A L i: M E i DONDERDAG N 1 E l 4V s- &I L A D 55 O l W 15 L A I). 23 DECEME5EI Ao 1884 2Sste Jaargang.' M 1840. AI> VE RTESTl E fji ent een te Sc ha gen Bekendmakingen. NATIONALE MILITIE. OPROEPING J. WINKEL, TE SCHAGEN, Marktwezen. J A C H T. 1) E C E M B E 11. (O) T Dit blad verschijnt tweemaal per week Woens- aaq- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden Adveftcntiën in het eerstnitkomend nummer geplaatst. Ingezonden stukken één dag vroeger. tot de inschrijving voor het jaar 1885, volgens do wet van 19 Augustus 1861, (Staatsblad No. 72,) Burgemeester en Wethouders van Schagen, gelet hebbende op het bepaalde bij artikel 19 der wet op de Nationale Militie van 19 Augustus 1861 (Staats blad No. 72), berinneren bij deze de belanghebbende Ingezetenen, aan hunne verplichting tof het doen van aangifte voor den dienst bij do Nationale Militie, met verwijzing naar het bepaalde bij de Artikelen 15 en 20, alsmede 16, 17 en 18 der Wet, luidende: Art. 15. Jaarlijks worden voor de Militie iugeschre- ven alle mannelijke ingezetenen, die op don eersten Januari van bet jaar hun 19de jaar waren ingetreden. Voor ingezeten wordt gehouden lo. Hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens moeder, of, zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten is volgens de Wet van 28 Juli 1850 [Staatsblad No, 44]. 2o. Hij, die geene ouders of voogd hebbende, gedu rende de laatste achttien maanden voorafgaande aan den lsten Januari van het jaar der inschrij ving in Nederland verblijf hield; So, Hij, van wiens ouders de langstlevende ingezeten was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij biunnen het rijk verblijf houdt. Voor ingezetenen wordt niet gehouden, de vreemdeling Leboorende, tot eene staat, vraar de Nederlander niet aan den verplichten krjgddenst is onderworpen, of waar ton aanzien der dienst plichtigheid bet beginsel van wedetkeerigheid is aan genomen Art. 20. Hij, die eerst na het intreden van zijn 19de jaar, doch vóór het volbrengen ven zijn 20ste, ingezeten wordt, ïb verplicht zich, zoodra dit plaats beeft, ter inschrijving aan te gaven bij Burgemeester en Wethouders der Gemeente waar de inschrijving volgens Art. 16, moet ge schieden. Art. 16 De inschrijving geschiedt: lo. Van een ongehuwde in do gemeente, waar de vader, of, is deze overleden, de moeder, of, zijn beiden overleden, do voogd vtooct; 2o. Van oea gehuwde en van een weduwnaar in de gemeente waar hij woont; 3o- Van hem, die geen vader, moeder of voogd heeft, of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd buiten 's lands gevestigd is, in de Gemeeute waar hjj woont; 4o. Van den buiten 's lands wonenden zoon van een Nederlander, die ter zake vaa 's iands dienst in een vreemd land vroout in de gemeente, waar zijn vader of voogd het laatst in Nederland gewoond heeft. Art. 17. Voor de Militie wordt niet ingeschreven lo. De, in eeu vreemd rjjk achtergebleven zoou Tan Roman van Friedrich Friedrick. (28.) XIV. UITGEVER: Laan, Wijk D,' No. 5. een ingezeten, die geen Nederlander is 3o- De, in een vreemd Rijk verhlijfhoudende ouder- loozo zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd ingezeten; Art. 18. Elk die volgens Art. 15 behoort te wor den ingeschreven, is verplicht zich daartoe bij Bur. gemocster en Wethouders aan te geven, tusscheu den lston en den 31sten Januari; Bij ongesteldheid, afwezigheid of onstentcnis is zijn vader, of, is deze overleden, zijn moedor, of, zijn heiden overleden, zijn voogd tot het doen van die aangilte verplicht. Burgemeester en Wethouders voornoemd, brengen te vens ter kennisse van belanghebbenden: dat tot de inschrijving gelegenheid zal bestaan van 1 tot 31 Ja nuari aanstaande, ter Secretarie dezer gemeente, da gelijks, uitgezonderd dos Zondags, van des voormid dags 9 tot des namiddags 4 ure. Scbagen, den 20en December 1884. