Uit en voor de Pers.
Gemengd Nieuws.
tenzij op eigen verzoek."
Zooals door het Openbaar Ministerie bij zijn
requisitoir op 80 Januari werd opgemerkt, is
de weduwe Hellinga door de veroordeeling, ter
zake dat zij hare dochter om het leven beeft
gebracht, door wie zij bij testament tot erfge
name was benoemd, onwaardig geworden uit
dat testament eenig voordeel te genieten en zal
de nalatenschap van het vermoorde meisje
(bestaande in «en inschnj ring van 22,400 gulden
op het Grootboek der 21/, pCt. M erkelijke
Schuld) thans vervallen voor */4 gedeelte aan
haren broeder te Roden en voor gedeelte
aan hare halfzuster te Grijpskerk.
Men schrijft uit Arnhem
Naar wij vernemen zijn er hier valsche
bankbiljetten van f 100 uitgegeven.
Deze moeten goed zijn gemaakt en van de
echte niet gemakkelijk kunnen worden onder
scheiden. Onder de nagemaakte is er één aan
getroffen, gemerkt B. L. 1985, (get.) Mees en
Quack. Aan de ommezijde staat echter, in plaats
van Staatsblad, Staatsblab.
De 19-jarige hardrijder op de
lange baan, Harten Kinga te Gouw (Fr.,)
heeft dezen winter f 1000 gewonnen, terwijl
hij slechts aan drie wedstrijden (Heerenveen,
Amsterdam en Paterwolde) deelnam.
Hij reed daarvoor nog geen kwartier op
schaatsen, zoodat hij elke seconde tijdens zijn
rijden ougeveer een gulden verdiende. Deze
Kampioen laat zich thans een wèrktuig vervaar
digen, waarop hij zich, evenals Kiderlen vroe
ger, in huis kan oefenennl. een soort van
trapinrichting, waarop een tijd- en afstaudineter
is aangebracht, zoodat te zien is, hoeveel
afstand in een bepaalden tijd zou zijn algelegd.
Kingma doet dit om zijne beenspieren te ster
ken.
Het navolgende gaf dezer dagen te Roer
mond ruimschoots stof tot lachen. Jozef had
pas Louise leeren kennen en van haar de belofte
gekregen, dat zjj met de vastenavonddagen een
paar uurtjes met hem uit zoude gaan. Zij diende
in een winkel en vond nu het meest geschikte
oogenblik, een paar uur vóór dat de dame des
huizes met haar echtgenoot naar het bal ging.
Jozef kwam dan ook ter bepaalder ure en kreeg
op zijn verzoek van de dame voor zijn Louise
de vergunning om een uur met haar uit te
gaan. Beiden amuseerden zich goed, en hoe
gaarne Jozef haar ook bij zich wilde houden,
zij wilde niet langer blijven, daar de juffrouw
haar wachtte. Wie beschrijft echter Jozefs ver
wondering, toen hij, thuis komende, zijne Lou
ise in den winkel zag en hij zelf met de
dame des huizes was uitgeweest. Deze had, in
plaats van Looise, zich van een masker en
domino voorzien en ook gedurende een uurtje
op meesterlijke wijze hare plaats vervuld.
Een ver-gelijk De Tijd doet
naar aanleiding van D. Schaepinans pogingen
om de voor- en tegenstanders der Legerwet te
verzoenen, de volgende opmerking:
Wij erkennen dus onvoorwaardelijk, dat wij
nog meer hadden kunnen doen, maar dat is
voor ons geen reden, behoeft voor ons geen
reden te zijn, om bakzeil te halen. Neen. Wij
laten vrij en fier onze banieren wapperen boven
onze staatsinstellingen. Die zijn ons werk
Waar leeft men vrijer dan in Nederland? Waar
worden ieders rechten beter geëerbiedigd Waar
heerscht meer orde, rust en vrede dan in ons
Vaderland? Aan wie heeft Dr. Kuyper, aan wie
Dr. Schaepman, aan wie de heer Domela Nieu-
wenhuis zelfs het te danken, dat zij hunne
denkbeelden zoo open en zoo vrij kunnen ver
kondigen, zij en de hunnen niet alleen in
's lands vergaderzalen maar ook daarbuiten,
niet slechts bij monde maar ook in geschrifte
En op de lange reeks van jaren, waarin door
wakkeren strijd en volhardenden arbeid dat alles
is verkregen en tot stand gebracht, hebben de
laatste drie jaren op eigenaardige wijze de stem
pel gezet.
