A L C. E 51 E E X
V 1) V E 11T E X T E K -
DOADERDAG
U» ft
om m
18 DECEMBER
2Sste Jaargang.
NATIONALE MILITIE.
Nieu w s-
L A X B O U U B L A 1),
Ao 1884.
Gemeente Sc hogen.
Bekendmaking.
J. WINKEL,
TE SCHAGEN,
Laan, Wijk D,' No. 5.
Marktwezen.
SCHAGER
Dit blad verschijnt tweemaal per week Jf'oens-
acuj- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's
middags 12 ure, worden Advertentie» in het
eerstuitkomend nummer geplaatst.
Ingezonden stukken één da? vroeger.
OPROEPING
tot de inschrijving voor het jaar 1885, volgens do
Wet van 19 Augustus 1861, (Staatsblad Ho. 72,)
Burgemeester en "Wethouders van Schogen, gelét
hebbende op het bepaalde bij artikel 19 der wet op
de Nationale Militie Van 19 Augustus 1861 (Staats
blad No. 72), herinneren bij deze de belanghebbende
Ingezetenen, aan hunne verplichting tot het doen van
aangifte voor den dienst bij do Nationale Militie, met
verwijzing naar het bepaalde bij de Artikelen 15 en
20, alsmede 16, 17 en 18 der Wet, luidende!
Art. 15. Jaarlijks worden voor de Militie ing«schre-
ven alle mannelijke ingezetenen, die Op den eersten
Januari van het jaar hun 19de jaar waren ingetreden.
Voor ingezeten wordt gehouden
lo. Hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens
moeder, of, zijn beiden overleden, wiens voogd
ingezeten is volgens de Wet van 28 Juli 1850
[Staatsblad No, 44].
2o. Hij, die geene ouders of voogd hebbende, gedu
rende de laatste achttien maanden voorafgaande
aan den lsten Januari van het jaar der inschrij
ving in Nederland verblijf hield;
8o, Hij, van wiens ouders de langstlevende ingezeten
was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij
Jtoman van Friedrich Friedrich.
(27.1 XIV.
De handelsrsad Eger bereidde een groote fintmci-
ecle onderneming voor: er was sprake van de
oprichting cener aandeelen-ma itschappijj voor het uit--
giftven van steenkolen in een streek, dio men tot
nu nog niet geëxploiteerd had. Hij had van een grondei
genaar een groot stuk land gekocht, dat weinig geschikt
was voor den landbouw, maar, zooals door vrocgero
onderzoekingen was bewezen, steenkool bevatte.
Voorzichtigheidshalve, had hij den koop afgesloten
op een anderen naam, en onder dien valsehcn naatn
had hij verschiidene boringen naar steenkool laten
doen.
Op buitengewone geroutineerde wijze had hij --
en was daarbij geholpen door deu vorige eigenaar, -■*-
de gunstigste beriehten over de boringen laten ver
spreiden. Volgens die geruchten bevatte de giond daar
een bijna onuitputtelijken voorraad steenkolen. In
verschillende courantenkwatneu er artikels voor, waarin
er op gewezen werd, dat voor de tamelijk armoedige
streek ten goudmijn was ontdekt, waaruit duizenden
konden putten en tot rijkdom konden komen. Vooral
Wees men op de buitengewoon gunstige ligging vau
de kolenlagen, in de nabijheid van een spoor en van
een grooten voor schepen bevaarbaren stroom, en
meu deelde tegelijkertjjd mede, hoe in andere streken
arme grondbezitters op wier goederen steenkolen-
lagen ontdekt waren, binnen weinige jaren zier rijke
mannen waren geworden. Er werden zelfs nr.men ge
roemd van personen, die de WsaiLeid dezer daadzaken
konden bevestigen.
Door deze geed uitgeoeferdo manoeuvres was
bereikt, Wat Eger gewenscht had. Duizenden spraken
van de nieuw ontdekte sehatten. Reeds waren velen,
die slechts verlangden, spcedig en op gemakkelijke
wijze lijk te worden, als door een kcoits aangetast.
Hun koop veimeerde met iederen dag. Zij twijfelden
niet in het minste aan de vertrouwbaarheid dtzer
berichten. Het was immers waar, dat de stieek
uiterst gunstig gelegen was; de nabijheid van den
spoorweg en eeB groot water was volkomen in ordm
l.et was ook waar, dat in andere streken aime man
nen in weinige jaren door de op hun grond ontdekte
kolenmijnen lijk waren geworden. Er werden
ramen genoemd van eenige miljonairs en het ver.
mogen van dezen was inderdaad niet te hoog geschat.
Eger verkeerde in de Lette luim. want de
UITGEVER:
Prijs per jaar/3.Franco per post 3.G
Afzonderlijke nummers 0.05»
Advertcntiën van één tot vijf regels 0 75»
Iedere regel meer 0.15. Groote letters wor=
den naar plaatsruimte berekend.
bitumen liet ri|k verbljjt houdt.
