AiïrtÉ- Li Donderdag, 4 December 1890. 34ste Jaargang. No. 2460. 11 filllll. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: SCHAGEH, Laan, D, 4. Schagen, 3 Dec. 1890. Roman van A. VON KLINCKOWSTRöM. WORDT VERVOLGD. SCHAKER COURANT Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- Zater dagavond. Bij inzending tot 's middag» 12 ure, worden ADVEE- IENTIËN in het eerstuitkomend nummer geplaatet. INGEZONDEN STUKKEN èén dag vroeger. Prijs per jaar f8.Franoo per post 8.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVEBTENT1ÉN vsn 1 tot 5 regels f0.26; iedere regel meer 5 ets Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente Schagen. Bekendmakingen, Burgemeester on Wethouders van Sehagen brengen ter algemeene kennis, dat aan Pieter Roggeveen Pz, vergunning is verleend, het per ceel wijk E. No. 30 aan de Marktplaats aldaar, gedeeltelijk te mogen inrichten tot Slachterij en R oo k e r ij. Schagen, 2 December 1890. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. Binnenlandsch Nieuws, Gisterenavond gaf Schagen's Mannenkoor „Euterpe" zijn eerste Concert voor dit seisoen, ditmaal wegens bijzondere omstandigheden niet onder leiding van zijn directeur, maar onder de directie van een zijner degelijkste leden, den heer A. Hille. Het programma was met zorg gekozen en ofschoon enkelè bekende nummers bevattende, voldeed het uitermate, Er werd rustig en vast gezongen7l5Bfl~fe^w-'W 12. VIERDE HOOFDSTUK. Oude beltenden. ,Hoe denkt gij u in deze zaak te gedragen vroeg Lindmar een half uur later in den salon zijner gemalin, nadat hij haar in korte woor den zijne ontmoeting met Hans en het aange kondigde bezoek had medegedeeld. Hij is een man der waarheid en let er ook in dit oogenblik angstvallig op, dat hij niet door een woord te veel of te weinig op de meening zijner echtge- noote, die een type is van de echto noord-duitsche aristocatische vrouwen, invloed uitoefent. „Ik zon Eisenrott niet gaarne voor het hoofd stooten, want hij is ten slotte toch altijd een der onzen, maar aan de andere zijde kan ik niet van u ver langen, met eene vrouw om te gaan, van wier vroeger leven men niets weet en die vreemd moet zijn aan onze levensgewoonten. Het is mij tot nu steeds een geruststelling geweest, dat uw salon een der degelijkste was, en ik zou tot geen prijs ter wereld willen, dat dit anders werd." „Ifaar, liefste, maak u daarover niet ongerust," z®gt de barones lachend en strijkt met de smalle land liefkozend over de wangen en de spits toeloopend gesneden baard van haren deftigen gemaal. „Wij kunnen immers met eon weinig beleefdheid de menschen te vreden stellen, zonder bet daarom ooit tot een vriendschappeljken om gang te laten komen. Ik geef u volkomen gelijk, tegen den man alleen was niets in te brengen, Waar een buitenlandsche van onbokeude afkomst beeft altijd iets bedenkelijks." «Misschien zou 't hot beste zijn, dat ik in alle 'Bondschap een openhartig woordje met Eisenrott spreek. Vindt gij ook niet, Gerta «Maar waarom dan, liefste Gij zoudt hem ennoodig beleedigen. Neen, ik maak natuurlijk sen tegenbezoekwij noodigen ze ook eens uit °b een partijtje, waarbij het verschil van sland Biet zoo -streng behoeft vastgehouden te wor- 0n> en daarmede is de zaak afgeloopen. Voor Jerdere nitnoodigingen van hunne zijde ben ik SB verhinderd, en uw vriend kunnen wij later s'tjjd nog bij de heeren-diners uitnoodigen." hindmar kuste baar de hand. «Gelijk gij zegt, lieve." Ry acht zijne vrouw hoog. Al heeft hij ook ij£ en hart voor