En wat ons tegen de wenscbelijkheid van een
«vergelijk" in déze omstandigheden niet het
minst schijnt te pleiten, is: de overweging aan
hetgeen in de toekomst, vsn zoodanig vergelijk
voor ons het gevolg wezen zal. Indien wij
medehelpen aan het tot stand komen van een
wet, die het anti-nationaal karakter van onze
legervorming bestendigt en verscherpt, indien
wij onzen stenn blijven bieden aan een Minister,
die als is het met opoffering van veel, wat
ons in zijn ontwerp onaannemelijk voorkomt
de hoofdbeginselen ervan blijft handhaven, dan
geven wij ons recht uit de handen, om later
te hervormen, wat wij nn zelf helpen bederven.
Inderdaad, wij kunnen niet inzien, om welke
reden in de tegenwoordige omstandigheden een
«Tergelijk" ten opzichte van een wet als die
door den Minister Bergansius werd ingediend
voor onze Katholieke partij, voor het geheele
Vaderland wenschelijk zou zijn.''
Verkiezing^ conflict
Bij de jongste verkiezing te Dordr cht had
den de Roomsch-katholieken een eigen candi-
daat gesteld, in plaats van dien der anti-revo
lutionairen te steunen. Het orgaan dier partij
dnidt hun dit zeer euvel en beweert, dat de
candidaat, graaf van Rechteren Limburg, een
liberaal is. De Maasbode ontkent dit, en schrijft
de ergenis van de Standaard alleen hieraan
toe, dat wat nu in Dordrecht is gebeurd een
voorproefje is van hetgeen men in het vervolg
zal zien.
liet Liberale program
ma, zooals dit moet zijn, geeft het Utrechlsch
Dagblad als volgt aan
1. «Erkenning van den godsdienst in zijne
onderscheiden vormen, als een der plechtankers
van den Staat.
2. Handhaving en bevestiging der verkregen
rechten en vrijheden van alle godsdienstige ge
zindten.
8. Verknochtheid aan het Stamhuis van
Oranje en handhaving van het constitutioneele
koningschap uit dat Stamhuis.
4. Persoonlijke dienstplicht, als onmisbaar
voor de handhaving van de onafhankelijkheid
van ons volksbestaan.
5. Hervorming van ons belastingstelsel, in
dien zin, dat de belastingdruk beter dan tot
dusver geëvenredigd wordt aan de draagkracht
der ingezetenen, door uitbrtidii g van de be
lasting op het roerend vermogen en afschaffing
van de belastingen, die belemmerend werken
op de ontwikkeling van landbouw, handel en
nijverheid of de prijzen van onontbeerlijke ver-
bruiksartikelen verhoogen.
6. Volledige invoering van het vrijhandel
stelsel, door geleidelijke afschaffing van alle
invoerrechten.
7. Herziening van de wet op het lager
onderwijs en wel
a. handhaving van de bij de laatste her
ziening toegekende toelagen aan het bijzonder
onderwijs
b. wegneming van de belemmerende bepa
lingen, bij die herziening aan het openbaar
onderwijs in den weg gelegd
c. invoering van algemeenen leerplicht.
8. Regling van het vakonderwijs, bepaalde
lijk van het landbouw-, ambachts—fabrieks-
en huisnijverheid-onderwijs.
9. Uitbreiding van het kiesrecht, in dien
zin, dat er naast den eisch van zekere welvaart,
waarborgen zullen worden gesteld voor de ver
standige ontwikkeling van hen, die als kiezer
zullen worden toegelaten.
10. Uitbreiding der wetgeving tot bescher
ming en ondersteuning onzer werk— en ambachts
lieden, inzonderheid ten opzichte van het ver
zekeren van geregelde rustdagen en dagelijksche
schaft- en verpoozingsuren, alsmede van zoo
danige inrichting van fabrieken en werkplaatsen,
dat deze aan de voorwaarden voor de gezondheid
en veiligheid voldoen.
