en dan wordt er een kwinkslag ten beste
gegeven en met gelach beantwoord.
Wat verder zien we mannen met blootevoeten
in den drassigen grond staan; ze vragen niet,
of dat water koud is, ze gaan door met gra
ven en spitten en volbrengen lnin werk.
Doen ze dat gedwongenIs dat Slaven
werk, waarbij een opziener, met zweep of
touw gewapend, hen onophoudelijk tot harder
en harder werken aandrijft?
Daar nadert het rustuur.
"Van uit de stad komen vele vrouwen, be
laden met de noodige levensmiddelen. Een
voudig is dat ontbijt. Met brood wordt uit
den bundel voor den dag gehaald, het keteltje
koffie is niet vergeten en zoo ziet men daar
waarlijk een niet onaardig en schilderachtig
tooneeltje, dat alweer niet getuigt van onte
vredenheid of tegenzin in den arbeid.
Daar wordt gegeten, gepraat en gelachen
en is de tijd om, dan worden handen en voeten
weer in beweging gebrachtde vrouwen keeren
weer stadwaarts en de mannen hervatten hun
werk; zoo gaat het tot den middag en tot den
avond. Brandt de zon den geheelen dag en
inaakt zij 't gelaat bruin en verbranden doet
er de zweetdroppels op te voorschijn komen,
of is de hemel minder vroolijk en zenden de
wolken stroomen van water neêr, 't werk gaat
zoo lang mogelijk door: tot dat de avond valt
en 't rustuur aanvangt.
Zoo gaat het van Maandag morgen tot Zater
dag avond. Maar met dien Zaterdag avond
komt ook de belooning voor al dat zwoegen
en zweeten en werken. Dan heeft de uitbetaling
plaats van 't verdiende loon.
Daar is dus evenredigheid tusschen geven
en ontvangen; kracht, inspanning van 't lichaam
wordt gegeven en daarvoor loon ontvangen.
Willekeurig? Neen! Het loon is vooraf be
dongen. Men weet vooraf, hoeveel men zal
ontvangen en is dit in 't oog van dezen of
genen niet voldoende dan kan hij weigeren,
om daarvoor zijne krachten te geven.
Er is dus geen sprake, om niet dit loon,
dat hem uitbetaald wordt, niet tevreden te zijn.
Nu is maar de groote vraag, waarop alles
aankomt, hoe er met dit verdiende loon wordt
omgesprongen; op die vraag zijn dood eenvou
dig twee antwoorden te geven. We willen
daartoe aannemen twee verschillende huishou
dingen. In de eerste komt de man Zaterdags
avonds met zijn verdiende loon te buis. Wan
neer daar een goede, gewenschte geest heerscht,
dan zal de man het niet geheel voor zich zel-
ven behouden, noch de vrouw het geheel voor
zich begeeren, maar men zal in behoorlijke
overeenstemming nagaan, wat daarvan eerst
moet weggelegd worden voor de dagelijksclie
behoeftenmet andere woorden, wat er moet
betaald worden bij bakker enz. opdat men
bij zulke leveranciers niet in 't krijt staat,
opdat er geen schuld komt en men vooral
een vrij man blijft. Er moet dus gerekend
worden. Ochdaarvoor is zooveel geleerdheid
niet noodig. Die berekening is eenvoudig ge
noeg. 't Is alleen de toepassing van de kunst,
om de tering naar de nering te zetten.
Wanneer dan nu door man en vrouw be
hoorlijk is nagegaan en opgemaakt, wat er
van de verdiende penningen af moet, weet
men tevens, wat er voor de week, die voor
hen ligt, nog overblijft. Door de berekening
komt men tot overleg, door overleg tot zuinig
heid en spaarzaamheid en hierdoor tot wel
vaart. Dat is de geleidelijke opklimming.
Maar tot klimmen is noodig moed en kracht
en tijd en volharding. Dat zijn de faktoren,
zonder welke men begint te stijgen, een weir.if
boven den grond komt, maar ook daarna stil
staat en weder zakt, nogmaals begint, ander
maal zakt en eindelijk geheel in de laagte blijft.
De tweede huishouding is natuurlijker wijze
vail een geheel anderen aard, en wordt, helaas
maar te dikwijls aangetroffen.
Doetinchem, P. van de Velde. Mz.
S$ in n en landsch N ie uws
Tot lid van den Gemeenteraad van Bar-
singerhorn c. a., in plaats voor den Heer
J. Spaans Jr., is gekozen de Heer J. Hoekstra.
Woensdag 17 September had te Kolhorn
in den kolfbaan van den heer Kist de gebruike
lijke Kolf- en Billardwedstrijd plaats. Aan de
Kolfpartij namen 27 liefhebbers deel. In het
geheel werd 192 keer uitgeslagen. De prijs,
een fraaie regulateur werd gewonnen door
den heer Cornelis Bood Jz. van Kolhorn,
terwijl de premie f 10 in contanten gewonnen
werd door den heer Jan Kater van de Meeldijk.
