wild, uiterlijk tot en met 14 Januari 188Gzal
mogen plaats hebben.
En zal dit besluit in het Provinciaal blad
worden geplaatst en voort sin iedere gemeente
van boord-Holland worden aangeplakt.
Haarlem, den 12den December 1885-
De Commissaris des Konings voornoemd,
Get: Schorer.
Schagen, den 22sten December 1885.
De Burgemeester voornoemd,
G. LAMGENBERG.
Elinnenlandsch Nieuivs.
SCHAGEN, 28 Deo. '85.
Een zeer talrijk publiek was Zaterdag
avond 11., tweeden Kerstdag, vereenigd in
het lokaal van het Noord-Ilollandsch Koffie
huis alhier, en woonde de uitvoering bij van
het Amsterdamsch Tooneelgezelschap, onder
directie van de Hoeren A. van Zuyten en W.
Rentmeester, welk gezelschap opvoerde:' het
blijspel „De gevolgen van een Leugen,van
Adolf Kneisel, voorafgegaan door het drama
,/De Militaire Willemsorde," van Rosier
Faassen.
Dit drama, dat een echt Nederlandsch,
degelijk en aangrijpend stuk is, werd uitste
kend weergegeven. Elk speler oogstte welver
dienden lof. De heer van Balen, W'. Rcntmee-
ter, was inderdaad de in den dienst grijs
geworden brave soldaat, de man die gevormd
was onder Napole'on's adelaarsblik, de man,
die liever zijn zoon, welke de hand tegen zijn
moeder opheft, uit plichtgevoel met wegjaging
straft, dan toetegeven aan de stem van zijn 'hart
of aan dc smeekingen van vrouw en kinderen,
om den schuldige te vergeven.
In meesterlijk spel gaf hij den strijd weer,
die er in zijn gemoed gestreden werd, tot
eindelijk de zoon, die intussohen bij het leger
in Atjeh dienst had genomen, door een voor
beeldeloos gedrag van eenige jaren, zijn schuld
boette en de vaderlijke vergiffenis mocht ver
werven.
De heer Peijpers, in de rol van Frans,
tweede zoon van van Balen, en Mejuffrouw
Anna Fuchs, Betje, diens vrouw, waren ook
niet onverdienstelijk in hun spel.
Het nu volgend blijspel, dat, over 't alge-,
meen vrij goed en vlug werd afgespeeld, was
onzes inziens, wat men gewoon is te betitelen
met den. naam van een „Kermisstuk", en het
bevreemdt ons wel, dat de directie voor deze
uitvoering een dusdanig stuk heeft gekozen.
Al is het, dat men meent met blijspelen het
publiek hier het jongere publiek aan
genamer te zijn dan met een drama of een
stuk van ernstiger aard, in dit stuk ligt niet
de minste strekking. Het is, zooals het hier
werd opgevoerd een aaneenschakeling van
immoreele overtredingen, die wel niet precies
goedgekeurd worden, doch ook niet ge
hekeld. Do schrijver van het stuk heeft
in de eerste plaats de toestanden veel te
sterk overdreven, want hoe eenvoudig een
dorps-predikant ook mag zijn, zeker niet zoo
schuldig naief als dit carricatuur. Zoo ook
met de andere hoofdrol, die van den Koster
„Hanfling" (hier de heer A. v. Zuijlen.)
Spel en mimiek waren goed, best, maar het
karakter van de rol was al weder veel te
overdreven.
Wij bereuren het dat de de directie,
zich tot de keuze van dit stuk heeft
laten verlokken. Te meer nog daar te
genover het Voorgaand stuk de naaktheid
en nietigheid van dit blijspel nog des
te meer moest uitkomen.
Stukken gelijk dezen, mogen voor een
oogenblikje de lachspieren prikkelen, dat is
dan het gevolg van de bedrevenheid der ver-
toonders, maar de blijvende indruk er van
is zeer zeker ongunstig.
Wil men een blijspel Uitstekend Maar
laat het er clan een zijn, dat werkelijken
humor en satyre bevat, dat tintelt van vernuft,
dat getuigt van menschen- en wereldkennis.
Doch men bedenke, dat het soort van blij
spelen dat in Parijs of in Berlijn wordt toe
gejuicht, lang altijd geen kost is voor ons
Hollanders; al is het dan ook dat de bekwame
vertaler het zoogenaamd heeft omgewerkt.
De hoofdgedachten van het oorspronkelijke
treedt toch bij de vertaling dadelijk weer te
voorschijn.
De Herv. gemeente alhier heeft beroe
pen den Wel.Eerw. Zeer Gel. heer Ds. A. W.
van Kluyve, to Medemblik.
De Kerstweek heeft den ingezetenen
van Kolhorn een paar aangename avonden
gebracht.
