Euitenlandsch fliieu ivs. Gemengd l\ieuws. B UB G ERL IJK E STAND. Gemeente Scliagcn. M a r k t b e r i li t ;flesschen inmaakbrandewijn te balen en in iedere hand er twee aan den hals vasthoudende, was hij de Willemstraat ingeslagen. Toen hij idie halverwege ten einde was, zag hij een kapitein, die hem van de Mauritskade af te ïemoet kwam. Niet wetende op welke wijze lir dien nu zou groeten, besloot hij maar terug te gaan, om dan de Parkstraat te nemen. Het rechtsomkeer in den marsch werd 011- jiiiddelijk in vijf bewegingen door den soldaat ten uitvoer gebracht; doch het gezegde: een ongeluk komt zelden alleen, werd ook hier .bewaarheid; want de zoon van Mars kreeg nu een luitenant in 't vizier, die uit de Kazerne straat komende, hem thans passeeren moest. Wat nu te doen zou hij het wagen, om den 'minste in rang maar zonder groeten voorbij te loopen, of naar de uitgestalde photografieën ■gaan staan kijken en net te doen alsof hij zijn meerderen niet zag. Noch het één, noch het ander werd door hem raadzaam gevonden, doch de rekrutenschool gaf hem een goeden inval. Hij zette de flesschen op den grond, op één gelid, plaatste zich toen op den rechter vleugel daarvan, salueerde voor de beide officieren, die hem voorbij gingen en had op deze manier den knoop weten door te hakken. Uit vrees van deze beweging te zullen moeten herhalen, werd, nadat hij den drank weder had opgenomen, de versnelde pas door hem aangenomen. I Goed geteld lagen Woensdagmorgen te Halfweg, na het hevige onweer 's nachts, niet minder dan 480 doode musschen onder één boom. Onder andere boomen lagen er minder. I Zatèrdagavond werd te lJselstein een 18-jarig meisje, dat eenige boodschappen had gedaan, onverwachts op den zandweg aange vallen door den arbeider M. v. A., van de stoomstecnfabriek. Hij greep het meisje bij de keel, wierp haar op den grond en bracht haar met een tabaksdoos, die hij in de hand had, eenige slagen in het aangezicht toe; op haar geschreeuw van „moord" (want de man had, na haar op den grond te hebben gegooid, zich op haar geworpen) liep hij weg; opstaande bemerkte zij dat de winkelwaren, die zij bij zich had, zoo goed als verdwenen waren. Wieiers. De bereiders van een tweewieler en een driewieler waren eergisteren op den weg langs het Boorhuis in Den Haag zich aan 't oefenen in het hardrijden, toen de driewieler in aanraking kwam met een een wiel in de gedaante Yan een schareslijperswagen, wiens rad tot wiel gebezigd werd. Hierdoor antstond een hevige woordenstrijd, tot dat er ïen vierwieler, een huurrijtuig, aankwam, welks bestuurder een einde aan den twist maakte, door te roepen: „Vooruit, als je durft, wie het eerst van ons vieren aan iet eind van de laan is Als een pijl uit len boog vlogen de tweewieler en de drie wieler naast den. vierwieler. De laatste met sijn viervoeter moest het echter opgeven, en iet geheel werd door den eigenaar van den (enwieler, die wijselijk aan den wedstrijd ;een deel nam, vertoornd gadegeslagen. Een eigenaardige tooneel-scène heeft te Schiedam plaats gehad. Bij gelegenheid der kermis speelt daar de leer Van Lier met zijn gezelschapen daor- >ij behoort ook de bekende komiek Bigot. Üvenals meer tooneelspelers kan deze heer et met de critiek niet te best vinden. De eer Horn, op tooneelgebied welbekend, chreef in zijne tooneelverslagen in de Schied. irt. dat de heer Bigot in alle rollen Bigot lijft en zoo weinig moeite zich geeft om ok eens iemand anders voor te stellen, wat