llinnenlandsch Nieuws. a4 "ei* w toestand en vroeg geene verklaring. Op een avond gevoelde zij zich echter onwel, en zij be sloot zich vroeg ter ruste te leggen. Toos en ik zaten nog een poosje te praten maar ons gesprek wilde niet vlotten en ook wij begaven ons weldra naar boven. Voorzichtig opende ik de deur van mijn slaapvertrek, opdat ik Anne niet storen zoude in haren eersten slaap op de teenen trad ik 't halfduister vertrek door, toen ik aan de tafel Anne gewaar werd in nachtgewaad, de zware vlechten los over de schouders geworpen, terwijl de eene hand het hoofd ondersteunde. „Mijn hemel, kind, ben je niet naar bed gegaan Of was het je te warm? Maar dan had je toch wat om moeten slaan, lieve, je zult verkouden worden," vermaande ik ernstig, maar ongeloovig schudde zij 't hoofd, en toen ze de oogen ophief zag ik dat ze vochtig waren. „Wat is er Anne? Ben je niet wel, of is er iets gebeurd vroeg ik verschrikt. Een doffe snik, gevolgd door een tranenvloed was het antwoord. „Maar, kind. wat is er dan toch ik begon ongeduldig te worden. „O, Jo ik vind 't beter, dat Cato. maar weer gauw naar huis gaat klonk het afgebroken. „Wat nu, je hebt toch geen woorden gehad „Neen niets maar Jo ben ik dan zóó ver velend." „Wel neen, kind, hoe kom je daaraan „Ja, ik heb 't wel gemerkt, datje meer van Cato houdt, dan van mijowas ik maar nooit getrouwd 1" De toestand was te ernstig, om er mede spotten, maar op eens schoot mij de bekende volksmelodie te binnen, en ik beet me op de lippen, om niet in lachen uil te barsten. Anne bemerkte 't, en begon zich op te winden. „Och, ik kan 't me best begrijpenCato is mooi, Cato is geestig. Cato is vroolijk, Cato is jong, ze scheelt wel bijna een jaar met mij, Cato is verstandigO, Jo, waarom houd je nu niet meer van mij „Maar, Anne, heusch, ik houd veel meer van jou dan van Cato, heusch zoo!" „Neen, ik weet 't wel beterWaarom brengt ze jou dan altijd je koffie voor, en waarom ben je dan altijd zoo graag samen alleen?' Goddank, nu begreep ik alles „Kom, Anne, wees nu eens verstandigSla die deken maar eens om. (Ik trok 't heele ledikant in wanorde, en Anne begon nog boozer te kijken, maar ik stoorde me daaraan niet) „en ga eens zien, oi Toos al slaaptals ze nog wakker is, zeg haar dan zelf maar eens je grieven 1" Anne schudde 't hoofd, en bleef zitten, waar ze zat. „Kom, kind doe dat nu, misshien lost alles zich in vrede op." Ik trok haar de deken over de schouders, en schoof haar half met geweld de deur uit. 't Duurde niet lang, of een gedruis van stemmen drong tot mij door. Ik moest lachen om het misverstand en toch sloeg mij het hart hoorbaar, toen ik dacht aan de mogelijkheid, dat Anne gekrenkt zou zijn over dat gemis aan vertrouwen of erger nog, geen geloof zou slaan aan Cato's verhaal. 't Duurde echter niet lang, of Anne kwam terug liep snel op me toe, omarmde mij met een lang gerekt„God dank Ik kuste haar, zooals men een kind zou doen, terwijl ik haar de haren uit het aangezicht streek. Joben je boos op me, dat ik ddt van je denken kon tot man. „Moge de barmhartige God u genadig en barmhartig zijn I" zeide ik troostend tot hem. Hij scheen mij niet meer te hooren. Zijne brekende oogen staarden in het ledige. Eensklaps omvatte hij krampachtig mijn hand, richtte zich met geweld op en wees naar buiten. „Daar, ziezieriep hij. „Daar staat hij, bleek en met bloed bedekt, en hij wenkt mij met den vingerEn daar naast hem wie is dat, zoo bleek, zoo wit Annie, mijn kind Annie kom kom tot uw va der Het laatste woord stierf op zijne lippen weg, een rilling door liep nog zijn sterk gebouwd lichaam, daarna viel hij achterover het leven was zijn lichaam ontvloden. Bewusteloos zonk ik bij den doode neder. Het eerste, dat ik mij weder herinner, was, dat ik mij in de open lucht -be vond, gelijk een beschonkene tuimelende, nauwelijks in staat, op mijne voeten te blijven staan. Hulpvaardige handen onder steunden mij. Verwonderd keek ik rond. Eene opgewondene menigte mannen en vrouwen stonden om en dicht bij mij vlak bij de opening der mijn lag in het volle zonlicht