LIKDORENS. Patenten. Jacht en Visscherij. doen gebruikelijk is. Behagen, den 14en Maart 1885. De Burgemeester, O. LANGEN BERG. De Secretaris, DENIJS. NAMEN der, van de in het gepasseerde jaar gesloten Kiezerslijsten, geschrapte Kiezers: Van Leden voor den Gemeenteraad. <°Y ITI. lï'iliK, VY ril. rvnui», nwujeujw. i»ucv., A. van der Molen. Ce. Nieuwland, D. Roggeeecu Sr, JK Stammes Cr. B. Sutfaerlar.d, S. Trompetter. Van Jedcti voor de 1 weede Kamer der Staten- Gcneraal en de Provinciale Staten. Jo. Boontje», B. Boeman, Cs. Oenijs, A. J.V Diepe- rink, F. Gorden, Jn. Jimmink, D. Keet Dz. Wm Knot», Cs. Nieuwlnnd, Jn van der Oord, K. Plevier, II. Ploeger, D. Roggeveen Sr, Jn. Rotgans, Jb. Stam mes Cz. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen ter algemeene kennis, dat door JAN KEET Dz., vergunning is verzocht, het perceel aan de Nieuwe Lacczijde. Wijk B, no. 112, te mogen inrichten tot Bkood- es Koekbakkerij. 1 >o bjj het verzoek gevoegde bij de Wet voor schreven teekening met toelichting, liggen ter inzage ter Gemeentesecretarie. Bezwaren tegen het verleenen dier vergunning kunnen schriftelijk worden ingediend, en, desvorkiezi nde mondeling worden toegelicht, in cene door bet Gemeentebestuur, ten Raadhuize aldaar te houden Zitting, op Dinsdag 31 Maart a. s., des voormiddags van tien tot twaalf ure. Schagen, den 17 Maart 1885. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANOF.NBKRG, do Si-creta. is, DENIJS. De Burgemeester van Schagen, brengt tor alge- ir.eenen kennis, dat do patenten, aangevraagd in de maanden November, December en Januari, 3e kwar taal, dienstjaar 1884|85, ter gcmeento^rcrotario door belanghcbbondo kunnen worden atgebaald van af Zaterdag den 21en tot en met Donderdag don 26en Maart a. s., des voormiddags van 9 tot 12 ure, den invallenden Zondag uitgezonderd. Schagen, den 20en Maart 1885. De Burgemeester voornoemd. G. LANGENBEBG. Do Burgemeester der gemeente Schagen, brengt ter konnis van do ingezetenen, dat de aanvragen ter bekeming van jacht, en vischacten en van kostelooze vergunningen tot uitoefening der visscherij, voor het Biizoen 1885i86,ter Secretarie voor de belanghebbenden ter imulling verkrijgbaar zijn, dagelpks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd, dos voormiddags van 9 tot 12 uro. Schagen den 20en Maart 1SS5. Do Burgemeester voornoemd, G. LANGENBERG. morgen plaat3 hebben. Hij verried aan de zijnen noch aan zijn broeder, door cenig gebaar, wat hem wachtte, ja hij was zc-lts opgeruimd. Zjjn geheele leven lang had hij alles, wat de eer verlangde, bereidwillig gpdaan Geen offer was hem te groot geweest. te Toen hij met de zijnon weder tehuis was gokomen, bleef hij nog in zijno kamer. Zijne vrouw wilde hem gezelschap houden. „Doe dat niet, Elf'iede," zeide hij op zachten toon. „Begeef u ter ruste, want ik moet nog het een en ander doen zelfs r.og tamelijk veel." .Kunt gij dat morgen vroeg niet doen bracht Klfriede hiertegen in. .Neen, kind, gij weet, dat ik niet gaarne werk uitstel, bovendien moet ik morgen zeer vroeg een wandelrit maken, ik heb dat met een vriend atge- sproken. Tegen koffietijd hcop ik terug te zijn." Hij epiak de laatste woorden niet zonder ceo zachA beven zijner stem, maar ziju vrouw had geen aan leiding hier in iets vreemds te vinder. Teen hij alleen was, liep hij eenige malen het