ij wel kon als hij maar wilde. Bovendien erweet de resencent den heer Bigot dat. hij ooit, zooals Judels, zich eens inwerkte in de icale toestanden, en in een kermisstuk nooit Jts van localen aard te hooren geeft. In al ijne coupletten zinspeelde hij op Amster- arnsche toestanden en op zaken van algemee- en aard. En het publiek wil zoo gaarne iets ooren uit eigen kring. Om zich over die opmerkingen te wreken, ichtte nu de heer Bigot den volgenden vond in een brief, dien hij in zijn rol had oor te lezen, allerlei lage insinuaties aan het dres van den heer Horn, en tastte hij daar- t diens privaat leven aan. Het publiek toonde echter op afdoende 'ijze dat het die handelswijze sterk afkeurde; en volgenden avond bleef het bij de voor telling van een stuk, waarin de heer Bigot de oofdrol zou vervullen eenvoudig weg en de oorstelling kon niet plaats hebben. De algemeene vergadering van de Neder- landsche Maatschappij van Tuinbouw en Plant kunde, gehouden te Zwolle den 5den September 1885, heeft met eenparige stemmen een be sluit genomen, waarbij zij den wensch heeft uitgesproken, dat in 1887 zal worden gehouden een Algemeene Tentoonstelling van Tuinbomv- voortbrengselen te Amsterdam, en heeft de uitvoering van dat besluit aan het hoofdbestuur opgedragen. Het hoofdbestuur heeft niet dan na rijp overleg het programma opgemaakt, dat thans is uitgekomen, en de plannen vastgesteld vol gens welke de tentoonstelling zal worden ge houden. Het programma, dat zeer uitgebreid is, be vat 244 nummers en looft voor prijzen uit ongeveer tien duizend gulden. De tentoonstelling zal worden gehouden van den 2en tot den 7en April 1887, in opzettelijk daarvoor op te richten verplaatsbare gebouwen van minstens 2000 vierkante meter oppervlakte. Aan het stedelijk bestuur wordt aangevraagd, om die gebouwen te mogen plaatsen achter het Rijksmuseum, en tevens om een gedeelte van het terrein voor de tentoonstelling le mogen gebruiken. Het hoofdbestuur heeft gemeend aan de tentoonstelling deze uitbreiding te mogen geven, omdat de Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw slechts na lange tusschenpoozing eene algemeene tentoonstelling houdt (de laatste werd gehouden in 1880 te Groningen), en omdat de Maatschappij dezen keer te Amsterdam werkzaam mag zijn, waar de tuinbouw altijd zoovele begunstigers heeft gevonden. De opgaaf van inzending met vermelding van het programma, waarnaar men wenscht mede te dingen, en van de plaatsruimte die verlangd wordt, moet worden gedaan bij den heer H. C. Zwart, secretaris der Maatschappij, te Watergraafsmeer, voor of op 20 Maart 18S7. De officieele aanvrage om ontslag, is door het knbinet-Gladstone ingediend, en de Koningin heeft het ontslag aangenomen, en lord Salisbury naar Osborne ontboden. De markies van Salisbury is uit Auverg- ne te Londen teruggekeerd. Hij heeft de op dracht om een kabinet te vormen reeds ont vangen. Men verzekert, dat hij aan den heer Goschen een portefeuille zal aanbieden. De heer Goschen is van alle gematigde liberalen de meest conservatief-gezinde. Het is dus niet onmogelijk, dat hij de portefeuile aan neemt. Zijn tegenwoordigheid in het ministe- rie-Salisbury bewijst echter nog lang niet de samenwerking der liberale dessidenten met de regeering in zaken buiten home-rille. Men gelooft, dat. het nieuwe kabinet tegen het eind dezer week gevormd zal zijn en dat het Parlement tegen 5 Augustus bij elkaar geroepen wordt. Daar de conservativen geen