11. Herziening van het burgerlijk handel
en procesrecht.
12. Verbetering en uitbreiding der openbare
middelen van verkeer, hier en in onze over-
zeesche bezittingen en afschaffing van tol-,
brug- en andere ongelden.
13. Krachtige ontginning en vruchtbaar-
making van staatswege van de aan de Staat
behoorende woeste gronden, duinen en heide
velden.
14. Ontwikkeling van onze overzeesche be
zittingen door
a. decentralisatie van het bestuur
b. instelling van een departement voor de
buitenbezittingen
c. afschaffing van den raad van Indië en
instelling van een raad van directeuren van
algemeen bestuur.
d. inkrimping van de algemeene secretarie
tot een kabinet van den opperlandvoogd.
e. afschaffing van de opiumpacht en ver
vanging door regie
f. bevordering van landbouw en nijverheid
door groote vrijgevigheid in de uitgifte van
woeste gronden en door wegneming van fiscalen
druk
g. versterking van bet Indische leger door
uitbreiding van het getal Europeanen en zoo
doenlijk ook van Afrikanen; en
A. wat Atjeh betreft, strenge blokkade van
de kust en aan wal een beschikbare sterke
kolonne, om eventueele vijandelijke aanvallen
onmiddellijk en met kracht te keer kunnen
gaan.'
«Wij geven", zegt het Utr. Dagbl. «deze
denkbeelden niet, om die als de onze op den
voorgrond te dringen, maar omdat wij ons
meenen te mogen verzekerd houden, dat zij bij
een niet onaanzienlijk deel der vrijzinnige
richting weerklank en instemming zullen vinden
en dus bij de samenstelling van een algemeen
program voor de vrijzinnige partij van eenig
nut kunnen zijn.
«Eerst wanneer er een program van begin
selen is tot stand gekomen en daarmede een
grondslag, een richtsnoer en een doe v°or
onzen staatkundigen strijd is verkregen, zullen
onze geestverwanten aan de voorbereiding voor
den aanstaanden staatkundigen veldslag kunnen
medewerken met de toewijding, de geestdrift
en bezieling, die noodig zijn om ons ter over
winning te voeren."
JL>e Liberale Eartij.
Naar aanleiding van de onlangs verschenen
brochure over den stand der politieke partijen
in Nederland, geeft de heer A. v. Assen, oud
lid der Staten van Friesland de volgende op
merking in de Friesehe Crt. ten beste:
Wil de liberale partij, gelijk zij in 1848
volgens de overtuigiog van haren grooten stich
ter en vader in Nederland blijven wat deze
bedoelde, en wat zij sedert meer dan 40 jaren
gew eest is; wil zij zich handhaven en blij «end
doen gelden als regeerende partij, ook dan wan
neer zij als linkerzijde in de oppositie is, wel
nu! alsdan wake zij er voor, om de ndicale
partij aan hare gelederen te verbindeu, en deze
laatste niet alleen aan te voeren, ntaar ook
aan te merken als de machtige, krachtige en
dappere voorhoede van een goed georganiseerd
leger, waartegen op den duur de tegenstander
niet bestand zal blijken.
Doch laat de liberale partij dit na, ontaardt
zij van en verloochent zij hare vaderen, door
de consequenties niet te begrijpen en af te
stooten, die de radicale groepen terecht van
haar eischen, krachtens de beginselen, die de
beweging en de grondwet van 1848 van ston
den af aan als een baken in zee in het leven
riepen, welnudan vóórzie ik den zelfmoord
dier liberale partij als een aanstaand feit, dat
in de toekomst aan detyraunie van den clerus
ook hier te lande den meest vrijen teugel laat,
en dat de duisternis met al hare zichtbare en
onzichtbare ellende zal doen heerscheu over
het licht, dat thans drie eeuwen lang in deze
landen schitterde, en dat ons vaderland alléén
door ontwikkeling en door de moedige liefde,
voor een sociale rechtvaardigheid's staatkunde
kan blijven bestralen, begeert men ten minste
ook in Nederland tot werkelijk gezonde toe
standen te geraken en aan de oeconomische
wanverhoudingen ten laatste een machtig en
gebiedend Hall! toe te roepen.
