Werff, Egmond en Hoorne, zoolang blijven Simon Stijl en
Helmers en Tollens en Da Costa zonder pendanten, en
zoolang is het door de welvoegelijkheid verboden, van deze
historische feiten en personen te gewagen anders dan om
een woordspeling te maken."
Wordt Vervolgd.
nagedachtenis van Mr. C. Vosmaer gewijd, en met welke
curiositeit ook de „Schager Courant" hare lezers een ge
noeglijk oogenblik bereid heeft. Toen ik in dat fraaie ge
dicht den voortreffelijken Vosmaer vergeleken zag bij een
opgedroogden waterplas, dacht ik aan een uitspraak van
Albert Verweij, don dichter van De Nieuwe Gids, op
blz. 241 van diezelfde Juniafleveriug, waar hij zegt
Binnenlandsch Nieuws.
En dat moois is geschreven door een Nederlander, door
een naneef van de Watergeuzen, en wordt zonder blikken
of blozen in een Nederlandsch tijdschrift het publiek te
lezen gegevenHet begint er fraai met ons uit te zien
De helden uit den tachtigjarigen oorlog alleen nog maar
bruikbaar om als Jan Klaassens en hansworsten in een
kluchtspel dienst te doen, en dat tijdperk zelf niets anders
verdienende dan dat er den draak mee gestoken wordt.
En dat zijn de mannen van de jongste letterkundige rich
ting Zou die richting ons niet regelrecht den Pruisen in
de armen voeren
En wat zegt de heer Van der Goes tot verdediging zoo
genaamd van zijne verachtelijke ontboezeming, die ik slechts
met den grootsten weerzin heb afgeschreven Dit
„Het komt mij voor, te strijden tegen de regelen van
den goeden smaak, wanneer men over een onderwerp,
waarover lange jaren door ontelbare anderen met geest
drift geschreven is, door zoo velen en zoo lang, dat men
al een zeer bijzonder oorspronkelijk individu moest wezon,
indien men dat onderwerp op een nieuwe en eigen manier
kon beschouwen, wanneer men daarover nog eens gaat
schrijven met geestdrift. Het contrast tusschen de betee-
kenis, die de auteur wil dat aan de woorden wordt toege
kend, en de onbeduidendheid, die iemand verraadt door ze
voor de duizendste maal te gebruiken, is meer dan menig
een verdragen kan met een effen gezicht."
Weg dus met de handboeken, over Vaderlandsche ge
schiedenis, waarin het glorierijk tijdperk onzer afschudding
van het Spaansche juk beschreven wordtWeg ook met
de standbeelden, die den roem der helden uit die bange
dagen aan het nageslacht moeten overbrengenVerbrand
die boeken en vergruisel die beeldenroepen de heer Van
der Goes en zijne geestverwanten, want die geschiedenis
is alleen goed om er uien over te tappen, zooals de his
torie van Tijl Uilenspiegel, Gulliver of Moeder de Gans
Geheel in overeenstemming met dat denkbeeld noemt de
schrijver dan ook de tachtigjarigen oorlog„Dien krijg, die
men men zoo gaarne meer rechtstreeks komisch behan
deld zou zien," en stelt hij verder de geschiedenissen uit
dien oorlog gelijk met „braakmiddelen en purgatiën."
Het is meer dan walgelijkEn uit naam van de vele,
van de duizenden Nederlandsche mannen en vrouwen, die
mèt mij nog bewondering koesteren voor de met het bloed
onzer vaderen beschreven bladzijden van Nederlands
geschiedenis, waarop de heldhaftig volgehouden en met
zegepraal bekroonde worsteling tegen de Spaansche tyran-
nie geboekstaafd staat, teeken ik hier protest aan tegen
die moedwillige en boosaardige verguizing van de helden
onzer historie
Het gevoel voor Neerlands grootheid schijnt bij die
letterkundige hervormers al even misgroeid te zijn als hun
gevoel voor Nederlandsche poëzie. Getuige het bombas
tische sonnet, in de Nieuwe Gids van Augustus, aan de
dat hij niet het voornemen koesterde, zijn tegenpartij eenig
leed te berokkenen, intusschen moet de houtvester hem wel
op zijn ruwe, brutale wijze ten zeerste getart hebben
kortom, in den hevigsten toom bracht uw vader eensklaps
het geweer aan den schouder en schoot zijn tegenpartij over
hoop."