De eerste dier avonden vond de kolfbaan van
den heer Kist flink bezet, door de kunst
lievende leden met hunne Dames en geïntro-
duceerdcn van het zanggezelschap „Amicitin."
Er werd voor het 180 tal toehoorders een
programma ten beste gegeven, waaraan de
werkende leden blijkbaar veel zorg besteed
hadden en waarvan de uitvoering dc ver
wachting overtroffen heeft.
De voordracht van „De Bloem/', „De Ster
renhemel" en „Op de Alpen", was zeer schoon,
maar veel werd ook tot waardeverhooging
dier nummers bijgedragen door de flinke wijze
waarop de Heeren en Dames Solisten zich
van hunne taak kweten. De beklemdheid den
leden van een jong gezelschap gewoonlijk
eigen, in zonderheid bij solozang, was hier
bijna geheel opgelost in het rustige en be
daarde dat een dergelijke positie moet ken
merken. Door een paar Dames werd als Duet
mot invallend koor op een lieve wijze voor
gedragen „Want u min ik, U alleen!"
De maatregel van 't bestuur om de
pauzeringen aan te vullen met Literarische
Voordrachten, bleek zeer goed te voldoen.
Het was dan ook den President eene merk
bare voldoening eene dergelijke bijeenkomst
onder warme bewoordingen te mogen sluiten,
na zijn dank gebracht te hebben aan een paar
leden van de zustervereeniging Apollo te
Wieringerwaard wier welwillende medewerking
dien avond, zeer op prijs werd gesteld en die
dan ook het hunne hebben bijgedragen tot de
daarstelling van een flink afgerond geheel.
Den tweeden bedoelden avond zag men het
gezelschap van den heer W. Hart (Diligentia
Alkmaar) de planken betreden, met het tooneel-
spel „de Matroos", een stuk in 6 tafereelen.
In een voorspel maakt men kennis met een
sergeant der kustwachters, ergens in Frankrijk,
die, om de eer zijner zuster te wreken, haar
verleider „een graaf" doodt, terwijl in
ditzelfde tafereel blijkt, dat hij de levensredder
van 's graven broeder en zijne bruid is.
Een geneesheer met een valsch, verraderlijk
karakter, die bij de verlossing dezer bruid zijn
hulp verleend had, werd, ten einde een groote
som gelds machtig te worden, de moordenaar
van dezen broeder, terwijl de sergeant der
kustwachters, hij verstek ter'dood veroordeeld,
de vlucht neemt en elders onder een vreem
den naam' als matroos zijn avontuurlijk loven
voortzet. De onechte zoon van 's graven broe*
der had hij inmiddels als eigen zoon aange
nomen en voor eene flinke opvoeding zorg
gedragen.
In de volgende tafereelen die ruim twintig
jaar later voorvallen komt de Geneesheer-
Moordenaar als Ridder voor den dag, onder
o
een valschen naam, en belust op een huwelijk
niet de nicht van den Gouverneur van een
Eransche Overzeesche Bezitting. Deze Gouver
neur is zelf gehuwd met de bruid van den
vermoorde Gravenbroeder maar zonder van haar
vorig leven iets af te weten en zonder
het bestaan van haar zoon te vermoeden.
Die zoon, was pleegzoon van den Matroos,
de Matroos was boezemvriend van den Gou
verneur. Het Nichtje moest trouwen (gedwon
gen) met den Ridder. Zij was echter in 't
geheim verloofd met, den pleegzoon. Zietdaar
eene verwikkeling waarvan de gelei lelijke
oplossing met zijn ontmaskeringen, herkennin
gen, vereenigingen en straffen, het publiek tot
ongeveer elf uur bezighield.
Voor het platteland was de uitvoering zeer
verdienstelijk te noemen. Genoemd gezelschap
is echter te bekend om over zijne onderdeden,
verdiensten en gebreken uit te wijden. Met
een woord gezegd de avond voldeed uitste
kend en 't was jammer dat de vrij ruime
zaal slechts voor een derde bezet was. De heer
Ilart heeft echter een „tot weerziens" aange
kondigd, en met dien troost nam het Bal een
aanvang dat da bewegelijke voetjes nog een
paar uurtjes aan den gang wist te houden.
De heer J. Breebaart Ivlz. te Winkel,
is bij Kon. besluit benoemd tot Hoogheem
raad van den Hondsbossche en Duinen tot
Petten, voor de Schager- en Noorderko<uren.
DO
Op den 27 December jl., s'morgens zes
ure, is op de Langereis, onder de gemeente
Winkel, door een onbekende oorzaak afge
brand een woonhuis, waarin bakkerij wordt
uitgeoefend, bewoond door Anton Brugman,
brood bakkerij en inboedel gehecï verbrand]
't huis, hem niet toebehoorendc, is waarschijn
lijk tegen brandschade geassureerd; do inboedel
was niet geassureerd.