Een vreeselijke misdaad te
Marseille.
Dezer dagen is er op de Blancarde te Mar
seille een misdaad gepleegd.
Het slachtoffer is de heer Isnel, oud-instita-
teur.
Met het oog op zijn hoogen leeftijd, en daar
hij gedeeltelijk van het gebruik zijner ledematen
was verstoken, had hij een bediende, Nicolet, in
dienst genomen, die hem in zijne bewegingen
moest helpen. De jonge man was de meest ge-
vanceerde sociale begrippen toegedaau.
Zijn dienst bij den grijsaard bestond hierin,
hem bij het kleeden behulpzaam te zijn, en
partijtjes domino met hem te spelen, voortdu
rend redeneerend over politieke godsdienst. Deze
onderwerpen vielen zeer iu den smaak van den
ouden meester, die gaarne disculeerde, daar
hij het Dooit met zijn bediende eens was.
Op een goeden avond sloeg Nicolet den «uden
beer zoo hard met een talhout op het hoofd,
dat men voor zijn leven vreest.
Daarna heeft de bediende zich in handen
van de politie gesteld.
«Die oude was het nooit met mij eens" zei
hij tegen den commissaris vau politie, «hij sprak
mij altijd tegen, onverschillig of ik het over
Boulanger of over Lasigerie had."
Omtrent de overstrooming der stad Cordo-
va in Argentinië in de laatste heeft van Decem
ber van 't vorige jaar worden de volgende
nadere b ij zonderheden medegedeeld
Een regen, die zestien uur duurde, had het
zuidelijk deel der stad overstroomd en tegen
elf uur 's nachts hoorde men een dof geruisch,
dat spoedig duidelijker werd. Een geweldige
watermassa sleepte geheele boerderijen met het
huisraad, het vee, karren en buomen mede,
overal dood en verderf brengend. De muren der
huizen trilden, deuren en vensters werden inge
drukt en van alle zijden klonk het hulpgeroep
van menschen die gevaar liepen te verdrinken.
De straten waren in bergstroomen vau drie meter
diepte veranderd en op de golven dreven als spo
ken, menschen, dieren en boomen stroomafwaarts
in den nacht. De algemeene verwarring was
onbeschrijfelijk en in bijna ieder huisgezin, dat
in de nabijheid van het afgedamde rivierbed
woonde, vielen verschrikkelijke tooneelen voor.
De politie had zich onderwijl, in de meening
dat elk oogenblik een revolutie kon uitbreken,
naar de forten begeven, van waaruit zij, wanneer
de een of ander revolverschoten afvuurde om
daardoor de aandacht der wachten te trekken,
ala antwoord eenvoudig 200 schoten uit rem-
mingtongewcren loste, wat den angst en d«n
schrik der inwoners nog vermeerderde. Daaren
tegen toonden eenige officieren vsn het garnizoen
evenals vele leden der Union Civica waren
heldenmoed.
Meer dan 150 menschen verloren het leven.
Een treurigen aanblik bood het zuidwestelijk
stadsdeel waar het water de meeste verwoestingen
had aangericht. Geheele gebouwen waren uit het
lood geraakt muren gescheurd het plaveisel opge-
brokeu terwijl men overal deuren, meubels,
vensters en stukken van bruggen opgehoopt zag
liggen. Vele famiüën redden zich door op het
dak te klimmen sommige personen waren in
boomen geklommen zoo zag men een ouden man
in een vijgeboom zitten. In een magazijn wierp
de stroom een brandkast om, in een ander dreef
de geheele winkelvoorraad in 't water. De schade
beloopt honderd duizenden pesos en honderde
familiën zijn dak- en broodeloos geworden.
Bij Mainz en op nog meer plaatsen is
de Rijn thans, evenals enkele dagen geleden
bij Bazel, zóó laag, dat de bodem der rivier
zichtbaar is. Visschers en schippers, die
dientengevolge hun bedrijf niet kunnen uitoefe
nen, houden zich onledig met zoeken naar het
geen in den loop der jaren in den Rijn verlo
ren is gegaan. Ankers, vischtuig en ook kleinere
voorwerpen van eenige waarde worden in betrek
kelijk groote hoeveelheid gevonden.
