INGEZONDEN.
3 31ste STAATSLOTERIJ.
G-ETROKKEN ZPIRICTZEiNL
BURGERLIJKE STAND.
M A
RKTBERICHTEN.
'lachte den heer Rengers al evenmin loe als
beer Alberda van Ekenstein, beiden vonden het hulpmid-
ef oDvoldoende en ongewenscht, ook omdat daardoor de min-
e eden weer meer worden gedrukt. Doch terwijl eerstgenoemde
et den heer Van de Putte voor de laatste maal hunne stem
zulk een noodwet wilden geven, weigerde de heer Alberda
[I voornamelijk met het doel om de regeering te prikkelen
/spoedige indiening van definitieve ontwerpen. Ter bestrijding
,n dit standpunt trachtte de heer De Bruijn aan te toonen,
jt de Kamer dan de verantwoordelijkheid zou overnemen van
regeering, die beter dan zij de politieke toestanden van
uropa kon kennen.
Pat die toestanden dezen „buitengewonen" maatregel zouden
chtvaardigen, werd echter ook nu niet door den minister
l0eeloond, althans niet in het openbaar. Hij volstond met de
iiêve opmerking, dat met de bevoegdheid om over eene lich-
]g meer te beschikken, wij veel beter gewaarborgd zouden
jg tegen alle eventualiteiten, dan zonder die bovoegdheid. Er
hoeft nog geen Europeesche oorlog te dreigen, om overtuigd
zijn dat zes lichtingen krachter zijn dan vijf
Met 25 tegen 8 stemmen (de heeren Van Swinderen, Kap-
.yne, Alberda, Van der Breggen, Welt, Van Roijen, Stork en
leuning) nam de Kamer voor de laatste maal, naar men mag
>en, deze tijdelijke voorziening aan, en ging, na het vaststel-
der huishoudelijke raming in comité uiteen, om zeker niet
26 Augustus terug te keeren.
De onderwijswet. Het Centrum (no. 1581),
!st reeds herhaaldelijk gepleit heeft voor behandeling van deze
(et in dit zittingjaar, schrijft thans o. a.
„Onze verwachtingen, wat de behandeling der schoolwet be-
reft, worden verwezenlijkt. Zoowel de Katholieke als de anti-
evolutionaire afgevaardigden hebben vergaderd om deze zaak
e bespreken en naar Het Vaderland meldt „zijn de clericale
[amerleden van oordeel, dat de onderwijswet in Augustus moet
ehandeld worden." Bovendien komt de commissie van voor-
lereiding voor de schoolwet reeds aanstaanden Vrijdag bijeen
in over het Regeerings-antwoord op het voorloopig verslag te
leraadslagen.
„Er wordt dus spoed achter de zaak gezet en niets is ons
neer welkom dan dat. In meer dan één artikel is reeds in dit
blad aangetoond, dat thans niets meer urgent is dan de afdoe-
ling van het wetsontwerp Maclcay en dat vroegere schoolwetten
jok wel in zomervergaderingen zijn tot stand gekomen.
„Het bericht van Het Vad, hetwelk trouwens slechts
bevestigt, wat wij reeds vóór eenigen tijd mededeelden moet
las de liberalen wel koud op het lijf vallen. Wanneer de
„clericale Kamerleden van oordeel zijn, dat de onderwijswet in
Augustus moet behandeld worden," dan geschiedt dit, hoezeer
le liberalen daartegen ook mogen gekant wezen."