vrouwelijke schoonheid, waar hem tZ6'Ve ontmoeti 200 ss f00*1 zÜne ,rouw voor het onbereikte ideaal der voorname dame, van goede studie. Dat tfEuterpe" goed heeft gestudeerd bewees de wel geslaagde uitvoering van het technisch vrij moeielijke koor, „De Nomenvan F. A. Gevaert. Van de beide vocale-kwartetten, voorgedragen door de heeren W. Roggeveen Cz, A. Hille, C. Roggeveen Cz. en Joh. Denijs, voldeed het eerste: Viooltjes" minder goed, het was mat en werd onrustig voorgedragen. „Die Kapelle" voldeed beter. Morgenzang van M. Cartol maakte gunstige opening van het programma, en was gloedvol in voordracht. De daarin voorkomende tenorsolo werd met succes door den heer W. Roggeveen gegeven. Zij fluistert zachtkens Goeden nacht?' van Huisman en „Heimweh" van von Weber, zijn een paar zachtzinnige, melodische liedekens, in welker goed genuanceerde voordracht de muzi kale waarde lag. „Bede" van G. A. Heinse werd boeiend en tactvol gezongen, en de daarin voorkomende bariton—solo, door den beer C. Roggeveen, met ernst en warmte voordragen. Lof aan den heer Hille voor zijne kalme en tactvolle directie; de dirigeerstok is aan zijne handen volkomen toevertrouwd. der voorbeeldelooze huïs\rbuV~ê9--ffiSgd welke hij de grootste achting koestert. Zij is de geestelijke kameraad zijner plannen en onderne mingen, en reeds dikwijls beeft hij zich laten leiden door haar koel en verstandig oordeel. Hun huwelijk is zoo gelukkig als men kan denken. „Hoe verkleumd ziet gij er uit bij dit koude weder!" zegt de barones vriendelijk. „Kom, zet u bij den haard neder. Wilt gij wat thee „Wanneer gij zoo goed wilt zijn, mij een kopje te geven." „Natuurlijk, lieve." De theetafel staat als altijd om dezen tijd in het salon, hetwelk er zoo echt soliede rijk en sierlijk uitziet, en mevrouw von Lindmar zet met eigen hand den genrigen drank in den zilveren pot, en brengt daarna haar echtgenoot hot gewenschte, die hare afgepaset, afgemeten bewe gingen met eene zekere tevredenheid gadeslaat zij neemt tegenover hem bij den haard plaats. „Gij ziet er afgemat uit. Hebt gij onaange naamheden gehad „Dat juist niet, maar er rust tegenwoordig wol wat veel op mijne schouders, en er gaat zoo velerlei door mijn hoofd." „In de eerste plaats zeker we! de arbeid voor de nieuw in te dienen belastingvoorstellen „Ja, gij hebt gelijk. Daarvoor behoeft men een schat van gegevens, en een nauwkeurige kennis der verschillende behoeften van de landeljjke en stedelijke bevolking." „Hebt gij er reeds met anderen over gespro ken „Ja, in engen kring met mijne partijgenooten Maar de geheele zaak is voorloopig nog in wor ding, en het zou mij zeer lief zijn, wanneer er vooreerst nog niets van uitlokte." „Dan hadt gij er niet over moeten spreken,' schertste de barones. „O, op u kan ik mij verlatenGij zijt mijn beter ik 1 VIJFDE HOOFD8TUK. „Een vlinder fladdert om het licht." Op de eorste verdieping van het huis in de Postdammerstraat, gemerkt No. 27 F, zijn de gordijnen neergelaten, en slechts, waar de gor dijnen niet precies aansluiten, dringt een gedempt roodachtig licht door tot de straat. Mevrouw Alice Eisenrott houdt er van, haar salon door talrijke rood zijden lampeschermen dien eigenaardigen, zachten, zinnelijken rooden lichtgloed, welke in vereeniging met reusachtige bloemensiandaards vol bloeiende gewassen on den zeer harmonischen cbaoc van prachtige fauteuils, vergulden tafeltjes, gemakkelijke Chaise-longues on zijden japanscho schermen, iets onbeschrijfe- Afwisseling in het programma werd