meerderheid hebben, zullen zij zich niet ver zetten tegen de herkiezing van den heer Ar- thur Peel (liberaal) als voorzitter van het Lagerhuis. Gladstone, die voor Midlothian en Lcith gekozen was, heeft verklaard het mandaat van het eerste district te zullen aanvaarden. Op de verschrikkelijkste wijze, die men zich denken kan, heeft een man in het arse naal te Woolvvich Zaterdag den dood gevonden. In een der smelterijen was een ploeg arbeiders bezig met het gieten van een kanon van 68 ton. De gietvorm was een cvlinder, staande in een put van ongeveer io vierkante voeten opper vlakte. De ijzeren vloer van den put vormde den bodem van den gietvorm. Ongeveer 8 ton gesmolten staal waren in den vorm gegoten, en deze inoest een paar uur staan, om het giet werk te doen stollen. Na een uur ongeveer daalde een man in den put af, om bet werk te doen, dat noodig was, opdat de cylinder zou kunnen rijzen. Het staal was aan de opper vlakte gehard, doch nauwelijks begon de cylin der te rijzen of het gesmolten ijzer verspreidde zich op den bodem van den put De werkman, Moriarbybeproefde nog den ladder te bereiken, waarmede hij afgedaald was, doch te vergeefs. De gloeiende vloed pakte hem en wierp hem omver, voor zijn makkers hém helpen konden. In de ziedende massa zag men nog slechts wei nig van den ongelukigen Moriarby. Toen het vloeiende metaal tot een vast siaalblok gestold was, vond men niets dan de ruggegraat van jen op deze vreeselijke wijze omgekomen man. Een vermakelijk avontuur wordt door de Egyptische bladen verteld. De handel in slaven wordt in het Oosten nog steeds gedreven, niet tegenstaande den ijver, waarmede Engeland daar tegen tracht te waken. Onlangs weer is een I urksch slavenschip met 24 mannen en 70 vrou wen aan* boord door een Engelschen kruiser ontdekt. Het schip was naar Alexandrië gebracht, waar men naar middelen zocht om dc slaven kwijt te raken; men kon hen toch niet hulpeloos daar aan wal zetten, zoover van hun geboorte land en geheel onbeschermd. Over de mannen was men het spoedig eens, men liet hen dienst nemen in het Egyptische leger. Maar wat met de vrouwen te doen? Gelukkig kwam iemand op een goed denkbeeld. Er werd besloten hen uit te huwelijken. In de stad werd bekend ge maakt, dat ieder, die een vrouw wilde hebben, zich te vervoegen had aan boord van het stoom schip- De toevloed van trouwlustige mannen was zoo groot, dat ze in rijen opgesteld werden en de vrouwen hunne keuze konden doen. In het eerst waren zij bedeesd, maar toen éen het voorbeeld gaf, kwamen de anderen spoedig na om de beste hapjes uit pikken, Een soldaat werd uitgekozen door een reeds tamenlijk be jaarde vrouw en dit beviel hem niet. Toen echter haar bruidschat verdubbeld werd al len ontvingen 22 francs van den Staat stemde ook hij toe en ging, evenals de andere paren, gelukkig de wereld in. Een eigenaardig erfenisgeding is thans voor de rechtbank te New-York aanhangig. Het be treft de nalatenschap van Prof. William Darling, den onlangs overleden hoogleeraar in de ont leedkunde aan de hoogeschool aldaar. De Professor had zijn vrij aanzienlijk vermo gen vermaakt aan zijn vriendin, Mevrouw De- lacroix. Maar een andere vrouw, Lefferts ge naamd, maakte aanspraak op de erfenis, omdat zij, naar ze beweert, een dochter van den over leden hoogleeraar is. Het is bewezen dat zij de dochter is van een William Darling, maar een man die sclieepsarbeider was, en die, wegens een schandelijk vergrijp tegen de zeden, een