De Zwolsche Courant meldt in eene correspondentie uit
s'Gravenhage
„Algemeen verwacht men hier, dat de Tweede Kamer toch
inderdaad einde Augustus zal terugkeeren ter behandeling der
onderwijswet. Ik meen uit goede bron te weten, dat de aan
voerden der rechterzijde eene latere behandeling begeerden (in
TCree/Lstem ming met den minister Maclcay) en ook werkelijk
ipartij vergadering dat hebben voorgesteld. De mindere
goden der partij zijn hiertegen echter in verzet gekomen, langer
uitstel was niet te verdedigen en zou bij de kiezers een recht-
matigen, zeer ongunstigen indruk maken. Kortom zij hebben
doorgedreven en de aanvoerders hebben moeten toegeven. De
waarheid van het bekende woord bleek dus weerque voulez-
ww, je suis leur chef, il faut donc Hen que je les suive.
//Alzoo waarschijnlijk 20 of wel 27 Augustus hereeniging,
en afdoening der wet vóór sluiting der zitting.
»Welke houding de Eerste Kamer zal aannemen als zij in
de nieuwe zitting op hare beurt de wet onderhanden neemt,
ie nog uit niets te voorspellen. Komt de wet in de Tweede
üimer slechts tot stand ondanks tegenstand van bijna de gau
*he linkerzijde, dan staat hare kans in de Eerste natuurlijk
'achelijk. Maar over het geheel is bij deze eene neiging om
zoolang het mogelijk is een conflict te vermijden. Le parti
tihéral ne loude pasil se recueille, tot herwinning van kracht;
Wie raadzame houding."
Verslag der vergadering van den Raad der gemeente Schagen,
gehouden op Zaterdag, 27 Juli 1889, 's morgens ten 10 ure.
Afwezig was de heer Kooi.
Na opening der vergadering en lezing der notulen, welke
berden goedgekeurd, kwamen in behandeling en werden ter ken-
Ms gebracht
aGoedgekeurd teruggekomen van Ged. Staten, het besluit
t afkoop grond, perceel Groot op het Noord-
"let betrekking hiertoe werden B. en W. gemachtigd tot het
°ee opmaken eener notariëele akte van dezen afkoop.
2 ®en schrijven van de feestcommissie voor het op 24 en
Augustus a. s. alhier te houden Gymnastiekfeest. Ingevolge
Y schrijven door den raad wordt besloten
j Het bestuur van het Gewest, benevens de afgevaardigden
aldeelingen en de feestcommissie, op Zaterdagavond, 24
|8, e- k. van gemeentewege officieel te ontvangen
Dat door het raadslid, den heer W. A. Hazeu, een toe-
8 r?' worc*en gehouden, en
Dat den gasten den eerewijn zhl worden aangeboden,
fep drijven van den Brigadier—Majoor v. d. Struijff waarbij
naar aanleiding van het dienaangaande in de vorige raadsver-
gesprokene, bedankt voor zijne gratificatie, voor gedu-
j e de kermis bewezen diensten, verklarende dat hem door
gemeente eenmaal een jaarlijksche gratificatie was toegestaau.
i P verzoek van den heer v. d. Maaten werden nu de notu-
^npgezocht van 1 Juli 1879 en blijkt daaruit: dat metalge-
tQo;,e ^omen door den raad was besloten aan de rijksveldwacht,
te V Urende de kermis bewezen diensten, eene gratificatie toe
eB p'yy. berekend tegen het gewone bedrag, (f 2,50 per hoofd
ftvin drijven van den Brigadier-Majoor wordt voor kennis-
J* Ogenomen en besloten aan de andere rijksveldwachters
*°ne gratificatie uit te keeren.
Op een des betreffende vraag van den heer Hazeu naar aan
leiding van hetgeen zekere R. in de Held. Ct. schreef, verklaart
de voorz. dat de gemeente-veldwachter niet het minste aan
spraak of recht heeft op eene gratificatie voor de kermisweek
aangezien de dan door hem te bewijzen diensten behooren tot
hetgeen hij verplicht is te doen voor zijn jaarwedde.
