Gemeente Barsing-erliorn. Gemeente Winkel. Gemeente Callantsoog-. Gemeente Oudcarspel. Gemengd Niei/ws. ge{ yolk bemerkt instinctmatig dat alles niet is zooals 't 1 if0ort en stelt zich, meer dan anders, bij elk opgeworpen jenkbeeld de vraag voor: //Zou dit misschien de oorzaak mijner Ejslaise wezen Nooit waren er zooveel staathuishoudkundige kwestiën aan Ke'orde van den dag, als kort vóór de Fransche revolutie. Ik fcedoel de eerste, de ware, de voorloopster van de groote Wereld revolutie, die onzen kinderen wacht, en waarbij de hoofdvraag Lezen zal hébben of niet hebben. Boeren- oorlogen en Jacqueriöu njn periodiek als de seizoenen. Dit zal zoo blijven zoolang menschen, menschen zijn. En ook zal men altijd blind genoeg sijn om die onvermijdelijke schuddingen niet te voorzien." Nu, dit laatste hoeft nu juist niet, onzes inziens. Men herinnere zich, als men den naam van Multatuli minder vaarne hoort, de uitspraak van den minister Modderman, een Ier meest geëerde mannen van ons vaderland, dat een nieuwe revolutie niet uit kan blijven en waarschijnlijk nog komen zou vóór het einde dezer eeuw. Nu moge men zeggen wenn man den Teufel an den Wand malt, dann kommt er zuletztwij achten het gevaarlijkste wat oen doen kan op staatkundig gebiedhet rustig insluimeren bij de spreuk après nous le déluge Wij voor ons komen tot de conclusie, dat het hoog tijd wordt de handen aan den ploeg te slaan om nieuwe velden van werkzaamheid te ontginnen. Aan de rechtmatige grieven van hen, die van goeden wille zijn en den arbeider het loon en het levensgenot wenschen te verschaffen, die hij als mensch waard is, moet worden tegemoet gekomen. Kamers van arbeid, vergaderingen van mannen, uit de patroons zoowel als uit de werklieden gekozen, moeten als middelaars en jury's op kunnen treden bij de steeds menig- vuldiger wordende en voor de industrie en handel en daardoor voor de arbeiders zeiven zoo noodlottige werkstakingen. Een billijke rust en een ouderdom zonder gebrek moeten aan den arbeider verzekerd wordenhet is niet te ontkennen, dat men, ten aanzien dezer wenschen van het volk, zich ten onrechte langen tijd met het laisser allerlaisser passer behol pen heeft. Menschelijkheid en gemeenschapsgevoel roepen gelijkelijk om hervorming van vele maatschappelijke toestanden, om meer billijke verdeeling van den belastingdruk, om meer faciliteit voor begaafde kinderen uit den arbeidenden stand voor een vrije beroepskeuze en studie, om verzekering van den arbeider tegen invaliditeit en ongelukken. Dit alles is slechts langs gewonen weg te verkrijgen, indien de regeerende standen inderdaad offervaardig willen zijn en ook hun eigen belang op den duur begrijpen. I Blijken de meer ontwikkelde, meer beschaafde, meer gegoede Jstanden van hunnen overvloed afstand te willen doen en niet |alleen te willen leven, doch ook te willen laten leven, •dan zou men o. i. nieuwe revolutiën kunnen vermijden en jonze kranke maatschappij, langs den weg van evolutie, gelei- Eïlijke ontwikkeling en verandering kunnen hervormen. Wij droomen niet van een Wolken Koekoekshei m, aarin iedereen, ook de onwillige, de luie, de wangustige, vreden en gelukkig zou zijn, doch wij zouden vurig wenschen iets meer geluk, iets meer tevredenheid in de wereld te zien, dan tegenwoordig het geval is. Is dit alleen een quaestie van hooger loon, een vraag stuk van hebben en een vraagstuk van de maag? Naar onze overtuiging, neen. Het verschijnsel der algemeener wordende ontevredenheid beeft een materialistische en een ethische zijde. Er bestaan meer evangeliën der ontevredenheid dan dat van «Recht voor Allen." Ook de bezitters, ook de goed onderwe- zenen, de beschaafden hebben hun Evangelie der Ontevre denheid. Behalve dat het verscheidene elementen der bevolking, die nu juist niet bij voorkeur met de benaming van arbeiders plegen te worden aangeduid, maar niettemin alles behalve luieren, ook niet naar den vleesche gaat, zich bij deze soort van menschen een ontevredenheid openbaart, die niet geheel en al onbegrijpelijk is, zoo is het vervolgens ten sterkste te betreuren dat een levensmoeheid, een