Hinnenlandsch I\ iemvs
van een groot werk kwamen er vele vreemde
werklieden irit een groote stad geruimen tijd
in 't plaatsje hunner inwoning, en hoe 't
kwam, wist de man zeker zelf niet, maar hij
kwam met d e vreemdelingen inaa iraking, begon
ze langzamerhand aardig en prettig in den om
gang te vinden en zoo gebeurde het meer dan
eens, dat hij met hen uitging. Alles hangt
maar van den eersten stap af. Is die gedaan,
dan is de weg gebaand en wordt hoe langer hoe
gemakkelijker. De vrouw leed ontzettend toen
ze tot de overtuiging kwam, dat haar man
den verkeerden weg opging. Met al de kracht
harcr overreding beproefde zij alles, wat ze
kon, oin hem weer op den ouden, goeden
weg, te brengen.
't Mocht niet baten; in 't eerst luisterde
hij nog wel naar de vriendelijke, wel bekende
stem, maar die der verleiding kreeg de over
hand en zoo werd hij voor. de vermanende
stem totaal doof. Zelfs begon hij knorrig en
ontevreden te worden. Het verveelde hem
als een kind te worden berispt. Natuurlijk
werd haar toon langzamerhand minder zacht
en zoo werd het van kwaad tot erger. Toch
was hare oude liefde, hare genegenheid voor
den echtgenoot, voor den vader harer kinde
ren niet uitgedoofd, en ze deed alles wat
mogelijk was, om diens gedrag zooveel mo-
ge'ijk te bemantelen en vooral voor hare
kinderen verborgen te houden. Wie zal 't
zeggen, hoe nameloos die arme vrouw leed,
wie zal de uren tellen, die ze doorbracht,
wachtende op de man, die zijne verdiende
penningen in kroegen doorbracht Hoe stond
ze daar somwijlen in weer en wind op
een hoek van de straat te wachten, tot dat zij
hem, dronken en zingende, hoorde aankomen,
bijna niet in staat, om op zijn beenen te
staan
Dan vermande ze zich, ging naar hem toe,
greep hem onder den arm, leidde hem naar
huis, sprak alle mogelijke vriendelijke woorden,
om hem biunens huis te krijgen en zoo min
mogelijk de aandacht der buren te lokken, en
als hij dan eindelijk op zijne legerstede zijn
roes uitsliep, dan was hare taak nog niet af-
gelóopen. Dan moest er nog menig uur aan
den slaap ontwoekerd worden, of om de klee
deren harer kinderen met weinig geld en veel
moeite in orde te houden, om toch nog knap
voor den dag te komen, of om, wanneer alles
klaar was, voor anderen te werken en zoo
doende van haren kant alles aan te wenden,
om er nog iets bij tc verdienen. Daar behoort
moed, zedelijke moed en in zeer groote mate
toe, om bij zoo veel leed het hoofd boven te
houden. Dat is niet eene tijdelijke opwelling
van moed, maar een voortdurende strijd, die
steeds nieuwen moed vordert.
Het voorbeeld, dat ik hier aanhaal, staat
tot een etr lekencn, dat hij conadJijkeu selieonzojn
kr: eg.
Kalmer geworden, las hij don bl ief van zijn mo dér
nog eens over, en hij lachtto om do slimmo vrouw,
dio aan alles had gedacht. Zij had gelijk, Ëger mocht
Yoorloopig niets boaierken, hij moo^t hem trachten te
bedriegen o.-i het huwelijk doorzetten. Was Toni
e nm.ial zijne vrouw, dan was het hem onverschillig
of haar vader een bedroinmeld gezicht zette. Hij be
sloot dan ook don raid zijner mo< dor te volgen oneen
onhovangon, opgeruimd gelaat te toonen.
