Buitenlandsch Overzicht.
Gemengd Nieuws.
Het Mijnwerkerecongres, hetwelk
te Brussel bijeen is, heeft Woensdag in
zijn ochtendzitting de volgende resoluties
aangenomen
1. Het congres herhaalt zijne instem
ming met het beginsel, om door de wet
den arbeid in de mijnen te beperken tot
8 uren daags, gerekend van het neêrda-
dalen in de mijn tot het verlaten van
de mijn.
2. Het congres spoort alle natiën aan
in hare respectieve landen door wettelij
ke middelen te trachten, dit resultaat te
verkrijgen.
Deze resoluties werden aangenomen
door gedelegeerden, te zamen vertegen
woordigende 994,400 mijnwerkers, ter
wijl gedelegeerden van omstreeks 100,000
tegenstemden.
tiet voorstel eener algemeene interna
tionale werkstaking in het geval, dat dit
beginsel door de verschillende staten niet
aangenomen mocht worden, werd zeer le
vendig bestreden door het parlementslid
Burt, gedelegeerde van Engelsche mijn
werkers. Hij noemde zulk een werksta
king onmogelijk en onuitvoerbaar. Ten
slotte wordt niettemin het voorstel aan
genomen; van de Engelsche gedelegeer
den stemden die van 530,000 mijnwer
kers vóór en en die van 120,000 tegen
het voorstel. Alle anderen stemden voor.
Het congres heeft het beginsel van den
normalen werkdag van 8 uren in de
mijnen en de wettelijke propagande ten
gunste daarvan aangenomen. De algemee
ne werkstaking bij weigering der regee
ringen werd aangenomen met 974.000
tegen 130,000; l)e Eransche, Belgische,
Duitsche, Oosteurijksche en de meeste
Engelsche gedelegeerden stemden voor,
die van Durham en Walles tegen. Zon
der hoofdelijke stemming werd aangeno
men dat hetcongres zich uitsluitend met in
ternationale vraagstukken bezighoudt.
In de tijdingzalen der Parijsche Cou
ranten hangt tegenwoordig het portret
van Oeorges d' Esparbès en naast hem
is een adelaar afgebeeld. Eene part.
correep. in de N. HottCt. geeft ons met
betrekking tot dien naam de volgende
interressante beschouwing
„Hij (d'Esparbès) is een jong auteur,
die o. a. aan het Journal een paar
mooie novellen heeft geleverdde ade
laar, welke thans op een plaatje met
hem troont, moet beduiden, dat d'Espar
bès de schrijver is van La légende de
1'aigle, zooals hij zelf aan den titel heeft
toegevoegdEen heldendicht in twintig
vertellingen. Het is een chauvinistische
jubel ter eere van den eersten Napoleon
een woeste verheerlijking van den krijg,
eene orgie van bloed en kruitkamp, van
wild gezwets van levenden en gerochel
van stervenden en daarboven uit het
altijd weer nieuwe Yive 1'empereur van
duizenden die in den dood gaan üetis,
om eene uitdrukking van den schrijver
zelf te bezigen, de helsche dronkenschap
van de oorlog welke raast en tiert in
deze verhalen, vreeselijk en ontzettend
maar den lezer meesleepend om het
groote talent, waarmede zij geschreven
zijn. Er komen gedeelten in voor welke
een meesterhand verraden, zoo uit de
eerste en voor mij eene der mooiste
schetsen, getiteld „Trois soldata" het vol
gende
„Op dit oogenblik, terwijl zij in schuine
richting op het huis en het licht aan
stapten, richtte zich een man ep die op
den weg lag en strekte twee handen naar
hem uit. Het was een saks, een reus van
een kerel, een en al bloed, die met zijn
armen om hulp smeekte. De eerste hu
zaar stapte voorbij, zonder de oogen neer
te slaan
De tweede stapte ook voorbij. De der
de stapte voorbij, omdat de beide ande-
Kein ichön-rtr Tod Ut in der WeltI tie als scheidingmakende twistvraag bm- Bijuitbreiding van *etcn
AU wer vor'm F eind erechagen. nen de partij behandeld en vrijheid van men zoowel roode Is w.tte a
Bij Billet niets van dit alles. De stor-1 stemming voor de toekomstige a gevaar j o
dij Dinet n e t s van ait alles, ue stor- siemuiiug uui 0 «*«i.npdinir wltt<