het lijk van mijn oom, waarover mijne tante en Annie zich bogen, bit terlijk weenende. Ook ik zonk bij hen neder en bedekte mijn gelaat met beide handen. Toen ik weder opkeek, zag ik George Redruth en zijn moeder bij mij staan, naast hen Madeline. De jonge heer scheen zich volkomen hersteld te hebben, ofschoon hij er nog zeer bleek en zenuwachtig uitzag. „Trelany," zeide hij, „dat is een treurige gescliiedenis. Ik heb aan u mijn leven te danken Ik zag hem koel aan; hij sloeg zijn blik voor den mijne neder. „Neen, mijnheer," antwoordde ik „Gij hebt uw leven te danken aan dezen ongelukkigen martelaar, die hier ligt, en gij weet ook het beste, hoeveel redenen hij had, het zijne voor u op te offeren." „Ja, het is zoo," zeide hij, „hij begon de taak, die gij vol bracht. Toen de zee doorbrak, moet ik in onmacht zijn ge vallen en Pendragon droeg mij naar de plaats, waar gij mij hebt gevonden. Ik zal er voor zorgen, dat die moedige daad zijnen nagelatenen betrekkingen vergolden wordt. Wederom zag ik hem strak aan. „Daarvoor is het te laat," antwoordde ik. Hij wierp mij een blik toe, waarin de oude haat duidelijk Ocb, maar waarom mocht ik ook niet weten, dat Ca geëngageerd was Jo, ben je echt niet boos Neen Laa dan Toos nog maar een poosje blijven Ik stelde haar gerust, dat ik niet boos was, en 1 oos is nog een poosje gebleven, maar de verhouding tusschen ons drieën was niet meer zoo vrij als in 't begin, en toen onze logé weg ging gevoelden we ons, geloof ik, alle drie verruimd. En, nadat ik haar naar den trein had gebracht en weer mijn klein huisvertrek binnentrad, waar mijne vrouw, thans alleen, me met verlangen zat op te wachten, toen was het eerste woord, dat me van de lippen moest: „Ziezoo nu vragen we in de eerste twee jaar geen logé meer En een kus van Anne was de belooning voor dat ge zegde. .J. v. d. 13. Schagen 11 Mei 1887. Zondag j.1. waren in de kolfbaan van het Noordholl. kof fiehuis alhier eenige voorwerpen tentoongesteld, vervaardigd door de leerlingen der Departementale Huisvlijtschool. Gedurende dezen Cursus woonden 12 leerlingen het onderwijs bij. Inderdaad een zeer gering getal, als men' nagaat hoe talrijk onze jeugd is. Algemeen schijnt men dan ook nog niet het nut van dergelijk onderwijs in te zien en toch zie de resultaten er van en men zal moeten erkennen, dat de cursus voor Huisvlijt—onderwijs alle redenen en rechten van bestaan heeft. Wellicht weet het groote publiek niet wat er toch wel op die Huisvlijtschool wordt uitgevoerd Men had j. 1. Zondag de meest sprekende en duidelijke verklaring kunnen vinden. Dat onderwijs heett het tweevoudige voordeel dat het zoowel genoten kan worden bij wijze van uitspanning, als wel met het doel het een en ander te leeren maken, waardoor kin deren van behoeftige ouders de vervaardiging leeren van ver schillende bruikbare voorwerpen, waardoor zij in tijden van nood tenminste gedeeltelijk in hunne behoeften zullen kunnen voorzien. De jongens leeren daar het vlechten van vloer - en stoelmat ten, het steken met den beitel, het hanteeren van de figuur zaag, het vervaardigen van allerlei voorwerpen vau karton, zeer zeker altemaal kundigheden waarmede voor den behoeftige in bittere tijden nog wel het een en ander valt te verdienen. Al die voorwerpen, van dagelijksche behoefte, te leeren maken, is dus een zeer vruchtbaar werkhoe menig behoef tig man, die dit in zijn jeugd heeft geleerd, kan er later in tijden, wanneer er in zijn vak geen werk meer voor hem is, met de vervaardiging er van een aardig sommetje verdienen, waardoor hij dus niet uitsluitend behoeft te wachten op hetgeen de algemeeme weldadigheid wel zoo goed is hem in den schoot te werpen. Het verdiende loon is voor den werk man toch zeer zeker aangenamer te ontvangen, dan de door medelijden uitgereikte gift Maar bok hoe menige jongen, die dit onderwijs geniet, wordt daardoor in staat gesteld, om zijne ouders, broeders of zus ters, bij gelegenheid hunner verjaring bijvoorbeeld te verrassen met een of ander eigen gemaakt voorwerp, dat daardoor vooi deu betrokkene