A l> V E R T E X T I I - Ao iSSA. 2Sstc Jaargang. JE isig Algemeen DOADERDAG T W N 1 E E W S- &Landbou W BLAD. SnoCTOBER." J. WINKEL, PATENTEN. INKWARTIERING. TE SCHAGEN) Gemeente Scha gen. Bekendmakingen. PATENTEN. II innenlandsch 1\ ieuws - SC Dit blad verschijnt tweemaal per week Woens- dcuj- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's piiddngs 12 ure, worden Advertentie» in het ^erstuitkomend nummer geplaatst. Ingezonden stukken één dasc vroeger UITGEVER: Laan, Wijk D, No. 5. Prijs per jaar/3.Franco per post /3.60 Afzonderlijke nummers 0.05. Advertentiën van één tot vijf regels 0 75. iedere regel meer f 0.15. Groote letters wor den naar plaatsruimte berekend. De Burgemeester van Schagen brengt ter algemeene kennis dat de patenten, aangevraagd in de maand Mei j.1. tot uitoefening der beroepen van tapper, slijter in wijnen, sterke dranken en bieren en koffiebuishouder voor bet dienstjaar 1884j85, onder overlegging van het aanslagbillot, waaruit voldoening der helft van den aanslag blijkt, ter gemeeentosecretarie door belang hebbenden kunnen worden afgehaald, op allo werkdagen des voor middags van 9 tot 12 ure. Schagen, den 16en September 1884. De Burgemeester a. i. voornoemd. C. DE PATER, Wetkr. Do Burgemeester van Schagen brengt ter algemeene hennis, dat de patenten, aangevraagd in de maand Mei j. 1. voor het dienstjaar 1884j85, ter gemeente secretarie kunnen worden afgehaald, van at Zaterdag den 20en September tot en met Vrijdag den 3en October a. s., des voormiddags van 9 tot 12 ure;de vallende Zondagen uitgezonderd. fcicliagen, den 19en September 1884 De Burgemeestei voornoemd, LAK GEN BERG. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen ter kennis van belanghebbenden, dat zij, die gelegenheid wenschen te verkrijgen tot afvoer van hunne erven van hemel- en ander waterin de riolen Roman van Friedrich Friedrich. (8.) VI. „Albrecht, wanneer gij met mij spreekt, moet ik 11 gelijk geven, en hoor ik Feodoor, dan kan ik hem tiet tegenspreken. Hij klaagde voor eenigen tijd er "er, dat gij in uw blad een heftig artikel hadt geschreven tegen den militairen stand, en ik begrijp, "lat het hem dubbel smartelijk moet aandoen, omdat bet door zijn broeder geschreven is." „Niet tegen den militairen stand heb ik geschreven, Daar tegen deal te groote aanspraken die door hem gemaakt worden, tegen zijn overschatting van eigen baarde en de bevoorrechte positie, die hij in den Maat tiacht in te nemen. Ik heb eenvoudig uitge broken, dat de militaire stand alleen bestond ter Verdediging van het land, maar dat het land het ïware juk, dat hem was opgelegd, op den duur niet Jeu kunnen verdragen, dat Let onder de militaire jeerscliappij verarmen moest. Ik heb de tractementen 'kt officieren met die der staatsambtenaren onderling 'ergeleken en heb afgekeurd, dat de militaire stand boven den burgerstand verheft, dat hij poogt staat in den slaat te zijn. Dat is mijDe ovor- 'sigirig; moet ik die wijzigen, omdat mijn broeder tot I l*n militairen stand behoort Ook Hermann is offi- Cer- hij is het met toewijding, en ik zal mij er in ''"beugen, wanneer hij zijn vaderland ooit een dienst ■lijzen kan." «Ik heb hem gezegd, dat uw artikelen niet tegen persoonlijk gericht waren." jbat waren ze ook niet." >"'j antwoordde mij daarop, dat, wat tegen zijn n'' gericht was ook hem persoonlijk trof." jj, oeder, hij begrijpt mij niet, evenals ik ook hem niet begrijpen kan," antwoordde Rüliug „De dpunten tusschen ons zullen wel nimmer uit den I Wfe,2'^n te- ruimen i bk verlang dit ook niet, ik vraag Co achting van den tegenstander, die zijn meening fV„T°"e ovei"tuigiug verdedigt. Nu, laat ons daarover het was mijn plan niet, dtze lange verklaring i te lokken." ben ik u er dankbaar voor," antwoordde ^aar zoon band toesiak. ir.