Alf EICE1 Nl
Aiurieilis- Lan
IM
De erfgenamen van AlieÉaL
Donderdag 19 November 1891.
35ste Jaargang. Ho. 2569.
Uitgever, J. WINKEL.
Bureau: SCHAttEW, liaan, I>, 4.
Gemeente Schagen.
Bekendmaking en.
Binnenlandsch Nieuws.
11.
X.
C8URAIV
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f 3.Franco per post 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5 ets.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlich
tingen te bekomen, omtrent een
hondje.
Schagen, 18 November 1891.
Van bevriende hand wordt ons ge
schreven
Wij woonden de op 15 dezer door den
Heer Th. Roep aangekondigde voorstelling
der A d s p i r a n t-G ymnasten, opge-
luisterd door de Harmoniekapel
en de G ym n a s t i e k-V ereeniging
Lycurgus, met het grootste genoegen
bij.
Deze voorstelling is in alle deelen goed
gelaagd en gaarne brengen wij eene ge
paste hulde toe aan den Heer Ih. Roep,
wiens onderricht aan zijn jeugdige leerlin
gen in de Gymnastiek alle blijken gaf van
degelijkheid en goede ontwikkeling in de
orde—oefeningen, die zij op vaardige en uit
muntende wijze volbrachten, zoowel geble
ken bij de meer gevorderde als jongere
leerlingen.
In het bijzonder beviel ons ook de nog
Roman van O. E L S T E R.
HOOFDSTUK X.
„Ik zal u een groote som gelds uitbetalen
om do opvoeding van uwe kinderen te be
strijden."
Èen rilling liep Margherita door de leden,
maar zij bedwong zich nog, want zij wilde
zekerheid hebben.
Op kalmen toon vroeg zij verder: „En
het majoraat Altenbrak
Willy zag wel, dat deze vrouw niet zoo
gemakkelijk toegeven zou. Hij veegde met
de hand het klamme zweet van zijn voor
hoofd en zeide zoo kalm mogelijk„Ik
begrijp u niet recht, mevrouw
„Werkelijk, begrijpt gij mij niet, heer
baron antwoordde Margherita, nu vlak
voor hem gaande staan en hem met vlam
mende oogen aanziende. „Dus weet gij niet,
dat mijn zoon de wetiige erfgenaam van
uwen broeder is
„Gij drijft de spot met mij, mevrouw,"
klonk het haperend van Willy's lippen.
„Ik zie nu wel in, heer baron, dat gij bet
reebt mijner kinderen niet wilt erkennen
„Uw recht?" vroeg Willy. „En waarop
steunt uw recht als ik vragen mag
„Ik ben de vrouw van uw gestorven
broeder, heer baron, en gij gij weet dat
wel."
De man die zich van schuld bewust was,
kon zich niet langer staande houdeu. „Gij
beleedigt mij, mevrouw Montelli," stamelde
hij- »Ja, mijn broeder heelt mij van zijn
huwelijk gesproken, maar zulks kan ik niet
°^T.ei?. moe' bewijzen zien."
,Gg liegt J
Schouder ophalende keek Willy haar aan.
e heftigheid van de vrouw, die zijn hoog
art beleedigde, verstikte elk beter gevoel
em' b.Ü *°c nu enkel nog maar op een
,18 om z*eh zoo spoedig mogelijk van haar
te ontslaan. 6 6
„Bewiizen, heer baron?" ging de vrouw
ar stocfitelijk voort. „Mijn gemaal heeft de
papieren in het familiearchief, hier naast iu
T 'Lr°rj-n De^erff°^egd, en door het gerecht,
Z8w^i 'aten openen en doorzoeken."
uly ontstelde. Zou Margherita het ge-
enne vak weten „Wanneer gjj de plaats
zeer jeugdige meisjesklasse, wier oefeningen
netjes en vaardig werden volbracht en
zeer liefelijk waren om aan te zien.