geblaseerdheid, een pes simisme over onze samenleving gekomen is, die alle gloed in de gemoederen heeft uitgedoofd, alle eenvoudig genot verdreven, °p de vlucht gejaagd. Een neiging om alleen heil te zoeken in zingenot, bevre diging van het grootst mogelijk aantal prikkels, is over de oenschen gekomen en heeft het leven tot een steeple chase naar het fortuin gemaakt. Ja, het volk heeft behoefte aan leiding, aan troost, maar vooral aan liefde Wie zal het volk in ernst zijn groote liefde schenken, En met hen lijden, met hen voelen, met hen denken, Hun vriend en broeder zijn en zoon Dat is een leven waard van studie, strijd en smarte, Van zelfverloochning en geduld; Een menschenleven waard I en 't edelst menschenharte Ooit van een heilig doel vervuld I Dat is een jonkheid waard, in mijmering gesleten, Die 't brood der tranen met Gods armen heeft gegeten, Die 't donker leven kent, waar straks haar licht op straal, Wie troosten kan, omdat ze als de armste heeft geleden, Die zeegnen kan daar zij gewerkt heeft en gebeden. Die spreekt en lacht in zieletaal. Aan zulk een man, waar de Génestet's gevoelvol hart reeds om geroepen heeft, bestaat nog altijd de grootste begoefte. Zulk een man had wellicht de heer Domela Nieuwenhuis bunnen zijn. In plaats daarvan is hij geworden de volks opruier, de ontevredenheidszaaier zonder meer, een apostel die aan zijn volgelingen een Beloofd Land voorspiegelt, waar kter zal blijken een woestijn te liggen. Over enkele andere voorgangers, die ook de nooden des 'olks peilen doch niet alleen met negatieve kritiek, af vuring en verdachtmaking zich hebben bezig gehouden, doch °°k met positieve voorstellen tot hervorming aankomen, te 8elegener tijd nader. De nieuwe Onderwijswet is door de Eerste Kamer in hare zitting van Vrijdag 6 December aange komen met 31 tegen 18 stemmen. Treurig St. Nicolaas- Ü^chenk voor de kinderen van het Nederlandsche volk. Zestien, zegge zestien, liberale Eerste Kamerleden hebben net irojaansche paard helpen binnenhalen. Treurig heldenfeit. Dat de anti-revol. kamerleden vóór zouden s emmen is natuurlijk; maar dat trots, de vele en vakkundige adressen voor verwerping, ook de Eerste Kamer een getal liberalen oplevert, die hun vaandel in den steek laten, ongelukkig de naaste toekomst, de tijd van secte-scholen, de tijd waarin het kind reeds zal worden gedresseerd in het haten van zijn medeburgers en plaatsgenooten, die niet „hetzelfde geloof deelachtig zijn! Ongelukkig het land, dat ten prooi valt aan secte-haat Juicht, gij monsterverbondsliênUw haan kraait victorie, maar gelooft vrij, wie er alleen recht hebben om te juichen: dat zijn de ultramontanen. En dat zal later den anti-revolution- nairen opbrekenKuyper waant zich slimmer dan Schaepman, doch hij zal bedrogen uitkomen. De zich-noemende liberale Eerste Kamerleden, die vóór deze wet gestemd hebben, heeten: Van Tienhoven, Van Akerlaken, Van Roijen, Huydecoper, Viruly, Stork, Blussé, Vening Meinesz, Van Gennep, ftengers, Nagell, Van der Breggen, Blijdenstein, Fransen van der Putte, Wertheim en Van Naamen. De N. Rott. Ct. zegt ten dien opzichte nog: Dat wij dieu uitslag diep betreuren, behoeven wij waarlijk niet meer te zeggen. Dat dit ontwerp eenige, trouwens hoogst onbeduidende, ver beteringen aanbrengt voor het openbaar onderwijs niemand heeft het ontkend, en de minister behoefde heden daarop waarlijk geen nadruk te leggen. Maar de bedenkingen weggenomen heeft de minister evenmin als vroeger. De vermindering van het aantal onderwijzers zal hoogst nadeelig werken bij het onderwijs. Het premiestelsel voor de opleiding van onderwijzers zal de minister erkende het heden zelf ons slechts onderwijzers geven goed voor het platteland juist de plaats waar volgens den heer Van de Putte de gisting ten gunste van het bijzonder onderwijs het sterkst wordt aangekweekt. Trots alle toezicht en allen waarborg zal men het in het leven roepen van kleine, slecht georganiseerde scholen niet kunnen tegengaan. De verplichte schoolgeldheffing eindelijk is en blijft eene onbillijkheid, te grooter in een ontwerp dat de bijzondere