ook zooveel meer waarde bezit, als getuige van de kinderlijke of broederlijke liefde. Werkelijk de Cursus voor Huisvlijt-onderwijs verdient ten zeerste aller belangstelling en deelneming. Laat de gegoede burgerstand zijne kinderen er aan doen deelnemen. Het leer geld is al zeer gering, terwijl, hoe meer betalende leerlingen er zijn, er naar verhouding dan ook voor een grooter aan tal behoeftige kinderen gelegenheid zal bestaan, kosteloos onderwijs te ontvangen. stond te lezen. Mijn toorn ontvlamde voor dengeen, die de schuld was van al deze onheilen. „Het was een geluk voor u," ging ik voort, „dat John Pendragon niet wist, wat ik weet. Had hij alles geweten, dan zou hij u ongetwijfeld op genade en ongenade aan de zee hebben prijs gegeven." „Wat wilt gij daarmede zeggen vroeg Redruth verblee- nende. „Ondervraag uw eigen hartGod heeft den beteren man tot zich benomen. Ware dienste gegaan, dan laagt gij nu in diens plaats.' „Neem u in acht, TrelauyIk heb aan u wel is waar mijn leven te danken, maar „Gij hebt mij niets te danken," antwoordde ik. „Ik stond u bij, gelijk ik den laatste mijner kameraden bijgestaan zou hebben. Maar nu het geschied is, zou ik bijna wenschen, dat het niet gebeurd ware. Waarom, weet gij zeer goed Met driftig gebaar verwijderde hij zich. „Kom moeder! Kom, Madeline!" zeide hij. „Gij hoort nu hoe deze knaap mij haat. Ik zou hem immers gaarne mijn schuld af doen, maar dat heeft geen waarde. Misschien wanneer hij bedaarder is geworden, zal hij mij toestaan, hem mijne diensten aan te bieden, zoo niet, nu dan in' Gods naam dan is het mijne schuld niet. Kom Moeder en zoon verwijderden zich langzaam. Doch Madeline verroerde zich niet. Zij bleef staan, waar zij stond, terwijl zii mij strak aanzag. J George Redruth keerde zich om en zag het. „Kom, Madeline!" riep hij haar toe. „Wij zijn hier overbodig!" „Ik niet," antwoordde zij. „Mr. Trelany, moet ik gaans" Zoo sprekende stak zij met liefderijk gebaar mij haar beide handen toe. Verwonderd staarde ik haar aan. Doch eensklaps werd mij de beteekenis van hare houding duidelijk; met een kreet van vreugde greep ik hare handen en trok de geliefde aan mijn hart. Bleek en sidderde keerde George Redruth terug en plaatste zich voor ons. „Madeline, wat moet dat beduiden F' „Dat beduidt, George, dat ik mijne liefde gevonden heb waar gij uw leven vondt in de armen van dezen wakkeren man I" SLOT VOLGT. u verschoond en het u naar ver- Haar wat nut heeft dan dat onderwijs voor de zonen gegoede burgers In de eerste plaats dat zij in hunne vrije uren zich od^ gename wijze weten bezig te houden en dus niet uit verveD langs s' Heeren wegen behoeven te slenteren en veel „kattekwJI te leeren. Ten andere bezit dit onderwijs onzes inziens noTj. nut dat zij den jongens, die op een of ander ambacht vfiu reeds in hunne verloren uurtjes de gereedschappen leert 2' bruiken, met welken zij eenmaal zich in de maatschappij' bestaan zullen moeten veroveren. Ook dat is o. i, een niet versmaden voordeel. Eenige voorbeelden dienen tot staving van het hierboven aangevoerde. Op de tentoonstelling van j. 1. Zondag zagen wij Voc. eerst dan, gevlochten vloermatten van cocos, een artikel dat ij elke huishouding zeer te pas komtverder een tweetal fraai gestoken modellen ten dienste van h. h. koekbakkers, ut. gestoken horlogestandaards, spiegellijstjes, messen en vorkenbakC voetenbankjes," van carton vervaardigde doozen en wat al ij' Wat betreft de wijze waarop het onderwijs hier te pla^ door den Heer Roep wordt gegeven, dan heeft de laatste ten. toonstelling bewezen dat het aan zijne hoede uitmuntend ij toevertrouwd. Maandag j. 1. vergaderde de Schager zwem-vereeniging in het lokaal van den Heer C. Stöve. Uit het verslag door°den Penningmeester uitgebracht, bleek, dat de financieele toestand der vereeniging alleszins gunstig genoemd kan worden. De r. kening sloot met eene ontvangst van f 101,00 en eene uitgaaf aan f76,50. Het aantal leden was tot 26 geklommen, terwijl door een getal knapen beneden 17 jaar van het bassin gebruik werd gemaakt. Voor