Dat ook de ordi-oefeningen en werken
aan de brug, door de vereen. „Lycurgus*1
alle blijken van goede oefening en vaar
digheid gaven, dient niet buiten opmerking
te blijven, en dat de degelijke muziek der
Harmoniekapel, onder haar bekwa
men Directeur, tot verhooging van het ge
not, dezen avond gesmaakt, zeer veel mocht
bijdragen, zal wel niet worden betwijfeld.
Wij wenschen den heer Th. Roèp van
harte geluk met den goeden uitslag zijner
onderneming, te meer immers dewijl zijn
doel, om de kinderen der Openbare School
door de belangrijke 'opbrengst van dezen
avond voor den aarkomenden winter eene
ondersteuning in het verschaffen van bo
terhammen aan te bieden, iu alle deelen
is gelakt.
Wij vernamen tojb, dat deze druk be
zochte avond een geldelijke opbrengst van
13 O gulden mocht genieten.
O n s li a n a a 1.
Als wij spreken of schrijven „ons kanaal",
dan zal men weten dat wij daarmede niet
bedoelen: een tusschen dijken besloten
waterweg; maar de verbetering van de be
staande vaarwateren in de richtiDg Stolpen-
weet waar de papieren liggen, zoo wijs het
mij," zeide hij. „Ik weet niet welke plaats
gij bedoelt, en van papieren weet ik nog
minder. Het ligt volstrekt niet in mijne be-
bedoeling, om u in uwe rechten te krenken,
maar gij zult begrijpen, dat ik zonder be
wijzen, zoo maar niet van alles afstand doe.
Zie, daar is het archief, zoek nu de papieren
Bij deze woorden stiet hij de deur open
en noodigde Margherita met een gracieus
handgebaar binnen te treden.
Margherita wierp een vorschenden blik op
haar geleider, vervolgens schreed zij don drem
pel over. In vreeselijke spanning volgde
Willy haar, en bespiedde angstvallig bare
bewegingen. Nu moest het maar beslist
wordenHad zijn broeder haar het ge
heime vak aangewezen, dan was alles ver
loren, zoo niet, dan was alles gewonnen.
Nog altijd stond Margherita bewegenloos
op den drempel. Slechts hare groote don
kere oogen, zwierven door de kamer, en
zochten overal de plaats, viaar het geluk en
de toekomst harer kinderen kou geborgen
zijn. Welk van de bestofte meubelen en
balf vergane kasten zouden de papiereu be
vatten? Vol vertwijfeling, slueg zij hare oogen
tot Willy op dio zoo bleek als een doode
achter baar stond.
Deze herademde. Het geheim was haar
dus onbekend
„Heer baron," bernam Margherita op luiden
toon, „ik betreur mijne he tigheid, gij
handelt eerlijk tegenover mij, maar ik kan
toch al deze meubelen niet onderzoekeu.
Kunt gij mij echter op uw woord van eer
verzekeren, dat de papieren zich niet in
deze kasten of vakken bevinden
Elkander strak aanziende, stonden zij
tegenover elkander. Willy, zoo bleek als een
lijk; maar zijne bleekheid werd verborgen
door het schemerlicht der kamer.
Margherila stak hem bare slanke, witte
hand toe. „Ik vertrouw op het eerewoord
van een Altenbrak," sprak zij, en Willy
legde zijn klamme hand in de hand van de
vrouw en antwoorddeop vreemd klinkenden
toon: „Mijn woord van eer geel ik, dat
uwe papieren niet in de kasten of vakken
van deze kamer zijn, die ten allen tijde
door u mogen onderzocht worden?"
„En zijn zij er nooit in geweest."
„Neen 1"
Margherita liet de hand van Willy los,
waarop hij bet andere vertrek weer binnen
K'Bg'
Schagen-Enkhunen, zoodanig dat de
binnenlandsche vaart aan landbouw en
veeteelt, handel en industrie, nieuw leven,
nieuwe toekomst bezorge.
Belangstellende lezers zullen zich nog
wel uit bet verslag der vanwege de
Wedfriesche Kanaal-Y ereeniging te Op
meer gehouden vergadering herinneren,
in hoeverre het doel wederom is genaderd.