school in zooveel beter conditie brengt. Dat men als regel voor een kind op de openbare school schoolgeld zal moeten betalen, terwijl de uit de staatskas gesub sidieerde bijzondere school volkomen vrij is kosteloos onderwijs te geven, is eene bevoordeeling van het bijzonder en benadeeling van het openbaar onderwijs, die vooral ten platten lande mede helpen kan om de volksschool ten onder te brengen. Voegt men bij deze bezwaren het gemis van waarborgen dat de subsidiën aan het bijzonder onderwijs zullen gegeven worden aan hen die het werkelijk behoeven en dat ze nuttig zullen worden aangewend het betoog van den heer Vlielander Hein werd door den minister al zeer zwak wederlegd dan kunnen wij in deze schoolwet niet anders dan eene ramp voor het volkonderwijs zien. Toen heden de minister Mackay zich verzette tegen de be naming van crétins, voegde hij er bij „maar wat baat alle wijsheid, als er schade wordt toegebracht aan de ziel"? Tegen dat woord protesteeren wij met alle kracht die in ons is. Op de openbare school wordt, Gode zij dank, de ziel onzer kinderen niet bedorven. De liefde die de onderwijzers, schier zonder uitzondering, voor de aan hunne zorgen toever trouwde kinderen koesteren, de toewijding, waarmede zij zich van hunne moeielijke taak kwijten, hadden iets beters ver diend dan deze verdachtmaking. Er wordt op de openbare school niets geleerd dan nuttige kundigheden, die ieder be hoeft en die voor ieder bruikbaar zijn. En als een minister, bij de verdediging van eene zoogenaamd verzoenende wet, nog door zulke gedachten wordt beheerscht, dan durven wij toe roepen aan allen, wie de volksschool ter harte gaatWaakt, waaktBerusten moeten wij in de uitspraak van den 6den December, maar het geloof aan de deugdelijkheid van ons be ginsel kan zij ons niet ontnemen." Kwade noten. De Heraut van Zondag 1 December is lang niet tevreden over Mackay's houding ten aanzien van het Hooger Onderwijs. Ronduit verklaart de Mi nister in zijn antwoord op het verslag over zijne begrooting, dat van hem geen voorstel te wachten is om Amsterdam te ontslaan van het bezitten eener theologische faculteit. En dat terwijl vriend Heineken zoo mooi op weg was die theologi sche faculfeit van de baan te krijgen Yan zijne vrienden moet men het hebbenBegrijpt die onnoozele Mackay dan niet dat de „Vrije" universiteit geholpen moet wordenof wil hij het niet begrijpen? Ook wil de Minister geen rijksuniversiteit afschaffen en vraagt hij meer geld voor het Hooger onderwijs. Geen wonder dat de Heraut bitter gestemd wordt. Als zelfs de mannen van het „christelijk bewustzijn" zoo weinig toonen te beseffen, dat Kuyper's haan koning moet kraaien, wat is dan van de anderen te hopen? En hoe kan de Universiteit op gerefor meerden grondslag bloeien, als men de andere universiteiten niet een weinig knijpt? Is het doffe gebrom in den Heraut het voorspel van een aanval tegen Mackay en zijne „droite", of doet de redacteur als de hond, die niet bijten durft, en toch zijn woede niet geheel onbetuigd kan laten Zeker is het, dat er in de Warmoesstraat kwade noten voor het Ministerie gekraakt worden. Zou men daar eindelijk be grijpen, dat de doleerende broeders het kind van de rekening zijn, en alleen Schaepman en de conservatieven in Maart 1888 gewonnen hebben Zutph. Ct. De ran de daken vallende sneeuw heeft te Weenen, waar menschen en paarden daardoor getroffen werden, verscheidene ongelukken veroorzaaakt. Door een arend aangevallen. Eene Russische boerin uit Dalni-Kamischi, op tien werst afstand van Feodosia, verliet dezer dagen hare woning gevolgd door haar kind, een knaapje van twee jaar, dat, niet zoo vlug als de moeder, een eindweegs achterbleef. Juist vloog een kolossale koningsarend, uit de steppen der waarts verdwaald, in groote kringen boven het dorp. Hij stortte zich op het kind en sloeg zijne klauwen den kleine in het hoofd. De moeder keerde zich bij het angstgeschreeuw van het knaapje om en snelde het ter hulp. De knaap was den arend zeker te zwaar, want deze kon zich met zijn last niet in de lucht verheffen, en zoo gelukte het aan de moeder en