sim Alïiritiiii- k Laullimllal Donderdag 29 OctoToer 3891. 35ste Jaargang. ITo. 2563. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: 8CHAOEH. liaan, I), 4. Gemeente Schagen, SI e k e n <1 ui a k i n g en. Vrijwillige oefening in den Wapenhandel. Sovember a. s. F. Ilomcla fticuweiiluii*. SC 23 A U F X. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden AI) VERTEN Tl ËN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger Prijs per jaar f 3.Franco per post 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. A D VERTEN Tl ËN van l tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ets. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. De Burgemeester van Schagen brengt, naar aanleiding van deswege bekomen aanschrijving, ter kennis van belang hebbenden le. dat, ten einde den lust aan te wak keren tot het vervullen van den persoonlijken dienstplicht, voortaan ook in plaatsen waar geen garni zoen ligt, van Hijksweg'e kosteloos sclt'sciilieiil zal worden gegeven lot vrijwillige oefening1 in den Wapenhandel,inits zieli daarvoor een vol doend aantal jongelie den aanmeldt: 2e. dat die oefeningen uitsluitend strekkende voor den dienst der Infan terie bestemd zijn voor jonge lieden van zeventien jaar tot aan den militiepiieüi tigen leeftijd, alsmede voor inïlieieiis-koi'po- raa ls Se. dat omtrent de voordeelen, uit die voorloopige oefeningen, voor later tot werkelijke» dienst, geroepen wordende jongelieden voortspruiten de, inlichtingen kunnen worden ver kregen ter gemeentesecretarie, al- waartevens zij die aan de oefeningen wenschen deel te nemen, zich zullen moeten aanmelden vóór den M en Schagen, den 13en October 1891. Den Burgemeester voornoemd, C. H. BEELS. Staten van Noordholland van 21 October 1891 no. 3; Gelet op art. 11 der wet van 13 Juni 1857 (Staatsblad no. 87); Brengt ter kennis van belanghebbenden dat de jacht oppatrijzen in d't gewest zal worden geslolen op Zaterdag 31 October 1891 met zonsondergangen dat alzoo op grond van het bepaalde bij het eerste lid van artikel 27 der aangehaalde wet, het verkoopen, te koop uitstallen en bet vervoer, n van dat wild uiterlijk tot en met 14 November 1891 zal mogen plaats hebben. En zal dit besluit in bet provinciaal Blad worden geplaatst en voorts in elke gemeente van Noordholland worden aangeplakt. Haarlem, 22 October 1891. De Coromisraris der Koningin voornoemd, (Get.) SCIIORER. Schagen, 27 October 1891. De Burgemeester voornoemd, C. H. BEELS. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brongen ter algemeen.) kenuis, dat door Hendrik Ploeger vergunning is verzocht, het perceel Wpk C. no. 29 aan de Hoep aldaar, te mogeu inrichten tot S 1 a c h t e r ij en dat door hen, tot het onderzoek der tegen dit verzoek ing diende bezwaren, eene zitting ten Raad huize zal worden gehouden op Dinsdag 10 Nov raber c. k. des morgens van 10 tot 12 ure. Schagen, den 27sten October 1891. Burgermester en Wethouders voornoemd, C. H. BEELS. de Secretaris, DER IJS. JACHT. Do Burgemeester van Schagen brengt ter kennis van belanghebbenden het navolgende: De Commissaris der Koningin in Noord- Holland, gezien het besluit van Gedeputeerde Roman van O. E L S T E R. HOOFDSTUK V. 6. Juichend riep de menigte hem zijn boerrah na, en wreed verstoorde dit gejubel de stilte, die er naden dood v.n den vrjjheer geheerscht had. Wanneer hij op het oogenblik nog ge leefd had, zoo zou hij naar buiten getr.den zijn, om hen te zeggen, dat hij aan hun spits het oorlogsveld zou betreden. Willy wilde reeds het terras opsnellen, om het voor zijnen broeder te beloven, toen zjjne vrouw hem sarrend toefluister-Ie „Laat die