mende Fransche matrozen, hun geweren digden geëischt. Daarentegen komen er groe het
en enterbijlen zwaaiende, worden als door dadelijks uit Beieren berichten w arm en als we.de, deals tot het
een vreeselijken angst voortgezweept wordt aangeven, dat voornameli) o a
Achteruit kunnen zij niet, dus voorwaarts grarische beweging oorzaak is v^n i en
en hoe eer hoe liever zich op de vgan-
delijke bajonetten geworpen Zij schreeu
wen als bezetenen, zij weten en denken
aan niets dan dat zij zullen worden neer
geschoten, wanneer zij niet zorgen het
die verdoemde Pruisen te doen. En de
zen staan als wanhopigen achter den muur
vastgehouden door eene ijzeren discipline
sterker dan de vrees voor den dood. Vloe
ken en verwenschingen klinken over en
weer Een stervende Pruis heett als een
roofdier zijne tanden in het been van
afval van het centrum, die zich bij ge-
heele scharen landelijke kiezers vertoont,
en in Westfalen is gisteren evenzeer eene
scheuring volb acht. De bekende baron
SchorlemerAlst, de zoogenaamde V est-
laalsche boerenkoning, vroeger de meest
met Windthorst gevierde centrum-aan
voerder, heeft zich gisteren te Munster
in de aldaar gehouden provinciale partij
vergadering, met zijn geheele gevolg uit
den landbouwstand afgescheiden van de
Heden hebben de
de a- j klaverzaad. Voor
neemt de klaver
gewas. Kan voor
Roode voor hooiwinoiug eu
witte om te dien-
winnen van
het winnen van zaad
ds plaats in
IIm mofficiee'e centrumpartij
een matroos geslagen een omgetuimel- Westfaalsche landbouwers, met Schorle-
de matroos wordt aan den grond gena- men—Alst aan het hoofd, reeds een eigen
geld door een bajonetstoot en een ijeelijk verkiezingsmanifest uitgevaardigd, waarin
gillen begeleidt het boren van het staalzij zich, in strijd met het officieele cen
trum manifest, voor het legerplan en
landbouwbescherming verklaren. De blijk
bare reden der scheiding lag hierin, dat
een officier hangt achterover geslagen,
dood en met verwrongen trekken, over
eene hoop lijken en gewonden.
Ziedaar den oorlog, zooals hij is! zeide gisteren in eene bijeenkomst van
mij een Russische collega met wien ik
voor dit schilderij stond te kijken, de
angst is de groote factor bij zulke slach- j mer-Alst werd verworpen,
tingen, en Binet heeft dat gevoeld. Wat hij verlangde, dat van de
doet die mattozen 6tormen? Eenvoudig J:—1
van haver
het rood klaverhooi niet
voortdurend een hooge prijs verkregen wor
den, dan moet de verbouw met de uit
breiding van dun veestapel gepaard gaan.
Ligt de boerderij ui de nabijheid van
eene zuivelfabriek, dan zal het houden van
melkvee en het aanfokkeu er van voorden
landbouwer het meest gewenscht zijn.
Een uitbreiding van den veestapel in de
eene of andere richting ligt evenwel aan
de plaatselijke ligging, de gesteldheid der
boerderij en de persoonlijke inzichten van
den landbouwer. Ons melkvee wordt door
Duitscbland vrij gretig getrokken en het
zal daarmee, zoolang de bescherming aan
den graanbouw aldaar verleend, voortduurt,
voortgaan.
Welken producten moeten voor den ver
koop worden verbouwd Zal de uitbreiding
com- van den klaverbouw aanleiding geven tot
de physieke noodzakelijkheid van zich te
moeten bewegen, zij stormen vooruit zoo
als zij schreeuwen, omdat de rust en stilte
ondragelijk werden onder het fluiten der
kogvls. En uit puren angst wordt de laf
bek een held, ten minste als zoodanig
wordt hij gelauwerd. Ik heb een neef
gehad, een lammen en laffen jongen,
die in een hoek kroop als men maar naar
hem wees. Tot den dienstplichtigen ieef-
tijd gekomen, werd hij als schrijver in
gedeeld bij den staf van een regiment
en daar spoedig tot onderofficier bevor
derd.
