Zondag, 28 Augustus 1887.
31ste Jaargang. Uo. 2119.
IN HET ACHTERHUIS.
PATENTEN.
Uitgever: J. WINKEL,
■turban: sniA(»i3{]|r, Liian. 5.
Gemeente Schagen
Bekend m a k i n
PATENTEN.
Verkiezing I September.
SCHAGER
A11 t i tt ii Nieuws-,
RANT.
pit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- Zater-
d agav°nd. Dij inzending tot 's middfgs 12 ure, worden ADVEE-
TENTIÉN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f3.Franco per post f3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENUËN van 1 tot 5 regels fO.75; iedere regel meer f 0.15
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
"politieT*
Ter Seeetaris dezer gemeente zijn inlichtingen te bekomen
omtrent een alhier gevonden contramoer van een rijtuig-
viel.
De Burgemeester van Schagen brengt ter algemeene kennis,
dat de patenten, aangevraagd in de maand MET j.1., tot uit
oefening der beroepen van Tapper, Slijter in Wijnen, Sterke
Dranken en Bieren, en Koffiehuishouder, voor het dienstjaar
1887/88, onder overlegging van het aanslagbiljet, waaruit vol
doening der helft van den aanslag blijkt, ter gemeente
secretarie door belanghebbenden kunnen worden atgehaald, op
alle werkdagen, des voorraiddags van 9 tot 12 ure.
Schagen, den 15en Augustus 1887,
De Burgemeester voornoemd,
G. LANGENBERG.
De Burgemeester van Schagen brengt ter algemeene kennis,
dat de pateDten, aangevraagd in de maand Mei j.1. voor het
dienstjaar 1887/88, ter gemeentesecretarie door belanghebbenden
kunnen worden afgehaald vanaf Zaterdag den 20sten Augustus
tot en met Vrijdag den 2en September a. s. des voormiddags
van 9 tot 12 ure, de invallende Zondagen uitgezonderd.
Schagen, den 19den Augustus 1887.
De Burgemeester voornoemd,
G. LANGENBERG.
Roman van E. A. KOENIG.
28.
XV.
Bij het graf.
g. - --- wuxuuvuiiug WOIUOH UU1IV1U
sluittn 1 geloof' ^at o'j dezen stap niet gaarne be-
een,
Jakob Katernberg wandelde ongeduldig de kamer op en
seder.
Dat hij na zulke ontdekkingen werkeloos moest blijven,
•ilue hem niet bevallen, en toch moest hij ook toegeven, dat
vrees van den doctor maar al te gegrond was.
»lk kan niet langer geduld uitoefenen," zeide hij tot den
tor, „dat moet gij toch begrijpen
\eker' ?e^er>" viel de doctor hem in de rede, maar wacht
IWts eenige dagen, en wees er van verzekerd, dat ik zeer
W®hartig met u zal spreken, zoodra ik de overtuiging bezit,
vizi 3n 11 °S vroeg genoeg zijn, de schurken met open
den** f311 va"en d°ch 'let niag niet op die wijze geschie-
inroe 3 S VaU ^an nioeten dan de hulp der politie
en de in hechtenisneming der beiden aanvra-
kgj antwoordde de Amerikaan, „niet gaarne, maar moet
®iet la W,|!e Van miJn arm ^'nc^ geschieden, dan zal ik mij
*achte"^ en^en' Mogen die schurken van mij genade ver
ons a"' '^en Z'J zeïven niet alle banden verbroken, die
hen 311 dcr bonden Neen, ik heb geen medelijden met
*egeiptllU niet met mij hadden, toen zij koelbloedig,
jnood gewin, mij van mijn eenig kind beroofden
hei'd e^ens sn°ode winstzeide de doctor, terwijl hij naden
kt ^aV00r z'c^ uitstaarde. „De mooie man hoopt, dat gij hem
toeven^1'33' ZU^ 'a^en' hetwelk gij hem voor uw kind hebt
2„lt i JUttn. Hij denkt, dat gij in zijne broeder-armen terug
in reed zo° gij uw smart hebt overwonnen hij berekent
jo]t lü£ groot het vermogen zal zijn, dat gij hem eens
bleef staan; een trek van verachting zweefde om
""tod Lr jerw'j' ^ij met bevende hand zijn wijnglas aan den
fcide L' heeft hij ditmaal buiten den waard gerekend,"
kriji,, *geen penning van mijn geld zal hij in handen
^hadel,Ter sc^en^ het den armen. En hij zal u ook
iangev. 'f mo®ten stellen, wanneer het uur der afrekening is
De j0 en> 'aat mij daarvoor zorgen."
«taan, hl °r i' Z^n ë'as wÜn uitgedronken en was opge-
J rad voor den spiegel en knoopte zijn jas toe.
Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen ter alge
mei ne kennis, dat door Jacob Slamines Jbz. en anderen, ver
gunning is aangevraagd, om in het perceel in die gemeente,
aan den Loeterdijk, Wijk K, No. 56, ingericht wordende tot
Kaasfabriek, een stoomketel te mogen plaatsen.
