Wordt Vervolgd. glorie, die tegelijk Schagen's glorie is. De Harmoniekapel, Euterpe's zuster op het gebied der muzikale kunst, nam alras alle maatregelen tot een feestelijkfe ontvangst der overwinnaars en beriep zich daartoe op de mede werking van al de andere corporatiën in Schagen, aan welk beroep onmiddellijk gevolg werd gegeven, terwijl tot leden der regelings-commissie werden benoemd, deheeren: W. A. Hazeu, F. J. C. Heyligers, J. v. d. Maaten, J. W. Klaassen en K. Verheus. Maandagavond zou de feestelijke ontvangst plaats hebben. Eenige leden van Euterpe, reisden Maandagmiddag te balt vijf, met het Vaandel van het „oude" Euterpe de deputatie, die het eereraetaal in ontvangst had genomen, tot Noord—Scbar- woude tegemoet, om dan gezamenlijk te 6.42 weder te Schagen te arriveeren. Aan het Station te Schagen werd Euterpe toen opgewacht door de verschillende Corporatiën uit Schagen, in feestelijken orde geschaard om hunne banieren. Op het perron werd Euterpe begroet door een fanfare der Harmonie, terwijl onze Dames Zangvereeniging Csecilia, Euterpe's directeur een prachtige bouquet aanbood. De Feest—Commissie noodigde daarop Euterpe uit, plaats te nemen in den rij van den optocht welke als volgt samengesteld, Schagen binnen trad a. De Harmoniekapel, b. een open rijtuig, waarin de Heer Burgemeester onzër gemeente, de heer Heyligers, vertegenwoordi gende de feest—commissie, de Directeur en de Voorzitter van Euterpe, c. De Leden van Euterpe, d. De Gymnastiek—Ver- eeniging Lycurgus, e. De St. Gregorius-Vereeniging, De Dames-Zangvereeniging Ceecilia, g. De Leden der Vereeniging D. D., h. De Leden der Rederijkerskamer de Roos, i. Het Bestuur der Schager IJsvereeniging. k. Het Bestuur der Scbager Harddraverij—Vereeniging West—Friesland, l. Het Bestuur der Zwemvereeniging Wieliaiia, en m. De Leden der Adspiranten— Vereeniging „Lycurgus". De stoet trok, terwijl de Haimoniekapel zich uitstekend van haar taak kweet door de uitvoering van eenige marschen, langs: Stationsweg, Molenstraat, Gedempte gracht, Laan, alwaar voor het met een eerepoort versierde huis van den heer Jb. Denijs, Euterpe's directeur, werd stilgehouden en de Harmonie een fanfare deed weerklinken; de stoet trok daarop verder tot aan het perceel van den heer Bij post,'keerde nu langs de Laan terug en verderGedempte gracht, (alwaar voor het huis van den heer Joh. Merz, door de feestgenooten een luid hoera werd aange heven voor de keurige, nette uitstalling, een huldebewijs aan Euterpe" vormende), en Marktplein, naar het huis van Euterpe's president, den heer W. Roggeveen Cz., voor welk huis insgelijks een eerepoort was opgericht en waar eveneens de stoet stil hield, terwijl de tanfare-muziek zich deed hooren. Verder ging de stoet rondom de Kerk, het Marktplein en Gedempte gracht, naar het Noord Hollandsch koffiehuis van den heer C. Kos Pz., alwaar de leestelijkheid werd voortgezet en werd hier der overwinnenden vereeniging den Eerewijn aan geboden, bij monde van den heer Hazeu, die als Voorzitter der Harmoniekapel en als voorzitter der commissie, maar vooral als vriend van Euterpe's directeur, den heer Jb. Denijs hulde bracht aan Euterpe»» en bovenal aan haren ijverigen, en bekwamen Directeur, die een groot deel van zijn leven reeds gewijd heeft aan de beoefening der zangkunst, wiens haren zijn vergrijsd in dienst van het Oude en van het Nieuwe „Euterpe", vergrijsd met eere, waarvan de Eerste prijs nu het schitterendst getuigenis gaf. De heer Denijs, diep getroffen door de hartelijke woorden, hem toegesproken, bracht zijn oprechten dank voor de feestelijke ontvangst, hem en zijn corps bereid. Hierop bood de Harmoniekapel aan Euterpe een Concert aan en werd de offlcieele feestviering nu voortgezet in eene gezellige bijeenkomst, waarbij het niet ontbrak aan hartelijke, welge meende toosten, met welken een dronk werd gewijd aan Euterpe's heil, waardeerende de schitterende wijze waarop Euterpe Schagen's eer in den vreemde had opgehouden, gewijd aan mensch, bij mijn ziel, zij zou het goed hebben bij mij Ik zou haar op de handen gedragen hebben, en alles zou zij