De oorlog bracht hem van de bureau-
kruk in het veld, en onder de bestor
mers van Kars. Niet achteruit kunnende,
waar de revolvers der officieren dreig
den, zet hij het plotseling op een loo-
pen naar voren schreeuwende en gillende
als een dolzinnige. Eeu oogenblik van
aarzeling, en de heele troep, naar geen
commando's meer luisterend, volgt den
„held." Eene vijandelijke redoute wordt
genomen, en mijn neef op het slagveld
wegens betoonde dapperheid tot officier
bevorderd. Hij heett later wegens laf
heid zijn ontslag moeten nemen.
Ik geef het bovenstaande, zooals het
mij is verteld. Het is ook een oorlogs
beeld, en stellig het zal niet het eenige
van dien aard zijn,dat bestaat,maar geluk
kig ontbreekt het daarnaast niet aan voor
beelden van eenen zoo kalmen, berede
neerden moed, dat elke gedachte aaneen
handelen uit lafheid verdwijnt. Gelukkig!
zeg ik, wij menschen moeten eenig ge
loof in ons zelf kunnen behouden!
Terwijl de Duitsche keizer te Pröckol-
witz ter jacht is. alsof geen verkiezins-
zorgen hem bezig hielden, is het centrum
met zijn oproeping aan de kiezers voor
den dag gekomen. De heeren zijn er
niet in geslaagd een kort en bondig
stuk samen te stellen de verdeeld
heid in eigen boezem, uit de aristocra
tische en democratiatische stroomingen
in het centrum voortkomende, is oor
zaak van iets stroefs en duistere, dat de
kracht van het manifest wel allerminst
verhoogt. Ook is het stuk veel te lang:
er blijkt echter duidelijk uit, dat de op
positie tegen de oorspronkelijk legerwet
en evenzeer tegen het bemiddelings-voor-
stel v. Huene wordt voortgezet, omdat
deze op den duur de lasten des volks
tot een ondragelijke hoogte opvoeren.
Voor de weerkracht wil het de noodige
offers brengen, maar tevens de draag
kracht van het volk en het budgetrecht
van den Rijksdag ongeschonden geëerbie-
missieleden der proviiu ie bij meerderheid
van stemmen een voorstel van Schorle-
waarin
afgevaar
digden, die in de provin
cie Westfalen zouden worden gekozen,
vier personen uit den landbouwstand zou
den zijn en het iederen afgevaardigde
der centrumpartij zou vrijstaan, welkestem
hij ten opzichte van het legerplan zou
willen uitbrengen. Doordien de hoogbe
jaarde Schorlemer—Alst zich zoo openlijk
aan het hoofd stelt van de secessionisten
in het centrum, verkrijgen de conserva
tief-agrarische elementen in de partij
een zichtbaar en erkend opperhoofd, en
daarmede wordt althans voor zoover Prui
sen betreft, de scheiding tusschen aristo
cratie en democratie in het centrum vol
trokken.
Toen Schorlemer-Alst tijdens het leven
van Windthorst zich geheel en al aan de
palementaire werkzaamheid onttrok, deed
hij dit, gelijk het heette, om redenen van
gezondheid; maar feitelijk was het, om
dat hij niet ten volle instemde met de
democratiseerde politiek, welke nu en
dan door Windthorst werd gevolgd,
terwijl hij toch niet openlijk de parle
mentaire diplomatie van Windthorst wil
de bestrijden. Zijne tegenwoordige op
treding is tot nog toe het meest betee-
kende verschijnsel in den geheelen ver
kiezingstijd. Zij werpt een scherp licht
op het toenemend contrast in het cen
trum tusschen den adel en de hoogere
geestelijkheid eenerzijds en de democratie
met de daarmede samengaande lagere
geestelijkheid anderszijds. De Kreuzzeitung
verkondigt reeds, dat ook conservatieve
protestantsche kiezers steun kunnen ver-
leenen aan katholieke candidaten van
het slag van Scholemer-Alst".
De scheuring in de Duitsche Centrum
partij voltooit zich hoe langer zoo meer.
Was er tijdens Windthorst's leven
een zeer democratische strooming in ge
komen, tegenwoordig neemt Baron von
Schorlemer- Alst de teugels weêr in
handen en wordt het Centrum gestuurd
in de richting van legerplan en land
bouwbescherming.