Met de rijksveldwacht is dat een ander geval. Die verleent
dan bijzondere diensten, niet in betrekking staande tot hunne
jaarwedden.
d. Bit hoofde het overlijden van den EdelAchb. HeerLan-
genberg en de daardoor ontstane vacature voor het lidmaatschap
van den raad, worden voor de op Dinsdag 6 Aug. e.k. te houden
verkiezing tot leden van het stembureau benoemd, de heeren
J. Govers en Jb. Stammes, en tot plaatsvervangers, de heeren:
J. v. d. Maaten en W. A. Hazeu.
e. Aanbieding van de gemeente-rekening, dienst 1888 be-
loopende in totaal: Ontvangst 1 30175.21 Uitgaaf f 26982,185,
batig saldo f 3193.025.
Tot leden der commissie van onderzoek worden, behalve de
waarn.-voorz., de heer C. de Pater, gekozen de heeren: Govers
en Hopman
f. Met betrekking tot de vacature Gemeente-Veekeurder
voor de markten alhier, wordt met algemeene stemmen op
voorstel van den heer Jb. Stammes besloten, den heer Schrieken,
geadmitteerd veearts te Zijpe, voorloopig aan te stellen tot
veekeurder op de markten te Schagen, tegen de geëvenredigde
jaarwedde van den overleden heer Raven, met ingang van 1 Juli 1.1.
Bij de nu volgende rondvraag wordt door den heer Hazeu
in het midden gebracht, dat hij heeft vernomen, dat gedurende
de kermis, op verzoek van den Gemeente-Architect, den heer
Vlaming, de stoommachine in de tent Couprant is gekeurd
door den ingenieur, die daavoor moest overkomen naar hier en
waaraan zeker wel kosten voor de gemeente verbonden zijn.
Spr. wenschte gaarne eenige inlichtingen dienaangaande.
Uit hetgeen nu door de heèren de Pater en Voorman werd
medegedeeld bleek, dat de heerVlaming, wien op den eersten Zondag
avond van kermis ter oore was gekomen dat in het peilglas
aan bedoelde machine geen water was te krijgen, persoonlijk
de machine is gaan bezichtigen en daarna zich verplicht achtte
den heer de Pater te adviseeren, den inspecteur te laten komen,
die na onderzoek verklaarde dat de machine zelve wel in uit
stekenden staat verkeerde, doch dat de heer Vlaming vooral
goed moest toezien dat er water in het peilglas bleef en bij
afwezigheid daarvan, de machine buiten werking moest stellen.
Hierna werd de vergadering gesloten.
Mijnheer de Redacteur, verleen mij bij vernieuwing eenige
plaatsruimte in uw geacht blad.
Gewichtige dagen, niet waar, geachte medeburgers en plaats-
genooten onzer gemeente Schagen, beleven wij in het jaar 1889.
Was de dag van 16 Juli, door de verkiezing van vijf leden
voor den Gemeenteraad, zoo wij meenden één der gewichtigste
dagen in het jaar 1889 voor onze gemeente, thans staan wij
voor grooter feit, door het afsterven van het hoofd onzer
gemeente, den Burgemeester, den EdelAchtb. Heer G. Langenberg,
wiens plaats wij binnenkort weder vervuld hopen te zien
Maar door wien?
Onder de gedichten van de Génestet kwam mij deze onder
de oogen
„Werken en denken en leeren is leven:
Wie hier niet werkt, is zijn plekjen op aard',
Wie daar niet denkt, is het leven niet waard,
En om te leeren is 't leven gegeven!
Leeren en leeren is de eeuwige taak,
Die noch de knaap, noch de grijsaard verzaak'."
Kent men zulke krachten in ons midden die zich dit ten
taak stellen, de Burgerij zoude zich verheugen, in en uit haar
gemeente, zulk een man voor deze betrekking, als Burgemeester
te zien optreden.
Een man alleszins rechtschapen, wars van partijschap, en
begaafd met een helder doorzicht en humaan, en door wiens
liberaal idéé weder een brug mocht worden gelegd, waarover
twee partijen, liberalen en clericaleu, samen als gemeentenaren
van een en dezelfde plaats optrekken, ter behartiging der belangen
onzer gemeente.