„Ntr?)aQU zal in de eerste dagen u ziju verloofde fcgt" 6n' k®* mÜ slechts weten, waLLtcr Let u 'bik uur.'1 :t welke zullen worden geleyd in de Heerenstraat, en in de te dempen slooten achter- en in de Nieuustrant, zich bij den opzichter der gemeentewerken, den heer C. N. Vlaming hebben to vervoegen, tot hot be komen van inlichtingen, omtrent de voorwaarden waarop de vergunning tot dien afvoer zal worden ver leend vóór den Zen October a. s. Het daarna aan Burgemeester en Wethouders infe- dienen verzoek, moet de verklaring inhouden dat adres santen den afvoer in de riolen verlangen overeenkomstig de hun door den gemeente-opzichter medegedeelde voorwaarden, en zijn ingezonden vóór 6 October e, k. Schapen, den 26 September 1884. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G LAKGENBERG, de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Schagen; brengen ter kennis van de Ingezetenen dat de LIJST betrekkelijk de INKWARTIERING, bedoeld bij Art. 17 der Wet \an 14 September 1866, fStaatsbl. no-138) is vastgesteld en ter voldoening aan evengemeld Wetsartikel, gedurendo 14 dagen voor een elk ter inzage aan het Raadhuis is nedergelegd, en alzoo van af beden tot den Hen October a. s. Wordende tevens ter kennis gebracht dat zij die tegen gemeldo Lijst bezwaren hebben in te brengen, zulks schrittelijk bebooren te doen aan Burgemeester en Wethouders, binnen 14 dagen na het einde der ter visielegging en alzoo vóór den 27en October 1884. Schagen, den 30en September 1884. Burgemeester en Wethouders voorn., LANüENBERG. de Secretaris, DENIJS. „Kan ik niets voor u doen Hebt gij niet den een of andereD wenscb? „Neen, neen, gij doet reeds te veel voor uwe oude moeder," zeide de weduwe afwerend. Ruling kuste haar op het voorhoofd en verliet haar. Hij was kalmer geworden. Zij was altijd zijn goede geest geweest. Toen zijn bloed nog hartstochtelijker vloeide, had hij dikwijls zich zeiven afgevraagd, wat zal uwe moeder er van zeggen? Hij deed veel voor haar en verhinderde zooveel mogelijk, dat zorgen haar het leven verbitterden; het verheugde hem. dat hij alleen voor haar kon zorgen, want de omstandigheden veroorloofden zijn broeder niet» iets dergelijks te doen. Hij zou zijn moeder gaarne bij zich in huis genomen hebben, maar uit kieschheid jegens zijn broeder had hij dit niet gedaan, daar hij den schjjn niet op zich willen laden alsof hij trachtte hem van zijne moeder te vervreemden. Persoonlijk was zijn broeder hem ieder jaar meer vreemd geworden, en niet alleen door geestelijke verschillen, niet door het vooroordeel van zijn stand, maar voor alles door den invloed zijner vrouw. Feodoor's echtgenoote behoorde tot een oud adellijk geslacht, en was trotsch op haar naam en op den stand vau haar man. Feodoor had met den loop der jaren een deel der denkbeelden zijner vrouw overge- genomen. Misschien was hij zicbzelven dit niet bewust. Om niet hare wenschen tegen te werken, had hij met do familie v an zijn broeder geen omgang meer gehouden. Albrecht had evenals zijn zoon in derechten gestudeerd eu de dochter van een eenvoudigeu boekdrukker gehuwd, aan wien de courant behoorde, die nn zijn eigendom was. Het blad had toen slechts een geringo oplaag en oefende weinig invloed uit. Door zijn rustelooze werkzaamheid, zijn bekwaamheid en voor alles door zijn onwrikbarojrechtvaardigheid had hij het blad tot de hoogte opgewerkt, waarop het nu stond. Hij was daardoor een rijk man geworden, maar dit was niet zijn streven geweest; hij had alleen zijn overtuiging veld doen winnen en waarheid en recht willen dienen. Toen hij zich nn naar huis begaf, riep hij nog eens het onderhoud met zijn moeder voor zijn geest terug en verheugde er zich over, dat zij tevreden was met het