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Cs. de PATER, Wethr. Do Secretaris, Denijs. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen ter kennis van belanghebbenden, dat, wegens de in da oerstvolgonda np Itnnd.r'lof, invallende Christelijke feestdagen, de gewonewekelijkschomarkt aldaar zal worden gehouden op Woensdagen den 24en en 31en December a. 8. Schagen, 16 December 1884, Burgemeester en Wethouders voornoemd, Cs. de PATER Wethr. De Secretaris, DENIJS. Prijs per jaar ƒ3.Franco per post f 3.6 'Afzonderlijke nummers f 0.05. Adverlentiën van één tot vijf regels f 0 75. iedere regel meer f 0.15. Groote letters wor den naar plaatsruimte berekend. tMafcwatai;»! i v~i' De Burgemeester van Schagen, herinnert de ingezetenen aan art, 160 van het politioroglement dezer gemeente, luidende als volgt: ,De schoorsteetien, voor zooverre die des ,ionien gestookt worden, moeten tenminste ,twecmaal 's jaars, in Maart en Docemher (Worden geveegd en schoongemaakt, op de straffen (bij art. 471, no. 1, van het wetboek van straf recht bedreigd." Schagen, 16 December 1884. De Burgemeester voornoemd, Cs. de PATER Wethr. In zijn eersten woede was Eger besloten, de verloving van zijn doehter dadelijk te verbreken, maar welke redenen moest hij daarvoor opgeven?Nog was zijn naam bij de op touw gezette onderneming niet openlijk genoemd; hij voor zich verkeerde uog altijd in de meening, dat het nog een geheim was, dat hij aan het hoofd stond, en zou hij dit nu zelve verraden en daardoor btkeonen, dat het zijn plan was geweest, honderden te bedriegen? Hij sloot zich in zijn kamer op, ten einde ongestoord te kannen overlecgeo. Maar de vraag, van waar Ruling il die bi;zouderheden wist, belette hem tot andere te komen. Kon hij het wagen, de waarheid tan het artikel aan te vallen, daar Riilicg aangeboden ■»d de waarheid van zyne mededeelingen te bewezen bij niet vreezen, dat zijn tegenpartij nog meer ïnjewgd en zjjn geheel en plaa voer het publiek De Burgemeester dor gemeente Schagen Brengt ter keunis van belanghebbende, hot na volgende; l>e Commisaris des Konings in NoordHolland, Gezion het besluit van Gedeputeerde Staten dier provincie van 10 December 1884, no. 28; Gelet op art. 11 der wet tot regeling der Jacht ea A isscherij van 13 Juni 1857, (Staatsblad no. 87); Brengt ter kennis van belanghebbenden: dat de slniting der jacht op klein wild voor NoordHolland is bepaald op Woensdag 31 December 1884 met Zonsondergang: haarfijn nit een kon zetten Aan een oprichting van een aandeelenmaatschappij viel voorloopig niet te denkeD; er ontging hem een groote w inst, waarop hij volgens hem, met het volste recht had gerekend. Dit was evenwel niet het eenige wat hem zorgen baarde. Hij bad de landerijen van den eigenaar gekocht ea voor dat bedrag wissels in omloop gebracht, bij moest die wissels betalen, zonder eer6t het geringste uitzicht te hebben, die goederea weder te kunnen verkoopen. De boringen hadden veel getd gekost, hij had reeds overlegd, hoe hoog hij die kosten aan de nieuwe maatschappij in rekening zou breugeu, en nu moest hy ook dit verlies alleen dragen. Hy verzette zich hiertegen met alle macht. Tever geefs peinsde hij op een uitweg, zooder die te vinden. Wilde hij zijn goeden naam niet henadeelen, dan bleef hem ni ts anders over dan zich den schijn te geven, dat dit alles hem niet aanging. Met een zwaar hart, besloet hij daartoe; hij be proefde den onverschillige te spelen, terwijl