vonnis van 10 jaren tuchthuisstraf onderging. Juffrouw Lefferts erkent dat; maarzij beweert, dat de sclieepsarbeider en de hoogleeraar de zelfde persoon waren, dat de Prof. een soort van dubbel bestaan leidde, en nu eens als geleerde, dan weder als werkman optrad. Hij had als scheepsarbeider zijn vonnis ondergaan, en als Prof. zijn goeden naam behouden. Het ontslag van den tuchthuisboef Darling valt samen met het tijdstip waarop Prof. Darling van een lang durig verblijf in Europa terugkeerde. Beide partijen hebben verscheidene getuigen opgeroepen, en het zal nu aan de rechtbank staan te beslissen, of eréen dan wel twee Wil liam Darling's bestaan hebben. In het Amerikaansche territorie Wyoming zaait men velden met zonnebloemen, en deze gebruikt men later als brandstof. Wanneer de stengels droog zijn, zijn zij zoo hard als ahornhout en geven zij veel hitte. De bloemen met de daarin vervatte korrels branden, naar men zegt beter dan de beste steenkolen. Een acre lands, d. i. 4°,5 are, bezaaid met zonnebloemen, geeft gedurende een geheel jaar voldoende brandstof voor een kachel of oven. Zenuwlijden. Dr. S. Sr. Coronel schrijft in de Huisvrouw: «De grondvereischten tot behoud der zenuw kracht zijn lo. voldoende voeding van het zenuwstelsel, 2o. juiste verhouding tusschen de opneming en het verbruik van zenuwkracht,m. a.w. een goede afwisseling van werkzaamheid en rust. «Met de toenemende duurte van levensmid delen wordt voor vele menschen het genot van vleeschvoedsel schier onbereikbaar. Die onvol doende Voeding tracht men kunstmatig te ver goeden door zekere genotmiddelen, zooals, koffie, thee en sterke dranken. Deze zelfstandigheden zijn in staat de stofwisseling te vertragen en kunstmatig tijdelijk de zenuwen op te wekken, tot arbeid te prikkelen en den arbeid te doen volbrengen. Maar daardoor wordt slechts voedsel gegeven aan bloedarmeede en zenuwzwakte, en als gevolgen daarvan klierziekte en longtering. «Het tweede vereischte tot behoud van de zenuwkracht is een juiste verhouding tusschen zenuwkapitaal en zenuwverbruik, tusschen rust en werkzaamheid. Het belangrijkste herstellings middel voor het zenuwstelsel is dè slaap. Dan worden voldoende krachten verzameld om de uitgaven aan de geestelijke en Iichamenlijke be hoeften van den dag te dekken. Daarom voelt zich een gezond gestel Js morgens het best tol den arbeid, in staat, en geldt voor dit de spreuk: «De morgenstond heeft goud in den mond.' Maar met den zenuw-zakken menscli is het anders gesteld. Hij gevoelt zich niet verkwikt door den slaap, maar dof in zijn hoofd, loom in zijn le den en ongeschikt tot den arbeid. Zijn beste tijd is in den regel des avonds. Van hem kar. men zeggen: »'s Morgens hectiich (uitgeput), 's avonds electrisch." Geschaakt. Een jong meisje, dat met naaien den kost verdiende, was de btuid. Haar brui. degom had zij voor korten tijd leeren kennen en toen ook een einde gemaakt aan een lang durig engagement met een ingenieur te Berlijn, door wien zij nu juist niet altijd met bijzondere teederheid was behandeld en die niet van plan scheen te zijn ooit te zullen trouweo. Eenige dagen voor het huwelijk voltrokken zou worden, verscheen eensklaps deze vorige beminde en eischte, dat zij van haar voornemen, om een ander haar hand te schenken, zou afzien. Hij kreeg echter een weigererend antwoord en heeft toen, naar men zegt, me', behulp van een met hem bevriend apotheker het meisje, op den dag der bruiloft, na haar met chloroform