EO MÉ- k LlllflM En vergeef ons onze sclulflen! 31ste Jaargang. Ho. 2238. Donderdag, 18 October 1888. PATENTEN. Uitgever: J. WINKEL. Hureau: SCHAGEN, taan, 5. Gemeente Sc hagen. Bekendmakingen. Binnenlandsch Nieuws. SCHAGER A RAMT. Dit blad verschijnt tweemaal per week: W oenadag- Zater dagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVEB- TENTIÉN in het eeratuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f3.Franco per post f3.00. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels fO.75; iedere regel meerfO.li Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. POLITIE. Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlichtingen te bekomen omtrent een alhier gevonden Schuier. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur der Gemeente Schagen, brengt bij deze ter kennisse van de ingezetenen dier gemeente, dat het kohier van het Patentrecht over het eerste kwartaal, dienstjaar 1888/89, op den 12en dezer door den Heer Provincialen Inspecteur in de Provincio Noord-Holland is executoir verklaard en op heden aan den Heer Ontvanger der directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering is overgegeven. Ieder ingezeten, welke daarbij belang heeft wordt alzoo ver maand op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven, ten einde alle gerechtelijke vervolgingen, welke uit nalatig heid zouden voortvloeien, te ontgaan. Schagen, den 15 October 1888. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoemd, G. LANGENBERG. De Burgemeester van Schagen brengt ter algemeene kennis, dat de patenten, aangevraagd in de maanden Mei, Juni en Juli j.1., 1ste kwartaal, dienstjaar 1888/89, ter gemeentesecretarie door belanghebbenden kunnen worden afgehaald vanat Woensdag den 17en tot en met Dinsdag den 28en dezer des voormiddags van 9 tot 12 ure, den invallenden Zondag uitgezonderd. Schagen, den 16en October 1888. De Burgemeester voornoemd, G. LANGENBERG. Roman van GEORGE EöCKER. 62.) XXIX. In den loop der jaren was al de teedere liefde, die Clotilde von Wolfenstein vroeger voor haren gemaal gevoeld had, over gegaan op haren jongsten zoon en lieveling Erich. Dezen had nj lief met zulk een hartstochtelijke teederheid, welke men bij taar niet meer gezocht zou hebben. Maar de jonge professor Tergold zijne moeder de hem betoonde liefde ook in ruime mate. Ook hij hing met hartstochtelijke vereering aan Clotilde en vereerde haar nog temeer uithoofde haar droevig lot. Het was voor hem toch geen geheim gebleven, welke eene rampzalige verwijdering er bestond tusschen zijne ouders, als was de oorzaak er van tot nu voor hem nog een duister geheim ge- Weven. Maar instinktmatig, als om zijne moeder vergoeding W geven voor het geluk, hetwelk zij te vergeefs zocht aan de zjjde van haren man, was Erich reeds vanaf zijne kindsheid zijn moeder trouw toegedaan geweest; hij had haar al die üeine geheimen en teleurstellingen toevertrouwd, die de jeugd met zich had gebrachthij had haar ook later onbeperkt zijn vertrouwen geschonken, toen hij een zelfstandig man was ge erden. Zoo was het voor de teeder bezorgde moeder geen geheim gebleven, dat haar jongste zoon met hartstochtelijke liefde Angelika van Almenrode beminde. Nu droeg zij wel is waar tennis van de plannen, die reeds sedert jaren haar gemaal oesterde, met betrekking tot de jonge erfgename; maar daar i t»de nu verre stond van haar gemaal, had zij aan diens Pjannen ook geen gewicht meer gehecht, doch had zij haar ®ëen plan gemaakt. Met weerzin dacht zij er aan, dat een- ttlaa' baar oudste zoon het majoraatsgoed zou erven en met ^engde zou zij het gezien hebben, wanneer Erich de plaats an zijn ouderen broeder had kunnen innemen en zich had °gen verheugen in een schitterende, onbezorgde toekomst, in P ats dat hij nu uit eigen kracht en uit eigen middelen zich levenstoekomst moest verwerven. Daarom wilde de trouw '°rgde moeder haren lieveling tenminste eene vergoeding ten te verschaffen door een rijk huwelijk. Zeer ten stade jOH haar daarbij Erich's liefde. Zij kon zich voor hem geen An r<ri,en veelbelovender schoondochter denken, dan juist jSWika van Almenrode. De minnenden waren dus zeker van toeg^ 2e?en' en de gravin geloofde bepaald de noodzakelijke ver^.?atnaug van haar gemaal tot deze verbintenis te zullen nJgen, al zou het ook menigen strijd moeten kosten. Schagen, 17 October 1888. Heden is onze plaatsgenoote Mej. J. Denijs Johsd. te Amsterdam geslaagd in het examen voor onderwijzeres bij het O. L. Onderwijs. Door