gebracht door een viertal instrumentale solo— en ensem ble stukken, uitgevoerd door: de dames M. Koning, A. de Lange en L. Denijs, en den heer S. de Lange, allen van Amsterdam. Het Piano- Quartet van L. v. Beethoven, een stuk dat voor elk der executanten ruim schoots gelegenheid bood met de talenten te schitteren, was verrukkelijke muziek. Meeslepend en gevoelvol vooral was het hierin voorkomende Andante, hetwelk meesterlijk vertolkt werd. In Polacca Brillante van C. M. von Weber, bewees mej. M. Koning eene uitstekende pianiste te zijn, met een sierlijke, zeer sterk ontwik kelde techniek. Het Concert voor twee violen van Bach, onbe rispelijk en kunstvaardig uitgevoerd door de dames A. de Lange en L. Denijs, wekte onze bewondering voor de virtuositeit dier beide dames violisten. Het Andante-Cello van Julius Klengel, werd door den heer S. de Lange met succes weer gegeven. De heer de Lange bezit als cellist een fraaie streek en speelt gevoelvol. Een afwisseling van programma zooals door dit quartet is geschied, verdient alle aanbeveling en werd door het dankbaar auditorium ten zeerste gewaardeerd. jggudgj^voor lijks bekoorlijks en aantrekkelijks bezitten, tert Zij' is dTTSioffige nfgy-- dempen het geluid der voetstap pen, en de zware turksebfe !)nen passen voortreffelijk bij het bruin gouden 1 eütrftwfeS 5£.8J2L, tegen welks donkeren achtergrond eenige sierlijke beelden, een paar kostbare schilderijen van Skarbina on Jan van Beer, smaakvol gedrapeerde japansch zijden stoffen en reusachtige waaiers sprekend uitkomen. Een kenner zou hier een bepaalde stijl gemist hebben, want deze ontbrak ten eenen male, maar het geheel was toch in zijn weeke, weelderige kleurenpracht en samen stelling volkomen. „De barones Lindmar heeft mij zooeven in het laatste oogenblik afgeschreven," zoide Alice, die in eon wit kleed van zijden gaas, een briefje in de hand houdende, in een stoel geleund ligt. „Zij heeft hoofdpijn haar man zal dus de eer alleen hebben. Vindt gij het niet in het oog val lend, dat zij reeds voor de tweede maal eene uitnoodiging van ons afwijst „Niet in het minste," antwoordt Hans, in de kamer heen en weder wandelende, de handen op den rug gevouwen houdende. „De dames der grooto wereld zijn door zoo vele dingen in beslag genomen, dat het een zuiver toeval is, wanneer men haar oens een avondje in het ge zelschap krijgt." „Ook gravin Lansky heeft eene verontschuldi ging gezonden. Zij was laatst op het partijtje van Lindmar zoo allerliefst tegen u, dat ik bepaald geloofde, dat zij niet de gelegenheid zou laten voorbijgaan, met u in uw eigen huis de kennis making voort te zetten. Zij heeft ook al hoofdpijn gelijk zij schrijft." Hans haalt onverschillig de schouders op en staakt voor een wijle zijn Yankeè-Doodle, welke hij liep te fluiten. „Wanneer men een vrouw bezit, heeft men niet veel kans meer," meende hij. „Gij meent, dat ik er de schuld van ben „Zonder twijfel. Ik ben er van overtuigd, dat zij tot mij alloen gekomen zou zijn." Een glimlach, die evenwel niet van opgewekt heid getuigt, speelt om Alice's mond. „Wanneer mevrouw von Brintzka haren man niet vergezelt, zal ik heden avond de eenige dame zijn, en dat zou mij hoogst onaangenaam wezen." „Sedert wanneer zijt gij zoo preutsch gewor den J,Dat ben ik niet in het minst, maar ik weet, hardvochtig en onbarmhartig men hierdaar- Vpver zou oordeelen, niettegenstaande ik er vol strekt geen schuld aan draag." „Tracht dan met de toon-aangevende dames op een goeden voet te komen." Ten