Alincti lm- Aliertcilie- 1 i Zondag, 18 Januari 1891. 35ste Jaargang. ITo. 2473. i. B ÏRBBMUB. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: 8CHAOEAI, Laan, 4. Schagen, 17 Jan. 1891. De Westfriesche Kanaal-Vereeni- ing. UORDT TERYOLGD. CHAG COURANT. 3it blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- Zater- S avond. Btf inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVER- tfTIÉN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. xNGEZONDEN STUKKEN èén dag vroeger. Prija per jaar f 8.Franco per post 8.60. Afzonderlijke nummers 8 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f0.25; iedere regel meer S ets Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Ge^neeiite Scha gen. Et e k e 11 <1 m a k i 11 g e n. Burgemeester en Wethouders van Schagen ■toodigen bij deze belanghebbenden, die over den jare 1890 van de gemeente iets te vorderen hebben, uit, hunne rekeningen vóór of op den 1ste Februari a. 8. ter plaatselijke Secretarie in te leveren. Schagen, den 6en Januari 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. Binnenlandsch Nieuws. 't Vliegeud Blaadje wijdt een hoofdarti- :1 aan de Westfricsche Kan.-Ver., waaraan wij e,t volgende ontleenen liet gedeelte van Noordholland, dat van ids den naam draagt van W e s t f r i e s- n d, is, wat geschikte waterwegen betreft, i' icht stielfnotderlijk bedeeld. Het vervoer van idbouw- producten wordt daardoor in deze ke laiidbquw-streek zoo goed als onmogelijk iaaktr Schagen, zoo uitmuntend gelegen' om marktplaats van Westtrieslaud te zijn, heeft genaamd geen gelegenheid om de producten, aldaar tor markt worden aangevoerd, te er naar elders te doen vervoeren. Voor een smarkt zou Schagen zich uitmuntend leenen; man van A. VON KLINCKOYVSTRöM NEGENDE HOOFDSTUK. Op het Kedactie-hureau Ik hen gekomen, om bij u raad te zoeken," Alice tot Herrling, terwijl zij in den haar aboden leuningstoel plaats neemt. „Ja," voegt bitter aan toe, „zoo ver is het met mij men, dat ik behalve u geen anderen vriend rereld heb, tot wien ik rajj wenden kan." .n wie zou er meer bereid zijn, u met raad aad te helpen, dan ik antwoordt hij. „Spreek, rmede kan ik u van dienst zijn I" k kan dit leven, gelijk ik het nu lijd, niet f dragen." J ^er iets tusschen u en 'uw man voorge- Hans weet, dat ik met u op het gemas- .1 was- Hij schrijtt mij audero beweeg- I Kt, "11 i?e' daD- d'e. We"£e mÜ er to° geleid l. üy ontziet zich niet, mij heftige ver- en „Afmaken, waar ik toch alleen het recht zulks te doen. Al de prikkelbaarheid en Aa geraaktheid, welke hij sedert maanden jegens JU aan dun dag legt, openbaarden zich in deze erv.i(ten. Hij ging zelfs zoover, mij te dreigen. i oam en leven is op den duor voor beiden on- °y M,ar* auneer ik maar een uitleg wist!" Apen rU ^lan(^en *n *#rtwgfeling tegen de .Daar is een uitweg." ,Nu s .Echtscheiding." W *k ben z0° onbekend met de iin \l a' man bee^ f©8'*an öii i klein vermogen in banden. Hij heeft mij r;.,n bel ^zekere gelaten omtrent den toe- fc ™TTan' T bevroed dat het er niet oed mede staat. Geeft de wet mij het recht, geval van echtscheiding, er oier te beschikken *7 vene vraag toe: bezit gij nog andere behalve het kapitaal, hetwelk Hans in ze courant stak P* l1rektr !8 ubet' dat de o°rsPronkelijke som, k h Le ?