Het bezoek van keizer Wilhelm aan het
Vatikaan, de voorkomenheid aan kardi
naal Rampolla en aan Ledochowsky be
wezen, zijn niet zonder uitwerking ge
bleven.
De adel en de hooge geestelijkheid
zullen keizer Wilhelm een handje pogen
te helpendat is de nieuwste koers!
Of het die b 1 ij v e n zal dat is de
vraag. De democratische strooming werkt
ook en zelf in Duitscbland werkt ze.
ren het deden, maar hij had den tijd om digd zien. In het stuk wordt met waar
zijn sabel in den hals van den gewonde deering gesproken van de gesloten han-
delsverdragen mrt Oostenrijk en Italië,
als de beste daad van den zgn. nieuwen
koers, maar tevens wordt gezegd dat,
voor toekomstige verdragen de belangen
van den landbouw en die van den groot-
en kleinhandel den doodslag moeten ge
ven. Wil dit zeggen, dat het handels
verdrag met Rusland, waartegen de land
bouw zich verzet, door het centrum zal
worden geweigerd? Dit blijft o. m. in
nevelen gehuld.
Terecht prijst het stuk een zuiniger
rijksbeheer aan, opdat htt opdrijven der
openbare schuld worde tegengegaan.
Het eindigt met een beroep op de eens
gezindheid der partijgenooten, die intus-
schen veel te wenschen overlaat, als men
slechts aan het besluit der Silezische cen
trum mannen denkt, die aan hunne leden in
zake de legerwet geheel de vrije hand
willen laten.
Volgens sommige berichten, die echter
bevestiging noodig hebben, zal vóór den
te steken die, als een mast voor den
stormwind, dood neerplofte.
Wie was die vent vroeg de eerste
huzaar zonder het hoofd om te draaien*
Ja, wie was het vroeg de tweede,
terwijl hij den zin aan den laatste over
deed.
C'était de 1'ennemi, antwoordde de
derde, ik heb den helm herkend."
Met zoo sobere middelen een zoo ont
zettend oorlogsbeeld te kunnen schetsen,
is niet het werk van den eerste den
beste, en er zijn meer zulke bladzijden
in dezen bundel te vinden. En voor het
genot dat zij schenken, neemt men gaar
ne op den koop toe wat deze vertellin
gen aan onnatuur en gezwollenheid in
houden, gevolg van de ziekelijke over
spanning, waarmede de oorlog en de man
die de incarnatie er van was door d'Es
parbès worden beschouwd.
Voor hem en de zijnen die om de
glorie van den oorlog de ellende en jam
mer en beestachtige wreedheid, welke
hij in het leven roept, zouden willen
vergeten, kan het zijn nut hebben in het
salon du Champ de Mars het schilde
inkrimping der utgaven, aan den anderen
kani zullen de landbouwers verplicht zijn,
gewassen te nemen, die meer aan produc
tie kosten, doch hoogere geldelijke opbreng
sten leveren.
Als eerste gewas zou dan in aanmerking
komen het vlas, terwijl ook het koolzaad
in de laatste jaren meer recht van bestaan
heeft verkregen.
Verder wordt genoemd de verbouw van
eetaardappelen. Ook wordt de aandacht ge-
vestig! op de teelt van suikerbieten. Is er
een goede prijs voor de bieten te bedingen
op goede voorwaarden, en kan men een ge
schikte variëteit biet verbouwen, dan is de
biet wel een gewas, waarmee de landbouwer
in staat is eene hooge geldelijke opbrengst te
bekomen. Volgens de in het vorig jaar geno
men proeven is de opbrengst boven 40.000
kilo per H. A. Berekend naar den prijs van
fll de 1000 kilo z ,u dit minstens eene
geldelijke opbreust geven van 1440 per HA.,
eene opbrengst, die met graan dit jaar
op verre na niet kon worden bereikt. Nu
eischt een bietenveld vrij wat arbeid en
uitgaven aan werkloon en vervoer, doch die
moet men zich ter wille van een goede op
brengst getroosten. De biet zou uitstekend
in het bouwstelsel passen. Het zaaien van
tw ee halmgewasseu na elkaar zou dan kun
nen worden vermeden. In Zeeland z ait
men dan ook nooit „wit op wit.*
Eischt de biet vele uitgaven voor wie
den, dit kan niet anders dan den ande
ren gewassen ten goede komen; de bodem
wordt immers steeds meer en meer van
onkruid gezuiverd. De kosten van den ver
bouw van suikerbieten zullen die van aard
appelen niet verre overtreffen. Om een
en ander beter in het licht te stellen,
diene het volgende voorbeeld: Gesteldheid
van den bodem zavelgrond. Grootte der
boerderij 36.50 H. A. Hiervan heem-en
grasland 3 H. A., blijft voor bouwland 33.50
H. A. Er worden hierop gemiddeld ver
bouwd 4yg H. A, vlas; aardapp -len, man-
gtlwortelen en boerenkool, de laatste als
veevoeder, 2% H. A.; boonen SVj H. A.;
kLver 5 H. A, Samen 151/2 H. A. Blijft
met graan bebouwd 18 H. A. of ongeveerde
helft der boederij, als 5 H. A. tarwe en
rogge, 6 H. A. gorst en 7 H. A. haver.