De heer W. G. Boele heeft op „Jacoba-
Hoeve", onder Wapenvelde, boter laUn kar
nen van melk van koeien op zijne boerderij
uitsluitend gevoederd met groen voeder (inge
kuilde maïs en rogge). Door deskundigen is
verklaard dat het product heerlijk van smaak
en uitstekend van qualiteit is en dat, de bewe
ring als zou zulke boter ecnigszins sterk smaken,
blijkbaar ongegrond is.
Een man te 's-Hage, die met zijne vrouw
ruzie kreeg, trok het gordijn van een der
ramen en sloeg met de laf, welke daar in zat,
zijne wedei helft een arm stuk.
Te Hoorn had Zaterdagmorgen, tweede
Kerstdag een droevig ongeluk plaats. Een
oude en doove vrouw uitgaande om water en
vuur te halen, werd door een zwaren vuilnis
wagen overreden, met het treurig gevolg .dat
zij terstond dood was. De duisternis was
voorzeker wel mede cén der oorzaken voor
dit onheil.
Als een bewijs welk een aanzienlijk
reizigersvervoer gedurende de feestdagen over
den Rijnspoorweg plaats had, kan dienen,
dat op de gezamenlijke kantoren dier maat
schappij den dag vóór Kerstmis en den Isten
Kerstdag niet minder dan 14-1584, of f4000
meer dan het vorig jaar ontvangen werd.
Do politie te Steenwijk heeft Zondag
avond van hare sabels moeten gebruik maken
om eene rumoerige menigte uiteen te drijven.
De rijksveldwachters, die Zondagsavonds ge
woonlijk om 7 uur met den trein uit Heeren-
veen komen om de Steenwijksche politie te
versterken, werden afgehaald door een menigte
schreeuwende en zingende opgeschoten bengels,
die het later zoo bar maakten, dat de politie
de sabel moest trekken.
- Te Lünten, onder Almelo, nabij de
Westphualsche grenzen, is men tegenwoordig
bezig met het zoeken naar steenkolen. De man
die dat onderneemt iemand uit de Ruhr-
streken is zoo overtuigd daar kolen beddin
gen te zullen aantreffen, dat, hij reeds aanbie
dingen van leveringen aan fabrikanten gedaan
heeft.
Inde Werkmansbode wordt het denkbe
opgeworpen, om een nieuwe democratische
partij „een reform-partij'' tot stand te brengen.
Als schets van een programma voor zulk
een partij wordt het volgende gegeven
1. Stemrecht voor alle meerderjarige man
nelijke Nederlanders, in het volle genot der
burger- en burgerschapsrechten, behoudens
uitzonderingen bij de wet te regelen.
2. Afschaffing der accijnsen, behalve die
op wijn en gedistilleerd invoering van een
inkomstenbelasting, zonder of met een geringe
progressiewijziging der personele belasting.
3. Afschaffing der loting; een klein staand
leger van vrijwilligers; verplichte oefening in
den wapenhandel van alle weerbare burgers.
4. Handhaving van art. 194 zoolang door
de tegenpartij geen aannemelijk voorstel wordt
gedaan. Geen wijziging, welke rtadeelig zondo
kunnen worden voor het onderwijs in het
algemeen. Kosteloos lager onderwijs voor min-
en^orivermogenden.
5. Invoering van professioneel- en kunst
nijverheidsonderwijs, binnen zekere grenzen.
Verplicht teekenonderwijs op de lagere schokn.
6. Invoering van wetten tot bescherming
van den arbeidwettelijke (doch practische)
regeling van arbeid van vrouwen en meisjes,
in werkplaatsen, op het veld of als dienstbaren;
idem van jongens beneden 16 jaar; verzekering
van den arbeider tegen ongelukken, en pensioen
fonds onder toezicht van den Staat.
7. Oprichten van Kamers voor geschillen.
8. Plaatselijke commissiën van armbestuur
en onderstand, waarin ook de werklieden
vertegenwoordigd worden.
9. Betere bescherming van minderjarigen
tegen aanranding harer eerbaarheid. Verbod
minderjarigen, niet of zonder hare toestemming
en dio van ouders of voogden, ontucht te
doen plegen. Onderzoek naar het vaderschap
in zekere gevallen geoorloofd; verplichting
van den vader om te zorgen voor moeder en
kind
10. Afschaffing der uitvoerrechten in Ned.
Indië. Beperkt zelfbestuur der Ned. Koloniën,
met vertegenwoordiging in de Staten-Generaal.
Iu een zakkon-pakhuis in Teertuinen
No. 16, te Amsterdam, woedde Donderdag
ochtend te 5 uur een hevige binnenband die
met 2 handspuiten werd gebluscht. De man,