stemgerechtigde ingelanden van den polder Valkoog is de heer W. Govers Sr., grondeigenaar te Haringcarspel, benoemd tot hoofdingeland van het Ambacht van West-Friesland, genaamd Geestmer-Ambacht. Jongstleden Vrijdagavond had te Oost-Graftdijk een droe vig ongeluk plaats. De echtgenoote van den bakker J. Oort wijn, bezig met eenig werk op den zolder, had 't ongeluk door het luik te vallen, waarbij ze zich zoodanig aan het hoofd bezeerde, dat ze in eenen staat van volslagen gevoelloosheid verkeerde. Eeeds den volgenden dag bezweek ze aan de gevolgen. Een behoeftig man, zekere I. Jong, in de gemeente Zwaag, ontving 21 September jl. een ongefranKeerden brief uitdeVer- eenigde Staten van N.-Amerika. Hij betaalde f 1.port en zag bij opening geen briet, maar 4 gelijke exx. van een groep por tretten, bestaande blijkbaar uit 2 ouders, nog beneden de 50 jaar, waarvan de moeder met een omstreeks driejarig kind op den schoot; verder nog 8 oudere dochtertjes. Eindelijk nog vier mannelijke portretten, evenals de vader in jassen enz gekleed en nog een jong mannel. portret in blouse, als ware hij een knecht. Het adres luidt: I de Jong. Nederland Europa. Gaarne zag bo vengenoemde I. de Jong die portretten in handen van den rechtma- tigen eigenaar, om zoo zijn voorgeschoten gulden terug te bekomen. In de Haarlemmer Houttuinen te Amsterdam hadden verleden week, tusschen 9 en 10 uur, een 20-tal opgeschoten jongens de brutale aardigheid om de deuren van de bewoners Daar, te midden van al haar hopen op een blijde toekomst voor haren zoon, trof haar als een bliksemstraal uit een hel deren hemel, het bericht van Erich's afwijzing en van de verijöÉjBg van zijn ouderen broeder met het aangebeden meisje. A-De gravin kou zich eerst na dagen een helder denkbeeld /naken van den veranderden toestand. Zij zag zich eensklaps tegenover een noodlot, hetwelk haar lieveling bedreigde en tegen welks gewicht hij noch zij iets zouden kunnen uitrichten. Zij zag in de trouwe oogen van haren zoon tranen, zij moest ontdekken hoe hij ten prooi was aan hevige smart, onder het bewustzijn, dat hij moest afzien van de aangebedene zijns harten. Toen bekroop haar een onbeschrijfelijke bitterheid tegen over haar echtgenoot, want zij wist immers maar al te goed, dat deze stond achter haar eerstgeboren zoon en diens aanzoek om Angelika. Maar reeds in het oogenblik, waarin haar zoon haar al zijn leed openbaarde, moest zij bekennen, dat zij mach teloos was tegenover den wil van den haar vreemd geworden echtgenoot. Alles kwam haar in deze geschiedenis des te raadsel achtiger en onheilspellender voor, als zij niet begrijpen kon, hoe haar lieveling dadelijk het veld had moeten ruimen voor het gedwongen aanzoek van zijn broeder. Kon zij zich zoozeer vergist hebben in den ouden baron van Almenrode Zij had hem tot nu voor een man van eer gehouden, wien het geluk van zijn eenig kind het meeste aan het harte lag en nu moest zij het beleven, dat hij Angelika er toe dwong, haar jawoord te geven aan iemand, dien zij niet beminde. Wat moest zij ten slotte ook denken van het meisje zelve, hetwelk in bijna een en hetzelfde oogenblik zich verloven met den aangebeden man en hem verloochenen kon? Clotilda van Wolfenstein begreep niets van dat alles, maar in haar verbitterd hart drong zich het knagend gevoel aan haar op, alsof het weder die geheimzinnige, donkere nacht was, die nu reeds bijna een menschenleeftijd haar gelukster had verduisterd, die ook nu weder het geluk van haren lieveling scheen te zullen vernietigen. Maar de ongelukkige vrouw was niet genegen, door haren echtgenoot ook het levensgeluk van haren lieveling te laten verwoesten. Haar eigen mislukt bestaan had hij reeds op zijn geweten; zij zon alles in het werk stellen en niets onbeproefd laten, om haren echtgenoot ten minste het geluk van Erich af te winnen. In zulk een verbitterde en ter neder gedrukte stemming zocht de gravin op zekeren namiddag haar gemaal in diens ziekenvertrek op. De majoraatsheer keek verbaasd op, toen hij zijne gemalin zoo onverwacht bij zich zag binnen treden. Hij kon het in het eerste oogenblik niet begrijpen, wat de gravin er toe zou heb ben gedreven, de anders zoo gaarne door haar vermeden ver trekken op te zoekeneen glimlach speelde om zijne lippen en hij sloeg voor de nog altijd schoone, trotsche vrouw de vast te binden met een touw, waaraan een zware steen was vastgemaakt. Daarna staken zij een stapel papier in brand en schelden dan aan. Hierdoor