^8 buwelÖk8goed m dekreeg, ver over dubbele liep, maar ik heb mij er nooit om fcommerd, op welke wijze Hans het beheerde, -j geloof, dat hij een groot deel daarvan heeft doch het gemis van een goeden waterweg houdt de vestiging van zulk een markt diar ter plaatse tegen. Binnen den Westfrieschen Om- ringdijk bestaan geene waterwegen, die gemeen schap hebben met de groote vaarten, en dus is het verkeer te water in zulk een vruchtbaar deel der provincie geheel uitgesloten. Het plan, zoozeer in 't belang van een zeer welvarende landstreek, verdient voorzeker in groote mate den steun en de medewerking van allen, die daarop invloed kunnen uitoefenen. Die steun kan door corporatien en personen verleend worden door het afstaan vati geldelijke bijdragen in ééns, en aanvaarding van het lid maatschap tegen een jaarlijksche contributie. Met genoegen kunnen wij vermelden, dat eenige gemeente— en waterschapsbesturen, o.a. de gemeentebesturen van Schagen en Zijpe, reeds van hunne belangstelling hebben doen blij ken. Zulke voorbeelden verdienen navolging in ruimen kring, opdat met kiachtige hand aan 't werk worde getogen, om het voorgestel de doel te bevorderen. De verwachting, dat hetgeen door de Ver- eeniging wordt beoogd tot ztgen zal strekken voor dit deel der provincie, doe heenstappen over de vermeende bezwareu tegen toetreding tot het lidmaatschap, tegen het verleenen van krachtdadigen steun Te Leeuwarden heeft, in eene vergadering van officieren, de 2e luitenant Van Alhada eene nieuwe schijfinrichting voor infanterie voor gesteld, welke door een vlugge en doelmatige aanwijzing van de treflers het waaruemingsper- uitgegeven voor de inricbiing onzer woning. Ik versta zoo weinig van geldzaken." „Hebt gij uw man heden reeds gesproken?" .Neen. Ik klopte aan zijn kamer, maar hij sliep nog. Hii riep mij nog toe, dat hij mij nu niet wilde eu ook niet kon te woord staan, lk verzocht hem, mij een weinig geld te deen ver strekken, om eenige huishoudelijke rekeningen te betalen. De menscben maakten het mij lastig en ik bezat geen cent. Hij antwoordde op norschen toon, terwijl hij mij steeds builen de d.ur liet staan, dat bij zelf geen geld had, en ik hem met rust moest laten." .En wanneer bij nu eens werkelijk geen geld had „Hoe bedoelt gij dat „Ik bedoel, wanneer hij eens geruïneerd waFe „Groote God, zou dat mogelijk kunnen zijn Neen, neen! Een deel van ons geld steekt immers iD de courant. Dat moet er toch zijn." „Lieve vriendin!" zegt Herrling een wuinig zalvend en neemt hare band in de zijno. „Het is in vele gevallen noodwendig, dat de chirurg, om genezing te kunnen aanbiengen, een diepe snede maakt en de wond bloot legt. Duid het mij daarom niet ten kwade, wanneer ik in dit geval de rol van den arts op mij neem en u de pijnlijke waarheid zeg, om metu dan onmiddellijk een uitweg te zoeken.11 Alice'8 gelaat blijft onveranderd. Na de zielsfol- teringeD, welke zij beeft ondergaan, is voor haar het verlies van het geld, waarvan zij de waaide niet kent, omdat zij er nooit gebrek aan gehad heeft, niet zoo vreeselijk. „Het bestaat dus niet meer?" herbaalt zij werktuigelijk. „Ja, waar is bet dan gebleven „Aan de groene tafel. Gi) weet immers, dat uw man een speler is. Wij hebben ons reeds lang met oen financier in verbinding gesteld, die in zijn plaats als mede-eigenaar zal optreden." Zij ziet hem met groote, vragende oogen aan. „St-vat gij mij toe, nog eene vraag te doen Wat denkt gij wel te doen in geval van schei ding? Do wet zal u zonder twijfel, in geval uw echtgenoot voor een verkwisier wordt verklaard, ■het recht toekennen over uw vtrmogen ie be schikken, maar het is de vraagol er nog iets van dat vermogen voorhanden is \N anneer het nu mocht blijken, dat het geheel verdwenen is, welke stappen denkt gij dan te doen „Ik weet het niet. Het is mij onverschillig, wat er van mij wordt. Alles in de wereld raakt mij niets." soneel geheel overbodig moet maken. Deze schijf is schaakbordsgewijze in vakken