Hopen wij, wat zeer gewenscht is, ook hier een dergelijk man
te vinden, tot het heil en de welvaart der plaats en het slagen
van het zedelijke en stoffelijke welzijn, wiens toewijding tot de
belangen in het algemeen zullen worden gewaardeerd, en die
hetzij voor zijn geheele leven of sinds jaren, zich hier mocht
bevinden.
Burgers van Schagen, ook mijne mede plaatsgenooten, zaai
dus geen verdeeldheid, daar gij wind mocht oogsten.
Maar indien door aanmoediging van eenige hooggeachte mannen
uit uw midden, volledig bekend met de personen, stappen
werden gedaan, tot de groote gewichtige zaak die ons allen
aangaat, om ons een persoon aan te wijzen uit onze naaste
omgeving, laat dan uw aller adhaesie volgen, daar eendracht
macht maakt, om door Z. M. onzen geëerbiedigden Koning de
benoeming te zien verwezenlijken, van een hoofd onzer gemeente
uit onze plaats.
Mijn oprechten dank, Mijnheer de Redacteur, voor de opname,
Uw mede-Burger,
Schagen. X.
Ook nog met onderstaande plaatsruimte, Mijnheer de Redacteur,
zal UEd. mij ten zeerste verplichten.
Werk en denken te over, waar de Génestet ons te recht op
heeft gewezen, wees ik u in dit geacht blad van den 4 Juli
jl. in mijn ingezonden stuk op de verkiezing van 16 Juli, dat
er mannen zouden worden gevonden en zouden opstaan, om het
initiatief te nemen waar het eene publieke zaak geldt, hunnen
beginselen aan den dag te leggen vóór de groote en gewichtige
dag der verkiezing daar was. En men heeft niet geaarzeld,
getuige daarvan de gehouden meeting voor de verkiezing, toen
men met 64 namen, allen mannen van één beginsel, met de
candidaten optrad, die alle zoo roemrijk hunne zetels als gekozen
kunnen innemen.
Mede-kiezers uwe plicht gebiedt u, naar ik heb vernomen,
op Dinsdag 6 Aug. a.s. weder ter stembus te komen, om den
opengevallen zetel als raadslid van wijlen onzen afgestorven
Burgemeester, den EdelAchtb. Heer G. Langenberg, weder te
vervullen.
Als eenvoudig, geheel afhankelijk burger—mannetje, reken ik
weder op de toelichting vsn onze vrije, onafhankelijke mannen,
die bij vernieuwing hunne krachten weder zullen inspannen om
u te zamen te roepen, en door eendracht te trachten een waardig
candidaat te doen proclameeren.
Hebben wij alle redenen ons te verheugen over den jongsten
uilslag van 16 Juli, laten dan ook nu weder de liberale kiezers
toonen dat het vrijzinnige beginsel van gelijkheid en recht hier
geldt, maar niet een geloofsverkiezing, laat deze scheve
voorstelling hebben uitgediend dat men uwe beste krachten
en elementen van hunne zetels tracht te laten wippen, door
hun te bestempelen deze liberalen zijn vijanden van u.
Neen, geen oppermacht der Dogma in onze raadsverkiezingen.
Wij hebben het betreurd dat er uit onze mannen, naar wij
meenen van een en hetzelfde beginsel, zich candidaat lieten
stellen en dit welgevallig aanzagen totdat de verkiezing afliep.
Alzoo in den strijd, waarvoor wij zullen worden geroepen
een man te kiezen ter verdediging van waarheid, ter handhaving
van de hoogste, schoonste en heiligste belaDgen onzer gemeente,
waarvoor ieder denkend hoofd gloeien, en elk eerlijk menschenhart
kloppen kan, mag niet minder ijver, niet minder toewijding,
niet minder volharding aan den dag worden gelegd door ons,
die uit eigen overtuiging spreken, dan door hen die op gezag
der Dogma als onze tegenstanders het doen in den kamp voor
het tegenovergestelde; ook wellicht bij deze verkiezing.
