UIT DE PERS!
AJORDT VERVOLGD.
Een verdwaalde .Milicien
in het Concertgebouw. Onder
dit opschrift schrijft men uit Amsterdam aan
de N. Bott. Ct.
5!
Hij is naar alle waarschijnlijkheid een slachtoffer
van den sterken drank geworden. Gisteravond
toch heeit men hem zien zitten aan den trekweg
met eene flesch naast zich en hem daarna met
onvasten tred in de richting van Leeuwarden
zien vertrekken. Op zijn lijk werden zilveren
horloge, zes gulden en een flesch met jenever
gevonden. Het lijk is naar Menaldum vervoerd.
Door de politie te Groningen is aangehouden
een 16-jarige jongen, genaamd A. R. K., die
ten nadeele van zijne moeder een bankbiljet van
f 100 had ontvreemd. Toen de knaap werd
gearresteerd, eenige uren na het plegen van het
misdrijf, had hij reeds ongeveer f 30 verteerd.
Hij is, als moetende nog eene maand gevangenis
straf voor een dergelijk feit ondergaan, ter
beschikking van de justitie gesteld.
Zondag is iu Den Haag de melkverkooper
G. A., 29 jaar oud, wonende Talkstraat, in
arrest genomen, verdacht van vergiftingen, ge
pleegd op zijnen huisvrouw.
Deze vrouw bracht Zaterdag een kind ter
wereld, dat kort na de geboorte stierf. De moeder
leed voor en na de bevalling hevige pijnen,
gepaard met een zwavelsmaak in den mond.
De geneeskundige, wiens hulp werd ingeroe
pen, constateerde sporen van phosphorus-ver-
giftiging.
De vader moet beproefd hebben zijne vrouw,
terwijl zij zwanger was, te vergiftingen, welke
poging echter alleen hare uitwerking gehad heeft
op het kind, dat kort na de bevalling overleed.
De kraamvrouw bevindt, zich, na het gebruik
van tegengift, in bevredigenden toestand.
De verdachte, die korten tijd na zijne aan
houding bekende, is naar het huis van bewaring
overgebracht.
Het geval werd ontdekt ten gevolge van het
hevige gekerm der kraamvrouw, waardoor de
aandacht der buren werd getrokken.
Nader meldt men ons omtrent deze zaak,
dat de vrouw door het toedienen van tegengift
ontijdig moet zijn bevallen. Het kind heeft
slechts eenige uren geleefd.
De poging tot vergiftiging geschiedde door
middel van een beschuit en koffie, waarin phos-
phorus was gemengd.
De inhechtenisneming van den verdachte en
de inbeslagneming van een en ander, op de
misdaad betrekking hebbeude, geschiedde door
den inspecteur van politie Van Pienbroek en
den hoofdagent-rechercheur Biegel.
Eergisteren is te Nieuwerkerk a/d. IJsel
(Hitland) een 22-jarig meisje, ten gevolge van
het te schielijk eten, gestikt.
Vrijdag avond werd door een werkman
te Zwolle een knaapje van zes jaar vermist. Bij
de politie werd aangifte gedaan, en deze stelde
onmiddellijk alle pogingen in het werk om het
kind terug te vinden. Men vermoedde, dat het
op de nachtboot aan den Buitenkant had gespeeld
en misschien zoo onopgemerkt de reis naar
Amsterdam of Zaandam had meegemaakt. Doch
uit inlichtingen, per telegraaf op die plaatsen
ingewonnen, bleek dat het vermoeden onjuist was.
Een vierjarig knaapje, waarmede het kind
gespeeld had, werd toen ondervraagd, en dit
vertelde dat het vermiste ventje bij de Nieuwe
Havenbrug van den groenen wal in het water
was gevallen. „Ie mag wel 'n langen stok nemen,
dan kój't er weer uut kriegen", en de kleine
snaafc gaf hierbij een duidelijke voorstelling er
van „hoe" het kind er in was gevallen. De
politie dregde Zaterdag van 3 tot 5 uur in de
brug, doch de juistheid dier verklaring bleek
gelukkig niet. Om half 6 kwam eindelijk de
tijding, dal het kind terecht was. Men had in
een stal een kind hooren schreien, en bij nader
onderzoek bleek, onder een voerbak, achter
eenige planken, het verloren kind te liggen.