„Vreeselijkontzettend 1" steunde graaf Wolf en bedekte
het gelaat met beide handen.
„Mijn vader een moordenaar o, nu is mij veel dui
delijk 1"
„Bah, vat de zaak niet zoo tragisch op," ging de kamer
dienaar op koelen toon voort, terwijl hij van minuut tot
minuut een vertrouwelijker toon aansloeg. „Gebeurde dingen
nemen geen keer. Dat zeide ik ook tot mijnheer uw vader,
toen hij zich over de begane misdaad de haren wilde uitrukken."
„Maar een ander werd er toch om ter dood veroordeeld,"
viel Wolf hem in de rede, terwijl hij over zijn lichaam beefde,
„de zoon van den ouden, krankzinnigen boer. Ik herinner mij
nog duidelijk, uit mijn jeugd, hoe de onde man mijn vader
ter verantwoording riep."
„Zeer juist," meende Frans gelaten. „Een gunstig toeval
kwam ter hulp. Een knaap uit het dorp, Martin Katzenberger
geheeten, die zich, om te stroopen of om eenig andere reden,
juist dicht in de nabijheid bevond van de plek, waar de misdaad
geschiedde, werd gesnapt, toen ik juist met mijnheer uw vader
vluchtte. Hij moet bij het lijk zijn aangetroffen, of liever dicht
bij. Daar hij éen doodsvijand was van den vermoorde, richtten
alle gronden van verdenking zich op zijn hoofd en hij
werd terechtgesteld!"
„Die ongelukkige!" kermde Wolf, terwijl zijn gelaat een
diepen afschuw verried.
„Natuurlijk beproefde hij nog langs alle mogelijke wegen
zijn onschuld te bewijzen, maar dit gelukte hem toch niet,
ofschoon hij de vermetelheid bezat, mijnheer uw vader mede in
het proces te verwikkelen."
„En mijn vader?" stamelde Wolf.
„Ontkende natuurlijk."
„O, mijn God, mijn God," weeklaagde de ongelukkige
jonge man, terwijl hij zijn gelaat in beide handen verborg,
„hij heeft een onschuldige voor zijn misdaad ter dood laten
brengen
„Gebruik toch uw gezond verstand, jonge heer,viel de
kamerdienaar hem in de rede. „Had hij zich misschien uit
menschenliefde moeten laten onthoofden Op mijn
woord, het ging hem genoeg aan het hart; hij werd verhoord
en gedroeg zich daarbij zeer onverstandig wanneer ik
er niet bij geweest ware
„En wat deedt gij
„Juist genoeg. Ik bezwoer, dat mijnheer uw vader in den nacht
van den moord, het slot Wolfenstein niet had verlaten, maar
ziek te bed had gelegen."
„Want verzen, dat is zoo goed als doodstriemen of
aan boomen nagelen, dat is zóó erg, dat de bet-achter
kleinkinderen, van den man waar ze op gemaakt zijn, nog
nachten zullen hebben, dat ze hun ledikanten stuk trappen
en hun kussens door-huilen, van te denken aan de pijn van
hun voorvader."
Die mededeeling is wel een beetje hoogdravend, maar
heldert toch veel op. Jawel, sommige verzen zijn „zoo goed
als doodstriemen of aan boomen nagelen," 't heeft er al
thans veel van, of de dichter van het sonnet in De
Nieuwe Gids die operatie eens op den heer Vosmaer heeft
willen toepassen. En ik geloof ook dat zijne bet-achter
kleinkinderen om dat mooie sonnet, wel niet huilen, maar
toch zeer zeker hartelijk lachen zullen
24 Aug. 1888. G-ijsbrecht.
Schagen, 25 Augustus 1888.