slotte doet het ons genoegen te kunnen vermelden, dat dit concert door een zeer talrijk en uitgezocht publiek werd bijgewoond, welko omstandigheid voor //Euterpe" aansporing moge zijn tot volharding in zijn streven. Met zekerheid kunnen wij vermelden dat de Heer Borstlap voor zijne benoeming als organist bij de Herv. Gemeente te Dedemsvaart bedankt heeft. In de 11. Zaterdagavond alhier gehouden vergadering der afd. Schagen, van de Holl. Maatsch. v. Landbouw, trad de heer G. Muijs, rijks-veearts, gestationneerd te dezer plaatse, op als spreker, en had tot onderwerp gekozen: De Varkensziekte. Na de geschiedenis dezer ziekte te hebben nagegaan, stelde de heer Muijs het ongerijmde van sommige geneesmiddelen in het licht en wees Spr. er op dal het beste middel is de toepassing van voorbehoedmiddelen, alsde gezonde varkens verwijderen van de zieken (niet omgekeerd). De besmette stallen goed ontsmetten en vooral de mest te doen verwijderen. Bij inkoop van nieuwe varkens, deze niet dadelijk in de stallen te doen, maar ze eerst verscheidene dagen ergens anders te houden. Verder dient men zorg te dragen dat niet het „Gelooft gij, dat het erg geschikt is mij daartoe te helpen, wanneer men u oreral alleen ziet „Ja, kind, gij kunt onmogelijk verlangen. ,,A* ik u mct h>Ü f.aUemen V,ra,lneer glj mij met die veronderstelling getrouwd hebt, dan raad ik u, die dwaling te laten varen. Ik ben nu teruggekeerd in den kring, welks levensma nieren de mijne waren en tot welken ik vroeger heb behoord. Het spreekt van zelf dat ik ook weder de vriendschapsbetrekkingen aanknoop, welke mij vroeger daaraan verbonden. Gij moet niet op mij rekenen, maar alleen met mijn» kennissen gereed zten te komen." „Ik ben avond aan avond alleen, terwijl men u geregeld in den club, in het casino en bij elk heerendiner ontmoet. Welkeen voorstelling moet de maatschappij zich maken van eon huwelijk, in hetwelk de man en de vrouw steeds ieder huu weg gaan „Ik belet u niet, uit te noodigen, wie gij wilt, en te ondernemen, waarin g j lust hebt. Grootere vrijheid kan geene vrouw zich wenschen. Maar gij begrijpt niet, dat het voor mij noodzakelijk is, weder aansluiting te krijgen met mijne krin gen, en dat de club en het casino de eenige plaatsen zijn, waar men zeker is, nette menschen te vinden." „Die zich waarschijnlijk gelukkig achten, den mede-eigenaar eeuer liberale courant in hunnen uitverkoren kring te zien 1" werpt zij op bitsen toon er tusscben. „Wat wilt gij, kind P Het is eene kapitaal belegging als elke andere. Ik zal mij bovendien wel wachten, het aan de klok te hangen. Wan neer zich iets anders aan mij bad voorgedaan, om ons geld togen even hooge procenten te be leggen, dan zou ik natuurlijk gretig toegeslagen hebben, maar wij hebben meer noodig, dan wjj volgens don gewone rentevoet winnen kunnen, als ik mij or toe bepaald had ons geld in soliede staatspapieren te beleggen. Met de toelage, welke uwe moeder ons geelt, hapert het bovendien het laatste halfjaar ook. In Horrling's belang ligt het ook, niet te veel te praten over mijn deelgenoot schap. Het is voor hem van onberekenbaar voor deel, een salon als hot onze tor zijner beschikking te hebben." „En uw eigen overtuiging „Ah bah! Heden ten dagen moet een elk rekening houden met de omstandigheden. Een stjfhoofdig, beginselvast man komt tot niets. Ik bid u, maak geen ongenoegen of hettige tooneelen. Daar gaat de huissshel. Onze eerste gasten komen."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1890 | | pagina 1