Van belang achten wij het, kennis te
nemen van hetgeen op dergelijk gebied in
andere provinciën van ons land plaats
heeft, en exerpeeren wij hier een bericht uit
het N. v. d. D. ad. 16 Nov 11.
„In de vergadering der Prov. Staten van
Noord-Brabant heeft verleden week Mr.
Jac. W. van der Biesen mededeelingeu
gedaan aangaande den stand van het ont
worpen scheepvaart kanaal uit de Zuid-
Willemsvaart langs Tilburg naar Breda,
met zijtakken naar Dongen en Oosterhout.
In 1889 was door de Staten f 2000
beschikbaar gesteld voor een onderzoek naar
deze zaak. Toen zijn reeds enkele vaste
punten omtrent de richting aangegeven,
en in 1890 is de tegenwoordige commissie
benoemd, samengesteld uit een lid van elk
district. Deze commissie heefteen circulaire
aan de gemeentebesturen gezonden om
geldeüjken steun. De gemeenten moesten
tenminste een gezamenlijke bijdrage van
f 750.000 geven en de provincie f 1.000.000
Met gebogen boofd volgde Margherita
hem. Wie moest zij nu gelooven Sprak de
levende de waarheid en had hare dier
bare doode haar bedrogen Onmogelijk
Haar besluit was genomen, trotsch richtte
zij zich op.
„Ik heb hier nu niets meer te doen, heer
baron."
„O wacht nog een oogenblik, mevrouw
Ik zal u zoo ontbloot van alles niet laten
gaan. Gij zult geon gebrek behoeven te
lijden. Ik sla u het zelfde voor van straks!"
„Neem mij niet kwalijk, heer baron, ik
kwam niet als bedelares. Ik dank u voor
uw hulp, ik zal u het bowjjs brengen, dat
ik recht heb om hier te wonen. Gjj begrijpt,
dat ik de akten uit Frati laat komen, om
mijn huwalijk te doen hewjjzen."
Willy verschrok. Wanneer dat haar
lukte, dau had hij haar te vergeefsch
drogen en zijn eer nutteloos bevlekt.
„Het is onmogelijk mevrouw," gaf
haar ten antwoord, „dit zoo iets zal
ge-
be-
hij
be
staan ik zie uwe verdere bemoeiingen
kalm tegemoet."
Zij boog kalm het hoofd en wilde gaan.
Daar werd de deur geopend, en een slanke
vrouwengestalte mot een triompheerend
lachje om de lippen, trad binnen. In hare
band hiehl zij een telegram.
„Ik vraag vergeving, zoo ik u mocht
storen," zeide zij op levendigen toon, „ik
wilde u even eon telegram laten lezen, wel
licht moet het dadelijk beantwoord worden."
Zij reikte baar man het telegram over,
dat deze werktuigelijk aannam. Maar plotse-
ling kleurdo zijn gelaat zich van vreugde, j
en zijne oogen beantwoordden den vragenden
blik van zijne vrouw; vervolgens wendde
hij zich tot Margherita, en hij zeido tot
haar op vasten toon. „Ik laat het aaD u
over om maatiegelen te nemen zooals gij
wilt. Ik heb tegenover u mijn plicht gedaan,
gij hebt mijn hulp algewezen, het verdere
wordt aan u overgelaten."
„Wie is die vrouw?" vroeg Rogalla
schijnbaar nieuwsgierig, maar Margherita
begreep de beleedigiug, dio er in lag opge
sloten.
„Ik heet Margherita Montelli," antwoordde
zij fier. Vervolgeus boog zij trots het hootd
en verliet de kamer. Zy had wel willeu
schreien van verbittering. Maar vast drukte
zij do haud tegen bet ontstuiming klop
pend hart, en beet zicb de tanden iu
de lippen, om niet in tranen uit te barsten.
opdat de zaak tot stand zou kunnen
komen.