Het beweerde, onder het spelen in slaap te zijn
gevallen en had daar van Vrijdag middag gele
gen. Zijne moeder met de politie had hij wel
gezien, maar uit angst voor klappen geen geluid
durven geven. Hij was verkleumd van de kou
en had voor den honger nu en dan wat paarde-
boonen gegeten. Dóch werd door de verheugde
ouders weer spoedig in zijn gewonen doen ge
bracht, zoodat er geen nadeelige gevolgen voor
dezen Nederlandschen Tom Sawyer te vreezen
zijn. (Z. C.)
is hij dood
Lang, langen tijd nog na dezen dag zag Lin
strow dit schouwspel in zijne droomeo. Die don
kere groeve, door trotsche dennen omgeven,
enkele groote groepen steen, die donker afstaken
bij het sneeuwkleed, en in dat matte sterren
licht de gestalte van die jonge, vertwijfelde vrouw,
die in doodsangst luisterde naar het kloppen van
dat hart, hetwelk haar snood verried. Linstrow
boog zich over zijn wapenbroeder. Met den door
ervaring rijperen blik zag hij dat de wonde
aan het hoold niet gevaarlijk en deor het geron
nen bloed gesloten was. Zijn oor tegen de borst
van den bewustelooze houdende, boorde hij dui
delijk het zacht kloppen van het hart.
„Hij leeft," riep hij uit, „maar de koude is
gevaarljjk voor hem I"
Uit de bekentenis van den melkverkooper
in Den Haag, verdacht van poging tot vergifti
ging zijner vrouw, is gebleken dat de drijfveer
tot het misdrijf was het in zijn bezit krijgen
van de begrafenisgelden, die na den dood van zijne
vrouw door het begrafenisfonds zouden worden
uitbetaald. De geheels bijdrage uit het fonds
zóu f 50 bedragen, van welke som hij een
gedeelte zou hebben aangewend om eene schuld
aan een vakgenoot af te doen.
Uit Borger meldt men aan de N. B. Ct.
Hoe de arbeidersloestanden in Drente in
korte jaren eene merkwaardige verandering
kunnen ondergaan, daarvan levert deze ge
meente een opmerkelijk bewijs. Ongeveer eene
kwarteeuw geleden waren hier in de dorpen
en buurtschappen ter nauwernood zooveel ar
beiders, dat er in den zoogenaamd drukken
tijd van hooi- en roggeoogst in de behoefte kon
worden voorzien. Ten gevolge van achteruit
gang van den landbouw en verdeeling van
goederen bij erfopvolging, nam het getal ar
beiders toe, en dat der „boereu", die een groot
landbouwbedrijf uitoefende, af. Vele arbeiders
waren nu genoodzaakt om elders werk te zoeken.
Zij trokken daartoe in April en Mei naar de
venen, en in Juni naar de Groninger kleistreken.
De aldaar behaalde verdiensten waren met den
door die arbeiders voor eigen rekening uitge-
oefenden kleinen landbouw iu staat een arbei
dersbestaan op te leveren.
Doch de toestanden veranderden. Het veen
leverde mindere verdiensten op, vooral na den
tijd, toen in de Drouwener- en Bruinermonden
geen zesmansploegen meer werkten. De toevloed
van arbeiders werd in Groningerland zóó groot,
dat er voor onze Drentscfae arbeiders geene
voldoende voordeelen waren te behalen
Nu werd de trek naar Noord-Holland ge
boren. Eerst gingen enkelen derwaarts, later
meer. Thans is het getal arbeiders, dat naar
de Purmer, de Beemster en elders vertrekt,
zóó groot, dat van hier meer dan 20 arbeiders
op den lsten Juni a.s. derwaarts gaan. De
verdiensten zijn in Noord-Holland veel beter
dan vroeger in de Groninger kleistreken, de
Drentsche arbeider wordt daar veel meer ge
acht en vindt er een beter heenkomen, de
hooitijd duurt er veei langer, en velen hebben
niet alleen van het werk in Groningerland,
maar ook van het veenwerk afgezien. Ten be
wijze, dat onze arbeiders het daar beter kunnen
vinden, diene dat zij door de N.-Hollandsche
hooi bazen ,per brief tot de overkomst op een
bepaalden dag worden verzocht, waardoor het
„omloopen" dat zij vroeger in Groningen enkele
dagen moesten vóór zij werk hadden gevonden,
geheel verrallen is. Drie a vier arbeiders zijn
van hier zelfs bij één werkgever in Noord-Hol
land ontboden. Elke arbeider die de belangen
van zijn geziu voldoende waarneemt, trekt thans
naar Holland, en zoo de "hooitijd hier tegelijk
met dien van Noord-Holland invalt, dan zal
er dit jaar hier, evenals 1889, weer gebrek aan
arbeiders zijn. Yoor de arbeiders zelvcn is dat
verschijnsel zeer gunstig te noemen.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
heeft het te Sloten en omstreken zoo sterk
gevroren, dat bij het melken het ijs aan de klompen
bleef. Aan verschillende gewassen is daardoor
veel schade veroorzaakt.