eenige buren den roover met knuppels en steenen van zijne prooi te verjagen. Het geheele hoofd van den armen knaap is met diepe wonden bedekt en het neusbeen is gebroken nochtans bevindt het kind zich buiten levensgevaar. De rechtbank te Kiew, in Rusland, veroordeelde dezer dagen twee gezagvoeders van stoomschepen, van met elkander concurreerende Maatschappijen, ieder tot zeven maanden gevan genisstraf, wegens het volgende eigenaardig tweegevecht op het water Den 15den Juli van dit jaar verlieten de schepen der be schuldigden tegelijkertijd de haven. Nauwelijks waren zij mid den op de rivier de Dnieper, of de twee kapiteins probeerden zoo hard mogelijk met hunne vaartuigen tegen elkander aan te botsen. De passagiers schreeuwden moord en brand toen zij den toeleg bespeurden, maar zulks had hoegenaamd geen invloed op de twee strijders, en zij stoomden ferm op elkander los. De beide schepen leden zeer aanzienlijke schade, verscheidene passagiers werden gekwetst en enkelen vielen bij de botsing overboord. Gelukkig slaagde men er in de drenkelingen op te visschen. Yermoedelijk zullen deze zich voortaan wel tweemaal bedenken voordat zij weder eene „pleizierreis" op Russische stoombooten gaan ondernemen. BURGERLIJKE STA\ D. Gemeente Scliagen. Ingeschreven van 4 tot en met 6 December 1889. Geboren Hendrika, dochter van Picter Vries en Maartje Mosk. Gerrit, zoon van Antbonie de Wit en Maartje Teeling. Ondertrouwd, Getrouwd en OverledenGeene. Ingeschreven van 1 30 November 1889. GeborenDirk, zoon van Gerrit Jongejans en Antje Boekei. Arie, zoon van Arie Horst en Maartje Heins. Ondertrouwd Geene. Gehuwd Dirk Bood en Ariaantje Wei. Overleden: Trijntje Nools, 86 jaar. Grietje Vries, 73 jaar. Dirk Leen, 4 maanden. Ingeschreven van 1 30 November 1889. Geboren Harm, zoon van Pieter Landman en Jantje Brnin. Cernelis, zoon van Gerrit Bas en van Anna Kuin. Aaltje, dochter van Pioter Peetoom en Marijtje Visser. Geertje, dochter van Gerrit Mul en Cornelia Middelbeek. Ondertrouwd en Gehuwd Geene. Overleden Cornelis Zweet, 30 jaar, echtgenoot van Niesje de Vries. Cornelia Leijen, 83 jaar, echtgenoote van Cornelis Krap. Jacob Kuiper, 55 jaar, echtgenoot van Trijntje Brederode. Ingeschreven van 1 30 November 1889. Geboren Jan, zoon van Hendrik Tocs en Neeltje Weij. Adriaan, zoon van Cornelis Hardebol en Maartje Vos. Ondertrouwd en GetrouwdHendrik Kruijgveld, j.m., van beroep Landman, oud 24 jaar, en Antje Zipp, j.d., zonder beroep, oud 23 jaar, beiden te Callantsoog. Overleden Een als levenloos aangegeven kind van het vrouwelijk geslacht van Maarten Hoek en Aagje Vos. Aagje Vos, oud 29 jaar, echtgenoote van Maarten Hoek. Krijn Hollander, oud 21 jaar, zoon van Jacob Hollander en Neeltje Kater. Ingeschreven van 1 30 November 1889. GeborenCornelis, zoon van Jan Klinkert en Geertje Eecen. Cornelis, zoon van Cornelis Wit en Geertje Manneveld. Johannis Anthonij Alexander, zoon van Antbonij Alexarder van derBusse en Cornelia Schagen. Neeltje, dochter van Klaas Bakker en Engeltje Roozing. Jacob, zood van Jan van Exter en Grietje Schrieken. Ondertrouwd en GehuwdGeene. OverledenCatharina Stam, oud 10 weken, Jacob Bakker, oud 22 jaren. Hillegonda Vloon, oud 71 juren, eerst weduwe van Pieter Gorter en later van Pioter Offenberg. 3 3 2ste STAATSLOTERIJ. G-ETROKKEN ZPIRICTZIEIN'. 2de Klasse. Trekking van 4 December. Prijs van f 1500: No. 13513 200: 13798 100: 38 6118 6467 10428 13617 13691 2de Klasse. Trekking van 5 December. Prijs van f 2000: No. 5552 400: 5030 MARKTBERICHTE M. De sneeuwstorm, die den 2den dezer meer dan 24 uren achtereen Weenen bedekt heeft met eene sneeuwlaag, dikker dan in de laatste vijl jaren was voorgekomen, heeft zich ook over een deel van Duitschland uitgestrekt, waar het spoorweg verkeer dientengevolge eveneens stoornis ondervond. Schagen, 5 December 1889. Aangevoerd: 9 Stuks Paarden f 40.— a 120. Gelde Koeien (magere f 140.— a 170.' Idem (vette) f 216.a 260.- Nuchtere Kalveren f 8.a 20. Schapen (vette) f 23.a 37.' Overhouders f 17.a 27.< 4 9 7 590 2250

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1889 | | pagina 3