Door de medewerking van den Commis
saris der Koningin is toen te 's-Hertogen-
i bosch met de burgemeesters der daarbij
j betrokken gemeenten eene vergadering ge
houden, waarvan de uitkomst was, dat
door de gemeenten Tilburg, Breda, Ooster-
hout, Dongen, euz. bijdragen werden toe
gezegd tot een gezamenlijk bedrag van
f 707.000, en bovendien in kosteloozen
afstand van grondgebied door Tilburg en
een paar andere gemeenten, ten bijdrage
van f 55.000, zoodat een bedrag vau
f 762.000 werd verkregen.
Kleine wijzigingen ten bate van ver
schillende gemeenten zijn nog nader pan-
gebracht. Het verzoek der gemeente Gemert
is nog niet kunnen worden overwogen,
omdat de stukken de commissie in de
Woensdag gehouden vergaderiug nog niet
hadden bereikt. Ook met het waterschap
van Mark en Dintel is nog geen regeling
getroffen. De ombuiging naar Dongen en
Oosterhout zou te vinden zijn buiten het
gebied van dat waterschap.
Nu zei de spreker is de tijd ge
komen om te trachten van de Hooge Re-
gecring gedaan te krijgen, dat het Rijk
het werk uitvoere, waanu de provincie
gereedelijk f 1.000.000 kan bijdragen. De
Regeering heeft den weg aangewezen, door
Ofschoon het haar gelukte haar snikken te
onderdrukken, bare tranen kon zij niet
weerhouden, en zachtjes biggelden zij haar
over de wangen. Zoo liep zij gelijk een
beeld der droefheid door den gang van het
kasteel. De lakei opende beleefd de deuren
en zij herademde, toen zij de breedo trappen
van het kasteel af ging.
Heinrich kwam haar tegemoet. Een blik
op haar gelaat, deed hem den afloop gissen.
Hij wilde haar eenige deelnemende woorden
toespreken, maar zij beduidde hem te zwijgen,
sij stapte den wagen in cn zeide slechts
„Terug naar hot station." Vervolgens trok
zij den dikken sluier over haar gelaat en
leunde sprakeloos achterover. De koetsier
klapte mat da zweep, de paarden zeiten
zich in beweging, eu het rijtuig rolde over
het slotpleineu onder de donkere poort
door.
Het geratel van het rijtuig drong tot aan
de kamer van Willy door. Een diepe zucht
ontsnapte aan Willy's borst, en hij zeide
op neeislacbtigon toon: „Het is volbracht
Rogalla. Gij hebt nu een eerlooze van mij
gemaakt. Zijt gij nu tevreden?"
„Ja Willy, nu ben ik tevreden; laat dat
geklaag nu achterwege. Het telegram van
Tirschner kwam juist op tijd."
En zij nam het telegiarn in de haoden
en las luid: „De akten zijn in mijne bandon.
Reis dadelijk terug, Tirschner."
De beide meuscuen zagen elkander aan.
Willy's blik was schuw en donker, maar
trots richtte RogaHa zich op. Hare oogen
glinsterden van zegepraal.
„Nu, ben ik gelukkig," zeide zij. „Alten
brak is ons."
HOOFDSTUK XI.
Op haar terugreis naar haar klein huis
in Friedriehshagon had Margherita baar bost
gedaan, te overdenken, wat baar nu te doen
stond. Was zij voor eenige minuten nog van
plan geweest om maar iu eenzaamheid te
blijven leven, en haar leven maar aan het
noodlot over te laten, zoo stond het nu bij
haar vast, dat ze onder allo omstandigheden,
den strijd moest aanvaarden, voor de toekomst
harer kinderen. In den laatsten tijd, was zij
lichamelijk nog al aangesterkt daardoor
was ztj geestelijk eok krachtiger geworden,
en Heinrich, die bij haar inwoonde, had zijn
best gedaan om hare gedachten weder op
het aagelykscb leven te vestigen.