De heer dr. Tj. Spaander te Abbekerk
herdacht den 2 Juni den dag, waar hij zich,
25 jaar geleden, als geneesheer in die gemeente
vestigde. De jubilaris ontving van gemeentenaren
en ambtgenooten vele blijken van deelneming
en vriendschap.
Op de matinee musicale in het Concertgebouw
was, behalve dat er altoos iets bijzonders te
hooren valt, vandaag ook iets bijzonders te zien
een m i 1 i c i e n Ik behoef niet te zeggen,
dat hij bekijks had. Wij houden er in Neder
land wel eene landsverdediging op na; maar
dat een soldaat, een gemeen soldaat nog wel,
zich vertoont in eene deftige omgeving;
dat hij durft te gaan zitten op rood trijpen
stoeltn, naas. allerhande „nette" menschen
zoo iets behoort in Nederland tot de rariteiten!
Ik heb evenwel niet kunnen bemerken dat
men den jongen landsverdediger met een leelijk
oog aankeek, of zich door zijne tegenwoordig
heid gegeneerd voelde neen, zóó naar schijnt
het in Nederland nog niet ie wezen. Trouwens
hij was een knappe jongen, uit den beschaafden
stand. Dat stond op zijn gezicht te lezen en
op dat der dame, die naast hem zat, zijne
moeder denk ik. Maar een beetje ongewoon
vond men het toch wel. Er ware jonge meisjes,
heel lieve jonge meisjes daar niet van
die het komiek vonden zoo'n gemeen soldaat
op dien roodtrijpen stoel! Ze ginnegapten
heel aardig om te zien, want er kwamen mooie
witte tandjes bloot en ze kregen kleurtjes, en
dat stond goed -- zoodat ik schik had in die
meisies, al lachten ze om iets, waar ik be-
droeld om was om dien gemeeneu soldaat, daar
in zijn mouwvest op dien rooden stoel van het
Concertgebouw. Bedroefd, omdat hij zoo n uit-
zondering was, zoo'n eenling, zoo u rariteit,
omdat hij hier verdwaald scheen.
De jongen had een bewijs van goeden smaak
gegeven, niet alleen omdat hij opzijn verlofdag
met zijne moeder naar het Concertgebouw ge
gaan was, maar omdat hij zijn mouwvest aan
getrokken had en zijn politiemuts opgezet. Het
is ook mogelijk dat hij nog niet afgeëxerceerd
was en dus geen andere plunje bezat. Intus-
schen, dat mouwvest en die politiemuts is nog
het eenig dragelijke van onze soldatenuniform.
Onuitstaanbaar poenig is het zoogenaamde
groot-tenue.
Kes inet zijne stereotiep „wakkere schaar",
voerde een Zondagsprogramma uit. Heel mooi
want wat hij speelt, hij doet het steeds voor
treffelijk en weet er het noodige cachet aan te
geven. Maar zoo boeiend was de muziek toch
niet of een niensch kon, al luisterende, wel aan
iets anders denken. En zoo kwam ik telkens
op dien milicien in zijn mouwvest eu met zijne
politiemuts, daar op dien rooden stoel, omringd
door al die nette menschen op hun Zondagsch.
Was hij nog maar schutter geweest, of officier
bij de schutterijmaar een milicien, en dat in
Amsterdam, in de hoofdstad, de hartader des
lands, waar een soldaat al even min in tel is
als te Rotterdam
Was het toch wezenlijk niet een beetje
brutaal?
Ik ben er in de Meimaand dagelijks getuige
van geweest, dat de Intelingen in de Militiezaal
op het Siugel werden ingedeeld. Van den ochtend
tot den avond was daar de passage gestremd
vanwege de nieuwsgierigen, die kwamen kijken
hoe van tijd tot tijd een troepje arme drommels,
geëscorteerd door zes man en een korporaal,
werden weggevoerd naar het spoorwegstation.