men- schen wachten, gij zijt immers de vrijheer niet, gij zijt zijn dienaar, een cast op liet goed uws vaders!" En Willy gehoorzaamde aan de inblazing van zijn vrouw en bleef binnen luistereD, totdat het gejoel van de menigte in de verte verloren gir-g. HOCTFDSTUK VI. Joen Lduard vou Altenbrak in zi n woning Berlijn aankwam, trad zijn bediende bim dadelpk tegi moet, zeggende; dat alles reis- vaardig was om ter oorlog te j>aan. „Ben je gek geworden?" vroeg Eduaid. „Ten oorlog gaan Tegen wien Tegen Frankrijk, heer ritmeester." „Geef mij mjjn uniform, ik zal dadelijk naar de kazerne gaan." De regimentsadjudant bevestigde Edtard het nieuws. „Alle cflicieren, die met verlot zijn, zijn reeds teruggeroepen; ook voor u, heer ritmeester is een oproeping afgezonden; dat gij nu reeds hier zijt, zal den overste zeer aangenaam zijn." „Weet gij wel Raucbhaupt, dat deze oorlog mij zeer ongelegen komt De adjudrgn t .Jkeek Lduard ver schrikt en vlagepderghzo" aan. ,Ik begrijp u niet erg uest, heer Ritmeester." „Nu, „bol is anders duid. lijk genoeg! Na den dood mjjns vaders ben ik hoog van j.et kasteel gewordeja, 4 li nu wasik >»n 'plan mijn ontslag te nemtn." „Ja heer ritmees'er, van cnis'ae. npn-.cn is nu van zeil geen sprake." W t „Neen natuurlijk niet. Ib mijnheer de overste re spreken 9" „Hij zul wel in do kaz. me zijn, lieer Rit mees'er." Eduaid liep vei der de kazerne binnen Paar was I ei etn buittrgtwon» drukte Aiiiu teruggekomen officiercu stoLdeu tui d, u Verslag der lezing, door den heer op Zaterdag 25 Ocloler 11. gehouden te Kon het aantal belangstellenden, die op 23 Febr. van dit jaar, terzclfde plaatse de lezing van den heer Iknncla Hieuwen/tuis bijwoonden, geschat worden op meer dan 600, nu hield het met 200 wel op. Tot onderwerp was gekozen Internationaal Socialisme. De vergadering werd ditmaal geopend door den voorz. der Afdeeling Schagen, P. Dekker, die het woord gaf aan den heer F. Domela S'ieuwenhuis. De heer Nieuweuhuis dan, ving aan rust op te merken, dat het Socialisme langzamerhand een macht was geworden, waarmede meu rekening moest houden, of rneu wilde of niet, en niets zal in staat zijn, er een einde aan te maken, zoolang meu geen gehoor heeft gegeven aan de eischen van het vólk. Het Socialisme is niet zoo maar uit de lucht komen valleD, maar het is geworden langs natuurlijken weg. Ook is het niet ontstaan uit de vermindering van overste geschaard. Hier werden de paarden gekeurd, daar werden alle mogelijke oorlogs- utalerielen nogmaals gemonsterd en schoon gemaakt, verder werden den miliciens nog eenige leasen gegeven. Alles was in de weer. Alles was als het ware geëleciriceerd, door dat men ging vechten tegen Frankrijk, hun groolslen vijund. „Ha, heer litnieester," riep de overste Eduard toe. „Hot is goed, dat gij dadelijk gekomen zijt. Ik heb raet leedwezen den dood van uw vader vernomen maar laat ons do dooden nu maar met rust laten wie weet hoe spoedig of wij tot hen be- hooren. Een zware dans zal er door ons moeten gesprongen wordi n. Gij zijt de jongste ritmeester van het regiment, daarom moet gij de reservetroepen uit Königsberg halen. Iledm a.ond moet gij vertrekken." „Heden avond reeds, heer overste, ik ben pas voor een uur geleden hier aangekomen en heb nog eenige zakeu Ie regelen." „Ja, nujn goede ritmeester, dat alles helpt niet. De dienst gaat voor alles. Tot morgen vroeg, kan ik u wel verlol geven, maar dan moet gj] oi k naar Königsberg vertrekken. Jjwe orders zullen u thuis bezorgd worden." „Ik zal op tijd zijn, heer overste." „Zeer goed, heer ritmeester. Ik verwachtte niets anders van u. Eu ga nu nog eens zien of uw regiment