Over den dood van Prins
Boudewijn van België bevatten som
mige Frausche bladen onlangs sensationeele
mededeelingen, waarvan wij geen notitie namen,
daar zij door niets schenen gerechtvaardigd te
worden. Thans bevat de Pariser Post een cor
respondentie uit «goede bron," die, zooals het
blad uitdrukkelijk beweert, in hoofdzaak waar
is, al zijn de bijzonderheden wellicht niet vol
komen juist. «Prins Boudewijn," zoo schrijft
genoemd orgaan «had liefde opgevat voor me
vrouw Sibyl Sanderson, chanteuse aan het Thi-
dtre de la Monnaie te Brussel, van wie zooals
algemeen bekend is, prins De L... de |bescher-
mer is. De koning, die wegens deze liefdesge
schiedenis zeer bezorgd was voor zijn neef,
wilde dezen tot majoor benoemen, en als zoo
danig naar Antwerpen zenden. Prins Boudewijn
sloeg dit voorstel met dankzegging af, doch
begaf zich naar Antwerpen om den gouverneur,
die reeds kamers voor hem had laten gereed
maken, een beleefdheidsbezoek te brengen.
Uit Antwerpen teruggekomen, reed hij terstond
naar het Hotel de Snéde, waar mevrouw Sau-
derson hem wachtte. Het paar was reeds een
poosje te zemen, toen prins De L... met een
revolver in de hand binnenstormde en op een
armlengte den prins een kogel in de lendenen
joeg. (Vandaar dat de doktoren inwendige bloe
ding constateerden.)
De verwonde trok zich dadelijk terug, miste
eeu trede van de trap, viel naar beneden en
werd door de verschrikte bedienden met een
gebroken been gevonden. Allen liepen door
elkaar en vertelden luid het gebeurde. Eerst
later werd het personeel het zwijgen opgelegd,
doch reeds te veel personen kenden het geheim.
De graaf d'Oultremont, hofmaarschalk van hel
koniuklijk paleis, die in allerijl was geroepeu,
reed met den prius naar het paleis van den
graaf van Vlaanderen, waar hij nog in den
loop van den avond aan zijne wonden bezweek.
'ierstond werden de hoofdredacteuren van
alle Brusselsche bladen op het paleis ontboden
en daar verzocht men hun dringend het voor
gevallene te willen verzwijgen. Alleen de hoofd
redacteur van den socialistischen Peuplt werd
overgeslagen, en zweeg den volgenden dag dus
niet. Mevr. Sanderson werd op staanden voet
naar Parijs gezonden. Eenige dagen daarna be
merkte men, dat dit niet goed gezien was, en
men liet haar naar Brussel terugkomen, om
Lakmé te zingen. Zij gehoorzaamde, maar, zoo
als men kan begrijpen, kon zij niet over hare
gewone stem middelen beschikken.
Verscheidene personen in Brussel kennen het
nummer van het rijtuig, waarin de graaf d'Oul
tremont den jongen prins stervend bij zijne
ouders thuis bracht, en de roman, met het
smartelijke slot, gaat van mond tot mond.
Volgens de pers worden ook al de in Brussel
in garnizoen liggeude officieren opgeroepen en
verzocht de waarheid gehoim te houden, ja in
sommige gevallen bepaald tegen te spr'ekeu."
(Berliner Tageblad.)
De besmettel ij ke longziekte
blijft in Belgie onder het rundvee heerschen
en breidde zich vooral in de laatste maanden
van het vorige jaar weer over verschillende
provinciën vrij belangrijk uit.
In de maand December werden in België
op 42 stallen 129 gevallen van longziekte
waargenomen. Het hevigst vertoonde de ziekte
zich in de provinciën Luxemburg (43 geval
len), Limburg (27) en Luik (18).
De maatregelen tegen de ziekte zijn verscherpt
en schijnen in den aanvang des jaars reeds tot
vermiudering der gevalleu aanleiding gegeven
te hebben.