werd dea bewoners de grootste schrik op den hals gejaagd, daar zij meenden, dat er brand was. Dit spelletje duurde geruimen tijd ongestoord voort, tot een agent, die gewaarschuwd was, de jongens verjoeg. Een zonderlinge koop werd in de vorige week in een der magazijnen van reukwerken en toilet-artikelen te Utrecht gesloten. Een flink uitziend zeeman trad den winkel binnen en ver zocht om eene flesch Eau de Gologne. //Maar van de beste, hoor," zoo luidde zijn order. De winkelier stelde eenige flesschen, verschillend van prijs, voor hem ter bezichtiging; doch onze Jan-maat vond ze alle te klein. wJe moet weten", zoo sprak hij tot den winkelier, die werkelijk niet goed begreep, nadat hij reeds de grootste flesschen, in zijn voorraad aanwezig, had voor den dag gehaald, hoe hij zijn ka- lant zoude tevreden stellen. //Je moet weten, dat ik mij in het huwelijk ga begeven, en mijn aanstaande vrouwtje heeft 't nog al op dat reukspul; ik wil ze dus liever wat meer geven, dan zoo'n fleschje." De raad om dan twee of meer der grootste flesschen te nemen, vond geen bijval. Het matroosje moest en zoude iets groots hebben. Daar valt zijn oog op de sierlijke glazen vaatjes, met een inhoud van ongeveer 5 liter, die op een keurig zwart onderstel, en voorzien van een glimmend kraantje, die evenals in eene nette slijterij, de zoogenaamde toonvaatjes, in de etalage prijken en uit welke het reukwater per maat wordt verkocht. ,/Kijkzoo'n vaatje dat ware iets goeds. Wat kost zoo'n ding, maar met onderstel enz. en inhoud van de allerbeste kwaliteit." De winkelier maakt zijne berekening en noemt den eau-de- cologne-gieri'gen zeeman f 28.als koopsom van het verlangde. Menigeen zoude voor zulk eene uitgave ter wille van het oogen neder. ,/lk heb iets met u te bespreken hebt gij eenige oogenblikken vrij voor mij begon gravin Clotilde op gejaag- den toon, nadat zij beleefdheidshalve gevraagd had naar den gezondheidstoestand van haren gemaal en tegenover dezen in een fauteuil had plaats genomen. z/Ik heb voor alles tijd, zelfs om te sterven antwoordde de majoraatsheer, terwijl een bittere trek zijn dorre gelaats kleur voor een oogenblik verlevendigde. //Het komt zelden voor bij u, dat gij mij eens wenscht te spreken, doch dat doet hier niets ter zake, wat is uwe begeerte ,,Ik vermoed, dat gij wel zult weten, waarom ik met u een onderhoud verlang!* ,/Niet in het minste „Nu dan, het betreft de toekomst van uw tweeden zoon Een lang gerekt //Ah" kwam over de lippen van den ouden man. Hij liet zich achterover vallen in zijn leunstoel en hulde zich huiverend in de warme reisdeken, die hij om het magere lichaam had geslagen. //Erich was reeds bij mij," antwoordde hij toen na een korte poos, het vermijdende, den blik zijner gade te ontmoeten. „Ik kan hem niet helpen, hij had zich moeten bedenken, toen het nog tijd was mijne overeen komst met baron van Almenrode dagteekent niet eerst van heden of gisteren „Maar de jongelieden beminnen elkanderviel de gravin hem driftig in de rede, „zij kunnen niet buiten elkander leven, het zou de dood van het jonge meisje zijn, wanneer....* De zieke man maakte een minachtend gebaar met de hand. „Bah, voorloopig denkt zij nog niet aan sterven," meende hij, „gij ziet, dat zij dadelijk, getrouw aan haar plicht, zich met Wolf heeft verloofdzou zij aldus gehandeld hebben, wanneer er werkelijk een verterende hartstocht voor uw lieve ling in haar hart leefde en bovendien," ging hij op sle- penden toon voort, „wat beteekent hartstocht Ik heb een man gekend, die zijn hartebloed zou gegeven hebben voor zijne vrouw en hij is met haar toch slechts diep ellendig ge worden. Men moet nimmer uit liefde trouwen, maar uit ver stand een betere en passender partij, dat onze Wolf zal sluiten met Angelike van Almenrode, kan ik mij eenvoudig zelfs niet denkenalzoo is de zaak afgedaan »Neen, dat is zij niet!" viel zijne echtgenoote hem in de rede op een toon, die beefde van inwendige ontroering, „ik ben gekomen om van u opheldering te verlangenhoe is het mogelijk, dat gij u er toe kondet vernederen, eene verbin tenis van het hart te verwoesten, en welker bestaan voor u toch geen geheim kon zijn gebleven?* De majoraatsheer zweeg een poos, hij speelde besluiteloos met de kwasten van zijn fauteuil en staarde in diep gepeins verzonken, voor zich neder. „Wat moet ik u zeggen begon hij eindelijk. „Gij heb het reeds lang verleerd, Clotilde, mijn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1888 | | pagina 1