jonge meisje, dat hij haar als voorlezeres had aanbevolen- Marie Soltau was de dochter van zijn ouden cor rector, dio hem zeer veel jaren trouw had gediend. Hij had haar iceds als klein kird gekend, toen zij bij haar vader in het kleine en enge cortigiei- kamcitje was gekomen. Schagen. Dinsdagavond had alhier in de afdeeling Schagen, de feestelijke herdenking plaats, van het 100-jarig bestaan der Maat schappij tot Nut van het Algemeen. Een gelukkige gedachte is het geweest van het Bestuur van dit Departement de verschillende corporatiën uit deze plaats uit te noodigeu dezen avond te helpen maken tut een waren feestavond. De feestrede, gehouden door den lieer Slangen, was gedeeltelijk een beknopt en in een behaaglijk kleed gestoken verslag vau het 100-jarig Jubileum der Maatschappij te Amsterdam gehouden, gedeeltelijk een betoog voor het recht van voortbestaan der Maat schappij. liet glanspunt van den avond was echter het feit dat aan D. Ivood, vanwege de Maat schappij de Zilveren Medaille werd aangebo den voor 50-jarigeu trouwen dienst bij de familie Stammes. Van wege het departement werd hem boven dien nog onder bartel ij ken toespraak vau den voorzitter een diploma overhandigd waarop dit feit eervol vermeld werd. Waarlijk zulk een feit is ten volle gerechtigd om feestelijk herdacht te worden en voor D. llood zei ven moet de openlijke erkenning Zijn herinnering bracht hem eenige jaren terug. In den beginne had hij zelve de correctie nagezien en dikwijls tot laat in den nacht gearbeid; toen hij dagfna Mario's vader als corrector had aangenomen, was zijn blad reeds beter geworden, en do zorgen, dib hem zoo menigen nacht hadden wakker gehouden, waren met ieder jaar minder geworden. Eu toch dacht hij juist gaarne aan dezen tijd van worstelen eu werken, want die was tevens lijk aan vteugdo en geluk geweest. V. Terzelfden tijd ongeveer trad de luitenant von Tilly het atelier binnen van den schilder Kalinka. Het was een groot en hoog vertrok, op een tamelijk opvallend, doch kuustenaars-achtigH wijzo versierd. Wie nooit het atelier van een schilder heeft betreden, zou op het eerste gezicht allicht den indruk kunnen krijgen> alsof bij geland was in den winkel\an een uitdrager; aan de wanden hingen schilderijen met eu zonder, lijsten, oude wapeus eu uitrustingen. Daar tussetien hing zoo ongegeneerd mogelijk oen jas vau den schilder, bijzondere schab-1» eu stoelen stonden rondom, en voor een lange, harde cauapee, waarop plaats was voor een geheel liuizgezin, bevond zich een tafel, die door ieder ander mensch reeds lang bij den waardeloozen en oubruikbaren rommel zou zijn ge worpen. In de nabijheid van het groote venster stond een schildersezel, waarop een portret stond- De op een dichtbij staande stool gelegen penseelen, kleureu eu paletten verrieden, dat hel portret nog niet afgewerkt was. Toen Tilly de kamer binnentrad, vond hij den schilder nog niet aan den arbeid, maar deze lag op de lange canapé en scheen bezig het vertrek met rookwolken fe vullen. Een blauwachtige nevel ont hulde alle voorwerpen. Kalinka sprong schielijk op, toen bij Tilly zag. „Ah, Tilly!" riep nij uit. „Waarachtig, ik dacht juist aan u." De luitenant scheen in een zeer kwaden luim te zijn, want hij wierp nauwelijks een blik ter zijde. Be-poitclijk. De referendaris die die lange slungel, is waarachtig met haar verloofd 1" riop bii. „Met wie vroeg de schilder schijnbaar ten hoogste verwonderd, ofschoon hij de woerden van den luiteuant zeer goed had gehoord. „Met haar met de dochter van den handelsraad." „Hoe weet gij dat?" „Van den oude ik was van morgen bjj hem bij zelve heeft het mij gezegd. „Tilly, hoe is het mogelijk f" riep Kalinka uit.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1884 | | pagina 1