iu ordo is." Met een zwaar hart deed Eduaid zijn plicht. Hoe geheel anders, had hij zich het weerzien van zijn vrouw voorgesteld. Hij had haar vooruit een brief willen sturen waarin hij haar dacht te terbij,den, met de tijding, dat nu de tijd van wachten voorbij zou zijn, en daar was nu do oorlog, die hem, dot mde huur nogmaals achter te laten en zijn huwelijk geheim te houden, misschien kon zij nu nog maanden, wellicht jaren wachten, of wellicht kwam hij nooit meer. Eduaid moest al zijn wilskracht te hulp igepen, onj, niet rcuedilooB te troiden. Wat was de oorlog tegen d« vijaad, nqvergelijlring met do/eq str^fl&dJe^i vijand kotfPhij rngedig Jipieuioet guanr- mga. voor de oóg; u zjjner weenende vrouwü»e_n deïgrott^ vr,agynt!e Oogen zijner kleirn n,' n.cc/I hij dc zijner netrsjuar'. uit schaamte Uit sclaamie, omdat lijkte toren den moed rug niet gehad had, eni gen openlijk to eikti.niii En nu was het te laat. I e avond viel reeds, loen Eduatd, g. vol d doer rijn krecht Heinrich, in vliegontie vaat t oen straatweg af galopjeirde. r let. is Luiten heel w t i, In er i iin'eester a l ad de eerlijke Htimicb gezegd. ik bs'n elk. n deg buiten gtweesr. tdu..rd "was dol op liet paard. Uy zal e-ninaal de Leaie ruifer geloof, want het bloeit in geloovige zoowel als in ougeloovige landen, overal treft men aan de verschijn selen van het socialisme, en het openbaart zich op verschillende wijzeu. Het Socialisme is ontstaan uit de oeoonomische wanverhoudingen, die in de landen der Westersohe beschaving dezelfde verschijnselen hebben. Natuurlijk, gelijke oorzaken hebben gelijke gevolgen. Sinds de stoom werkkracht werd. is ook de wijze van productie aanmerkelijk veranderd. Toen is de groot-indnstrie opgetreden en had tengevolge dat het handwerk gestadig verminderde en nu bijna geheel is verdwenen. De oude arbeider van vroeger, die als kleine haas zijn bestaan vond, wordt steeds zeldzamer en heeft het pad moeten ruimen voor de groot-industrie, die alles opslokt. Als wij Socialisten op die verschijnselen wijzen, dan is het voor onze tegenstanders of wij ze gemaakt hebtien. Dat is niet zoo. Wij wezen er slechts op, omdat zij bestonden. Het gevolg van het Socialisme is het Kapitalisme, dat evenzeer een kracht is geworden. Als wij den loop der gebeurtenissen nagaan, dan zien wij, hoe we krijgen moeten een handjevol zeer rijke mensvhen tegenover millioenen niets-bezitters Daardoor wordt tegelijk de klove tusschen Socialisme en Kapitalisme steeds wijder. Het Kapitaal is ons voor geweest en heeft ons den weg gewezen. Het kapitaal is niet nationaal, maar internationaal. De kapitalist vraagt er niet naar of hij zijn geld krijgt uit Nederland of uit een ander land. Het Evangelie van den kapitalist is „geld stinkt uiet." Het is hem onverschillig vanwaar hij het heeft. De kapitalisten van heel de wereld worden dos door een hand vereenigd, het kapitalisme is internationaal. De macht van het kapitalisme is in de laatste jaren met zoo verbazende snelheid toegeno men, dat zij zeil er verbaasd over staan. Daar heb je de zoogenaamde Truss, vereeuigingen van verschillende kapitalen, waardoormen in staat is des te sterker te werken. Die Truss maken zich meester van de wereldmarkt en dat is hun vrij wel gelukt. De petroleumbronnen zijn in handeu vaneengroole Amerikaausche Truss, die dus zelf de regelaar van den prijs is en omver werpt, wat de wetenschap leert: „als zouden vraag en aanhad den prijs regelen." Kunstmatig komt men dus tusschen beiden en waar het er op aankomt voordeelen te behalen, werpt men die leer van vraag en aanbod over boord. Men was hang dat de petroleum te goedkoop