De Arme Dichter. Donderdag 9 Juli 1391. 35ste Jaargang. Ho. 2531. Gemeente Scha geil, BOTERMARKT te SCHAGEN. POLITIEVERORDENING. SCHAGËR MlttÉ- k Lllllft Dit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- Zater- d agavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVEE* TENTIÊN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STEKKEN één dag vroeger. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: §CHAGE1Ï, Laan, 1), 4. Prijs por jssr f 3.Franco per post 8.00. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIËN van 1 tot 5 rafels f 0.25; iedere ree el meer Bots Groote letters worden nsar plaatsruimte berekend lt c k e n tl m a k i ii g c n. Burgemeester en Wethouders van Scha- gen brengen ter kennis van belangheb benden, dat, vanaf' ifoiidcrdau, 9 Jllll a. ingevolge art. 110 der alsdan in werking getreden nieuwe poli tieverordening voor die gemeente, de boter aldaar ter markt zal moeten wurden ge bracht in stukken van een gewicht, groot 5 en fO hectogram, (Va en 1 kilogram) en dat de overtreding van die bepaling zal worden gestraft met eene geldboete van ten hoogste f I©. Schagen, den 2Gen Juni 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen ter kennis van belanghebbenden, dat ingevolge de door den Raad dier gemeente vast gestelde regeling betrekkelijk het onderzoek naar de broeiing van hooi, enz. Ie. de gemeente is verdeeld in eene Noorde lijke- en eene Zuidelijke Hooistekerswijk en de scheidingslijn, tusscheo die wijken wordt geacht te zijn getrokken vanaf de brug aan de Lange Snevert, door de Hoep, over de Markt naar en door de Heerenstraat, langs de Loet, den Menis- weg, en het pad loopeude langs het Schagerwiel, Roman van AUGUST NIEMANN. Eerste deel. 25. ACHTSTE HOOFDSTUK. „Het zou alles geheel anders zijn," zeide Eva hoofdschuddend tot Edgar, terwijl zij in de don kere laan voortliepen, „wanneer gij papa's voor stel hadt aangenomen. Dan hadden wij openlijk verloofd geraakt, dan mocht gij dagelijks bij ons komen en alles zou heerlijk zyn. Maar gij hebt dat niet gewild. Ik maak u daarover geen ver wijt, ik begrijp uw principe. Maar het is toch nu eenmaal zoo, als bet is, en gij moet leeren geduld hebben. O, wees niet neerslachtig," ging zij op hartelijken toon voort. „Ik begrijp u en ik lees uwe gedachten, ook zonder dat gij ze uitspreekt. Gij zijt anders dan andere meo- scben, gij zijt een genie. Ik denk altijd over u na. Sedert ik u ken, beb ik ternauwernood nog eene andere gedachto dan u. En ik zeg dikwijls tot mij zelve, dat gij nog niet op den rechten weg zijt, dat gij nog niet op het rechte veld arbeidt. Gij zoudt hoog geëerd en gevierd zijn, wanneer de menschen uw geest eerst maar goed wilden erkennen. Wanneer ik romans en gedichten iets, beb ik een gevoel, dat gij die nog veel schooner zondt kunnen maken. Ik ver gelijk dat, wat ik lees, mot datgene, wat gij zegt en vertelt, en dan komt mij uw gesprek veel belangrijker voor dan mijn lectuur. Gij zijt toch een schrijver. Wanneer gij geen vervelende geschiedenissen schrijft, maar wildet dichten, dan zoudt gij spoedig gezien en beroemd zijn in geheel de wereld. Beproef het, Edgar, lieve Edgar, wordt een beroemd man Dan bestaat or tosscben u en mij geen hinderpaal meer Eva's woorden maakten op Edgar grooten indrnk. Een gevoel van geluk, gelijk hij dat tot nu nog nooit gekend had, doortintelde zijn gemoed. Het geloof aan zijn eigen waarde, een geloof, dat zoo stil en verborgen in hem leefde en nog geen steun in bet dagelijksch leven gevonden had, dit geloof werd in hem wakker geroepen en vervolde hem met blijde hoop. En Rie opwekking