gehad hebben, wat zij maar gewild had. Meent gij het ook zoo goed en trouw met haar, mijnheer; zal zij nimmer bij u te klagen hebben'dj En toen Wolf geen antwoord gaf, maar ontevreden de schou- lers ophaalde, voegde Martin er met nadruk aan toe„Hoed u wel, mijnheer, ik bid u er om voor u zeiven, want ik zeg het u, zoowaar er een God boven ons is, het uur, in hetwelk ik zou moeten vernemen, dat Anna wegens u ook maar een enkele traan had moeten vergieten, zal uw laatste zijn." Wolf wilde hem een overmoedig antwoord geven, maar toen hij hem in de oogen keek en daarin een onwrikbaar besluit las, toen overviel hem een lichte huivering en sloeg hij den blik neder. „Spaar uwe woorden, ik weet, wat ik te doen heb," fluisterde hij met verwrongen mond. „Wel u, wanneer gij het weet," antwoordde Martin met een veelbeteekenend hoofdknikje. „Ga nu, mijnheer, wij hebben niets meer met elkander gemeen en vergeef mij, dat u zooeven dit ongeluk is overkomen." Hij zag nu bedaard toe, hoe Wolf haastig de teugels aanlegde en toen in het zadel sprong. „Maar, mijnheer, vergeet niet, wat ik u gezegd heb," voegde hij er nog eenmaal aan toe en hief waarschuwend de rechterhand op. „Ik ben geen man, die zwetst, om te bluffen God zegene u, wanneer gij goed zijt jegens Anna, maar zijn vloek en verdoemenis treffen u, wanneer zij om u tranen van bitter leed heeft te vergieten." Wolf antwoordde niet, maar drukte den ongeduldig trappe lenden renner de sporen in de zijden, zoodat deze in wilden vaart wegstoof. „Groet Antje van mij,* klonk het zacht van de lippen van den eenzaam achter blijvenden man den ruiter nog na, maar deze kon dit niet meer hooren. De jonge boer hervatte in het zweet zijns aanschijns zijn arbeid, alsof er niets gebeurd wasmaar zijn gelaat was nog bleeker en strakker dan vroeger. Nu wist hij in alle opzichten^ dat hem geen hoop meer overbleef, maar dat hij er toe was yeroordeeld, eeuwig alleen te blijven. Zich En gunde Het noemde 't Dorst wagen Belafin Het Euterpe's waardigen Directeur. n heer Denijs, dank zij wiens krachtige energie Euterpe dit stout bedrijf durfde bestaan; want een stout bedrijf was het van het kleine koor, om zich te durven gaan meten met Vereenigingen, waaronder er waren, ge lijk Uitgeest, die reeds op groote concoursen eerste en tweede prijzen hadden behaal! en wier Directeuren vakmannen waren. Doch het was verantwoord, want Euterpe en haar directeur kenden elkander, en de werkelijk lofwaardige ambitie, die bij directeur en leden bestaat in de beoefening der Zangkunst, hebben hen in staat gesteld eene hoogte te bereiken, gelijk men dat geenszins bad durven verwachten. De vriendschappe lijke samenwerking die bij Euterpe bestaat, heeft haar ten zege geleid, heeft gemaakt, dat de leden bij machte waren, de bezie lende leiding van haren directeur te begrijpen, te gevoelen en weer te geven. Ook de Zuster—Vereeniging St. Gregorius, bleef niet achter en zong Euterpe het volgende welkomstlied toe, van welk lied de tekst was vervaardigd door mejuffr. J. Denijs. Feestlied. Komt, juub'len wij, Verheugd en blij, Euterpe viert nu feest 't Boog zedig steeds het hoofd terneer, Harmonie haar eer zich te klein altijd in geen zegestrijd maar thans keert het weêr, met hooge eer is thans feest Schoon wat bedeesd, Het kleine koor trok op, Slechts zestien strijders in 't gelid Eerst lachte men, door trots verhit, Om 't kleine troepje, zonder vaan, Dat op de plaats dorst staan, Waar juist een krachtig koor met klem, Verheven had zijn stem. Maar spoedig reeds, En daarna steeds, Kwam stilte, eerbied zelfs; En toen 't applaus geëindigd was, Toen dronk er menigeen zijn glas Op 't heil van 't Schager koortje leeg! Men roemde het terdeeg En ons Euterpe's hoofd Denijs, Bekwam den eersten prijs. HoeraHoezee Klinkt allen meê Lang leev' de directeur Steeds blijve met Euterpe één De naam Denijsen die 't niet meen, Hij laat' zijn glas stil voor zich staan, Maar wij, wij heffen aan „Heil voor Euterpe en Denijs! Zij wonnen d' eersten prijs!" terwijl later door de St. Gregorius-Vereeniging en Caecilia het volgende lied werd gezongen, waarvan