en daardoor dus de winst te gering zou worden en daarom heeft men gelraeht er een einde aan'te maken door kunstmatig de productie in handen te krijgen, om daardoor deu prijs te kunnen opvoeren. Die petroleum-Truss doet zich ook gelden in Eu ropa, heeft zijn vertakking,-u iu ons land en heeft zich ook meesler gemankt van onze petrolenm-markt, en geen macht ter wereld is iu staat, op deu duur aan die Truss het hoofd te bieden. Het kwikzilver is bijna geheel in handen der familie Rotschild, die dus den prijs er van bepaalt. Het koper heeft men ook getracht in handen te krijgen, doch dat is nog niet gelukt. De werkstakin gen welke in Spanje hebheu plaats gehad in de kopermijnen, waren het werk der familie Rotschild, en te eeniger tijd za! het haar wel gelukken, en dan zijn wij aan de familie Rotschild overgeleverd. Ook de productie wordt door het groot kapitaal geregeld. Uit asgst van te veel productie beperken de lieeren dat. word- n, heer ritmeester.'' Eduard zag in zijn verbeelding reeds zijn blondgelokte zoon op het paard, en met smart dacht hij er aan, dat hij er nu wel licht voor altijd van verstoten zou blijven, om ziju Eduard iu het krijgsbedrijf to be- kvv mien. Met een uitroep van vreugde wierp Mar- garetha zich om den hals van haar echtge noot; de kleino Eduard hing aan den arm van zijnen vader, cn de kleine Margaretha Ook heeft men pogingen gedaan voor een graan- truss. Mocht zoo iels gelukken dan zijn wij geheel en al aan het groot-kapitaal overgeleverd. Eu toch, dat ook zal te eeniger tijd gelukken. Zoo komen wij langzamerhand geheel iu de macht van dat groot kapitaal, hetwelk zijn arm over alles uitstrekt. Dan hebben wede groote magazijnen: Lonvre, Bon Marché, Printemps enzdie de kleine winkeliers over boord wei pen. Wij bemerken dat langzamerhand het groot-kapitaal alles opslorpt wat het kan. En nu het internationaal zich verbindt, is zijn macht des te grooter. Het ge volg daal van is, dat duizenden, die een bestaan vonden in de productie, ondergaan dat veroorzaakt den onder gang der nijverheid, van den kleinen boerenstand, der neringdoenden, waarvan het aan enkelen wel is waar wel gelakt onder de groot-kapitalisten te worden opgenomen, doch waarvan de meesten proletariërs worden. De scheiding tusschen de tegenstanders wordt dus hoe langer hoe grooter. Tegenover die ontwikkeling van het kapitaal moet een andere macht gesteld worden. Die macht is het Socialisme, hetwelk het voorbeeld volgt van het kapit. en zich internationaal verbindt en zich uiet bepaalt tot één land. Kan dan het Socialisme niet verwerkelijkt worden in één of ander land Mogelijk is het. Bijvoorbeeld in ons land zou bet mogelijk zijn, dat de SociaalDemocra'ie de overhand kreeg en Wij het naar onze beginselen zouden kunnen inrichten. Zoo ook zou het mogelijk kunnen zijn in Zwitserland. Maar wat zouden dan de gevolgen daar van zijn? Stel eens dat in ons land het Soc. de overhand verkreeg en het ons gelukte daar welvaart en vrijheid onder alle burgers te verspreiden, dan zouden de groote landen, Duitsehland bijv, een inval in ons laad doen en ons noodzaken daaraan eeu einde te niakeu. Het zou dus wel mogelijk zijn, indien wij vrij werden gelaten. Het zou dns alleen in één dier groote staten mogelijk zijn, als die staat nameilijk machtig genoeg was, zich te verdedigen tegen de andere grooteren. Dat zoo iets zal gebeuren is niet waarschijnlijk. Daarom moeten wij ook trachten naar een internationale vei binding. De arbeiders hebben dat zelf gevoeld. Eerst hebben zij zich nationaal vereenigd. in 1864 had men da oude internationale onder Marx In 1872 op het Congres te s'Hage