Bij den Billardwedstrijd werd de prijs f 9,
gewonnen door den heer Ariën de YY itt, de
le premie f 5 door den heer Arie Kist van
Langendijk, en de 2e premie f 2.50 door den
heer Pieter Pool Pz. van Kolhorn. Aan dezen
wedstrijd werd door 22 man deelgenomen.
Het regenachtige gure weder van voor
eenigen tijd, is ook voor Waard en Groetpolder,
met het oog op de varkens-cultuur van na-
deeligen invloed geweest. Eene menigte dezer
dieren zijn aan de zoo gevreesde varkensziekte
overleden. Het best nog zijn die houders
er aan toe, welke oogenblikkelijk tot slachting
of verkoop overgingen, bij de eerste weigering
der dieren om te drinken.
Men wil te Alkmaar een Vereeniging
voor de haringvangst oprichten, die niet acht
bommen zal beginnen te visschen.
Een landbouwer op Tessel die in het
bezit was van 111 jonge kippen, heeft er 110
verloren doordien de ratten de diertjes ver
slonden. Ook het overblijvende kipje is aan
den poot gewond.
In het vorig jaar werden bij denzelfden
landbouwer 50 kuikens door de varkens op
gepeuzeld,
Een 45-jarige gehuwde vrouw, moeder
van veertien kinderen, waarvan er tien in leven
zijn en het jongste 16 maanden telt, heeft
dezer dagen de gemeenschappelijke woning te
Deventer verlaten, vermoedelijk in gezelschap
van den beminde harer dochter, medenemende,
behalve de noodige kleedingstukken, eene som
van f 300, eene maand te voren plichtmatig
bij de Spaarbank opgezegd.
Men neemt toch somtijds zijn toevlucht
tot zonderlinge middelen om te behouden wat
ons lief is. Zoo kunnen de gemeentenaren ge
hecht raken aan den leermeester hunner jeugd
en dat zij dezen dan noode zien vertrekken is
alleszins te verklaren. Zoo gebeurde het dezer
dagen in een Drentsche gemeente dat het
hoofd der openbare school aldaar had gedon
gen naar gelijke betrekking op een andere
plaats. Hij kwam op het drietal en werd be
noemd. Om hem tot blijven te bewegen, trok
ken de boeren meteen vet varken
naar zijne woning. De man hield het varken
en de boeren houden nu hun meester.
Dezer dagen werd in den Jordaan te
Amsterdam met een inteekenlijst rondgegaan
om eenige personen af te ranselen, die een
groenboer hadden mishandeld. De ondertee
kenaars verbonden zich daartoe door hun
namen op de lijst te plaatsen. De vredeliet.
de groenboer dankte voor de eer, en het
heime genootschap werd ontbonden.
CDe lijd.)
Omtrent de ongunstige berichten onita
den gezondheidstoestad van Z. M. 0j[
Koning, is hel zeker niet overbodig te verrM
den wat dienaangaande uit het Loo aanL
R. N. wordt gemeld:
Z. M. wandelt bijna dagelijks, niet siert*,
in het Park, maar ook langs den publiek
weg door het dorp, gearmd met de Koning,
of wel met zijne gasten en de Koning hp
zelf de plannen voor een aanstaande gro*
jacht geregeld. Z. M. ziet naar ons I*.
richt verzekert er uitstekend uit en sch is
van geen vermoeienis te weten; de klei»
prinses is met hare gouvernante nagenoeg i,
geheelen dag op de been en heeft vooral ver.
maak wanneer de openbare school van mees'*
Ravenhorst uitgaat en de kinderen meerendedj
op hunne klompjes, onder luid getier, i;
buiten stormen om te spelen, nuffig is t
kleine niet, men ziet het baar aan, d« zij
graag zou meespelen als zij het maar durfdt
vragen. Tegen een te groole intimiteit waak
echter de gouvernante.
Èi lülen landsch TV ie uws.
BELG-IE^
Brussel, 17 September. De avond was
hier heden vrij onstuimig. Verscheidea
groepen, een duizendtal personen sterk, dooi.
kruisten de voornaamste wijken der stad,
fluitende, schreeuwende en de Marse>llait
zingende. Zij hielden vooral stand voor hs
koninklijk paleis en de bureelen van htt
katholieke blad Le Patriole. De politie moes
tusschen beide komen, om ze uiteen te jagen
Brussel, 18 September. De Chronique
zegt, dat de benden gisteravond den Koning
uitjouwden en leve de republiek riepen.
HDTTITS O HL AA 2STO-
Berlijn, 17 September. Keizer Wilheic,
prins Bismark, grootvorst Michael en zijne
zonen zijn hedenavond in goeden welstand hier
aangekomen. Volgens de tot nu toe genomen
schikkingen zal de Keizer morgenochtend te
7 uur naar Beurath (Rijnprovincie) vertrekken.
Grootvorst Michael zet met zijne z.ouev
onmiddelijk de reis naar Amsterdam voort.