de woorden insgelijks zijn vervaardigd door mej. Denijs. Al was Euterpe nog zoo klein, hoezee Toch mocht het overwinnaar zijn, hoezee Het trok voor 't eerst ten wedstrijd uit, En maakte d' eersten prijs tot buit. Hoezee, hoezee, hoezee(bis.) Al kent men Schagen bijna niet, hoezee Toch krijgt het naam op kunstgebied, hoezee Eerst won de Harmonie haar prijs, En nu het corps van J. Denijs. Hoezee, hoezee, hoezee(bis.) Die directeur, zoo vol van vuur, hoezee Bereikt zijn doel toch op den duur, hoezee Hij stelde 't aan de zangers voor, Om op te treden met hun koor. Hoezee, hoezee, hoezee(bis.) Steeds wenschen wij Euterpe toe, hoezee Zoo voort te gaan, nooit levensmoe, hoezee En keere 't van een wedstrijd weer, 't Zij even glansrijk als deez' keer. Hoezee, hoezee, hoezee(bis.) Tot opluistering van het Concert werden door mejuffrouw Lenamie Denijs, élevè—violiste aan het Conservatorium te Amsterdam, een tweetal lieve vioolsolo's ten beste gegeven waarvoor een daverend en herhaald applaus der vergadering haar ten deel viel. Op zeer verdienstelijke wijze werd het piano- accompagnement dezer solo's uitgevoerd door den heer Borstlap, die, mede als onder-directeur der Harmoniekapel door zijne uitstekende directie het concert der Kapel naar wensch deed slagen. Ook moet den heer Borstlap nog een woord van hulde worden gebracht voor de nette wijze, waarop hij het feestlokaal heeft versierd. De Gymnastiek-Vereening „Lycurgus" gaf eene zeer interes sante afwisseling in het programma, door hare zinrijke en uiterst smaakvol uitgevoerde Apotheose waarin zij Euterpe huldigde. Moge dit feest in de toekomst een gunstigen invloed blijven uitoefenen op de verhouding van Euterpe tot hare Kunstlie vende leden en vinde Euterpe in de blijvende, waardeering harer pogingen aanmoediging om op den ingeslagen weg te blijveu voortgaan. Dat Euterpe bloeie en Schagen tot eere moge blijven strekken te Pur- zal het tijd in De Heer T. v. d. School alhier, is gisteren voor de hoofdakte. Werf, onderwijzer aan de Op. Lag. te Deventer geslaagd in zijn examen Te Kolhorn zal men den princessendag (31 Augustus,) feestelijk herdenken, door aan de schoolkinderen een leest te bereiden. Aan de te Purmerend gehouden barddraverij bij gelegen. beid van het tienjarig bestaan der gymnastiekvereniging TolUr. ding en het Purmerender Mannenkoor, hebben 15 paarden deel. genomen. De prijs, bestaande uit eene bronzen pendule met de daarbij behoorende coupes, werd gewonnen door den heer C. Bier van Oosthuizeu, met zijn zwarte ruin „Proponent" en de bouill0ir met blad, premie, werd behaald door den heer P- Jongens te Beemster, met zijn zwarte merrie „Haas". De Commissie der Harddraverij heeft echter termen gevonden om den prijs niet uit te reiken, daar bij onderzoek gebleken iS) dat het paard van den heer Bier reeds vroeger een prijs en premie had gewonnen en zijne mededinging alhier dus in strijg was met de hem vooraf bekend gemaakte voorwaarde, dat zoo- danige paarden niet mochten mededingen. De feestelijkheden werden Zondag voortgezet met eene uitvoe- ring in de open lucht, door de gijranastiekvereenigingen „Kracht en "Vlugheid", van Alkmaar; „Germanius", „Holland*, Kracht en "Vriendschap" „Olympia", »Plato« en „Spartanes", van Amsterdam„Hercules", van Beemster„Simson*, van Koog. Zaandijk; „Lycurgus,/, van Krommenie; „Lycurgus", van Schagen; Kracht door Oefening", van Weesp„Jahn" van Westzaan„Hercules" van "Wormenveer, en Achilles" van Zaandam. Zondagmorgen kreeg een jonge man, die van Purmerend naar Hoorn was gekomen, op den Zeedijk aldaar een toeval. Toen eenige bewoners hem met een geestrijk vocht op een zakdoek wilden bijmaken, beet hij den doek aan stukken, 't Bleek nu dat de man honger had en men gaf hem te eten. Naar men zegt heeft hij twee tarwebrooden en eenig roggebrood opgegeten. Toen hij weder bijgekomen was, vertelde hij dat hij geen enkele cent bezat en in geen drie dagen iets had te eten gehad. Den 19den dezer zal de door de Alkmaarsche Zwemclub uitgeschreven gecostumeerde zwemwedstrijd plaats hebben in de Bad- en Zweminrichting te Alkmaar en