grootste gebrek
„van het leger" verhelpen; hiernaar moest meu
streven met alle middelen der overreding.
Zyn woorden vonden Ievendigen byval. Men sprak
nu over de gewonden. Do Ulaan hief het hoofd open
verlangde ze te zien.
De poolsche ruiter en de belgische student, sprongen
een weinig verrast van hunne sopha's op, toen de
hoope officier by hen binnentrad.
„XVie zijt gy wat doet gy hier?" vroeg hg hen;
zonder af te wachten, wat zy misschien zouden ant
woorden, ging hij voort: „waarzi,tgy gewond gemakt?
Laat zien, wat scheelt u?"
Zeer traag gehoorzaamden de gewonden, vooral de
barbier, die aan de rechter zyde van het achterhoofd
en geduchten sabelhouw had.