het in hem kookte en ziedde. Het moeiehjtcste viel het hem zreb tegenover Herman te behec rschen. Hij trachtte aan zijn toorn daardoor een weinig lucht te geven, dat hij iedere gelegeuheid aanvatte, om met onverholen genoegdoening te spotten en dat alzoo op grond van het bepaalde bij het eerste lid van art. 27 der aangebaalde wet, het ver koopen, te koop uitstallen en vervoeren van wild uiterlijk tot eu met 14 Januari 1885 zal mogen plaats b<bben. En zal dit besluit in het Provinciaal Blad worden geplaatst, en voorts in iodero gemeente van Noord- Holland worden aangeplakt. Haarlem den 13den December 1884. De Commissaris des Konings voornoemd. GetSCHORER. Schagen, den 239ten December 1884 De Burgemeester voornoemd, Cs de Pater, wethouder December, vroeger de tiende maand, nu de laatste des jaars, is eene gewichtige maand. Niet alleen dat hij 't jaar sluit en daardoor reeds eene menigte herinneringen opwekt, en aandoeningen in beweging brengt, maar ge durende die maand vallen er nog meer be- langerijke feesten voor dan de gewichtige Oude-jaarsavond. RuUclo in ttijn nftnVflTlg li ebben WO 't St. Nicolaasfeest, in den laatsten tijd zoo uitge breid, zoo belangrijk geworden en waarin ik in de nabetrachting nog eenige dankbare re gelen wijdde. Daarop volgt een tijdvak van rust en verademing, dat evenwel maar kort duurt, want er is een nieuw feest in aautocht. Het Kerst of Christusfeest wacht ons, en wat men tegenwoordig moge zeggen van toene mende ongodsdienstigheid, toch is 't een waar heid, dat dit feest met toenemendeu luister wordt gevierd. Ik noemde het een verblijdend verschijnsel, dat men op het jaarfeest van den goeden, weldadigen Sint, hoe langer hoe meer aan do kinderen van minder vermogende natuurge- nooten deukt, en er op uit is, om ook hun een aangenamen, vroolijken avond te ver schaffen. Men heeft het hierbij niet gelaten, maar dit wel degelijk op 't kersfeest toege past. In ons land werd vroeger van dit feest weinig werk gemaaktwant het Sint Nicolaas feest was nummer een en aangezien men als dan wederkeerig zoovele geschenken over en weer aanbood, geschiedde dit op het tweede feest niet. Maar langzamerhand is ook daarin eene groote verandering gekomen. Sommigen schrijven dit toe aan de toenemende uitbrei ding van het duitsche element, dat zich zoo overal vertoont; en waardoor hunne fcestvie- over de tegen diens vader ingestelde aanklacht. Hij sprak bet rondweg uit, dat hij bepaald het met den overste eens was. Herman zou niet in staat zijn geweest, dit te verdragen, wanneer niet de aanklacht tege i zijn vader al zijn aandacht had in beslag genomen. Bijna dagelijksch bezocht hij Brano, wiens genezing zeer langzaam vorderde, cm van hem zelve zelfs dé kleinste omstandigheid te vernemen; hij moest de getuigen opzoeken die de mishasdeling op de exer citieplaats g6zieu haddeneindelijk moest hij een zeer nauwkeurig onderzoek instellen naar het leven en het vroegere gedrag van den luiteoant von Tilly, om het bewijs te kunn3n leveren, dat de mishandeling door dezen wel degelijk vooral beraamd was. Het was niet de eerste verdediging, die hij op zich had genomen; hij was niet verlegen eu wist. dat hij zeer goed pleitte; tcch drukte hem heimelijk de verantwoording, die hij op zich had genomen. In ds stad werd de aan klacht Tan den overste zeor verschillend beoordeeld,alle politieke tegenstanders van Dr. Ruling vonden die gerechtvaardigd, terwijl de meesten evenwel afkeurend bet hoofd schudde, daar de eene broeder den ander had aangeklaagd. De dag der openbare behandeling was gekomen, JTordt Vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1884 | | pagina 1