vertrek op en neder. Daarna ging hij aan zijn schrijf tafel zitten, wai t hij had nog veel te doen. Hij schreef aan zijn zoon en aan zijn broeder. Zijn hand heelde toch, toen bij Fgon vermaande, steeds braaf te blijven, en zich Dimmer weder te laten verlokken door hoog spel. Hij mocht er niet bijvoegen, hoeveel n-ocielijkc uien bjj door het spel van dieu tenen nacht hem had bereid, ook het duel was er immers een gevolg van. Het was laat, teen hij zich ter ruste begaf, maar de slaap ontvluchtte hem. Reeds de gedachte, dat zijn bediende den tijd verslapen, en hij te laat epde kamp plaats verschijnen kon, hield hem wakker. Voor dat het tijd was, wekte bij den bedierde en liet het paard zadelen. Zijne vrouw sliep nog. Hij trad dicht naar haar bed en liet het oog op haar rusten. Hoe gaarne bad hij haar nog een kus gegeven hij verliet snel de sla: pkamer. Voorzichtig trad hij Ulnke's slaapvertrek binnen, om zijn dochter nog eenmaal te zien- Zij hoorde hem niet. Hare wangen waren met een rooskleurige tint bedekt, haar borst bewoog zich i regelmatig, eu om de eeu weinig geopende lippen in. Wnf nl onaangename gewaarwordingen, door die nietige voorwerpen veroorzaakt. En ronden dan hiervoor geene goede, afdoen- de middelen bestaan. Wel zeker; waarom niet? De wetenschap heeft in den laatsten tijd wel zooveel vorde- ringen op allerlei gebied gemaakt, dat men ook in dezen riet verlegen behoeft te zijn. i Zijf gij met de zoogenaamde aardsche goede- ren ruimschoots gezegend, wel nu dan neemt gii uwe toevlucht tot den daarvoor als aan gewezen mm, den pedicure. Neem bij hem een abonnement, waarbij hij zich verplicht, om elke maand uwe voeten te onderzoeken en bij de geringste teekenen van aanwezigheid van uw vijand hem dadelijk te verdrijven. Men zegt wel eens figuurlijk, dat men het kwaad met wortel en tak moet uitroeien, maar hier is 't werkelijk waar, want onophoudelijk groeit hij weer aan en hij is hardnekkig en vermetel. Nu gebeurt het meer dan eens, dat die heeren pedicures en dentistes wel eens overslaan en hunne beurt van komen vergeten en in zulke gevallen juicht uw vijand en steekt zijn kop in volle werkelijkheid weer omhoog. Derhalve voortdurend en onbezweken volhouden met de vernietiging en uitroeiing. Ieder weldenkend mensch zal dit hoogst na tuurlijk vinden, want gaat het niet op dezelfde wijze met alle onkruid, met alle verkeerde neigingen en hartstochten Zoodra men ver slapt in den ijver, woekeren zij verder voort en hoe zal 't dan gaan, wanneer men met de bestrijding geheel ophoudt en het kwaad on gestoord zijn gang laat gaan? Dat kleine maar lastige voorwerp kan op die wijze voor ons eene waarschuwende stem worden Zijt gij minder bemiddeld, zoodat gij tot zulk een voornamen heer uwen toevlucht niet neemt, dan zijn er middeltjes genoeg uit nieuwsbladen op te sporen, en zoo langza merhand zult gij eenige stuivers en guldens besteden, daar uw vijand gedurig terugkomt. Daar ik over de oorzaken en het zijn van dit onnangenaam verschijnsel heb gesproken, reken ik mij ook niet minder verplicht, een genees middel aan te wijzen en wel een, dat in ieders bereik ligt, terwijl ik daarbij niet vrees, door het anti-kwakzalvers-verbond wegens mijn recept aangevallen of vervolgd te wor den. Het bewuste, eenvoudige middel is dit neem een ui, laat die ferm kooken in besten