Voor ingezetenen wordt niet gehouden, do
vreemdeling LehoorentV, tot eeno staat, waar de
Nederlander niet aan don vorplichten ktijgdienst Is
onderworpen. Of Waar ton aatizien der dienst
plichtlgheid het beginsel van wedefkeorigheid h
aan genomen
Art. 20. Hij, dio eerst na het Intreden van zijn
19de jaar, doch vóór het volbrengen van zijn
20ste, ingezeten wordt, is verplicht zich, zoodra
dit plaats heeft, ter inschrijving aan to govon hij
Burgemeester en "Wethouders der Gemeente,
waar de inschrijving volgens Art. 16, moet go,
Bellieden
Art. 16, De inschrijving geschiodt:
lo. Van een ongehuwde in do gemeente, waar de
vader, of, is deze ovorleden, de moeder, of, zijn
beiden overleden, do voogd woont;
2o. Van een gehuwde èn van een weduwnaar in de
gemeente wdar hij woönt;
8o< Van hem, die geen vader, moedor of voOgd heeft,
of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd
buiten 's lands gevestigd is, in do Gemeente,
waar hij Woont;
4o. Van den buiten 's lands Wononden zoon van
een Nederlander, die ter zake van 's lands dienst
in een vreemd land Woont in de gemeente, waar
zijn vader of voogd het laatst in Nederland
gewoond heeft.
Art 17. Voor de Militie-Wordt niet ingeschreven
lo. De, in een vrei md rijk achtergebleven zoön va
een ingezeten, die geen Ncderlandér is
2o. De, in een vreemd Rijk verblijfhoudende oudef-
loozo zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd
ingezeten;
Art. 18. Elk die volgens Art. 15 behoort te woT-
stemming/ die er bij bet publiek voor zijn onderneming
heersebte, was veel gunstiger, dan hij het verwacht
had. Zijn plan, de bedoelde landerijen aan den maat
schappij met een aanzienlijken winst te verkoop>-n,-
kon ternauwernood meer mieltikken; hij dreef derhalve
do opriehting der maatschappij met groeten ij*6r
door.
Noch Was zijn naam bij de bespreking der onder
neming niet openlijk genoemd, maar hèt was tenminste
iu de ingewijde kringen geen geheim meer, dat hij
aan het hoofd stond.-
Daar Verscheen in Rulings h'ad een kort,- zeer
kalm goft. Id artikel, dat de buitengewoon gunstige
ligging der streek en het aanWezig zijn van steenkool
toegaf, maar met nadrtik aantoonde, dat volgens alle
vroeger en later ingestelde horingen bewezen was,-
dat ée kolenlaag zeèr dun was,- dat do ontginning
er Van, vooral omdat zij zeer diep lag, en in geen
getal de moeite zou loont n, ja niet eens de kosten
zou kunnen dekken. Dr. Rfiling waarschuwde alle
lezers der courant voor dceluemhtg aan do bedoelde
onderneming.
Toen Eger het artikel las, voer hij heftig uit en
verscheurde hij in zijné' opgewondenheid de óóurant.-
Maar spoedig herstelde hij 2ich weder. Hij kende de
gunstige stemming die; er voor zijn onderneming
btersehte, hij wist, dat duizenden van rijkdom droomden
en alleen wachtten om de néteD to kunnen teekeneh.
Hij lachte om het artiköl, daar hij er van overtuigd
was,, dat hetzelve hem slechts Weinig zou kcmiien
schaden.
Maar zijn haat tegen Rüiing werd daardoor niet
verminderd. Dczo trad hem op nieuW in den Weg,
ofschoon zijn zoon met zpn dochter Terloofd was.
Hij was er vast van overtuigd dat het artikel Tan
Rüling zelt uitging.- In zijn verbittering schreef hij
een zeer heftig antwoord en liet dit, natuurlijk
zónder zijn raam fe notmen, in éen hem bevriend
blad Tan de residentie plaatsén. In de vaste overtuiging
dat Rüling niet nader was ingelicht omtrent de
uitgestrektheid van de kolenbeddingen, daar hij anders
volgens zijne zienswijze, niet zou hebben nagelaten
zijóe bewering ook fe bewijzep, beschuldigde hij
hem van de grootste onwaarheid te hebben nitgekraam i.
Hij schreef, dat de twijfel aan bet rentengeVend
vermogen van de onderneming het zekerste bewijs
was. dat de schrijver van het artikel zich niet hét
minste had bekommeid om de bewézene daadzaken.
Deze beweerde, dat de kolénlsgen dun waren,
teiwijl de boringen juist het tegendeel én bovendien
nog de voortreffelijkheid der kool baddert bewezen.