Maar het waren niet allen nieuwsgierigen, leegloo-
pers van allerlei kaliber, die daar stonden te
dagdieven. Er bevodden zich onder de menigte
ook soms belangstellendenvaders, moeders,
minne luidjes meest, arm in de kleeren, maar
toch vaders en moeders. En ik heb gezein hoe
een onooglijke, verwaarloosde man op jaren,
onder een troep ingedeelden, die zes aan zes
van de Militiezaal afmarcheerden, naar een jongen
kerel toeschoot en hem een onsje pruimtabak
in den zak stopte, en een paar slappen verder
gaf hij den korporaal van het geleide een sigaar.
Die korporaal was immers de chef van het
escorte
De kerel, de vader bedoel ik, leek wel
dronken, maar hij was niet dronken. Hij was
een vader, die zijn jongen naar de kazerne
ziet brengen, en ons volk vindt dien soldatenboel
zóó min, dat zelfs de armste ouders het iets
verschrikkelijks vinden als er een uit het gezin
onder dienst moet tenzij er remplapanten-
of nommerverwisselaarsblned in de familie zit.
De plaatsvervanging heeit op den soldatenstand
een smet geworpen.
Ik heb mij diep geschaamd, dat onder de
landskinderen, die werden weggebracht om hun
nen duursten burgerplicht te vervullen, zoo
zelden een jongen werd aangetroffen, behoorende
tot de zoogenaamde kern der natie, tot de gegoede
burgerij. Eéns zag ik er een, die tusschen die
andereu inliep: een flinke borst, blijkbaar uit
den beteren stand, maar ie arm om een reinpla-
qant te koopeu. Hij hield zich goed, maar ik
voelde wat hij lijden moest. En ik heb toen
tot mij zelf gezegd, dat Nederland eene laffe
natie is, met België en Turkije eene schande
voor de wereld.
Het was misschien dezelide jongen, die heden
in het Concertgebouw zat. Nu, hij zager goed
uit, met zijn door de zon verbrand gezicht. De
dienst zal hem zijn meegevallen; maar vraag
hem niet wat het hem hartzeer kost om heden
avond naar de kazerne te moeten, waar hij alleen
is onder zoovelen.
Ik zie nog altijd die troepen voorbij mij gaan
zwijgend, zonder geestdrift, laks en lamlendig.
De muziek van Kes was in haar soort uitne
mend, dat heb ik al gezegd, maar zij kon mij
toch Diet afleiden van dien milicien, daar in zijn
mouwvest. En ik dacht aan hetgeen ik vóór
weinige dagen in üuitschland heb gezien; aan
al die flinke jongens uit eiken stand der maat
schappij, die zich in hunne, misschien wat bonte,
maar kranige uniform, van manlijk vierkanten
snit, frank en vrij bewegen, overal waar ook het
beschaafde, het ontwikkelde deel der natie zich
vertoont. Zij zijn trotsch op hunnen militairen
staathij voedt hen op en vormt hen tot mannen
van sta-vast. En zij worden door de burgers,
klein eu groot, met fierheid aangezien en nage
staard
Nederland is een laffe natie, zoolang het niet
een einde maakt aan een misbruik waarvoor de
schandelijkste benaming nog te goed klinkt.
IA ant ik vind het dienen voor zijn land een
zegen maar eerst als ieder dient. Dan is
dienen mogelijk en heilzaam voor arm en rijk.
Voor de rijken nog het meest.
Vergadering van den Gemeenteraad te
gehouden op Dinsdag3 -Juni l89o'
Tegenwoordig alle leden.
De vergadering wordt door den Vo
geopenddaarna worden de notulen der"7'"''
vergadering gelezen en goedgekeurd, v®
Aan de orde is, betaling uit de post
onvoorziene uitgaven 1889 tot een bedrad"
ongeveer 10 gulden. Uit de toelichting bn"
dat dit bedrag van het rijk minder is ontvan
voor het verbranden van zieke varkens, en
het keuren van het vleesch, dan daarr
den Voorz. aan het rijk was gedeclari
VOor doo,
eerd,
oorz.
daar geen der leden verlangde dat de
dit zelf zou bijpassen, werd met
stemmen die betaling toegestaan.