Wordt nu de klaverbouw uitgebreid met 4
H. A. en verbouwt men bovendien 2 '/2H.
A. koolzaad en neemt voor aardappelen of
suikerbieten slechts 21/2 H. A. saaien 9HA
dan houdt men nog 9 H. A. voor den
graanbouw, dus een vermindering met 50
pC'.
Het meerendeel der boeren kon zich
met deze regeling best vereenigingen, of
schoon enkelen vreesden voor klavermoe
heid door te sterkgedreveo klaverteelt; ook
verkozen sommigen den fabrieksaardappel
boven de suikerbiet. KL Ct. v. R.
hectaren, 26,000 inwoners, waarvan men
het vijfde gedeelte letterlijk voor den hon
gerdood heeft moeten bewaren. Aan het
rapport van den Regeering.com miss*, is
Cimboo, die de noodlijdende streken be
zocht, wordt het volgende ontleend:
Bij een uitdeeling in het dorp Halters
zao ik twee honderd grijsaards, vrouwen en
kindere i, hurkende oin eenige zakken ger.t
en een stapel grove brooden.
Onbewegelijk en stilzwijgend, rillende
onder de lompen, die hen ternauwernood
bedekten, wachtten zij de uitd.ehng af.
Het is niet mogenlijk zich een treffender
schouwspel te denken dan dat, hetwelk die
arme schepsels aanboden, bij wie het lij
den den blik had uitgedoofd, alsof het le
ven reeds aan het lichaam ontvloden was.
De kinderen, die de vrouwen op de armen
hielden, schreiden niet meer; hun kleine
leden, zoo dun als stokjes, zijn bedekt door
een gerimpelde huid, waaronder het vleesch
geheel weggeteerd is. Al deze lichamen
hebben dezelfde gele kleur als de lompen,
die hen bedekken, en deze men.chelijke
massa vormt op den grond een klomp zon
der beweging.
Van deze ongelukkigen ontvangt ieder een
portie van zaven kilogram gerst, de oude
vrouwen en kleine kinderen bovendien nog
een portie brood, en daarmede keeren zij
voor tien dagen naar hun dorp terug.
Nadat van 20—27 April in
Gallicië nog 6 gevallen van cholera te
Borszezon waren voorgekomen, wordt thans
officieel medegedeeld, dat sinds dien tijd
geen nieuwe gevallen van cholera daar meer
waargenomen,
De boer dient de bakens
te verzetten. In het noorden van on» land,
in een streek met de beste kleigronden,
is in eene druk bezochte vergadering de
belangrijke vraag besproken: „Welke ver
anderingen zouden in ons bouwitelsel ge-
weuscht zijn te worden ingevoerd, met
het oog op de lage graanprijzen?
