Gemengd
ieuws.
Per Telegraaf.
Uitslag der Herstemmingen,
voor Leden van de Tweede Kamer.
BURGEHLIJHE STAA 1).
©emeente Schagen.
©emeente ZUpe.
Marktberichte n.
HOORN, 17 Maart 1888. Aangevoerd
ALKMAAR, 19 Maart 1888. Aangevoerd
PURMEREND, 20 Maart 1888. Aangevoen
EDAM, 17 Maart 1888. Aangevoerd:
HKCLAW E.
Friedrich III, den troon van zijnen vader heeft bestegen.
De ij veraars in tabbaardbeefden wel bij het hooren van deze
verklaring aan den Dnitschen rijkskanselier, maar in de borst
van alle geestelijk vrijen vond dit decreet een machtigen weer
klank. De eerbieding, die de Monarch vordert voor zijn eigen
keizerlijke rechten, vond aanvulling in de nadrukkelijk betoon
de eerbiedigiug der rechten van den rijkskanselier. De wensch,
elke schokkende verandering in wetgeving vermeden te zien,
de openhartige bekentenis, dat de Staat niet bij machte zou
zijn, alle sociale gebreken te verhelpen, en toch weder de geest
verwantschap op de keizerlijke boodschap van "Wilhelm I ten
gunste der armen en ongelukkigen, het beroep op de overleve
ringen omtrent de ond-Pruissische spaarzaamheid, de indruk
waarmede gewezen werd op noodzakelijkheid der ontwikkeling
van. kunst en wetenschap dat alles gaf ruimschoots aanlei
ding de waarachtige vrienden van het vaderland met blijdeD
hoop te vervullen, al is het ook dat zij onderling van inzicht
mogen verschillen omtrent de wegen, die tot welvaart van het
vaderland voeren kunnen.
En nu nog de heerlijke belofte van den held van Köning-
gratz, Wörth en Sedan, dat hij niet streeft naar den glans van
roemrijke krijgsdaden, dat hem integendeel de vreedzame ont
wikkeling van alle krachten vau het vaderland uitsluitend aan
het harte ligt, moet hem stormenderhand de harten en gemoe
deren van alle edele en goede burgers doen winnen.
En aldus geschiedde het ook.
Zonder dat hij over vrijheid of vrijzinnige pogingen ook
maar een woord heeft bekend gemaakt, gevoelde toch een ieder
dat uit deze regeerings-grondstellingen van den nieuwen keizer
een vrije geest sprak, en zoo groot is de macht der jongst
leden nog zoo geducht verketterde en ergerlijk belasterde
liberale ideën, dat men slechts haar spoor behoeft aan te toonen,
om haar dadelijk weder in aller harten te doen herleven en de
bijna gestorven hoop op hare overwinning uit hare doodelijke
verstijving op te wekken. Laat men in Duitschland zelve in
de groote dagbladen de afspiegeling dezer indrukken slechts
voorzichtig en behoedzaam doorschemeren, de pers in het
buitenland sprak ze onverholen uit. De liberale wereld
in Oostenrijk, Italië en Engeland zag misschien tusschen de
regelen van het keizerlijke decreet aan vorst Bismaick meer
liberale zienswijze, dan de keizer zelve er wel in heeft willen
leggen, maar deze buitenlandsche en in ieder geval goedgezinde
commentaren blijven van beteekenis als kenteekenen van dat
gene, wat de oprechte vrienden van het Duitsche rijk in de
bevriende landen gelooven te mogen verwachten van de bescher
ming van den vrede in Duitschland.
De geestdriftige toejuichingen uit Rusland en Frankrijk moe
evenwel anders beoordeeld worden. In Duitschland zelve is
tenminste van gevoelen, dat het enthousiasme der Fran-
schen en Russen meer is toe te schrijven aan de eigenaardige
sterke verbeeldingskracht van beide volkeren, die wensch en
hoop maar al te gereedeflijk voor vervulling en voldongen feit
aanziet. In Parijs en Petersburg gelooft men het zelfstandig
optreden van den nieuwen souverein te mogen beschouwen als
eene verloochening van vorst Bismarck en zijn politiek. Doch
dit is niet zoo. Maar Slaven en Galliërs, die in den ijzeren
kanselier de verpersoonlijking van hun geweldigsten tegenstan
der en tegelijk de oorzaak van Duitschlands grootheid en staat
kundig overzicht zien, hetgeen zij slechts tandenknarsend dul
den, Slaven en Galliërs verlangen vurig naar Bismark's val,
en hun Hosanna voor Friedrich III is in den grond weinig
anders dan eene verkapte beleediging van Duitschland nationale
grootheid.