Onderweg was er tusschen hen beiden
baast geen woord gewisseld, en het was
in haar plan tot verbetering van kleine
rivieren op te nemen de Donge, de Mark,
de Dintel, de Rozendaalsche— en Steenber-
gensche Vliet en de Oosterhoutsche haven,
waarvan er twre ook in het plan van net
kanaal zijn betrokken. De eisch van 21/s
inillioen is zeker niet te veel, en wil het
Rijk de uitvoering niet zelf ter hand netnen,
dan kan gerustelijk de provincie het doen,
mits het R jk die som bijdrage en haar
wairborge voor schadeloosstelling bij op
heffing van kanaalrechteu.
Het mandaat der commissie aldus
bes'oot de Heer Van der Biesen zal
weldra geëindigd zijn, en dan zal zij al
de stukken overdragen aan Ged.-Staten,
opdat die verder uitvoering kunnen geven
aan het besluit der vergadering en zich
in onderhandeling stellen met de Regeering.*
De Raad der gemeente Wieriu-
gerwaard, vergaderde Dinsdag 1.1,, des
morgens ten 101/,, ure.
Tegenwoordig alle leden.
Na opening der vergadering, lezing en
goedkeuring der notulen, werd overgegaan
tot de behandeling der opmerkingen, door
Ged. Stiten gemaakt naar aanleiding der
onlangs vastgestelde herz:ening van het
reeds nacht toeu zij thuis kwamen. De oude
j Dorothea opende de deur en bracht hare
meesteres naar de woonkamer. Heinrich wilde
J zich naar de keuken begaven, maar Mar-
gherita wenkte hem, te blijven.
I „Blijf nog een oogenblik hier, Heinrich,"
zeide zij.
„Ik heb nog iets met u te bepraten. Hoe
is hot Dorothea, slapen de kinderen
„Ja mevrouw. Zij slapen reeds sedert een
uur."
„Goed. Ga naar hen toe. Ik heb u van
avond niet meer noodij;."
De oudo meid verwijderde zich, en men
hooide haar weldra de trap op gaan.
Margherita zette haar hoed en mantel af,
schonk zich een kop thee in, en dronk het
gulzig ledig en ging vervolgens op een stoel
zitten en keek peinzend voor zich uit. Heinrich
stond aan de deur, verlegen zijn hoed in de
handen te draaienzij scheen hem te ver
geten.
Eindelijk zeide hij bedeesd: „Mevronw
wilde mij immers nog spreken, en
Margherita zag op. „Ach ja, ik was je
haast vergeten. Ja, Heinrich Ik wilde je
vragen, wat ik nu doen moet."
„Mevrouw, ik weet eigenlijk nog niet,
hoe gij daar ontvangen zijt."
„Men wil mij niet erkennen als de wettige
vrouw van ritmeester von Altenbrak."
„Men zal wel moeten mevrouw," antwoordde
Heinrich vast. „Het is toch zoo mooielijk
niet, om een wettig huwelijk te doen be
wijzen. Op het stadhuis kunt gij toch be
wijzen krijgtn."
„Zeer zeker, en morgen reeds zal ik naar
Italië reizen, en mij de bewijzen doen toe
komen."
„Naar Italië, mevrouw Dat is zeer ver,
en gij zijt nog zoo zwak. Kunt gij het niet
schrijven?"
„Een brief kan wegraken."
„Maar de kinderen, mevrouw! Wilt gjj
die geheel alleen achterlaten, voor zoo'u
langen tijd
„Gij hebt gelijk, Heinrich. Ik kan nu
niet reizen. Dan zal ik het wel per brief
moeten afdoen. Maar ik weet den naam van
den beambte niet meer."
,Gy behoeft de betrekking van don inaire
slechts te vermelden. De naam van de plaats,
waar gij getrouwd zijt, weet gij dien nog?"
„Ja. De burgemeester van het dorp Frati
bij Paltrmo, heeft ons getrouwd. Ik zat
heden avond nog schrijven, en gjj moet den
brief morgen op den post bren.en."
„Zeker, mevrouw, dat zal het beste zjjn."
WORDT VKUVULtoD.