ao 1885.
Algemeen
advertentie
ÊÖnÏÏËRDAG
j. vviakel,
G, LANGEN8ER
2ï)»tc Jaargang.
Bekendmakingen.
I
i\s 1 E LT W S-
LAÏDBOÜ
fï
Miiiii
Eerste- MeEnalssevlHgr,
LOTING
Nationale Militie.
i beido jonge meisjes hadden de omgev orperr boot
gegrepen en hielden zich daaraan vast. Hoe 'lang
Zij waren verloren, wanne er-er niet oogenblikkeüjk
hulp kwam opdagen.
1852,
SCHAÜER
Dit blad verschijnt tweemaal per week JFoens
dag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot c
midüess .ULKre, worden Advertentie®, in het,
eerstuii:komend nummer geplaatst.
Twi^nnd"» *tn.l'ki>» één das vroester.
'TS^T^
Scha gén
Dc voorzitTr ?f-, .den raad der gemeente Set) agen,
g-let ep h.st 2 ie Li V" art- 7 dor wet, regelende
het kie':;o:!it ncodigt de inwoners dezer gemeente
ui;, om, zoo behalve in deze gemeente ook elders
in d> lbro te beladingen sijn aangeslagen, daarvan
vóór 15 Februari 188 door overlegging van de bii
de wet gevorderde bewijsmiddelen te doen blijken,
Scbagan, den 23on Januari 1885.
De Voorzitter voornoemd,
G, LANGENBERG,
m
IH p-
lil
rfl
LA 1>.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Schagen.
Brengén, ter voldoening aan het tweede gedeelte
van Art. 28 der Wet op do Nationale Militie van den
19den Augustus 1861 (Staatsblad No. 72.), voor de
Eorste maal ter kennisse van de belanghebbenden, dat
do loliug van de in 1884 voor de Nationale Militie
ingeschrevenen, overeenkomstig do ontvangene aan-
Boman ven Friedrich Friedrich.
(40.)
XVIII.
Toen zij eindelijk het meer bereikten, heerschte er
oan den oe^er de grootste opgewondenheid. Op het
stormachtig bewogen meer dreef een kleine boot.
Twee jonge meisjes en een jonge man zaten er in,
en de laatste, niet kunnende roeien, kon het bootjo niet
lange? regeeren. Een riem was hem reeds ontvallen, en
wet het andere was hij niet in staat het vaartuig te be
sturen. De golven sloegen er in en dreigden ieder oogen-
bhk het om te werpen. Bange kreten om hulp drongen
tot den oever door, waar honderden radelcos naai dit
voorval staarden, want er was geen tweede boot
voorhanden, om hen ter hulp te komen,
Kaknka had op het eerrte gezicht het drietal iu
'le ocot herkend; het waren Marie Soltau, haar vriendin
en de broeder van deze.
Do barones had veel modelijdon met do ongeluk
kige:!.
„Zj moeten gered worden," z9ide zij, en luid riep
Tilly don omstanders toe:
Red -red! Een boot eon boot!"
„Het is vreeseljk, dat niemand de ongelukkigen
te hulp komt!" wendde hij zich met luider stem tot
•do barones, ofschoon hii zelf niet do geringste pogiug
deed om hulp te verschaffen.
„Wanneer ik maar een bcot had want ik zou
waarachtig net langer aarzelen," ging hij luidde
voert en snoefde op zijn moed.
Er was werkelijk geen boot bij do hand, anders
zou de/e reeds lang door anderen gebruikt zijn ga-
worden om de ongelukkigen tc heipon.
Hot kleine vaartuig slingerde met onrustbarende
wenaingen heen en weer, de beide meisjes strekten
smeekend hunne armon naar den oever uit. Daar
■weerklonk een gillende kreet door de 1. cht de boot
was omgeworpen.
„Almachtige God! IIclp help!" weerklonk het
aan den oever, uit meer dan honderd kelen.
„Red red klonk Tilly's kreet boven al de
anderen uit, -/
„Mijnheer do luitenant, uwe vroegere favorife,
Mane8oIt.il, is in gevaar, wilt gij haar niet redden
/Ü1 immers oen voortreffelijk zwemmer!44 zei do
Kalinka tot '1 illy, luid genoeg, zoodat de barones het
liooren mo-st.
„Redt gij ze z lfl* antwoordde Tilly bits
„\Vat neer ik zwemm n kon, dan zou ik deze aan
sporing niet behoeven," gaf Kalinka ten antwoord.