belangstellenden is het misschien hier de plaats, mede te deelen, dat jongens beneden 17 jaar onder toe zicht van een der leden van de inrichting gebruik mogen roe ken. Ze betalen daarvoor eene jaarlij ksche contributie van vijf. enzeventig cent. De ouders dier knapen zijn verplicht leden der vereeniging te zijn. Door tusschenkomst van een der leden kunnen ook vreemdelingen van de zweminrichting gebruik maker. De Secr., de Heer G. van Heerde, zal gaarne verder aan belangstellenden alle mogelijke inlichtingen verstrekken. De zwemtent, voor rekening der vereeniging gebouwd, zal, zoo mo gelijk, dit jaar met een nieuwen vleugel vergroot worden. Met nadruk wijzen we nogmaals op het groote nut der in richting. Zoo wel voor groot en klein, zal door gebruik ma ken van zwemmen en baden, de lichaamskracht vergroot, de gezondheid versterkt en de reinheid bevorderd worden. Zoowel voor u zei ven als voor uwe kinderen zijt gij verplicht van het heldere, frissche Wielwater te profiteeren. Op de j.1. Dinsdagavond gehouden vergadering vau het Departement Schagen der Maatschappij tot Nut van het Alge meen, werd o. a. besloten zich te scharen aan de zijde van die Departementen, welke bet met den geest der Maatschappij in strijd achten, dat door de Maatschappij volgens voorstel rat het Hoofdbestuur voor hare rekening zou genomen worden de „redactiekosten in den ruimsten zin, alsmede zoonoodigeen gedeelte der kosten van een zeer beperkt aantal bijvoegsels" van het door den heer H. D. Tjeenk Willink te Haarlem uil- gegeven „Sociaal Weekblad", waardoor het een orgaan vau het Nut zou worden. Als leden voor het Hoofdbestuur der Mij. werden door dit Departement aanbevolen de heeren Mr. A. Bloembergen Ei van Leeuwarden en Mr. W. H. K. Mouthaan van Amsterdam. Omtrent de aanvulling van de vacaturen voor het bestuur van dit Departement, alsmede voor de besturen der inrichtingen welke ouder haar beheer staan, hadden de volgende benoemin gen plaats.- voor het Deparmentde heer Jb. Denijs tot voor zitter, de heer P. Buis Jz. tot commissaris, terwijl de penning meester, J. Winkel, werd herbenoemdvoor de commissie der Bewaarschool, der Leesbibliotheek en der Volksvoordrachten werden achtereenvolgens herbenoemd, de heerenP. Tim"1'1' man Dz., C. Kos Pz. en J. Winkel. Noor de Commissie der Huisvlijtschool werd herbenoemd de heer A. W. Kluijve en de heer Ph. de Heer benoemd voor de vacature, ontstaan door het overlijden van den heer Dr. E"- sing. j Nog werd tot afgevaardigde van dit Departement uaar 1 Algem. N erg. der Maatschappij benoemd de heer Jb. Denijs en tot plaatsvervanger de heer W. Roggeveen Cz. erslag der vergadering van den raad der Gemeente Schagen, gehouden op Woensdag 11 Mei, des morgens ten 10 ure. Afwezig was de heer C. Smit. Na voorlezing der notulen, welke goedgekeurd werden, P men over tot de behandeling der volgendeju. A. Mededeeling van een ingekomen antwoord der ör®a der te Amsterdam, in zake der verandering van een der brandspuiten. J In deze werd aan B. en W. een crediet verleend tot f - machtiging, omtrent de voorgenomen verandering naat van zaken te handelen. ju B. Missieve van Mevrouw de Wed. Ensing, mel.dend®j# oor Dr. Ensing bij zijn vestiging en later tijdens zijn r allner, bij de doctorswoning voorwerpen zijn oveige«oiue. r. limmers en andere verbeteringen zijn aangebrac-1- p aatsen van een voorportaal, van een verande, een terbak, het aanleggen van den tuin enz., voor hetwett santé nu beleefdelijk den raad eene schadevergoeding 'l P dlt adres wordt besloten aan adr. eer. schade*^ aan te bieden van f50.Voor stemden de bh. r- stef Al' Pater' Govers» Schenk en Langenberg 5 Wr ul. eStammes, Kooij en Buis. t»* ^rzoek van Mevr. de Wed. Ensing om 0Ij -8; net deel in den aanslag in den HoofdelijkeD omslag i50uver it bij de wet wordt toegekend. u^iiviu- c-: Met algemeene stemmen wordt besloten, die afschel 1 1e d°en ingaan. <ei ij f!e adressen om afschrijving voor het bij e paa e gedeelte in den aanslag van belasting °P p -

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1887 | | pagina 2