Bij gunstig weder, zal Schagen's Harmoniekapel Zondag
middag ten 5 uur, een concert geven op de Marktplaats. Het
programma is samengesteld uit de volgende muzieknummers:
1. Marsch. 2. Lustspiel, Ouverture v. Keler Bela. 3. Früh-
lingserwachen, Romance v. Resch. 4. Ganz Allerliebste, Walzer
v. Waldteufel. - Pauze. - 5. St. Christhophe, Marsch v. Rugers.
6. Annen, Polka v. Strauss. 7. Immortellen, Walz v. Millöcker.
8. Finale. (Potpourri.)
De heer A. F. W. Koltrop, klerk en waarnemend Sta
tionchef aan het station der H. IJ. S. Maatschappij alhier, is
als zoodanig benoemd te Winterswijk, terwijl in zijne plaats
alhier is benoemd, de heer Gerritsen van Wormerveer.
Op eenigen afstand van Schagerbrug ligt een bosch, be
kend onder den naam van Ananas, hetwelk van tamelijke
uitgestrektheid is, mooie lanen en laantjes bezit en den
bezoekers verscheidene schoone gezichtspunten aanbiedt. Naar
dit bosch trok Donderdagavond 1.1., ons Mannenkoor Eu-
terpe, hetwelk met de Zangvereeniging Euphonia van Scha
gerbrug, aldaar eenige zangnummers ten beste zou geven. Toe
stemming tot het houden van deze muzikale bijeenkomst, was
verleend door den heer Schrieken, onder wiens toezicht dit
bosch staat, hetwelk behoort aan zekeren heer, graaf Benthem.
De gezellige vriendschappelijke toon, die tusschen beide
gezelschappen heerschte, maakte dit uitstapje recht genoeglijk.
De proefneming slaagde naar wensch. Ook was nog een ge
deelte van Schagens Harmoniekapel, de kleine Kapel bijgenaamd,
naar het terrein getrokken en gaf ook eenige muzieknummers
ten beste, hetwelk de aangename stemming verhoogde.
Een talrijk publiek woonde deze muziekuitvoering bij, die
bij allen en niet het allerminste bij de betrokken gezelschappen
een hoogst aangename herinnering achter laat, welke ongetwij
feld aanleiding zal zijn, dat deze proefneming ter harer tijd
herhaald wordt.
Woensdagmiddag geraakte door 't schrikken van twee veloci-
pèderijders op het Noord, een paard met tentwagen op hol, waardoor
deze met voerman en twee vrouwen in de sloot geraaktemet veel
moeite wist men hen nog bijtijds er uit te halen.
Woensdag 22 Augustus 11. hield de raad der gemeente
Zijpe een buitengewone vergadering, bij welke afwezig waren
de heeren Francis, Kaan en Nobel.
Na opening der vergadering en voorlezing der notulen werd door
de commissie tot onderzoek der gemeenterekening en die van het
Weeshuis en van het Armenbestuur, allen over 1887, medegedeeld
dat dezelven sloten met de volgende batige saldo'sgemeente-
rek. met f 1698.48, rek. Weeshuis met f 434.15y2 en rek.
Armenbest. met f 1281.01 en werden deze rekeningen, na eenige
kleine opmerkingen en daarop verstrekte inlichtingen, respec
tievelijk goedgekeurd.
Met betrekking tot den bouw van een portaal aan het
schoolgebouw te Schagerbrug werd nu door B. W. in overleg
met den schoolopziener voorgesteld, het portaal te bouwen aan
het einde van de zijde, waar het oude portaal is en dan de
tusschen beide portalen zich bevindende ruimte te doen over
dekken, waarvan de kosten werden geraamd op ongeveer 650
gulden, welk voorstel met algemeene stemmen werd aangeno'
men.
erder werd bepaald dat de eerstvolgende vergadering zou
worden gehouden op Dinsdag, 11 September e.k., wanneer als
dan tegelijk zal worden ingediend de voordracht ter benoeming
van een Hoofd der School aan 't Zand.
Hierna werd de vergadering gesloten.