Het is dan ook te voorzien, dat de terugslag in deze welbe
rekende toejuichingen ook niet lang op zich zal laten wachten.
Men zal zien, dat de Duitsche politiek naar buiten heen onder
Friedrich III onwankelbaar dezelfde is, als onder Wilhelm I,
dat vorst Bismarck voortaan evenals vroeger met vaste hand
de teugels der buitenlandsche politiek in handen houdt, en dat
men aan de Newa, zoowel als aan de Seine voor alle geheime
gedachten van de troonsverandering niets heeft te verwachten.
De alsdan onvermijdelijke veranderiug in de gevoelens jegens
Duitschland zal evenwel Duitschland niet doen wankelen in zijn
politiek van den vrede. Ook het officieele Rusland zal daarom
geen anderen weg inslaan. Maar niemand weet, hoe de toestand
in de fransche replubliek zal worden, nu de nieuwe Boulanger-
crisis, door het ontslag van den oproerigen generaal het gevaar
doet ontstaan, in Boulanger een Mouk ot een Boonaparte te
zien optreden.
Aangaande de kwestie Generaal Boulanger, die wegens
overtreding van een ministrieel bevel op non-activiteit is gesteld,
lezen wij in een pari. Corr. aan de N. Rott. Crt.. o. a. het
volgende
„lk geloof, dat men het ministerie niet genoeg kan geluk
wenschen met dezen maatregel, zoowel wat den geest als wat
de wijze van uitvoering betrett. Reeds te lang heeft deze
generaal politieke munt trachten te slaan uit zijne populariteit,
die allen vasten grondslag mist. Toen Bonaparte overging tot
den staatsgreep van Brumaire had hij zijn schitterenden Ita-
liaanschen ve'dtocht en zijne expeditie naar Egypte achter den
rug. Deze verontschuldigden den staatsgreep wel niet, maar zij
verklaarden de ingenomenheid der natie met zijn persoon. Maar
Boulanger heeft tot nu toe niet meer gedaan, dan ieder officier
gedaan zou hebben. Dat het ministerie te zijnen opzichte de
wet gehandhaafd heeft, en eindelijk een daad van veerkracht
heeft verricht, verheugt mij ten hoogste. Als er een hoofdofficier
is, die zich niet stoort aan tucht en aan regel, dan moet hij
tot zijnen plicht gebracht worden. Tegen het nadrukkelijk be
vel van den minister van oorlog is Boulanger driemaal te Parijs
gekomen. Dat is reeds veel te veel lankmoedigheid.
Het is waar, bijna alle legerkommandanten komen af en toe bui
ten voorkennis van den minister te Parijs. Dat doen ook een aan
tal prefecten. Maar er is een hemelsbreed verschil, of dit ge
schiedt met stilzwijgende goedkeuring der regeering, of dat het
plaats heeft tegen haar uitdrukkelijk bevel, zooals het geval
was met Boulanger. Hij schond niet alleen de wet, door toe
te laten, door zelfs uit te lokkeD, dat men hem als staatkun
digen leider vooropzet, maar hij bracht daardoor voordurend
het land in gevaar van moeilijkheden tegenover het buitenland.
De naam van Boulanger in het buitenland klinkt als eene
Fransche krijgsleus. Op het oogenblik dat het manifest van
den nieuwen Duitschen keizer iedere krijgsleus en iedere aan
roeping van den Heer der heerscharen terzijde laat, is het meer
dan ooit zaak, dat Frankrijk zich niet laat compromitteeren
door eerzuchtige, generaals, die eene rol willen spelen.
„Boulanger is door den maatregel der regeering voorgoed
op zijde gesteld, en tenzij hij zijn volledig ontslag uit het
leger neemt, zal hij zich moeten vestigen in de plaats die de
regeering hem tot verblijf aanwijst. Te Parijs heeft men dus
niets te vreezen hem van zijne bewegelijkheid, en als hij drukte
maakt, zal men eenvoudig achter slot en zegel zetten.
Nader lezen wij nog:
Boulanger heeft verklaard, dat hij tot driemalen toe den mi
nister van oorlog verlof had gevraagd naar Parijs te komen om
zijne zieke vrouw te bezoeken en dat hij eerst na de derde
weigering derwaarts was vertrokken. De République francaise
logenstraft nu den generaal. Toen Boulanger den 9en Maart het
verzoek herhaalde aan den minister, dat reeds den 27sten Februari
was van de hand gewezen, was hij ai te Parijs geweest.