te hebben bedwelmd, met geweld ontvoerd. Een huurrijtuig bracht hen naar bet station, waar de zonderlinge minnaar plaats nam naar Kreuz. Maar hier was de politie van de ontvoering onderricht en werd de schaker der jonge bruid gearresteerd. Onder de getrouwe bezoekers van het panorama «de slag bij Sédan" te Berlijn, is te genwoordig een oude vrouw, die eerst sedert korten tijd in de hoofdstad woont. Zij heelt een bijzondere reden voor die herhaalde bezoe ken, Haar eenige zoon is bij Sédan gesneuvefd. Reeds de eerste maal toen zij er kwam, zag zij op het doek zijn regiment en meende zij, in de voorste rijen der moedig optrekkende solda ten, haar jongen te herkennen. Uren lang brengt de oude vrouw nu in het panoramagebonw door, terwijl zij, met een weemoedigen glimlach, naar het beeld van haar zoon staart. En aan ieder, die het hooren wil, vertelt zij met moederlijken trots, dat die soldaat dadr, haar dapperen jon gen is, die bij Sédan heeft meegestreden, e n met zijn bloed Duitschland's eenheid mede be zegeld heeft. De impressario Stakosch heeft in Zweden een „stem ontdekt, de zangeres Sigrid Arnoldsen die hij met Nilsori en Patti op éen lijn stelt. Zij zal eerlang te Parijs optreden. Een zonderling geval is te Londen voorde rechtbank behandeld. Als eischer trad op Lord Howard de Walden, gedagvaard waren de heeren Oakley, Somerset en Kenolly, die men moderne zeeroovers zou kunnen noemen. Zij bestelen echter niet op den Oceaan vreemde schepen, maar hun eigen pasagiers. Zij bezitten een snel zeilend jacht, de »Tylburnia« en adverteerden eene pleizierreis daarmede rondom de wereld. Men zou overal gelegenheid hebben tot jacht avonturen en tot het bezichtigen der merkwaar digheden. Onder de passagiers bevond zich ook Lord Howard de Walden, wien tegen betaling eerier som van 200 pond al de genoegens van het zeiltochtje beloofd werden. De „Tylburnia« ging behoorlijk onder zeil. Maar reeds in Gravesend deserteerde een deel der equipage. TePlymouth bleet het jacht acht dagen liggen. Te Gibraltar maakte zich de kas sier uit de voeten. Te Madera kreeg men twist met de douane en het jacht ging, door de ko gels van het fort vervolgd, onder zeil, zonder versch water ingenomen te hebben. Te Barbados verdween de kok, en toen Lord Howard de Walden tot den eigenaar van het schip eenige vertogen richtte en zich eenigzins minachtend uitdrukte omtrent de soort en de manieren van de dames aan boord, werd hij op het dek afgeranseld. Tengevolge hiervan verliet hij met andere passagiers het schip, en keerde op eigen kosten naar Londen terug, waar hij een der eigenaars voor den rechter daagde. De rechter kende hem 90 pond schadevergoeding toe; op de „Tylburnia is intusschen te New-York beslag gelegd. Ingeschreven van 21 23 Juli 18S0. Geboren: Marijtje, dochter van Dirk Rogge veen Cz. en van Margarelha Meurs. Ondertrouwd, Getrouwd, Gcene. Overleden. c •SCriAGES, 8 Juli. Anngrcvoon d 5 Stuks Paarden f 80 - a 120 - V. ulcas I a - Ossen f a 7 Stieren f 50 a 150. - 31 Gold.: Koeien (inigo e) f 100 - a 130. - 7 Idem (vette) f 150.- a 230.— 10 Kalfkoeien f 180.— a 23 - 10 Vairzon f 60—- a 90 Graskal vèron f a 6 Nuchtere Kalveren f 5 a 15.— Rammen f - a 250 Schapen (magere) f 10-- a 15 100 Idem (vette) f 20 - u 27.— 0 verhouders f a 100 Lammeren f t a 10 50 Bokken ca Geiten f A 12 Varkens (magere) f 13'— a .20. Idem (veile) f a 16 Biggen r G'. - a 8.-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1886 | | pagina 3