Terwijl Maandagmiddag zekere B., knecht bij den land
bouwer H., in de Boekelmeer bij Alkmaar, bezig was om mest
naar het land te rijden, had hij het ongeluk, dat zijn paard op
hol ging met het treurig gevolg, dat, toen men het paard met
de kar tot staan gebracht had, B. reeds van schrik gestorven was.
Ten behoeve van de harddraverij, den 29 te Alkmaar
te houden van wege deAlkmaarsche Harddraver ij-
V ereeniging, heeft A~ 4;J-
woning heeft 't best het oorspronkelijke karakter bewaard n,
statiebed met de mooi gewerkte kussens, de fijn gesneden bont'
stoofjes, de blauwe borden in het vertrek opgehangen, en
delijk de stookplaats in het midden van het vertrek; ap
werd met nauwkeurigheid bezichtigd, en aan alle kanten'hoor^
men de meest verschillende uitroepen van verrassing en T
bazing. Ook de oude vrouw zelve, met haar verweerd dod!
vriendelijk en eerlijk gezicht, die ter eere harer bezoekers V
tot lust van haar bezoeksters een helder mutsje op de tmj
haren zette en het wèl goed bedoelde, doch zich zoo leeUiV
versprak, toen zij zei dat zij na haars mans dood zoo gelukki
was geworden. Zij meende, dat eerst na den dood van
„goede ziel" haar woning de opmerkzaamheid der touristen had
getrokken, zoodat zij geheel van hun giften kan leven en dm
onafhankelijk van haar kinderen is.
„Een der Amerikaansche heeren had een draagbaar photogn.
phietoestel medegebracht, en toen een gedeelte van het geze].
schap en ook hij de woning eener jonge moeder binnen traden
die bij haar jongentelg, tronende in den kinderstoel, zat aardappelen
te schillen een schilderijtje voor Artz, Kever of Witkamp
wilde hij een lichtdrukje van het aardige tafreeltje maken
Die kleine man, op een wortel kluivende, met zijn wangen van
melk en bloed en de vreemde bezoekers begroetende met een
Boe! Boe! Boe!, werd door al de dames geknuffeld en
gekust, en de jonge moeder keek het met een fleren glimlach
aan. Maar toen de Amerikaan voorstelde, haar kind te photo-
grapheeren, kwam haar moederhart in opstand. Hoevan haar
kind! van haar eigen vleesch en bloed zou een plaatje gemaakt
worden, dat misschien wel te Amsterdam voor de winkelkasten
te koop zou hangen Dat nooitDaar wilde ze niet aan ge.
looven. Vergeefs gepoogd haar aan het verstand te brengen dat
haar kind niet te Amsterdam verkocht zou worden: een plaatje
van haar kind? Neen, daar was de kleine haar dan toch te
na voor!"
Onder begunstiging van prachtig weer is eergisteren op
Oostwoud een schoolfeest gehouden met leerlingen der schob
B. en C. te Steenwijk, dank zij de bemoeiingen van commis.
sarissen van Volksonderwijs aldaar. Ten getale van bijna
trokken ze omstreeks half elf in optocht met muziek, onder I
het uitsteken van eene menigte vlaggetjes, door de stralen, en
vervolgens naar het speelterrein, waar men ongeveer half twaalf
aankwam. Draaimolen en goochelaar deden uitstekende diensten,
en wisselden met onderscheidene spelen, waarvoor geschikte I
werktuigen in ruime mate voorhanden waren, in geregelde orde I
af. Gedienstige handen deelden in voldoenden overvloed broodjes!
met kaas, krentebroodjes, koek, melk en chocolade uit, terwijl
amandelen bij de spelen uitstekende diensten bewezen. Omstreek!
uur was het programma opgewerkt en werd de terugto'
aanvaard, begeleid door eene talrijke menigte belangstellenden!
en nieuwsgierigen. Na het zingen van Wien Neerlands IM\
op het Marktplein ging de jeugd, wel vermoeid, maar toch op!
gewekt, uiteen.