Aangenomen werd, dat de geldelijke op
brengst van den graanbouw te laag is in
verhouding tot de productiekosten. Bij
gemiddelde opbrengsten zal de teelt van
granen niet die voordeden opleveren,
welke volstrekt noodig zijn om den boer
een bestaan te verzekeren. Wat nu te
doen? Welk middel aan te wenden tegen
het kwaad? Eenvoudig, geen graan meer
veibonwen, en daarvoor andere gewassen,
welke meer opbrengen, of minder aan
productiekosten eischen, daarvoor in de
plaats te stellen. Een gemakkelijk te ge
ven raad; haar toe te passen, eischt echter
overleg; 't gaat niet zoo gemakkelijk, be
langrijke veranderingen in eene boerderij
aan te brengen. Welke gewassen men ge-
verkiezingdag nog een keizerlijke procla- leidelijk voor de granen in de plaats
TTiaho Q Q n nnf vaII- nnMiln» ...*ii n n
het volk worden uitgevaar-
kuanen stellen?
In de eerste plaats
kun ïen komen de
matie aan
digd.
- i Met betrekking tot de groote Crach
nj te bezichtigen van Aldolphe Binet La in de Duitsche Centrumpart ij geeft klaverbouw.
Mellee getiteld. Het is een andere kjjk een t - 1
de N. R. Crthet volgende
Bijna nog meer dan het legerplan
zou
op den oorlog, dan waaraan deDetailles
Aime Morot's en de Neufville's ons heb
ben gewend. Bij hen vechten altijd hel
den, en zelfs de ruiter die met doorboor
den hals van zijn paard tuimelt, de offi
cier die in de borst getroffen neerzinkt
houden in hun doodsstrijd iets van eene
verheerlijking, welke de illusie wakker
houdt aan dat mooie Pruisische soldaten
lied
- - iHeelt tal
een telegram uit Berlijn dd. 25 Mei, in <!e veepest de landbouwers er toegebracht,
zal in aanmerking
uitbreiding van den
van jaren geleden
de oude graslanden om te ploegen, en is
die ramp aanleiding geweest tot het uit
werkt aldaar de agrarische beweging, die breiden der bouwlanden en den verbouw"
sedert de verandering der Duitsche han
delspolitiek is ontstaan en eene menigte
van granen en koolzaad,een verbouw, wel
ke veel heeft bijgedragen tot den bloei en
kiezers ten plattelande oproerig heeft ge- welvaart van het platteland, thaus nu die
TY1Q Q Irf forrnn Ha 1 1
verbouw niet meer looneud is, zijn{ de wei
den verdwenen en hiermede de in deu bo
dem opgehoopte rijkdom aan planteu-voe-
de zweep noodzakelijk?
zweep de baas is, helpen haver
maakt tegen de centrumpartij, die voor
de handelsverdragen heeft gestemd. In de
provinciale vergadering der cemtrumpar-
tij in Siiezië werd nog alleen de legerquaes- deuda stoffen.
Is
Waar de
noch hooi. Geen paard wordt er oud, geen
vee wordt er vet.
leder degelijke boer weet, dat de zweep
niet noodig is. Een vriendelijk woord brengt
gemakkelijker eeu voer hooi binnen, dan
vier paarden.
De chiueezen slaan de dieren, welke zij
tot arbeid gebruiken, nooit. Een muilezel
in banden vau een vreemdeling onbruik
baar en gevaarlijk, is bij een Chinees rus-
tig en gewiilighij luistert naar zijn roe
pen alleen en een lichte trek aan den teu
gel is voldoende, om het dier rechts en
links te doen wenden, en 't blijft op goede
en slechte wegen zijn vluggen gang behou
den.
Ook in bergachtige streken vau Beieren
eu Zwitserland behandelt men de huisdie
ren zacht en vriendelijk. Ze zijn daar dan
ook volgzamer dan elders.
Geen herder hoedt zijn vee met de zweep,
toch is het volgzaam en "gewillig.
Ook in Noord-Duitscbland ziet men te-
geu den melktijd de eeue koe na de an
dere naar den melker of de melkster gaan.
Geen schreeuwen of slaan is daar noodig
enkele vriendelijke woorden zijn voldoende.'
En bij de paarden?
Op de Alpenpassen worden de meest
vermoeiende dieusten zonder zweep verricht.
Hoe deuken de eigenaars van paarden in
Nederland hierover?
In de Figaro wordt een tref-
feude schildering gevonden van den hon
gersnood, waardoor de departementen Orau
en Algiers in Algerië geteisterd worden.
Sinds September 11. hebben van regeerings-
wege uitneeliugen van levensmiddelen ph ats
in de districten Tenés en Djendel; het
laatste telt, op eene oppervlakte van 115,000
werden waargenomen, en de choleralijders
er thans allen of overleden of hersteld zijn,
zoodat het land cholera-vrij is verklaard.