is ze zoo goed als begraven. De zetel werd nu van Londen naar New-York verplaatst. Die internationale beeft evenwel di list gedaan, heeft het bewustzijn onder de prolitariërs van alle lauden opgewekt; het zaad was nu gestrooid en er werd gearbeid. Met de onde daalde (le Sociale denkbeelden niet ten grave, men ^organiseerte zich. Na die organisatie gevoelde men de behoefte aan een inter nationale en ten slotte in 1889, het eeuwfeest der groote o uweuteliiig, werd te Parijs in congres gehou den, waar de vertegenwoordigers van het proletariaat der geheele wereld elkaar ontmoetten. Echter door den stand der partijen in dat land was het onmogelijk zi( h te vercenigen. In Frankrijk had meu verschillende scholen. 1. De Possibilisten, wier streven was naar hetgeen mogelijk was. 2. De Marxisten ook wel Quay-dislen, zoo geheeten naar Jules Qnay. en 3 De Blanquislen naar Blauquis, die van zijn 70 levensjaren ter wille zijner beginselan er 40 in de gevangenis doorbracht en wiens naam in Frankrijk nog eene tooverkracht uitoefent. „Spreek zoo niet, Margaretha," bad Eduard. „Denk aan de kinderen, aan den naam die zij diagen moeten, denk daaraan w inneer ik val, dit gij hot de kinderen verschuldigd zijl, ze in hunne rechten te herstellen." „Gij licht gelijk Eduard," antwoordde zij nauwelijks hoorbaar, „ik zal mij uwe woor den herinneree, gij zult ovor mij teyredeu zijn." Zoo spreekt gij als het behoort. En liat stak hare mollige handjes toe, om gelie koosd ons nu nog eenmaal naar de kinderen gaan te worden. zien, want wie weet, of ik dat geluk ooit Eindelijk, eindelijk zijt gij weder bij mij, weder zal smaken." mijn Eduard." riep M ug.retha uit en klem de zich aan de borst van haar gemaal. „O, hoe lang is mij die tijr u! Hoe heb ik naar u verlangd. Och Eduard, wanneer komt er toch een einde aan dozen trenrigon tijd?" Arm in arm traden zijde slaapkamer der kinderen binnen. Eluard boog zich als ge- eweest zonder 1 wooulijk voorover om hunne voorhoofden te kussen. De kleine Eduard lachte in zijn slaap rn dioomend fluisterde het kind: „Papa. papt, laat mij met u rijden?" Het was een zeer zwaar oogenblik voor „Mijn zoon, mijn zoon,fluisterde Eduard, i Eduard, om zijne vrouw het noodzakelijke di# zijne tranen niet langer bedwingen kon en aan het bed van zijn zoon op de knieën zonk, en zijn gelaat met de handen bedekte. De vijandschap tusschen de Possibilisten en Marxisten was van dien aard, dat de internationale verbinding in 89 niet gelukte. Tegelijkertijd werden er toen in Parijs 2 congressen gehouden en werd aan de Bel gische Arbeiderspartij opgedragen een internationaal congres uit le schrijven, hetwelk dit jaar te Brussel werd gehouden en waar dus de verschillende groepen der wereld samenkwamen. De internationale bami is dns geknoopt, die de nationale organisaties aan elkaar verbindt. Dat is eene belangrijke schrede verder, het is ook een natuurlijk gevolg der noodzakelijkheid. Als er een werkstaking uitbreekt tracht men arbeiders uit een ander land te lokken om dc plaats der stakers in te nemen. Dat gebeurde tot heden en daardoor bracht het proletariaat zich zelf wonden toe en de nederlaag aan eigen broedersdat deden die loonbedervers. Dat was een outzettend nadeel, gelijk elk werkman dat zeer goed begrijpen kan, want al heelt een werkman voor een tijd een goed loon, als de nood voorbij is, dingen de patroons toch weder af en worden de werklieden ile dupe. Dezer dagen nog was er werkstaking van de meubelmakers te Londen. Het ging om den acht-nrigen werkdag. Nauwelijks weril het bekend dat er in het meubel vak veel werk te bekomen was in Londen, of nit Amsterdam