Dezelfde man, vervolgt de Replublique, die met de waarheid
zoo luchtig omspringt, iiegt ook als hij aan een berichtgever
van Figaro zegt: „Gij kunt verzekeren, dat ik hoegenaamd niets
met la Cocarde heb te maken." Een gewezen minister van
oorlog en kommandant van een legerkorps erkend als een onbe
schaamde leugenaar
Le Matin beweert, op grond zijner kennis van het Fransche
volkskarakter, dat dit alles Boulanger niet deert. „Diens onge
hoorzaamheid is het juist, welke hem bij het volk bemind
maakt, hem die sedert tien jaren verzet der militairen, min
achting voor de regeering, haat tegen de overheid predikt. Hoe
muitzieker hij is, hoe meer hij geliefd zal worden Het
gif is bij het volk doorgedrongen tot in merg en been. Bou
langer een oproerling, des te beter. In dezen oproerling ziet
het volk zijn evenbeel en zijn meester.
Ten huize van een koopman te Leipzig verdween onlangs
eene portemonnaie met zestig gulden en men verdacht een dienst
meisje, die gestolen te hebben, waarop haar gezegd werd dat
geen aangifte zou plaats vinden mits zij openhartig bekende. De
arme meid geraakte zoo in angst, dat zij zeidc het misdrijf te
hebben gepleegd.
Nu moeBt zij de zestig gulden teruggeven maar zij had er
maar vijf-entwiotig, waarop zij, wederom in strijd met de waar
heid, zeide de overige vijf-en dertig aan haar broeder, een slach
ter, te hebben gegeven. Zij ging naar dien broeder toe on vroeg
hem 35 gulden te leen. De man bemerkte echter dat zijde zuster
erg opgewonden was, hij boorde haar uit en kwam achter de
waarheid.
Hij overreede haar nu de bekentenis terug te nemen en de
waarheid te zeggen en de arme meid ging, schijnbaar kalm, heen.
Angst en vrees moeten echter weder de overhand hebben go-
kregen, want zij is sedert dien dag spoorloos verdwenen.
Ue vrouw des huizes vond de portemonnaie enkele dagen later
in een hoekje terug. Wel moet het zelfverwijt groot zijn van
de menschen, die een arm meisje beschuldigden zonder dat zij
een schijn van bewijs hadden.
District Al li maar. 4781 kiezers.
Uitgebracht 4384 stemmen, waarvan 13 van onwaarde.
Gekozen: Mr. W. v. d. Kaay, (lib.) 2470.
Uitgebr. op: Jhr. O. Hartsen, (cons.) 1901.
District Amsterdam. 18832 kiezers.
Gekozen: Mr. W. H. DE BEAUFORT, (lib.) 5009.
Uitgebr. op: J. D. VEEGENS, (lib.) 728.
Dictrict Schiedam. 2671 kiezers.
Gekozen-, Mr. J. G. PAT1JN, {lib.) 1328.
Uitgebr. opL. W. JANSEN, {uit.) 1103.
District Winschoten. 3023 kiezers.
Gekozen-. Mr. D. DE RUIJTER ZIJLK ER {lib.) 1423.
Uitgebr. op: R. MANSHOLT, {rad.) 1129.
District Groningen. 6631 kiezers.
Gekozen: J. D. VEEGENS, {lib.) 3737.
Uitgebr. opA. BRUMMELKAMP, a.r1841.
District Wolvega. 2634 kiezers.
Gekozen: R. K. OKMA, {ar.) 1115.
Uitgebr. op: Mr. P. J. G. VAN
DIGGELEN, {lib.) 1018.
District Schoterland. 2959 kiezers.
Gekozen: F. DOMELA NIEUWENHUIS, (toe.) 1423.
Uitgebr. op: B. II. HELDT, {lib.) 1161.
District Eist. 3106 kiezers.
Gekozen: Mr. G. W. Baron VAN
DEDEM, {a.r.) 1261.
Uitgebr. op: Mr. B. M. BAHLMANN, {uit.) 1255.
District 's Gravenhage. 7591 kiezers.
Gekozen: L. J. S. VaN KEMPEN, (a.r.) 3365.
Mr. li. G. GREEV E, {lib) 3266.
Mr. L. P. M. H. Baron MICHIELS
VAN VERDUIJNEN, {uit.) 3137.
Mr. H. M. A. Baron VAN DER
GOES VAN D1RXLAND, {lib.) 3091.
District Haarlemmermeer. 3596 kiezors.
Gekozen: Mr. F. J. M. A. REEKERS, (uit.) 1259.