Het lijdschr. v. Geneeskunde deelt
mede dat dr. Halfkine van Calcutta naar
Agra is vertrokken om aldaar zijn inentin-
geu tegen de choleta voort te zetten. Tal
rijke Britsche beambten laten zich inenten,
maar de iolandsche bevolking is daartoe
niet geneigd. Het is vooral het kweeken
der inentingsstof in bouillon of in het al
gemeen ineen dierlijk medium, dat in ern-
stigen strijd schijnt te zijn met de gods
dienstige overtuiging der Indiërs.
Een dozijn voor één. In een
vroolijk gezelschap was er een die er niet
zeer schrander uitzag. Gelijk het veelal
gaat, was deze weldra het voorwerp van
algemeene spotternij.
Toen hij dit lang genoeg verduurd had,
zeide hij eindelijk: „Gij moogt mij uitlachen
zooveel als gij wilt, ik heb toch veel meer
dan gij allen.*
„Hoe zoo?' was nu de vraag.
Hij antwoordde: „Ouidat gij maar één en
ik meer dan twaalf gekken tot mijn ver
maak heb.*
Eenigejongenshadden een
oud heer met steentjes gegooid. Hij werd
zoo woedend, dat hij ze achterna liep en
op een kleinen jongen, die stond te kijken,
aanvloog. In de meening, dat hij een der
schuldigen voor zich had, legde hij den
knaap over zijn knie en begon hem af te
straffen. ILe harder hij sloeg, hoe harder
de jongen lachte, totdat de driftige man
van verbazing ophield.
O, jé, wat doe je 'n moeite voor niets,
ouwe heer, riep de jongen, die het uitgierde
van de pret. Je hebt den verkeerde voor.
De ontwaakte doode. De
werkman Dijck uit Klein-Bagnowen, een
braaf en oppassend man, viel te Senuburg
voor het hotel Marovia neer en werd
door twee toegesnelde doctoren voor dood
verklaard, tengevolge eener beroerte. Het
„lijk* werd nu naar het lijkenhuis op
het Protestantsche kerkhof gebracht, alwaar
het zou blijven liggen, tot de familie
't kwam afhalen. Toen des namiddags vaa
den denzelfden dag de doodgraver zijne ge
reedschappen in het lijkenhuis ging halen,
keek hij eens naar hst „lijk* en verschrok
niet weinig, toen hij D. op de baar zag
zitten. D. was weder geheel bijgekomen
en kon van daaruit zijne terugreis weder
aauvaardeu.
Het voedsel der oude Ger
manen bestond voor het grootste deel uit
brood, wat reeds blijkt nit het feit, dat
een knecht jrbroodeter'' en de vrouw des
huizes „broodgeefster" genoemd werd. Het
werd in ronde, vlakke koekeu gebakken,
die door het bijgeloof van de koks met
een kruis geteekend werden, om ze voor
het verbranden te bewaren.
Melk, boter en kaas dieuden ook als
voedsel, terwijl de hoofdkost uit «pek be
tond, daar toenmaals eeu groot deel van
Midden-Europa en Engeland met eiken
wouden bedekt waren eu de daarvoor
menigvuldig voorkomende eikels het fokken
van varkens zeer begunstigden.
Ouze voorvaderen wareu niet alleeu ge
duchte eters, maar ongelukkigerwijze ster
ke drinkers. De drinkhoorns waren in den
beginne werkelijk hoorns van dieren, en
moesten in één teug geledigd worden. L*
ter werden zij vervaugen door bekers van
glas, die echter in hunne vorm aan hun
ne ruwe voorvadereu deden den
ken en vandaar eveneens in één teug ge
ledigd moesten worden.
Iedere gast ontving een lepel, terwijl hij
t mes steeds zelf in zijn gordel bij
zich droeg; aan vorken werd toenmaals
door niemand gedacht, daar moeder
tuur den mensch tien
had.
het
ua-
vingers gegeven
Na negen jaren opge-
spoord. In Weenen werden de gewe
zen postbeambte Huber en diens echtge-
noote gevangen genomen, laaistgeuoeinde
bekende, dat haar man in Juli 1884 een
kistje met 30,000 gulden aan bankpapier,