Het was con eigenaardig toeval, dat op don dag
waarop Tilly boricht cmtving, dat hij alles had vor-
loren, ook Kgor eon zeor gevoelig verlies lood. In don
laatsten tijd waren eenige zijner ondernemingen ge-
hooi en al mislukt; het geluk, dat hem jaren lang ter
zij !e had gestaan, scheon hem eenmaal den rug toe-
gekoerd te hebben.
Hij was er evenwel verre van, daarom don moed te laten
zakken, want hij had van zijn zaakkennis een te goeden
dunk hij had integendeel, driestor dan ooit gespe
culeerd, om liet verlorene terug Ie winnen. Doze
laatste slag had hem evenwel gevoelig getroffen, want
hij kon niet ontkennen, dat bij hom alles op het spel
stond, wanne ir er niet spoedig hulp kwam. Kog wist
niemand, hoe gevaarlijk hij stond, want hij verstond de
kunst, hot onnoozolste en vriendelijkste gezicht te zetten,
011 hoe grooter zijne verliezen waron, des to grootor
werd zijne opgeruimdheid. Hij wist zeer goed
dat niets beter geschikt was, om zjjn crodiet op te
houden. Hij luid juist onder de bankiers zeer verbit
terde vijando", omdat hij de moesten door zijn hoog
moed had beletdi.jd, en had slechts een van hen ook
muar vermoed, hoe slecht het met hem stond, dan
ware hij verloron geweest.
I» dezen pijnlijkon toestand s'oldo bjj zijn hoop
op Tilly, gelijk deze op hem. Aan don rijkdom van
zijn tcekomstigeu schoonzoon moest hij de beste
ondersteuning lubben, en hij was er vast van over
tuigd, dat er slechts eon tijdelijke hulp noedig was,
opdat hij zich weder volkomen kón horstellen.
Hij had togenover zijn dochter herhaaldelijk don
wenseh uitgesproken, dat haar huwelijk spoedig werd
voltrokken. liet bleef voor Toni ook niet geheim
hoe hard men had geoordeeld over hare spoedige
verloving, zij wilde dit oordeel niet door een
spoedig huwelijk uog meer tarten.
Wordt Vertofgd.
ongelukkig niet alleen Tn den s!rijd des levens
doen zich herhaaldelijk zulke gevallen voor.
Eerst zijn het schermutselingen, waarin onze
moed op de proef wordt gesteld. Dan zijn ei
zeer vele, die vol geestdrift en moed den strijd
tegen armoede aan inden, maar bij zeer vele
is 't niet meer dan die eerste aandrift. Ze zijn
spoedig moede van 't vechten en geven den
strijd op, maar er zijn er Goddank ook nog
vele, die telkens die aanvallen weten af te
slaan en zelfs den vijand te gemoet trekken.
Wat wordt er menige harde strijd gestreden,
o.n het fatsoen op te houden Hoe menig ge
vecht wordt daar binnens huis gevoerd, waar
van de buitenwereld niets bemerktZooals ik
zcidc, hier komt het aan op een gedurig voort
zetten van den worstelstrijd en dat juist ken
merkt den waren moed, die niet afhangt van
eöne tijdelijke opwinding
Dat die moed zeer dikwijls ook ontbreekt
bewijzen de voorbeelden van zelfmoord, die in
den laatsten tijd zoo veelvuldig zijn geworden.
Dan is men ten prooi aan da wanhoop, dan
krijgen schaamte of veikeerd geplaatste trots de
overhand, en men slaat eene misdadige hand
aan zijn leven, omdat zoo'n leven een last is
geworden en men den zedelijken moed niet
heeft, om al dat leed het hoofd te bieden.
Want er behoort zedelijken moed toe, om,
wanneer alle hulpmiddelen uitgeput, alle hulp
bronnen opgedroogd zijn, nieuwe bronnen te
vormen, zich niet te schamen, om vernederende
arbeid te verrichten, die dan toch in alle ge
vallen nog een eerlijk middel is om een stuk
brood te verdienen, en zich te verheffen boven
den spot en den blaam zijner medemenschen
Tot den zede! ijken moed reken ik ook wel dege
lijk den moed, om voor zijne opinio uit te komen.