UITGEVER:
TE SOUAGEN
Laan, Wijk D, No. 5.
schrpving van Zijné Excellentie don iiéer iJüiiiiin.-saris
dezer Provincie, dato 2 Januari 1885. No. 8[6 M[S. zal
plaats hebben op den 20®" Februari a. s. des voormiddags
ten 96 ure, ten Raadhuize dezer gemeente en worden zij,
welke daaraan moeten deelnemen, gelast, om op den
bepaalden tijd aldaar, tot dat einde aanwezig te zijn, of,
bij verhindering zich aldaar do'or hun vader, moeder
of voogd te doen vertegenwoordigen.
Alsmede dat, overeenkomstig Art. 34 van gemelde
Wet, dadelpk na de trokking van het Nummer, do
redenen van vrijstelling, welke de Ingeschrevene mocht
hebben, moeten worden opgegeven.
Indien hij vermeent vrijstelling te kunnen
erlangen wegens broederdienst of op grond
van te zijn eeniqe wettige zoonzal hij op
Zaterdag den 21 en Februari des voormiddags
ten 10 ure, in het Gemeentehuis moeten ver
schijnen, vergezeld van twee bij den Burge
meester bekende en ter goeder naam en faam
staande meerderjarige ingezetenen, die de
vereischte getuigenis kunnen afleggen en het
aldaar op te maken getuigschrift onderteekenen.
Wanneer hij aanspraak maakt op vrijstelling
wegens broederdienstzal hij mede voorzien
moeten zijn van zijne geboorteacte en van de
geboorte-acten van al zijne nog in leven zijn
de broeders, alsmede van de zakboekjes of
paspoorten van gediend hebbende broeders.
„Gij hebt dikwijls genoeg geroemd op uw vaardig'
hcid sn langdurigheid in het zwemmen!"
„Red haarsmeekte nu do barones den luitenant.
„Genadige mevrouw het is onmogelijkHet
zou waanzin zijn!" stotterde Tilly beschaamd. „Be
spottelijk, hier kan de beste zwemmer geen redding
brengen Was het mogelijk, dan zou ik geen seconde
aarzLisn Ik1 beweer, dat het absoluut onmogelijk is."
In dit ccgenblik drongen in de onmiddelijke nabijheid
de? barones .wee mannon door de omstanders liet
v;aren Doctor Albrecht Ruling on Hermann, die juist
vr.n een wandeling in het wend terugkeerden. Zj
zagen hei gevaar der beido ongelukkige meisje» 011
hoorde hare namen. Spoedig besloten, wierp Ilermann
hoed en jas op den grond.
„Karmaan, wat wilt gj beginnen riep zijn vader
uit en trachtte h9ra terug te houden.
„Do eagelubkigen redden?"
„Het Ï3 onmogelijk
„Ik zal het ten minste beproeven," gaf nermann
ton antwoord, maakte zich van zjn vader los en
wierp zich in hst meer.
Een kreet van bewondering ontsnapte aan aller
mond; daarna heerschte er oen pijnlijke siilto, want
niet zondor bezorgdheid zagen alle oogen naar den
koenen zwemmer, die moedig zich door de golven
heen worstelde. Zouden zijne krachten toereikende
zjn Zou hj misschien zelf hot offer worden van
zijn koene poging Herhaaldeljk sloten de golven
zich bovon hem en onttrokken hem voor een seconde
aan aller oog, dan dcok hij weder telkens te voorschijn.
„Wio is die moedige vroeg de barones Tilly.
Doze haalde de schouders een woinig op en antwoord
de Ilermann Rüling."
„Uw tegenstander?"
Tilly zweeg.
„Mijnheer de luitenant, nu moogt gj mij niet
weder zeggen, dat hj niet don moed heeft gehad, het
duel aan to nemen," ging Cbarlotte vooit.
Wederom haalde Tilly de schenders op.
„Er behoort meer moed toe, zich voor den loop
van een pistool te plaatsen," merkte hj op.
„Tilly, is u dat ernsi?" vroeg Kaliuka op spottenden
toon.
„Ik zou mij liuver honderdmaal voor don loop
van een pistool plaatsenDit is de moedige daad
van een man, die voor eon edel d iel zjn leven op
het spl zet. Dat doet niet eon hem op duizenden
naWaarom hebt gij het dan ook niet gedaan
„Dat is een kwestie van smaak Bespottelijk
antwoordde Tilly.
De barones trok nu openlijk partj voor Kalinka.
„Men moet zjn tegenpartij ook recht laten weder
varen," voegde zj er hj en keerde zich ontstemd
van den luitenant af.
Kalinka had wel luid willen jubelen, terwijl Tilly
do lippen op elkander persite ou half spottond, half
verlegen lachite.