De bij dit ver :oek overge'egde stukken liggen ter inzage
ter Gemeente-secretarie. Bezwaren tegen het verleenen dier
vergunning, kunnen schriftelijk worden ingediend, en, desver-
kiezende mondeling worden toegelicht, in eene door het Ge
meentebestuur te houden zitting ten Raadhuize, op Zaterdag,
den lüen September e.k., des vooriuiddags van 10 tot 12 ure.
Schagen, den 26en Augustus 1887.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGENBERG.
de Secretaris,
DENIJS.
De verkiezingen hebben ditmaal plaats onder zeer ongewone
omstandigheden.
Hoe gewichtig het werk der Grondwetsherziening moge zijn,
hoezeer ons staatsleven gewijzigd zal worden, indien de thans
aanhangige voorstellen detl uit zullen maken van de hoogste
wet des Lands, en daarmede eene belangrijke uitbreiding van
het kiesrecht en de mogelijkheid eener betere administratieve
rechtspraak en eener meer krachtige defensie, zal verkregen
zijn is het toch de wetenschap, dat de taak der thans te
verkiezen Kamer zeer beperkt en net mandaat der afgevaar
digden van zeer korten duur zal zijn, de reden, dat de ver
kiezing van 1 September niet die belangstelling en die aan
dacht trekt, die zij, om haar gewicht voor de toekomst, zoo
zeer verdient.
„Dan moeten wij hem toch eerst het bedrog kunnen bewij
zen," antwoordde hij schouderophalend„en die bewijzen zijn
niet meer te vinden. Ik verlaat u nu, om mijn onderzoek
voort te zetten; volg gij mijn raad op, toon uw broeder en
uw zuster een vriendelijk gezicht en neem den schijn aan,
alsof gij nu overtuigd zijt van den dood van het kind. Ik zet
intusschen mijn mollen-wcrk met onvermoeide volharding voort,
en zoodra ik u iets kan mededeelen, ziet gij mij weder hier."
De Amerikaan had hiertegen nog eenig bezwaar, maar de
kleine man luisterde daarnaar niet, doch spoedde zich voort.
Het geluk begunstigde hem ditmaal in zooverre, dat het
jammerlijk geschreeuw van het kind hem een voorwendsel, ja
hem een zeker recht gaf, in de woning van den slotenmaker
binnen te dringen, in welke woning hij nog nooit was geweest.
Een uitroep van ontzetting ontglipte aan zijne lippen, toen hij
de deur opendehet half dronken wijf sloeg in blinde woede
met beide vuisten op het arme schepsel, dat op een stoel was
vastgebonden.
De doctor gaf haar een fermen stoot met de vuist, zoodat
zij achteruit tuimeldemet een kreet van woede wilde zij zich
op hem storten, maar de dreigend opgeheven, knoestige stok
boezemde haar den uoodigen eerbied in.
„Vervult gij aldus uwe plichten?" vroeg hij. „Bij Zeus, ik
zal aan dezen gruwel een einde maken en er voor zorgen, dat
gij achter slot en grendel komt, om over uwe zonden na te
denken
Het wijf zette hare handen in de heupen en lachte duivel
achtig, haar roode neus glom en hare oogen geleken op die
eener hyëua.
„Bemoei u met uwe eigeu zaken, vagebond!" riep zij uit,
„wanneer mijn man hier was, zoudt gij uwe nieuwsgierigheid be
rouwen
„Ik ben voor uw man evenmin bang als voor u," antwoordde
hij, „duldt hij deze mishandeling van het kind, dan moet hij
insgelijks gestraft worden. Aan wien behoort dat kind r"
„Zoudt gij dat gaarne willen weten riep zij sarrend uit.
„Bah, ik weet hel reeds, de armverzorger Katernberg komt
hier niet voor niets zoo dikwijls
„Ei, ei, wat zijt gij slim Zoudt gij hem gaarne eens een
dienst bewijzen Hij is immers uw zwager Gij denkt mis
schien nog, dat het kind aanleiding zou kunnen geven tot
een echtscheiding
„Wat ik denk, gaat u niets aan." zeide de doctor, terwijl
hij het touw losmaakte, met hetwelk het kind aan den stoel
was vastgebonden, rwilt gij mij den naam van den vader niet
noemen, dan ga ik naar de politie, om haar aangifte te doen,
van de vele barbaarsche mishandelingen, begrepen r"
„En wanneer dat ondeugende wicht nn zijne vrijheid ge
bruikt en wegloopt, dan zal ik u voor alle schade en kosten
verantwoordelijk stellen," antwoordde zij nijdig. „Een ondeu-
Velen zijn geneigd om de hernieuwde behandeling der reeds
aangenomen wetten te beschouwen als eene formaliteit van
betrekkelijk weinig gewicht; terwijl zij ook de aanneming
der voorstellen tot Grondwetswijziging, waartoe mannen uit alle
partijen hebben medegewerkt, verzekerd achten.