en audere plaatsen togen er verscheidene heen. Toen zij evenwel in Londen waren en bemerkten dat het ruimer aanbod van werk gevolg eener werkstaking was, kwamen zij tot inzicht. Zoo iets zou niet gebeurd zijn, als de internationale bond slerk genoeg geweest was. Dan zouden de bladen het verkondigd hebben en die waarschuwingen helpen >jelukkig. Waarom ook zon men zijn eigen broeders gaan bestrijden? De Fransche of de Engslsche werkman is uw vijand niet, maar in uw eigen land is uw vijand. Het is het kapitalisme, dat tracht de arbeiders er onder te krijgen, zich zelf vet te mesten ten koste van de arbeiders. He arbeiders moeten in hun geheugen inprenten dat zij broeders zijn. Liever een burgeroorlog tegen den bourgeois, dan een oorlog van werkman tegen werkman. Zoolang de volksoorlogen nog mogelijk zijn, kan het kapitalisme gerust zijn maar zoodra de arbeiders zich interna tionaal verbinden, dan zal dat gedaan zijn. Het is een gelukkig verschijnsel dat nu in Brussel bet internationale Socialisme is toegenomen. Het kapitaal is gelijk aan dat monster uit d« godenleer, dat monster met de 100 koppen, waarvan telkens als men 1 kop afgeslagen had, er weder twee daa voor iu de plaats groeiden. Dat monster vond eindelyk zijn man in Hercules, die het bevocht, iu de eene hand het zwaard, in de andere hand de fakkel, met welke hij de wond van een afgeslagen kop toeschroeide, zoodat er niets meer voor in de plaats kou groeien. Die Hercules is het Proletariaat. Wij nio. Ien goed weten tegeu wie wij strijd voeren. Het is verkeerd dat neringdoenden en kleine hoereu zich vijandig stellen tegenover de arbeiders. Zij allen toeh hebben dezelfde belangen. Er mag geen strijd zijn tusschen de proletariërs van de baud en de pro letal iers van bet hoofd. Arbeiders toeh zijn al diegenen, die arbeiders zijn met hand of hoofd en van hun arbeid moeten leveti. Niet alleen de fabrieksarbeiders zijn arbeiders. Maar ook de onderwijzers, de kautoorslaven, de winkelsla- ven zij allen zijn proletariërs. (Daar liet grootste geileeito van het vervolg der rede van van ziju vertrek te doen inzien. „Fe plicht als soldaat roept mjj ten strijde," sprak hij diep bedroefd, „en ik durf mijn plicht sterk, Margaretha, Daar voelde hij de zachte armen zijner niet verzaken. Wees vrouw om zijn hals en op zoeten toon werd wees sterk en moedig hem to gefluisterd „Hij zal worden, zooals gij trouw, braaf, een man van eer evenals zijn vader." ZEVENDE HOOFDSTUK. Vreeseljjk was de strijd tusschen de Duitsche en Fransche regimenten. Sedert negen uur in den morgen donderde het zooals het de vrouw van een Duitsch officier past." Iu hartverscheurende snikken uitbarstende, wierp Margaretha zich nogmaals aan den borst van haar m in. Eduard sloeg de armen o.m do slanke gestalte *#n haagl^V en van tijd tot tijd kuste hij haar op het geschui, en knaldeu de geweren. Als vurige voorhoofd. slangen gingen de Fransche regimenten Wanneer ik uit den krijg wederkeer door de omliggende dorpen dood en verderf mijn lieve, dan zal ik u als mijne vrouw achter zich latende. Maar op den heuvel van het slot mijner vaderen binnenvoeren, dan den St. Marie, stonden de keurlioepen van zullen wij nooit weder v au elkander schi iden." hot E'ranscbe leger, de keizerlijke garde. „Als gij wtderkeert Deze begeerden niels liever, dan zich op de Als iu een droom, kwamen deze woorden moedige Pruisen te werpen. Op de hoogte haar van de lippen. Eduard las in die sta- van Billars stond de oudo grijze maarschalk, rende oogen de vraag, die hij zichzelf al die iu Mexico zijn spoten reeds dubbel ver- gesteld had. Zachtjes fluisterde hij Marga- diend