Uitgebr op: H. F. BULTMAN, (lib.) 1203.
District Katwijk. 3833 kiezers.
Gekozen: J. H. DONNER, (a.r.) 1715.
Uitgebr. op Mr. J. MASCHECK, (uil.) 1463.
District Loosduinen. 3758 kiezers.
Gekozen: Mr. A. H. M. VAN BERKEL, (uit.) 2001.
Uitgebr. opJhr. Mr. W. Th. VAN DOORN, (lib.) 1358.
en
Uitgebr. op
en
Ingeschreven van 17 20 Maart 1888.
Geboren Geertje, dochter van Jan Streek en Jann
ter. Anna Maria, dochter van Tijs Kroone en Johanna
Overleden: Neeltje Tels, oud 81 jaar 6 maanden,
te Graft.
Ingeschreven van 9 16 Maart 1882.
GeborenJohanna Maria Wilhelmina, dochter v
Kouwing en Agatha Adriana Snzanna van Dam. Heb
ter van Gerrit de Wit en Elisabeth Catharina Ti
Johannes, zoon van Floris Twist en Antje Bes.
Overleden Maartje Blaauwboer, 22 jaar ongehuv
van Gerrit- en Trijntje Trappel. Willen Muntjewer!
den, zoon van Jan- en Marijtje Prins. Coruelis Klok i
zoon van Dirk- en Trijntje Kroon, Adam Dissel 48
gehuwd zoon van Simon- en Elisabeth Walkeuter.
29 jaar, wonende te Wieringerwaard, ongehuwd zoor
en Sophia Catharina Lanser.
1 H. L. Rogge f e.J
3 Tarwe f 7,-.
3 Gerst f 4._
9 Haver 3.-
Witte Erwten f 8.-
1 Groene f 11.-
1 Grauwe f 12.-
Vale f 8.-
i Bruine Boonen f 11.-
Geele f .-
j V Witte f 9.-
Paarden f6-
Karweizaad f
Mosterdzaad f
Paarden
f
139
Kalveren
f
4.-
Schapen
f
151
Lammeren
f
10.-
29
Varkens
f
8.
4
Zeugen
f
25.
70
Biggen
f
5.
30
Kippen
f
2200
Koppen Boter, 5.2, lood.
t
1700
Kipeieren
f
3.
De handel was matig.
ALKMAAR, 17 Maart 1888. Aangevoerd:
Paarden
f
Ezel
f
2
Koeien en Ossen
f 140.
133
nucht. Kalveren
f 3.
36
Schapen
f 12.
86
magere Varkens
f 11
180
Biggen
f 5
1
Bok
f 7
Kipeieren per 100
f 3
Eendeneieren
f 3
Boter per kop ('s middags 12 uur)
f -
1 Koeien 160
50 vette Kalveren f 40
31 Nuchtere Kalveren i 2
74 vette Varkeus per P f
3 Magere dito f n
Kaas. Aangevoerd 56 stapels Kleine et
Middelbare. Prijs Kleine f 32,50 a Middelt
per 50 KG.
Boter f 1.10 a 1.15 per KG.
Vette Runderen - .64 a per KG. Handel
Vette Kalveren prjjshoudendf .85 a
Handel vlug.
Nuchtere Kalveren f 7.—. a 14.— Handel vluj
Vette Varkons van --.46 a .50 per KG. Han
Schapen, groote aanvoer, handel stug.
Kip-eieren f 3.25 a 3.75
Eenden f 3.50. a
Zwanen f a
1
Aangevoerd 4 stapels kaas, wegende 697 P.,
f 27.50.
Het slijm vlies moet zuiver 1
regelmatig- werken indien men van
genieten daarom maken wij u verscheidene getuig
kend, die bewijzen, dat de MINERAAL PASTI1
SODEN alle kanten bekend en aanbevolen zijn, d
ten van eersten rang. Zij verwijderen snel en rad
zaken welke de stoornis der slijmvlies bevorderen
men ons schrijft uit Erankfurt-a.-M.: „Met bijzon
„verklaar ik dat de MINERAAL PASTILLEN V
„die mij ten zeerste aanbevolen zijn door, Mr. den
„specialiteit in htt keellijden mij den grootsten
„zen hebben Tis daar voor dat ik n mijn besten
„Aloïs Griinauer, tooneelzanger der vereenigde
„der stad.'' De pastillen die om hunue werklijke
in Duitschland in 2 maanden eene verkoop geki
van 200,000 doozen, zijn te bekomen in alle ap
cent de doos.