verdeeld, welke van staal zijn vervaardigd. De groote eenvoudigheid der inrichting schijnt tevens de grootste duurzaamheid en besparing van onkosten te verzekeren. N. v. d. D. Uit Sint - Maarten bericht men ons dat 1.1. Dinsdag door den visscher Hes, van Haringkarspel, op de Blanke Wiel te Dijkstal, gem. St. Maarten, inéén zet met het net ruim 2000 kilo levende visch is gevangen, welke tnassa door 4 man niet eens in één dag kon worden uitgezocht. De visch werd afgeleverd naar Noord-Schar- woude, vanwaar zij verder naar het Buitenland vervoerd is. Beroepen te Zuid-Scharwoude Ds. H. A. Ludwig te Heer Hugowaard. Men meldt ons uit Callantsoog: Een bezoek aan het dorp Oallantsoog kan voor zeker de moeite wel loonen. Het strand is over een groot deel zijner oppervlakte bedekt met ijsschotsen van eenige meters in ointrek en van zes toi zeven voeten hoog, die met den vloed onder donderend geraas op en over elkander schuiven en een barikade vormen van ettelijke meters hoog. Een aardig gezicht levert het op als men de vele hezichtigers tusschen deze ijs bergen heen ziet wandelen, waar tusschen on telbare zeevogels hongerig rondvliegen, azende op de mosselen, vischjes, enz., die met het ijs dat telkens nog uiteen aanspoelde, op het strand geworpen worden. Begrijpelijk is het, welkeen jacht thans op deze vogels gemaakt wordt, „Zoudt gij tot mevrouw uwe moeder, terug keeren kunnen „Waarom doet gij mij aanhoudend vragen, welke ik u niet kan beantwoorden roept zij ongeduldig uit. „Wilt gij het mij duidelijk doen gevoelen, dat ik zoo hulpeloos en verlaten ben, als iemand tor wereld lk weet niet, ot ik nog tot mijne moeder terugkeeren kao. De zaak, waarin zij deelgenooie is, staat voor een bankroetzij, die andeis zeer weelderig leelde, is gedwongen, zich tot het uiterste te beporkon. „Ik weet niet, wat er van mjj worden moet. Ik heb een goede stem, en degelijke school. Zangers van beroep, hebben mij dikwijls verze kerd, dat er in mijn keel een kapitaal verborgen lag; nu, misschien zou ik dieu schat tot waarde brengen, wie weetik heb het nog nooit be proefd, maar dat is ten minste een uitweg. Zij Iaat het hoofd op de hand rusten. De laatste gedachten, welke zij heeft uitgespro ken, schijnt niet naar Herrling's smaak te zijn, waut onwillekeurig maakt hij een gebaar van afkeuring. „Mevrouw," zegt hij, tegelijk tegenover haar plaats nemende, „wij zullen nu eens verstandig met elkander spreken. Ik geloof, dat wij het eens zijn, dat de positie eeuer gescheidene, Lul- pelooze, arme jonge vrouw in de wereld hoogst hachelijk is." Zij buigt toestemmend het hoofd. „Maar evenzoo is bet met de carrière eener zangeres, die nog bovendien uw uiterlijk en uw temperament bezit. Ik denk, dat gij niet te ver geefs in de groote wereld geleefd hebt en daarom weet, aan welke gevaren die dames zijn blootge steld, zedelijke gevaren, aan welke gij u na een maal niet kunt onttrekken, tenzij gij eune hoogte bereikt mocht btbbeu, welke u onafhankelijk maakt van eiken persoonlijken invloed doch dat is aan slechts enkele stervelingen vergund, en, om nu maar geheel openhartig te zijn, zoo twjjfel ik er aan, of uwe muzikalische aanleg, hoe ont wikkeld dezelve ook mag zijn, u in staat zal stellen, die hoogte te bereiken.