Zoo menigeen is een slaaf van zoogenaamde
publieke opinie. Ik weet zeer goed en erken
ten volle, dat men niet zelden voorzichtig
behoort te zijn in zijne uitdrukkingen, maar
de waarheid te verdraaien en zijne opinie te
wijzigen naar eigen voordeel is verregaande
lafheid en voorzeker geen bewijs van een edel,
mannelijk karakter, 't Is heel wat anders, om
altijd met zijne opinie op den voorgrond te
willen treden en het voorkomen aan te nemen
van een kampvechter, die de geheele wereld
tot een strijd wil uitdagen. Dan vervalt men
weer in 't behandelde geval van roekeloosheid.
Zij beknoren tot dezulken, aan wie men den
naam van martelaars geeft, maar die zelden
een martelaarskroon verwerven, enkele vereer
ders en vele beklagers en nog meer bespotters
vinden en gewoonlijk ongelukkig eindigen.
Maar wanneer het geldt de zaak van waar
heid en recht, wanneer de onschuld belaagt
of vertrapt of verongelijkt wordt, dan is 't ware
moed, om hare verdediging op zich te nemen
en voor te staande verdrukkers niet te ont
zien, omdat hij op ecu hoogere sport van de
maatschappelijke ladder staat. Dan zal onze
kalme bezadigdheid, ons niet terugdeinzen zeer
dikwijls den tegenstanders ontwapenen en zoo
doende zullen we de overwinning, als loon
voor den moed, kunnen behalen. En al mochten
we 't toch nog verliezen, omdat de tegenstand
te groot en onze kracht te klein was, dan
zullen we ten minste de heerlijke zelfvoldoening
smaken, die voor den waren moed is wegge
legd. Dien kalmcn moed te beloonen en steeds
bij anderen op te wekken is voorzeker een
schoon gedeelte van onze levenstaak
Deutioliem. P. v. d. Velde Mz.
Scii.vgkn. De Commissie van volksvoor
drachten gaf Vrijdagavond 11. in het Noord-
hollandsch Koffiehuis haar tweede of laatste voor
dracht in dit seizoen. De heeren F. Mooij en
A. B. Webcr, beiden van den Helder, ver
gastten de toehoorders,-op een paar leerzame en
schoone voordrachten. De heer Mooij loonde
op zijne bekende losse en gemakkelijke wijze
van spreken, door eenige voorbeelden uit 'de
geschiedenis aan, hoe dikwijls uit liet kleine
het groote voortkomt; terwijl dc heerWeber,
dien wij nog nooit hadden zien optreden, ons
vergastte op de keurige en boeiende voordracht
van het prozastuk: ,/IIet offer der Zee" en
het dichtstuk //de Wraak", v. Tollens.
Beiden heeren roepen wij dan ook gulhartig
een woord van dank toe voor hetgeen zij dien
avond te genieten gaven.
Onze beide vereenigingen //de Roos" en
de //Harmoniekapel" bleven ook nu weder niet
achter en voltooiden dezeu avond door het
opvoeren van een kluchtig stukje, „Do brief
met het Roode Kruis", cn door dc uitvoering
van eenige schoone cn opwekkende 0l k
res cn marschen.
Omtrent de opkomst van donateurs
giftigden moet ons een kleine opmerkj 1
het hart.
Sprak de lieer Mooij van kleine oorzak
groote gevolgen, zoo zou het wel eens Lj
zijn dat uit de kleine omstandigheden!!
slecht opkomen der donateurs zeiven en l
ondoelmatig uitreiken der kaarten aan
lui, die beter in een danshuis dan in Cey'
gadering zich thuis gevoelen ]lct
gevolg kon ontstaanverval en uitsterving
volksvoordrachten.