Madrid, 18 September. De Gacete meldt,
dat gisteren twaalf personen in de provincie
Alicante aan cholera zijn overleden. Uit Cata-
lonië ontbreken de berichten.
ITALIË-
Romf., 16 September. Gisteren zijn in
Italië 613 gevallen van cholera voorgekomen,
waarvan 351 met doodelijken afloop. Te Napels
stierven op dit aantal 283, te Spezzia 6. le
Rome werd geen enkel geval bekend.
Rome, 17 September. Gisteren stierven
in Italië 325 personen aan cholera, waarvan
265 te Napels en 11 te Spezzia.
Rome, 18 September. Gisteren zijn ia
Italië 357 personen aan cholera overleden,
waarvan 288 te Napels en 10 te Spezzia. fleu
verdacht geval is te Rome voorgekomen.
Voor dat de koning van Italië Zonda?
Napels verliet, heeft hij een bezoek van den
aartsbisschop ontvangen, dat ongeveer een uur
duurde. Uit Italië en het buitenland heeft de
koning meer dan honderd telegrammen is®
deelneming ontvangen in de ramp, welke i>ape s
treft. Het verzoek van den minister Depretis
aan den prefect van Rome om elke demo»*;
stratie bij aankomst van den koning tc s
komen, heeft niet veel geholpen. Eerst
den koning op zijn reis van Napels naar K°u
aan alle groote stations levendige ovaties r
bracht, hetgeen ook te Napels, toen dek^"^
naar het station reed, het geval was. la
vereenigingen hadden zich met hare 'janf, ea
in de straten en aan het station opgestL 1
herhaaldelijk werden de kreten: e -
Y'ader des VaderlandslLeve het huis van t-au)I e)J
gehoord. De koning dankte diep bewogen
groette naar alle kanten. De minister MaU TB
bleef te Napels. D
Bij de aankomst te Rome was eveneens
groote menigte aan hel station bijeen en
den verschillende muziekgezelschappen
nationale volkslied. De koning, die in^.g(e
was, bereikte met moeite door de me
het salon en vertoonde zich op uitdnu"
verlangen op het balcon. Na een koi t m
houd zette hij de reis naar Florence
«n het was diens plicht hen te begroeten. Hij vond
onder de beeren geen enkelen nader bekende. Toni
was door verscheidene dames omringd, en boe verlan
gend zijn blik ook tot baar vloog, zoo moest bij toch
zijn belofte houden, zijn hart niet te verraden.
Hij ging nu naar den schilder Kalinka en den
luitenant von Tilly, die bij beidon kende.
„Ah, mijnbeer ds referendaris, bet \erheugt mij,
u hier aan te treffen,riep de schilder uit met een
half lachend en half ernstig gelaat, dat de werkelijke
meening van den spreker nooit verried.
De luitenant groette hem tamelijk koel.
„Mijnheer de referendaris," riep hjj met een sterken
neusklank, „wie heeft eigenlijk het ariikel over het
laatste rennen in uw blad geschreven?"
„In mijn bladherhaalde Hermann halm lachende.
„Ik bezit geen blad."
„Ik meen het blad van mijnheer uw vader."
Herman baalde de sehoudeis op.
„Ik betreur het, u geen inlichtingen te kunnen
geven," antwoordde hij.
„Ah zoo! Ik dacht, dat gij bet wist!" merkte
Tilly aan en keerde hem den rug toa.
„Tilly, gij ergert u over bet artikel, omdat gij er
in berispt wordt, dat gij uw Sabine hebt doodgeschoten,"
zoide de schilder.
„Ergeren?" riep do luitenant uit. „Bespottelijk!
Wat in zulk een artikel staat kan mij tiiet ergeren
Het gaat boeendien niemand aan, wanneer ik mijn
paard doodschiet!"
„Ik heb bet bericht over do ie nen niet gelezen,"
zeide Ilermann, „maar ik geef u volkomen gelijk,
dit gij de vrije beschikking hebt over uw eigendom
en het paard was uw eigendom?"
Tilly keerde zich haastig tot dpn spreker en keek
hem onderzoekend aan. Hij scheen zich er van te
wilieu overtuigen, of de woorden ernstig gemeend
waren.
Hermann's oog ontving zijn blik op kalme wijze.|
„Ik zal mij in mijn r«.chten ook nimmer en door
niemand laten bekoitenl* riep Tilly. „Maar zooals
gezegd is, wat er geschreven weidt, boezemt mij
weinig belang in. Bespottelijk!"
„Ontken niet, dat de bladen op de openbare
meening een zeer grooten invloed uitoefenen," merkte
Kalinka op. „Wij allen staan onder hun toezicht."
De luitenant wierp het hoofd uitdagend in de hoogte;
hjj scheen over de couranten te willen uitvaren, doch
juist werd het teeken gegeven, aan talel te gaan. Hij
veigenoegde zich derhalve met het wooiü „Be
spottelijk 1"
Wordt Vervolgd.