Als tweede punt brengt de "Voorz. in
innering, dat vroeger door den heer K. A.
een voorstel is gedaan om aan de OudesJjjf
een huis, genaamd de Kriel, te koope;i |let f 3
sloopen en het terrein tot speelplaats 'w
Openb. School in te richten. Dat voorstel is tQe^
verworpen, doch nu meenen B. en W, dat het
nog meer wenschelijk is, genoemd huis aan te
koopen, omdat ingevolge de nieuwe wetophet
Lager Onderwijs, de gemeente in 1893 gelegen-
heid moet geven voor Gymnastiek-Onderwijj
en dan aan de Oudesluis daarvoor het noodige
terrein ontbreekt.
B. en W. stellen nu voor, bedoeld
voor de gemeente aan te koopen; uit
informatie blijkt dat het voor f 560 is te
te aanvaarden met 1 Aug. a.s.
Blijkbaar wordt dit voorstel met ingenomen-
heid begroet, en nadat B. en W. verzekerden
dat op den genoemden prijs niet viel af te
dingen, werd het voorstel met algemeenestem.
men aangenomen.
Ten derde kwam aan de orde een schrijven
van de Plaatselijke Schoolcommissie, als antwoord
op een ontvangen schrijven van den gemeente
raad, naar aanleiding van het gesprokene mie
vorige vergadering door den heer Van Beusekom,
over dwang, die zou bestaan voor de R. K,
om hun kinderen naar de R. K. bijzondere
school te zenden
Vóór de secretaris tot het lezen van genoemd
schrijven overging, wordt door hem voorgelezen
Art. 8 van het door de Comm. aan den
ingezonden verslag, over het jaar 1889.
De hoofdinhoud van dat Art. is: Een' ver
gelijking van het zonder onderwijs met het
openbare, valt op alle punten uit ten nadeele
van het bijzonder. De Comm. schrijft dat daaraan
toe, dat, daar de R. K. School niet
is uit gemoedsbezwaren van de ouders tegen
de Openbare School en dientengevolge velen
hunne kinderen tegen hun zin naar de Bijzondere
School zenden, daardoor de orde in die schoo
te wenschen overlaat, hetwelk belemmeren!
werkt op den gang van het onderwijs.
Als nu overgaande tot de lezing van
schrijven, blijkt dat de Schoolcommissie hel
schrijven van den Gemeenteraad met
heeft ontvangen, niet zoo zeer omdat de dwanj
in het algemeen door de R. K. ontkend wordt,
maar meer omdat de heer Van Beusekom
bedoelde art. niet goed gelezen had. De heet,
Van Beusekom toch beweert dat de Coinm. in
haar verslag het bezoeken der Bijzondere School,
aan dwang toeschrijft. Die bewering is nn ten
eenenmale onjuist, en in lijnrechten strijd met
het onderzoek der Comm. Tot staving hierva I
deelt de Comm. mede dat zij 25 Nov. jl.
het Hoofd der School te Oudesluis de v
gedaan heeft, of hij dienaangaande van
iets ontdekte, waarop het antwoord volgde, d«
hij vroeger wel een paar malen een schrijve'
ontvangen had, waarbij ouders tot hun leedweze
kinderen van zijn school namen, omdat z
gedwongen werden ze na de R. K- Schools3
het Zand te sturen, doch dat dit de laats
jaren niet was voorgevallen. Een zelfde vraaj
aan het Hoofd der School te Schagerbrug w^rt
ongeveer hetzelfde beantwoord. Ook daar
het vroeger voorgekomen dat één zijD iin Ren
naar het Zand moest zenden, omdatan
familie—lid geen ondersteuning kon Jfe
Het Hoofd der Openbare School aan
verklaarde dat een 12-tal R. K- kinderen^
school bezoekt, wat derhalve ook niet op
wijst. Een ander feit schijnt hiermede eve
in tegenspraak, doch de Comm. heeft 1
onderzocht, en ook niet willen onderzo
om reden zij in haar verslag van dwang
heeft geschreven. i
Het tweede deel van het schrijven, n^
geven van inlichting omtrent Art. 8, g
Commissie gaarne. „.id
Hier volgde woordelijk Art. 8 van he
waarvan de hoofdinhoud reeds is me e8 ief
Daaruit blijkt: le. dat het openbaai
wijs beter is dan het bijzonder; 2e. f
ouders hunne kinderen tegen hun zin
bijzondere school zendenen ten
geen gemoedsbezwaren zijn. i
Nu is de mogelijkheid niet uitges o
de Comm. in het een of ander heelt m
doch zeker is er in het Art. geen sp
dwang. In een enkel punt is de Comm.
t
he'
dat
naar
3e. bat
ad