had. ietha toe. „Het lot zal toch zoo wreed niet Tegen den middag namen de krachten van ziju, om mij aan n te ontröoveu. Gij hebt het Pruissische legt r at, zij kon Jen over- moer dan andere vrouwen, een echtgenoot macht van den vijand niet F.nger wieistoan. jioodig, om u t<? «leuin u en le leiden. »Maar Bij Bionville werd het gevecht gestaakt, de Margaretha wanneer' een vijandel, ko'ltogel inunTtie was' wehira op. Nu moist do mij mocht wegnemen, heb dan geen zorg vo r de toekomst^ Ik heb mijn bioedei illy alles i/enpgedeold ik heb al dt papieren tuitrtut ons huwelijk, iu het laiijilieai ch ieI neden gele j d Zoo gij n ij niet mocht widerz en, zoo wondt u tot mijnen broed, r, hij zal u in uwerechton htisleileo, en een trouwe ra.dguver ziju." „O, dat is het niet waarover k zorg heb, wat heb ik aan rangen rijkdom zonder u!" T artillerie z {Jr"fe krachten^virioonen. Met* donderend g- raas en g llendo trompetten stortten zij zich op de Frauschen. Maar, daar trekt Batuino zijn dt gen en de keurtroepen stormen iu duizelingwekkende vaart den heuvel al, up de Pruissische huzaren iu. De overmacht w .s te groot, zi) moeien vluchten. Nader en nader kwamen de vyandelijko troepen. Giooter en gruoter werd het gevaar. Maar hoorDaar komen met donderend geraas de pas aangekomtn Ulanen ter hulpen gevaar noch dood vreezmde stort generaal v0n Bredon zich met zijne troepen op den vijand. Ook deze hulp schijnt do Pruisen niet te kunnen n dden, want de vijand heeft Truuville weder bezet reeds heeft hij Mars ia Tour bemachtigd, en reeds dreigt de linkervleugel van het Pruissische leger opnieuw te bezwijken, toen, het was vijf uur in den middag, de zooeven omboden twintigste devisie met frissche krachten aan den slag deelnam. Een heete strijd ontspint zieli, de trompetten schallen, do kanonnen bulderen en het geschrei der gewonden vermenigvuldigde zich. En over een veld met dooien laat do avondzon zijn laatste schijnsel gaan. In do linker flank van het Pruissische leger op een kleinen heuvel, gedekt door laag hout gewas, stond Eduard von Altenbrak. Zijn oog vlamt. Over zijn voorhoofd druppelt blotd uit een kleine wond, die hem een vij indige sabelhouw heeft toegebracht. Tweemaal reeds is zijn regiment op den vijand ingevlogen; tweemaal retds heeft het zich in het dicht ste gewoel van den strijd gestort. Nu staan man en paaid hijgende naast elkander, met een somber oog hel slagveld overziende. Beneden hen in het dal heeft de slag plaats. Ht'inde en ver hoort men hc t geschut don deren. Vergeten is nu, wat de soldaat ach terliet, vergeten i» vrouw en kind, vergden de smart, geleden bij het atschoid, vergeten de tranen, verecteu de klachten gestort bij iiet a se (id; iu wordt nergens meer aan gedacht, dm om te overwinnen. JuL-t vluchten do Pruisi-che regimenten terug. Hun augslgi schrei wordt verdoofd door bet ilond. ren van gesehut, dat de Prui sische soldaten in den rug blaast. M.tvre-- 8clijke oiermacht wierpeu zich die Fran-che troep n cp de Pruisi-che vluchtelingen. Daar richt zich Je gebogen gestalte van Eduatd's overste zich op. Hij tiekt de s^hel, do trom petten schallen eu m vliegende galop stort de moedig: hoop zich op don vijand. Eduard *'on Altenhrak ki ei t zich^og een maal 0111 ftur zijn regimentdaar ziet hij zijn trouwfen Heinrich, clïc t em bemoedigend toeknikte. Nog leiimaal aanschouwt liij in gedachte zijè Ite'eljk huisje,zijn zwarte, slanke Murgeretha, ztjii lachende kruliebol, zijne dochter; daar onimorten zij den vijand 1 en vergoten is alles wat heui aan de wereld bindt. WORDT VERVOLGD-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1891 | | pagina 1