De moedige zwemmer had nu bijna de boot bereikt,
toen Murio de krachten begaven, zj zonk. Snel doojj
Prijs j)erjaar ƒ3.Franco per post ƒ3.00
Afzónderlijke nummers Ü.05.
AuVbftenliën van één tot vijf regels 0 7?,
iedere regel meer 0.15. Groote letters wor*
den nnar plaatsruimte berekend.
Bij over! ging vaa laatstgenoemde stukken zullen
door den Burgemeester bij den Kommandant van het
korps waarbij zjno broeders dienen of gediend hebben
worden aangevraagd de bewijzen van werkelijke dienst
of een uittreksel uit hot Stamboek,
Schagen, den 27 Januari 1885,
Burgomoester en Wethouders voornoemd,
G, LANGENBERG.
De Secretaris,
DENIJS,
€rr©ES4!lïe!a§tIïlg.
De Burgemeester van Schagen, brengt, naar aan,
leiding van Art. 15, 2e lid der wet van den 26 Mei
1870, (Staatsblad No. 82), ter kennis van belang,
hebbenden, dat hj ter secretarie van de gemeente,
gedurende 30 dagen fer inzage heeft nedergelogd,
eene opgave van uitkomsten van meting en schatting
bedoeld in Artt. 15, 23 en 43 der gemelde wet.
Schagen, 3 Februari 1885.
De Burgemeester voornoemd,
G, LANGENBERG.
■Hermannonder, en weinige oogenblikken later verscheel?
hij met de geredde aan de oppervlakte vau het mees
en hj vatte de omgeslagen boot tot steun.
Een luidde kreet van vreugde en bewonnering,
weerklonk van den oever,
Hermann hield de gor dde, die het bewustzijn
verloren had, met de linker hand boven water, met
de rechter had lij de boot gegrepen en beproefde
zoo zwemmende de boot naar den oever te drjven,
Het andere ongelukkige meisje had zich krampachtig
aan het omgeslagen vaartuig vastgeklemd,
Keruiaiin's pogingen schenen te gelukken, want
meer en tater naderde h j don oever, waar verscheidene
mannen met lange stokken en Ijnen gereed stonden,
otn hem ts helpen.
Eindelijk gelukte het een geoefende hand, een lijn
gelukkig zoo to werpen, dat het einde over de boot
vloog. Hermann gre p de ljn en nu waren meer dan
houderd handen bereid, aan het touw te trekken.
Ieder wilde een klein aandeel in het reddingswerk
hebben.
„Waarde mevrouw, nu is er immers geen gevaar
meci hij, wilt gj dit schouwspel nog langer bijwonen-"
wendde Tilly zich tot de barones, alsof hj zich
geducht verveelde.
„Ik blijf Jluidde het korte en onwillige antwoord.
De boot liep op den oever. Wol twintig mannen
sprongen leaelijk in het water, om de geredden in
voili'lu id te brengen,
A Dr. Ruling ij de op zjn zoon toe, hij omarmde hem
'hartelijk. Hermann, wiens krachten hem nu begaven,
viel iu onmacht.
Do barones snelde naar Marie Soltau. E11 hef wa3
niet alleen nieuwsgierigheid, om diegene to leereu
kennen, die voor Tilly zoo veolbeteekenend was
geworden; zj dood ijverig haar best de uitgeputte
bij te staan I5e< eidwillig boud zj haar rijtuig aan,
maar Dr, Ruling had het reeds zoo beschikt, dat
Marie en haar vriendin met hem reden.
De vreugde over de redding der beide meisjes,
zegevierde over de ontsteltenis over den dood van
den jongen man. Waarheen Tilly zich ook wendde,
overal hoorde hij Hermaun's daad bewonderen. IIij
erg. rde zich daarover,
„Kalinka, wij wilen naar huis rijden," zeide hj
tot don schilder. Het is bespottelijk! Een generaal,
die een slag gewonnen heeft, kan niet meer bewon
derd worden, dan die mensch, de referendaris, omdat
h j twee meisjes uit het water heeft getrokken
„Het is misschien ook gemakkeijker een slag te
winnen," antwoo-dde Kalinka,
„Gj had dezelfde bewondering kunnen verwekken
en di dankbaarheid der geredden bovendien; waarom
hebt j do gelegenheid ongebruikt gelaten Gjj hebt
uw tegenstand-, r zeil een schitterende overwinning
doen behalen
„Rijdt gj mede naar huis f' vroeg de luitenant
heui ongeduldig.
„Nog niet."
,Daa rjjd ik alleen J"