kwam uit deu bekoorlijken mond en van daar langs den dijk, liggende aan den Zuidkant van den Polder Burghorn tot aan de gemeente Sint Maarten 2e. dat voor het loopend jaar tot Hooistekers zijn benoemd voor de Noordelijke WijkWILLEM BLEEKER, (Noord, Wijk A, No. 41), en AR1E KANT, (Nes, Wijk H, No. 1); voor de Zuidelijke Wijk JAN ROOS, (Hoep, Wijk C, No. 57), en TIJS BIJPOST, (Laan, Wijk D, No. 17); 3e. dat ingevolge het bepaalde bij de politie verordening voor deze gemeeute, ieder houder van hooi en stroo, die daarin gevaar voor brand door broeiing ontdekt, verplicht is, daarvan onverwijld kennis te geven aan den Burge meester en een der Hooistekers, voor de Hooi stekerswijk, waarin hij. woonachtig is, zullende de Hooistekers bovendien teil allen tijde tot het onderzoeken van bet hooi en stroo moeten worden toegelaten 4e. dat niet naleving der sub. 3 vermelde bepaling strafbaar is gesteld met eene boete van ten hoogste f 25. Schagen, 1 Juli 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen ter algemeene keonis, dat de op 30 Juni 1.1. afgekondigde nieuwe politieverordening voor die gemeente, ingevolge het bepaalde bij art. 175 der gemeentewet, gedurende drie van dit lieftall'g meisje. Was dit niet de schoonste erkenning? Was niet hare liefde het bewijs voor de deuglolijkheid van haar hoogen dunk van hem Niet zijne maatschappelijke positie, niet zijn lichamelijke schoonheid hadden deze liefde bij haar aangekweekt. Maar zij had hem liet, omdat zijn geestelijko kracht hem aantrok en boeide, omdat de schoonheid van zijn ziel haar in liefde ontstak. Hij dacht nn weder aau zijn oude plan, om met Eva vereenigd, zich niet te storen aan de wereld. Ja, bij was een dichter, dat wist hij nu. Het schoonste lot was hem beschoren. Welke kracht bezielde hem, welke overwinning wachtte hem Was er iets op aarde, heerlijk genoeg, dat hij liet der geliefde niet aan de voeten zou kunnen leggen In zulk eene opgewektheid vergat hij, wat hij anders geweten en wat hij zijn vriend Ludwig Cattay ook verklaard had, dat namenlijk, om den bijval" der meuigte te verwerven, de dichter zelve aan die menigte gelijk moet worden, en dat hij daarom ter wille der filosopliie afzag van den lauwerkrans des dichters. In dit oogenblik zag hij alleen den palm der overwinning, welken hij door zijn gedichten en door zijne romans verwer ven kon, zoodra hij er toe zou kunuen besluiten, deze geheime schatten aan de wereld te vertoonen. „Werktlijk, lieve Eva," teide hij, .gelooft gij dat? Laat ik u zeggen, dat ik reeds gedichten gemaakt heb. Niemand weet het, niemand heelt ze nog gezien. Maar in uwe hand wil ik ze ne- derleggen. En niet alleen dit, maar ik leg mij geheel in uw hand. Gij zijt mijn lot. Luister naar mij, ik heb een plan. De wereld begrijpt ons uiet, wat bekommeren wij ons om de wereld Wij beiden zijn een wereld voor elkaar. Ga met miji WÜ willen dit onherbergzaam oord verlaten! Sluit u bij mij aan, verlaat mij niet, maar ver trouw u toe aan mijne leiding! Wij willen „Wat bedoelt gij Wat willen wij?" vroeg Eva, die dacht, hem niet goed verstaan te hebben. „Ik bedoel, dat wij dwaas zouden handden, wanneer wij nog langer ons wilden blootstellen aan de miskenning der menschen, die ons toch niet kunnen begrijpen. Laat ons vluchten Alles is voorbereid zeg sic ebts ja, en wij reizeu samen naar bet schoone zuiden, naar Italië, en genieten daar bet ongestoord geluk onzer liefde 1" Eva liet bet hoofdzakken, baar boezem golfde, en zij zweeg, terwijl zij naar adem hijgde. maanden ter Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing ligt dat zij in werking