Mijnheer de Redacteur ontvang ook hiervoor mijnen dank
voor de plaatsing,
Uw mede-Kiezer,
Schagen. X.
Mijnheer de Redacteur,
Beleefd verzoek ik u het onderstaande in uw blad te willen
opnemen.
In uw Courant van jl. Donderdag komt voor een verslag
van het verhandelde in de vergadering van aandeelhouders der
Landbouw-Societeit Cérès alhier.
Aangezien uwe Verslaggever op de Vergadering zeker slaap
had (en och dat is den man niet kwalijk te nemen want hij
zal zooveel slapeloozen nachten achter den rug hebben), heeft
hij een Verslag aan u opgegeven, dat alles behalve netjes en
juist is.
O. a. staat er in, dat er een batig saldo in kas was van
f 185.dit is juist (maar hier volgt op: plus de op 1 Juli
jl. verschenen halfj. pacht groot f 350.die nog niet was
ontvangen) dit is onjuist daar deze f 350.in de rekening
van 1889 eerst verantwoord moeten worden.
Ter verduidelijking deel ik mede dat ik de Cérès ingepacht
heb voor 1 jaar, zijnde van 1 Mei jl. tot 1 Mei 1890.
Dat ik nu voor deze 2 maanden huur direct niet bereid was
de helft der pacht a f 350 te betalen, is verklaarbaar, doch
weigerachtig hieromtrent was ik niet; vandaar, dat een der
bestuursleden op de vraag van den heer Govers antwoordde,
dat men zich niet ongerust behoefde te maken, daar het geld
in goede handen was.
Mijn wensch was het elke 3 maanden te betalen.
Verder voegt ondergeteekende hier nog bij, dat het zeer onnet
is van een aandeelhouder een dergelijk verslag van een huis
houdelijke vergadering in de courant te plaatsen. Het is gelukkig
dat veel personen in en buiten Schagen uit het verslag proeven
kunnen, dat het den verslaggever te doen was om mij aan den
kaak te stellen.
Onder dankzegging, enz.
J. BLAUW,
Pachter der Landbouw-Societeit Cérès, Schagen.
lste Klasse. Trekking van 24 Juli.
Prijs van f 2000: No. 2388
1000: 19114
400: 14513 19241
200: 6240
100: 8354 10446 19983
lste Klasse. Trekking van 25 Juli.
Prijs van f 100: No. 17951
Gemeente Scliag-en.
Ingeschrevon van 24 26 Juli 1889.
Geboren,
Ondertrouwd on Getrouwd Geene.
Overleden
Gerhardus Langenberg, oud 57 jr.
Schagen, 25 Juli 1889. Aangevoerd:
Stuks Paarden f a
20
Stieren
f
80.—
200.—
25
Jt
Gelde Koeien (magere
r
90.-
a
180.—
10
jj
Idem (vette)
f 175.-
a
265.—
25
u
Kalfkoeien
f 170.—
260.—
10
jt
Vaarzen
1
70.—
41
110.-
225
jt
Schapen (magere)
f
18.-
a
24.—
150
jt
Idem (vette)
f
24.-
32.—
150
Jt
Lammeren
f
12.—
a
17.—
26
JJ
Varkeus (magere)
f
12.—
a
20.—
16
Jt
Biggen
f
6.—
a
10.—
15
T
Konijnen
f
—.10
-.75
20
JJ
Kippen
f
-.35
a
—.60
485
Kilogr. Boter (per Kop f —.80 a
—.90) f
1.06
1.20
228
rt
Kaas
f
—.20
a
—.40
6000 Stuks Kip-Eieren
f
2.25
a
2.75
900
1
Eend-Eieren
i
2.85
a
2.90