wijnazijn, en leg eenige dagen achter elkander een stukje op de likdoorn of een lid zijner familie en de vijand zal verdwijnen. Misschien heb ik me nu ook nog verdien stelijk gemaakt en aan de lijdende mensch- heid een dienst bewezen. Mocht dit zoo zijn, dan vind ik den een of anderen dag nog wel eene dank betuiging in deze courant. Hoe zetelde een lachje Zij scbeeu te drootren. Bi hoedzaara verliet hij het vertrek, zijn hart klopte onrustig, want een bang voorgevoel zeide hem dat hij de beide slapende niet weder zou zien. Hij drukte de hand tegen het voorhoofd en bleef een oogenblik bewegingloos staan daarna werd hij kalm. De bediende hield zijn paard reeds vast, hij besteog hetzelve en niet het scherpste oog had op zijn gelaat een spoor van onrust kunnen ontdekken. Voor de poort der stad ontmoette hij zijn secondant, den majoor Reuter, zoo waren zij het ook afgesproken. Reuter," zeide hij, terwijl hij de brieven die hij den vorigonavond had geschreven, uit zijnen borstzak nam. „Niemand weet, hoe het komen kan, neem de/e brie-ven in bewaring en bezorg ze dadelijk, wanneer het noodig is. Ingeval het niet behoeft, geef ze mii dan terug." „Ik zal ze u teruggeven," verzekerde do majoor. „Weet gij dat zoo zeker?" vroeg de overste lachende. „Ja, ik zou anders niet meer gelooven aan de ge rechtigheid van het lot." „Beste vriend, reken daarop niet," ging de overste voort. „Ik doe, wat mijn eer mij voorschrijft, en kat den uitslag getroo-t aan den hemel of aau het toeval over." In het woud ontmoetten zij Bülow en diens sccon- dant. Zij waren de eersten, die op de kampplaats aan kwamen lilly kwam eenige minuten na hen Hij sprak met zijn secondant luide en ikehende over het paa.d d.t hij bereed, alsof bij zelfs aan het duel niet eens ducht. „Moot ik nog en poging doen tot verzoening" vroojj de majoor deu overste. n "*een.!* RüKng op beslisten toon ten antwoord 'lt PU u bloot stellen aan het gevaar dat Tillv dat verzoek met kon afwijzt Ik houd eek verzoend voor onmogj! k, want al nam Tilly zijne woorden ok t- rug, dan zou ik toch nogde overtuiging hebben dat hem dit geen eerlijke ern6t was." dit ook zij, de kwaal is niet. ongeneeslijk, WfJ neer men ze maar goed aanpakt. Maar er zijn zooveel andere likdorens, cj; niet zoo gemakkelijk zijn te verdrijven e'n ons voordurend hinderen. Daar woont mijnheer in dat groote, aanzienlijke, deftige huis. ]n de oogen zijner buren en stadgenooten is U een gelukkig man, want hij heeft geld, kan zich verschaffen, wat hij wil en dat is immers in veler oogen alles, wat men wensehen kan en toch is er voor den opmerkzamen beschon- wer nu en dan een droeve trek op dat gelftat waar te nemen, waarop de zon van den voorspoed hare stralen steeds schijnt te wer. pen. Die schijnbaar gelukkige man heefteen zoon, die hem veel stil verdriet veroorzaakt. Zooveel mogelijk verbergt hij dat leed voor de oogen der vaak meedoogenloozc wereld, Hij wil dat kind, den goeden naam van dat kind zooveel mogelijk sparen, maar hij zeil lijdt er vreeselijk onder, en te midden van den genoegens der wereld is dit de pijnlijke plek, de likdoorn, die hem onophoudelijk en onbarm. hartig kwelt en hindert. Hier is 't genezen uiterst moeielijk daar de likdoorn zelf zich van zijne macht bewust is, en zooveel mogelijk zich tegen die genezing verzet. Aan wiende schuld? Helaasaan