treedt den 8en dezer en vanaf dien datum ter Secretarie in druk ver krijgbaar zal zijn tegen den prijs van 25 cents per exemplaar. Schagen, den 3en Juli 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengon ter algemeene kennis, dat door NAN SPAANS, vergunning is verzocht, het perceel Wijk A, No. 35, aan het Hoog aldaar, temogen inrichten tot S 1 a c h t e r ij en dat door hen tot het onderzoek der tegen dit verzoek inge diende bezwaren, eene zitting ten Baadhuize zal worden gehouden op Vrijdag, 17 Juli e.k. des morgens van 10 tot 12 ure. Schagen, den 3en Juli 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd C. H. BEELS, de Secretaris, DENIJS. De invoering van het nieuwe wetboek van Strafrecht, de behoefte om de bepaliugen van de hier geldende gemeentelijke strafverordenin gen met dat wetboek in overeenstemming te brengen, en de zucht om de wijziging in de denkbeelden onzer omgeving ook uit de straf bepalingen te doen blijken, heeft den Raad in zijne vergadering van 2 Juni 11., eens algemeene verordeuing doen samenstellen, die de intrek king van aJle vorige plaatselijke strafverordenin- „Hoe lief heb ik u zeide zij eindelijk. „Hoe lief heb ik u, ter wille ook van deze groote dwaasheid Gij zijt toch eenig Hoe geheel anders zijt gij toch dan andere menschen." En toen lachte zij en maakte zich zacht uit zijne armen los. „Wat denkt gij toch, dwaze man?" ging zij voort. „Wij zouden ontvluchten O gij dweeper! Wat bobt gij toch zonderlinge droomon!" „Zonderlinge droomen vroeg hij ontnuchterd. „Zeker! Wat denkt gij dau toch wel? Wat zouden mijne ouders er wel van zeggen, en de de geheele stad? Wanneer gij het niet waart, dan zou ik toch heusch zeer boos moeten worden. Maar ik kan op u niet boos worden, omdat ik eenmaal weet, boo oupractisch gij dichters zijt Maar uwe gedichten moet gij mij geven. Ik verlang er zeer naar ze te lezen. Gij moet ze mij naar Boriijn opzenden." „Lieve Eva," ztido bij ernstig, „oupractisch noemt gij mij nu reeds voor de tweede maal. Maar, geloof mij, wanneer ik werkelijk een dichter ben, dan ben ik volstrekt niet zoo onpractisch. Want de dichters hebben een helderen blik, en juist omdat zij alles vau een booger standpunt bezien, noemt de groote menigte hen ontactisch. Omdat zij het gewich tige van bijzaken weten te onderscheiden, daarom beschouwen de gewone menschen hen als vreemd soortige schepselen." Eva haalde de schouders op. „Dan behoor ik dus tot de groote massa en tot de gewooe menschen," zeide zij. „Ik bid u, laat ons hierover niet vorder twisten. Toon, dat gij ean dichter zijt, maak uw naam beroemd, dan zullen mijne ouders niets meer kunnen inbrengen tegen onze verloving. En, hemel, daar slaat de klok! wat heb ik hier lang vertoefd, en ik wilde maar vijf minuten blijven! luister: zend mij uwe gedichten. Ik schrijf u uit Berlijn een deel u mede, aan welk adres gij mij kunt schrijven. Dat moet ik namenlijk eerst met mijn niebt a'sprekeu. Toen Edgar dit boorde, werd bij door een zwara melancholie overvallen. Hij moest erken nen, dat Eva waarschjjulijk recht had en dat hjj bepaald een zeer onaannemelijk voorstel moest hebben gelaan. Hij was boos op zicb zeiven, dat bij zijn gedachten bad uitgesproken, welke bet reine gevoel van een edel vrouwenhart onaan genaam moesten zyn. Hij verweet zicb zeiven, gen, met uitzondering van die op de alge meene begraafplaats, medebrengt. Overeenkomstig art. 164 van de nieuwe ver ordening en uit kracht van de afkondiging, den 30 Juni 1891 door Burgemeester en Wethou ders gedaan, treedt zij heden in werking. Van iif dit oogenblik worden dus de rechten en plichten