Het artikel was een monsterstuk van lichtzinnige
beweringen en afschuwelijke onwaarheden: het was
volslagen een der bekende couranten-manoeuvres,
wier doel niet mceiekjk valt te raden, want hei
den ingeschreven, is verplicht zich daartoe bi) Bur
gemeester en Wethouders aan te geven, tusschen
den lsten 6n den 3lsten Januari;
Bij ongesteldheid,- afwezigheid of onstentenis is
itjjn vader, of, is d- ze ovorlcdi-n, zijn móeder; of;
afijn heiden overleden; zijn voogd tot het doen vau
die aangiite verpdebt.
Burgemeester en Wcthooders Yöornoèritd. hrèngen te
vens ter kounisse van belanghebbenden: dat tot da
inschrijving gelegohheid zal bestaan van 1 tot 31 Jiu
nuari aanstaande, ter Secretarie dezer gemeente, da
gelijks, nitgezondurd dos Zondags, van dos vöormid^
dags 9 tot dos namiddags 4 ure.
Schagen, den 9en December 1884.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd;
G, Langéuberg.
De Secretaris;
Denijs»
IP-A-TETST TEN";
t)e Burgemeester van Schagen brengt tor algèmèé'nd
kennis, dat de patenten, aangevraagd in de maanden
Augustus, September en October, 2a kwartaal;
dienstjaar 1884|85, ter gemeentesecretarie door
belanghebbenden kunnen worden afgehaald van af
Dinsdag den 16en tot en met Zaterdag den 20eö
dezer,- des Voormiddags van 9 tot 12 ure.
Behagen,- den 16en December 1884»
De Burgemeester voornoorad,
Cs. do PATER, Weihr.
Bnfgefneester en Wethouders van Schagen, brenger#
tér kennis van belanghebbenden, dat, wegens de iU
stempel van don schrijver draagt het al te duidelijk
op liet voorhoofd.
Eger wreef zich vergenoegd de handen, foen hij
zijn eigen artikel gedrukt las. Geen woord er vaiï
vond hij te hard, ja hij betreurde hét bijna, gcciï
scherper uitdi ukkincon te bébbeii gekozon, om zijn
tegenstander te béstrijden. Deze was volgens zijrt
meéning geheel en al verslagen, want hij had hem
Openlijk als leugenaar tentoongesteld. Hij had eert
groot getal exemplaren der Courant laten komen co
die in de stad doen verspreiden; volgens zijne over
tuiging moest het vertrouweu voor doze onderneming*
daardoor nog vergroot zijn.
Toch nam hij den volgenden morgen niet zonder
een gevoel van onrust, Rulings courant tor hand,-
wartt hij Verwachtte Óen anlwoord,-een verwering tegen
do beschuldiging, de onW'aarhoid gezegd to heohen.
Zijn Oog doorvloog haastig het blad, maar er stond
geen woord in over do begeerde verontschuldiging.-
Eun zegevierend lachje gleed over Egcr's gelaat.-
4Ilij alleen vreest mjj l" riep hij uit. „Hij gevoelt
zich niet opgewassen tegen den aanval,- en zwijgt
Kever gOheol, om niet te moeten bekunnen, lïoo
onvoldoende hij was ingelicht.
Hij had te Vroeg gejuicht. Den volgendén dag'
Verschcén er in Külings blad een door hem zelve'
onderteekend artikel/ Op zeer kalme wijze schreef
Rftling, daar men zijn blad verweten had lichtzinnige"
beweringen en afschuwelijke onwaarheden verkon-"
digd te hebben; bij biehi het dus voor zijn plicht,
den Waren stand der zaken open uiteen te leggen en
het dan aan hot oordtél der lezers over to laten, wie
de waarheid gesproken had. Hij gaf nu een nauw.
keüfiger Verslag vaD alle tot nu gedane boringen,
gaf in juiste cijfers de sterkte van de kóleulaag,
die bij iedere boting was vei kregen, en bewees naar
bet oordeel der vakmanneD, dat de exploitatie'
dér kool, die bovendien nog van zeer geringe"
hoedanigheid was, in geen geval de kosten kon dekken.
Ten slotte verklaarde bij, des gevorderd het bewijs
Voor elk feit nog nader te zullen leveren.
Den haudelsraad ontzonk het blad aan dé hand hij
duizelde; hij wilde rnet geweld uit zijn stoel springen,'
doch als ouder een centinaars last,-viel hjj terug.
Hij was te slim, om niet dadeljjk te begrijpen, dat
dit artikel door zijn kalmte en beslistheid,- door' de
nauwkeurige opgave der uitkomsten van de boringen,-
de door hem op touw gezette onderneming volkomen-
onmogelijk maakte.
Hij had Rüling wel willen vernielen! In koefeir
bloede bad bij hem uu kunnen duoden Rüling kam Ie'
zieh tegen al zijne ondernemingen, en nu zoa lijf
aau den zoen van dien man, die hem zooveel nadeel'
berokkende, zijn dochter, zijn ernig kir.d geven 'f
Wordt Vervólgd,;