den vader zelve. Wanneer hij 't jeugdige plant e behoor lijk in tijds had geleid en gebogen, met andere woorden, wanneer hij de likdoorn hij de al lereerste verschijning onverbiddelijk, totaal had uitgeroeid, dan had hij zijn kind de grootste weldaad bewezen en zich zeiven al dat verdriet en leed Kespaard De heer B. heeft eene onbegrensde eerzucht, die hem blind maakt voor de verdiensten van anderen, waardoor hij zich zeiven steeds o[ den voorgrond en op een voetstuk plaatst, van waar hij met ongeveinsde minachting neerziet op de vermeende verdiensten van anderen. Hij is anders geen kwaad man, iemand die gaarne anderen zal helpen en bijstaan, omdat stil zwijgend ook daardoor zijne eerzucht wordt geprikkeld, maar aangezien alle menschendit nu juist niet weten, gaat hij bij velen voor een hulpvaardig mensch door. Maar pas op, wanneer gij hem in dit eene punt aanraakt; dat is zijn gevoelige plek trapt gij bij ongeluk daarop, of raakt gij dat maar even aan, dan is er geen huis met hem te houden en hij zal zich vertoonen in zijn ware gedaante. Dan wordt hij met één woord ongenaakbaar eu "i zijn gevoel van aanmatiging, al zijne overdreven te hoog gespannene denkbeelden van eerzucht komen in al hunne kracht te voorschijn. Wanneer we in aanmerking nemen, dat ver reweg de meeste menschen door likdorens worden gekweld, en als we erkennen, dat die plaag dikwijls al zeer lastig en vervelend is. dan zouden we bijna zoo ver komen, dat de goede Batavieren benijdden, die ten minst® wat hun schoeisel aangaat, van déze kwaal wel geen last zullen gehad hebben. Nog anjk ren, die niet gaarne "blootvoets gaan, zoude» voorstellen om steeds pantoffels, wijde, gemak kelijke pantoffels te dragen en zich daardoor voor die kwaal te vrijwaren. Maar even als men niet veel respect betoont vorr blootvoetsloopende medemenschen, £Ven, zoo vindt men 't minder gepast, dat iet»8» zoo den geheelen dag op pantoffels rondloop' en zooals men dit dan noemt, niet geklee i* Aan die pantoffels is een idee van gem verbonden. De stap van hem, die net 8e of gelaarsd zich beweegt, is fermer, heeft w elasticiteit, daarin ligt meer het kfirakter^.^ iemand, die zich een weg moet banen, mc - over en door de hinderpalen heen zfj o meer het beeld van kracht en vlugheid. Laat ons derhalve de vrees voor Hm o .^j niet weerhouden, om onzen voet het se o-, te geven, dat ons past, maar laat bet in alle opzichten passen. Geen ijdelheidot zucht vervoere ons om schoenen t0 nCoetéu waarvan men vooruit kan zien, dat z° nlL hinderen. Die dwaasheid is onverg' H-' t! tj| mensch in 't bijzonder heeft zich dam^1, wachten. Elk, die zich in eene dwaz0^ neming waagt, elk land, dat een oorlog die verkeerd moet uitloopen, is gelijk mand, die een niet passende schoen 111 weid wil dragen. Eigen schuld is een o0U delijken rechter. Ongelukkig wor(/^et de schuld vau anderen is hard, maai ,f[ worden door eigen schuld is nog v0e ,i, Doetinchem. P. v. d. Velde Bwinj n't J fohrie [f72. ;chf laar' Ht nisd: iten Tllf iverbi aan Bjnkn hijil' ig' sjwat [di jevt |ere freri O Jons jdcr piet in i onp ie! (1'7. yla m HS lei xx in We Ide nu Ülc n K< Sn te Ji P r< 1 lei E n l ti t: y i Wordt Vervolgd. BSinnenlamhch Op Vrijdag den 20rn Maait j''^ujj 25 jaren geleden dat de II0Cl'

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1885 | | pagina 2