Eenige dagen geleden kwam in de gemeente Midwoud een!
persoon, die zich noemde C. van Diepen en voorgaf in diensf
te zijn bij den heer IJpma, orgelmaker te Alkmaar. Hij kwaï
het orgel stemmen, vertelde hij aan den kastelein B. aldaaif
bij wien hij een glas bier gebruikte zonder te betalen. Vervolgens
begaf hij zich naar den orgeltrapper, alwaar hij, voor f 7,5
per week zich in de kost besteedde, leende van dien man, i
voor zijne hulp in de kerk bovendien een dubbeltje per m|
zou verdienen, een kwartje en een regenscherm en trok toe
naar Oost woud, om daar zijn rol verder te spelen. Hij vooi|
daar geen geloof en de politie, die inmiddels gewaarscho»
was; had hem spoedig te pakken en omdat zijn misdrijf i®|
van zeer geringe beteekenis was, werd hij eenvoudig het dor
uitgezet, waarna hij den weg naar Benningbroek insloeg.
In een te Amsterdam verschijnend volksblad kwam
dagen een advertentie voor, waarin rijke lieden een kind «f
vier h zes jaren vroegen, om dat geheel tot zich te nemen i
op te voeden als hun eigen.
Een zoogonaamd „los werkman" in een der Zaanscbe
meenten woonachtig, („los werkman" beteekentiemand
geen vaste bezigheid heeft, maar van allerlei karweitjes
die rijker in kinderen dan in geld was, besloot, met goedvindoj
van zijne vrouw, een hunner spruiten, een zwak vierjarig
aan te bieden. Dientengevolge verzond de man een brief
het bureau van bedoeld blad, van de aangegeven letters W
zien.
Reeds den volgende dag verscheen te hunnen huize een m'l
gekleede dame, die het kind wilde zien en te gelijk maar
nemen. Op de vraag naar naam en woonplaats gaf de
voor; dat het kind door rijke lieden in den Haag zou ff0™
aangenomen. De ouders wilden echter meer van de zaak
en toen dit niet gelukte, lieten zij de dame gaan,
zonder het kind.
Eenige dagen later kwam een heer, die zeide, de echt?0*
der dame te zijn. Hij sprak in denzelfden geest, maar daar
hij geen genoegzame inlichtingen gaf, moest hij eveneens oD
richter zake vertrekken. i
Naar men wil, hebben de buren den man gedreigd, he®^
zullen afranselen, als hij zijn kind verkoopt, en zou
patroons, bij wie hij nu en dan werkt, hem gezegd
spoorwegmaatschappij
de directie van de Hollansche IJzeren
-- eene gunstige bepaling genomen. Zij
heeft zich n. 1. bereikt verklaard, eene reductie van 50 o/ toe
te staan op de vrachtprijzen in het lokaalverkeer voor het vervoer
met gewone treinen) der paarden en rijtuigen, deelnemende
aan of terugkeerende van bedoelde harddraverij. Deze reductie
is ook geldig op de minimumprijzen van het lokaaltarief.
Omtrent het bezoek van het Amerikaansch gezelschan
aan Marken, vertelt het Handelsblad onder anderen
t Spreekt van zelf, dat ook de woning van Maretje Thiis-
sen, de populaire Markensche weduwvrouw, bezocht werd. Haar
dat hij hem, bij volvoering van zijn plan, geen werk
geven.
Men verdiept zich natuurlijk in gissingen over j
linge geval.
De veldwachter N. v. L. en en diens ecktgen0^
Haarlemmermeer, bevonden zich Zaterdag met 2 km e„.
de familie te Mijdrecht. Hun jongste zoontje (4
spelende bij een aldaar staanden molen, zóódanig
molenroe aan het hoofd getroffen, dat hij aan de gevo^
leed. Tot overmaat van ramp geraakten zij op den
dienzelfden avond aan den Uithoorn met paard en
water. Na een geruimen poos zonder hulp te hebbe^^
om alles weder op het droge te brengen, konden Z'J
voortzetten. y
Men kan zich de treurige thuiskomst en de »®ur <js»
droefde ouders voorstellen, als men bedenkt, dat ]t
winter ook hun oudsten zoon verlorpn, doordien
Ringvaart door het ijs zakte en verdronk.
H