Velen zijn geneigd hunne krachten en ijver te sparen voor
de toekomst, als de thans in de Grondwet neder te leggen
beginselen, in wetten zullen moeten worden uitgewerkt en in
bijzonderheden geregeld, en als in kleinere en anders be
grensde districten, een veel grooter aantal kiezers deel zal nemen
aan den verkiezingsarbeid.
Van die stemming kan het gevolg zijn: eene matige en on
voldoende opkomst aan de stembus en daardoor de nederlaag
der liberale partij in die districten, waar zij zich zeker acht van
de overwinning.
Daartegen wenschen wij te waarschuwen. De liberale partij
vertrouwe niet te veel op de in het publiek komende geruch
ten omtrent, hetgeen de tegenpartij doen zalzij rekeue er
op, dat onderlinge verdeeldheid onder de kerkelijke partijen,
zich te veranderen pleegt in roerende eendracht op het oogen-
blik der stemming, en zij vergete niet, dat om de Grond
wet te wijzigen eene gewone meerderheid onvoldoende is, maar
daartoe twee derde der uitgebrachte stemmen wordt vereischt.
Twee derden van de steininen zijn bij de tegenwoordige ver
deeldheid en het bestaan van vier partijen in de Tweede Kamer,
niet zoo gemakkelijk te verkrijgen, en komt de liberale
partij niet sterk en machtig te voorschijn uit de beproeving
die haar op 1 September wicht, dan loopt de ondernomen
wijziging der Grondwet ernstig gevaar.
Daarvoor te waken is de plicht der kiezers. De voorgestelde
wijzigingen, meer bizonder die welke de uitbreiding van het kies
recht betreffen, zijn het gevolg van overleg. Zij vormen datgene
wat men op het oogenblik verk'.ijgen kan, niet wat men zou
wenschen. Geene partij, ook du liberale niet, beschikt over
voldoende krachten in en buiten het parlement, om te kunnen
gend kind te tuchtigen, kan niemand mij verbieden, ook de
politie niet, begrepen
„Hier is geen sprake van tuchtiging, maar van wreede
mishandeling en onverantwoordelijke verwaarloozingriep de
doctor driftig uit. „Wie die smerige lompen ziet
„Geef mij een nieuw kleed, dan zal ik dat het wicht aantrek
ken," viel zij hem met bijtenden spot in de rede, „ik doe ge
noeg, wanneer ik uit barmhartigheid het kind te eten geef.
Mijn man verdient zoo veel niet, dat wij in een paleis wonen
en ons in zijde en fluweel kleeden kunnen."
Een hatelijk gelach liet liet wijf op deze woorden volgen.
„Men betaalt u kostgeld voor het kind
„Ha, wie heeft u dat voorgelogen?" riep zij uit. Kostgeld
Ik heb er nog geen cent van gezienik zou ook niet weten,
wie het moest betalen, want de ouders zijn beiden dood, en
wanneer haar moeder geen goede vriendin van mij was geweest,
dan hadden zij het in het weeshuis moeten opnemen."
„Daar zou liet honderdmaal beter verzorgd zijn," zeide de
doctor, wien het duidelijk werd, dat hij langs dezen weg zijn
doel niet kon bereiken.
„Meent gij?" vroeg zij spottend. „Het kan zijn, maar ik
had nu eenmaal mijne vriendin beloofd, bij liet kind de plaats
der moeder in te nemen."
„Gij komt deze belofte na op een wijze
„Ieder heeft zijn eigen wijze, kiuderen op te voeden; ik ben
ook zoo opgevoed geworden."
„Des te eerder moest gij medelijden hebben met dit kind."
„En het ïuet suikerboterhaminetjes voeden, hè zeide het
wijf spottend. „Ik zeg u nog eens, steek uw nieuwsgierige
neus niet in zaken, die u niet aangaangij hebt waarachtig
geeu reden, zulk een hooge borst te zetten."
„En ik antwoord u daarop, dat ik u de politie op den hals
zal sturen, wanneer deze u ishandelingen geen einde nemen,"
antwoordde de doctor dreigend, en voor nog het wijf een ant
woord kon geven, had hij het vertrek verlaten.
Hij was nu niet in een stemming, om tot zijne studie terug
te keeren, daarom besloot bij, Laura Mundorf een bezoek te
brengen en met haar een poosje te praten.
Toen hij voorbij het venster van den onderhuisbaas Schlau-
ïoann ging, bleef hij staanSchlanmanu, die ouder gewoonte
bij het venster zat, deed dit open.
„Het wijt in het achterhuis heeft weder eens het kind
mishandeld," zeide de doctor, „ik heb het met geweld aan
hare klauwen moeten ontrukken. Hoort gij daar nooit iets van r"
„Wat is er aan te doen?" antwoorddeSchlaumann schouder
ophalende. „Ik heb den slotenmaker duidelijk mijn ongrnoegen
daarover te kennen gegevenhij antwoordde mij, dat wanneer
de ouders van het kind met deze opvoeding tevreden waren,
mij de geheele geschiedenis niets aanging."
„Dus het heeft nog ouders?"