* Hij houdt een oogenklik op. Zjj ziet hem in het gelaat en zegt op matten toon „lk meende, dat gij mij een raad wildet geven.' „Dat wil ik zekerlijk. Volgens mijne overtui ging is de positie van gehuwde vrouw de eenige, welke voor u past, de eenige, welke u veroor looft. uw karakter, uw betooverende behoorlijk heid te ontwikkelen, zonder dat de wereld het recht heeft, a te beoordeelen en elk uwer waarmede de een en ander nog al iets verdient. Bijna alle mijlpalen zijn door den zwaren ijsgang bij den grond afgeknapt, wel een bewijs met hoeveel kracht de zee de zware stukken ijs aan land werpt. Naar men verneemt zal de heerScbaepman, uitgenoodigd door het comité voor lezingen voor roomsch-katholieken te Alkmaar binnenkort (vermoedelijk 1 Febr,) aldaar eene politieke lezing houden. Op de Bazende Bol is den 14 eene groote engelsche stoomboot, deElstow, van Nor- tolk naar Breinen, met 4530 halen katoen, ge strand. De bemanning heeft met de redding boot, welke aanvankelijk het stoomschip niet kon bereiken, het vaaituig verlaten. In de Amst. Ct. lezen wij hierover nog In den stormachtigen nacht van Maandag op Dinsdag strandde tijdens dikken mist op den Bazenden Bol (Texelsche gronden) de Engclsche stoomboot Elstow, kapitien Gray met katoen van Norfolk naar Bretnerhaven bestemd. Door den voortdurenden mist bleef deze stranding Dinsdag van den wal onopgemerkt. Wel hoorde men de stoomfluit van Elstow herhaaldelijk overgaan en werden vletterlieden op onderzoek uitgezonden, maar van het schip zelf werd niets gezien. Eerst Woensdag in den vroegen morgen, toen de mist was opgetrokken, werden de noodvuren van het stoomschip door de kustwacht gezien en konden er pogingen tot redding van de in nood verkeerende equipage worden in 't werk gesteld. Daar de beide beschikbare sleepbooten door handelingen aan kritiek te onderwerpen, gelijk dat bij elke op zich zelve staande vrouw plaats heeft." „Alsof zij dat tegenover mij niet gtdaan heb ben." „Ja, sta mij toe, gij stondt tot nu in een zeer scheeve verhouding. Maar wanneer gjj nu bij een tweede huwelijk in een kring kwaarat, die u naar uwe volle v aarde wist ie schatten, wanneer gij een man vendt, die u de plaats verstrekte, welke gij verdient in te nemen, die u op de handen droeg, een elk terecht wees, die het mocht wagen u ook maar scheef aan te zien, een man, die buitendien in staat zou zijn u een schitterend leven te verschaffen en die u lief bad, want gij hebt behoefte aan liefde, evenals de bloem aan zonneschijn." „Zulk een man bestaat er niet, en al bestond hij, hij zou zich van mij wenden, wanneer ik hem zeide, dat dit ongelukkige hart hier koud en ledig is en niet meer in staat, liefde voor hem te koesteren.* „En wanneer hij zich nu met uwe vriendschap tevreden stelde en niets verder verlangde, omdat hij uw geluk hooger stelde dan het zijne „Mijn hemel! Gij spreekt, als kendet gij zulk een man, en toch weet gij evengoed als ik, dat in onze egoïstische wereld niet zooveel onbaat zuchtigheid bestaat.* Bjj bare onergdenkendbeid wordt hij door een sterk ongeduld overvallen en antwoordt bij op bijna heftige» toon „Bespeurt gij dan niet, dat ik van mij zelvcn en voor mij zeiven spreek?* „Gg antwoordt Alice, uit de wolken vallende, en stijf van ontzetting staart zij in zijn intelli gent, maar leelijk gelaat. Hij is tot no zulk een onbeduidend cijfer in haar leven geweest, dat zij zich nooit de moeite gegeven heeft, over zijne gevoelens voor haar na te denken. Dat bij een buitengewoon ontwik keld en verstandig mensch is, wist wel. en dat, zoowel als zijne oprecht klinken- vriend schapsbetuigingen hebben haar ook aameiding gegeven, hem om raad te viagen maar het is haar nooit in den zin ge-omen, htm in eenige vertrouwelijker betrekking tot haarzeive voor te stellen. Eensklaps overvalt haar een gevoel van antiphatie jegens hem, zij kan zich daarvan niet los maken, eu toch dwingt hjj baar, hem telkens weder aan te zien.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1891 | | pagina 1