In het belang der volksvoordrachten
het to wensehen dat de Commissie bh
volgende keer het onwrikbaar beshut J
personen beneden 18 jaar niet meer t0c
laten en dat daartoe heeren donateurs vo»
hunne medewerking verlecnen, door niet
kaarten uit te reiken aan jongens en mei#,
De Volksvoordrachten zijn wel in het le
geroepen om aan het volk een nuttigen i
aangename» avond te verschaffen, doch m
om een gezellig kinderpartijtje te formeere
Tn den wedstrijd op schaatsen, te Chri.
tiania Donderdag gehouden tusschen Ar
Paulsen en Rinke van der Zee, heeft om
landgenoot het onderspit gedolven. Paul
legde de baan af in 11 minuten 8 seconè
en van der Zee in 12 minuten 11 seconde
Daarentegen bleef B. Kingsma overvvinner
den internationalen wedstrijd, die daarna i:
gehouden.
In Zuid-Beveland is dezer dagen e
weduwe kinderloos overleden, wier vermog;
- dat, naar algemeen zeggen, 7 ton bedraa;.
aan arme bloedverwanten te beurt vj
O. a. zou een behoeftig arbeider te Hoed
kenskerke 20 a 30 duizend gulden ontvarn
- De commissie tot tijdelijke werkt?
schaffing te Amsterdam, heeft Zaterdag e:
vierde van de 3600 werklieden, die zij
dienst had, bedankt. De overigen zullen
drie partijen, telkens met een week tussck
ruimte, naar huis worden gezonden.
Er is deze week weder ingekomen at
giften ongeveer f 11.000.
Men schrijft uit Volendam, aan de Ams
dat men daar ernstig denkt aan het vow
eener commissie, ten einde een beroep te te
op de publieke liefdadigheid. Do vloot li;
nu van Kersttijd af werkeloos in de have:
en er wordt volstrekt, niets verdiend. Daar'
komt, dat er zeer vele zieken zijn, zoodatd
behoefte met don dag grooter wordt. Uk
onbekenden zijn reeds ongevraagd belangrijk
giften gezonden (men zegt circa f 2000). M
dat bedrag kan echter slechts weinig gtifc
worden. Als men bedenkt, dat de berekeniis
is, dat ieder span botters dat met den vvoi
derkuil vischt, f 80 per week besomt, 4
maakt dat reeds voor de honderd span eet
som van f 8000. En nu zegge men niet,4
de Volendammers dan maar andere nette;
moeten gebruiken, want dit is nn een»
onmogelijk. Bij de gehouden proefvisscherijf
is gebleken, dat de Volendammer vaartuig?
zich daartoe minder eigenen.
Ook voor de burgerlijke gemeente Edanis.
de toestand kritiek, want de achterstallige te!E
te Volendam klimmen zeer. In éen woord lu
is een allerbedroevendste toestand.
Uit Utrecht meldt men wonderen
hetgeen de biljartspeler Goffard verricht.
W ie begrijpt er bij voorbeeld iets van:
op een gewoon diep tafelbord een biljart"
tusschan duim en vinger wordt neerga"0'
pen, daar een paar minuten met sterk/®''
ronddraait en ten slotte zonder eenige ®et
bare oorzaak over den rand van het bord of
het biljart springt? Wie verklaart denzelW®
toer met drie borden, op elk waarvan
ballen énel ronddraaien, steeds cavaii»100
rende om eindelijk achtereenvolgens "a<
keuze van den toeschouwer rood, gi'°e'j
wit het eerst eveneens uit het h°'
springen? Wie zag ooit een carambole nw
met slechts twee witte ballen op het '"i.
en den rooden op een kort steenen
pijpje in den mond van den naast het h'J
staanden bediende? Waar ter wereld
ooit een bediende met een stoel op h^ 'jj
zitten, terwijl zijn meestor onder dien
door met kracht een bal tegen den hoven
stoot, dio daar opspringt en over het 1(^
van den bediende heen naar den SP.®!C1
keert en daar caramboleert? Welke bnja' Nu
gebruikt niet alleen de vlakke bi!jal(