van de hier wonende en vertoevende personen, voor zoover de gemeentelijke strafver ordeningen betreft, door haar geregeld en zal ieder haar tot richtsnoer moeten nemen. De verordening te kennen is dus zaak. pik heb het niet geweten," is eene veront schuldiging die in strafzaken niet wordt aan genomen. Door die overtuiging gedreven, zal eene poging worden gedaan, om hare voornaamste bepalingen en verschilpunten met het verledene, aan te duiden. Volledige kennis kan alleen verkregen wor den, door zich een exemplaar der verordening, door de gemeente voor den kostenden prijs ad f 0.25 verkrijgbaar gesteld, aan te schaffen. De gemeente is een onderdeel vau de pro vincie en van den staat. Het spreekt derhalve van zelf, dat ook de gemeente slechts het regelen van bepaalde zaken wordt overgelaten en dat hare verordeningen behooren te wijken voor die van de provincie, en voor de wetten. Naar mate door die lichamen dus meerder wordt gereglementeerd, zal de kring waar bin nen de gemeente zich beweegt, enger worden. .Stellen we zooveel mogelijk vrijheid voor ieder burger, beperking alleen daar, waar gelijke vrijheid en behoorlijke zorg voor medeburgers dit vorderen, en passen we dit beginsel toe op onze samenleving, dan reeds kan men zich indenken, dat in dezelfde gemeente, toestanden bestaan, die verschillende bepalingen voor de dat hij leefde in eune wereldbeschouwing, welke niet paste voor den tijd en de tegenwoordige omstandigheden. Doch hij troostte zich ook weder een weinig met do hoop, dat hij toch in deu grond wel net ware erkend had en dat alleen eene verklaarbare zwakheid van geest voor het in vooroordeelen opgegroeide meisje een be letsel was, hum te volgen. Hij geloofde vast in hare liefde. Hij wilde geduldig zijn, hij wilde toegeeflijk zijn, want dat paste den sterkere. In zijne liefde voor Eva, wilde hij haar in alles toegeven en vertrouwde er op, dat do juiste weg tot geluk nog wel te vinden zou zijn. Hij schiep een nieuw levensplan hij wilde vljjtig arbeiden en dien room verwerven, waarvan Eva gesproken had; dan, wanneer bij een naam bad verworven onder de groote geesten, moest de vurig begeerde prijs hem ten deel vallen. Hij antwoordde daarom toegevend en na her haalde verzekeringen van liefde en trouw scheidden zij. Eva spoedde zicb naar haar ouderlijk huis, en Edgar dwaalde nog lang rond, dacht na over zijn roman, ontwierp plannen tot nieuwe schep pingen, welke hem beroemd moesten nuken en droomde zich een schitterende toekomst. Eva was intusschen in ei-n gemengde gemoed stemming en zeuuwachtige opgewondenheid thuis gekomen. Edgar's voorstel tot heimelijke vlucht had toch dieper indruk op haar gemaakt dan het aanvankelijk scheen, en ofschoon zij het plan verre van zich wierp, kon zij toch niet nalateu, er over na te denken, hoe verwonderlijk heerlijk dio zoo geheel onbereikbare reis naar bet zuiden met haar geliefde toch wel zijn moest. Eerst de zorg voor haar koffer, voor baar sluiimand eu voor baar reistascb, brachten baar thuis weder tot de werkelijkheid terug. Het kwam er op aan alies netjes in te pakken, opdat de nieuwe costumcs niet verkreukeld werden, en er moest ook nog aan zoovele kleinigheden geJacht worden. De zusters waren jaloersch. Zulk een prachtige uitrusting en dan nog een reis naar Berlyn Hare opmerkingen dienaan gaande, haar leedwezen om in Neustadt achter te moeten blijven, maaktsu Eva weder recht duidelijk, boo schoon toch de wereld was. Ot zij zich geheel aan Gabriele zou kunnen toever trouwen VUftDT VERVOLG»- - -•» vlui;.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1891 | | pagina 1