aanvangen des middags te I2Y2 uur. De wedstrijd zal tweeledig zijn en bestaan in: a. sneizwemmen tusschen de leden van de Zwemclub „de Bata vier" op rug en buik en schoonzwemmen, en b. een vrijen wedstrijd voor jongelieden niet boven de 16 jaar, in sneizwem men op den buik en schoonzwemmen. Niet onaardig is het volgende uit Wormerveer Wormerveers Mannenkoor behaalde in het concours merend den tweeden prijs, een zilveren medaille. Wat er mee doen Ter griffie deponeeren, en van tijd tot handen nemen om haar te bewonderen Het is te wenschen dat eenige jonge dames het corps een banier vereeren, opdat wanneer het met verhoogde geestdrift weder ten strijde trekt, het dat doe onder de wapperende kleuren zijner eigene banier, terwijl het behaalde eereteeken met een veelkleurig lint aan den stok is gehecht. Omtrent het vertrek van den Haagschen notaris A., ver neemt het Vad. nader, dat hij aan den officier van justitie verlof had gevraagd voor 1 maand, tot herstel van gezondheid, terwijl hij notaris Westerouen van Meeteren aanwees om zijn minuten te bewaren. De officier had geen reden het verzoek te weigeren. Eerst later is gebleken, dat de heer A. geen orde heeft ge steld op het beheer zijner zaken en belangen, zoodat het noodig werd bewindvoerders aan te wijzen. De rechtbank heeft daar toe benoemd de heeren mr. Stipriaan Luïscius en Van Rossen. Men spreekt van een passief van een half millioen. De juiste omvang der verbintenissen is echter niet bekend. \an den notaris en zijn heengaan sprekende, zegt de Haagsche kroniekschrijver van de N. Gr. Ct.„Dit feit heeft een pijnlijken indruk gemaakt vooral om de eervollen positie, die de hoogbejaarde en bij ieder hoog aangeschreven man in nam. Hij behoorde tot de weldadigste ingezetenen en had een der drukste kantoren alhier. Men verzekert, dat zijn goedhar tigheid om in de speculatie-periode alle kleine aannemers door overdreven hulp (in den vorm van te hooge hypotheken) staande te houden, hem ten val heeft gebracht. Er worden allerlei cijfers van zijn tekort, allerlei feiten omtrent de door hem ge maakte slachtoffers genoemd. Dat alles is voorbarig. Maar de zaak zelf is, helaas, waarde algemeen geachte en door ieder onbegrensd vertrouwbaar geoordeelde man heeft 't land verlaten en de rechtbank heeft reeds bewindvoerders in zijn zaak be noemd. Er wordt van ernstig bedreigde firma 's tengevolge van deze gebeurtenis gemompeld. Hopen we, dat zich die geruchten althans niet zullen bevestigen'. Boven Zwolle en omgeving heeft Zondag een hevig °n' weder gewoed. In de stad zelve kwamen geen ongelukken voor. Te Dieze sloeg de bliksem in e&ne kamer, zonder dat echte' de zich daarin bevindende perscinen eenig letsel ondervonden, alleen een raam werd er door ontiet. Onmiddellijk bij den hooi berg op de boerderij van D. W, van der Wal te Ha'cU 1 werd een populier getroffen, waardoor in den hooiberg b»|> ontstond, die zoo snel toenam dat de geheele berg met "j pond hooi een prooi der vlammen werd Door de ijverig® P®* ging der brandweer te Windesheiin,\gesteund door de hulp buren, is het woonhuis en de schuul behouden gebleven, vernielde was behoorlijk tegen brandschade verzekerd. De bliksem sloeg mede in een hooiberg en het woonhuis G. Koster, nabij het landgoed Bese, ou der de gemeente De hooiberg, die 30000 kilo hooi bèvatte is verbrand. woonhuis heeft slechts aan de achterzijde wat geleden. lijke ongelukken zijn niet te betreuren.! Alles was verzekerd. Te Wijhe sloeg omstreeks acht uur van een huis, gelegen in de Jakke en nen, verbrijzelde een paar pannen ee doch veroorzaakte geen brand, De'beu met den schrik vrij. 1 Tu Ew ?er800D'1 die met ziJ° vrou te Utrecht inwoonde, in de Wijde Wat! een voortdurenden twist met deze e de woning te verlaten. Hij had reeds meubels ge aden, en met een kind daarop reeu "'V„d"bij W eerdsingel bemerkende, dat hij achtervolgd «erd» Alles was verze*"-^ ie bliksem M }e ewoond door vie s fcige latten en een iners kwamen ook bij erstraat aldaar^ faam daarom L handwagen ®et Lrou reed hij f.^jf

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1888 | | pagina 2