Soldaten en Zeelieden."
Hoofdgracht te Nieuwediep.
Gemengd Nieuws.
'bidülékgezelsehappen van Edam, Buik
sloot, Ilovenkarspel, Oosthuizen, Amster
dam, Broek in waterland, De lip, Ouden
dijk en V arder brachten achtereenvol-
cns verschillende nummers ten gehoore.
Je feestelijkheden werden door een tal-
j* rijk publiek bijgewoond.
Aan de deelhebbende gezelschappen
werd eene medaille uitgereikt; het fan
farecorps van Oudendijk ontving bij loting
een muziekinstrument en dat van Boven-
karspel eene dirigeerstok, als het verst
komende gezelschap.
Omtrent de Ja n P ie t er z.
Coen feesten te HOORN, bevatten de
plaatselijke bladen uit dat gewest uitvoe
rige en geïllustreerde verslagen waaraan
wij het volgende ontleenen.
De feestelijkheden ter gelegenheid der
onthulling van het standbeeld van Jan
Pieterszoon Coen, den grondlegger onzer
macht in den Oost-Indischen Archipel,
werden zondag, den 28, des avonds ge
opend in „Het Park" met eene opvoe
ringvan het tooneelspel van iur. J. van
Lennep, getiteld: „De stichting van Ba
tavia", die uitstekend slaagde en waarbij
het decoratief van den heer Grootendorst
van Amsterdam, zeer de aandacht trok.
Er zijn vijf oorlogschepen aangekomen
waarvan er twee in de haven en drie op
de reede liggen.
Den 29 werden de feestelijkheden voort
gezet in de Parkzaal, waar de Vereeni-
ging voor volksvermaken, waarvan de heer
dr. J. J. Aghina, secretaris en de hcerC.
C. Tinkelenberg, voorzitter is, levende
beelden deed vertoonen, alle tatereelen
voorstellende uit het leven van Jan Pie-
terz. Coen. De leden der rederijkerskamer
„"NYest-Frisia" vormden de verschillende
groepen, terwijl de heer Merckelbach,
van Amsterdam, voor de verlichting met
kalklicht zorgde. De rnuz ek van de Bei-
ersche Kapel luisterde het feest op.
Na de opvoering der levende beelden
begaven de feestvierenden zich naar den
tuin, waar te elf uur een vuurwerk, ver
vaardigd door den heer A. Gall van
Botterdam, werd afgestoken, waarna een
bal volgde.
Dinsdagmorgen heerschte er in de
stad reeds vroegeene opgewekte stemming
zijn er dan al niet zooveel buitenlui
Bengaalsch vuur.
Tegen tien uur begon het
op de scheepstimmerwerf aan de Kuil,
en de kronkelende spiralen van vuur en
de kleurige balletjes en de zingende pij
len,verwierven luide hoera's.
Daarop snelden de vreemdelingen naar
het feesttrein, de Hoornaren maakten1
nog een dansje in den tuin en het feest
was geëindigd.
courant
De Eoomsche courant heeft bij deze
gelegenheid een feestnummer uitgegeven,
dat geheel is gewijd aan Jan Pietersz.
Coen, zijn leven en werken, en dat ver
der bevat een portret van den held van
den dag.
I maanden in de Ommerschans, werd dezer
vuurwerk dagen wederom daartoe veroordeeld. o
tneraan te ontkomen nam zij de wijk naar
Antwerpen en vertrok, terwijl haar man
afwezig was, f llOi) aan bankpapier met
zich nemende.
Uit FRIESLAND wordt ge
meld
De handel iu lammeren loopt ten einde.
De ainfok was weder belangrijk, vooial
van gekruist Friesch-Lngelsch ras voor de
vttweiderijen, en van
♦oor melkschapen.
Duizenden stnks zijn uit de woudstreken
verzonden naar den greidhoek en elders.
De handel was dit voorjaar zeer slap.
De fokkers hebben de moeite slecht be-
Men leest in de Eert. Crt.
Ieder kent het verhaal van Jules Yerne
in de Reis om de Wereld, hoe Passe-
Partout zich eensklaps herinnert, mijlen
ver van jhuis zijnde, het gaskraantje te
hebben laten openstaan.
J. 1. Donderdag haalde eveneens 'n
dienstmeisje in den Bosch een stukje
vergeetachtigheid uit, dat haar lang zal
heugen.
De wandelaars langs den stationsweg
en de Vischstraat, Markt en Vuchter-
straat hebben wel verbaasd gestaan, toen
zij een dame, gevolgd door een heer en
loond gekregenook de opkuopeis maak
ten geen voordeelige zakeu.
Gemiddeld is dit jaar voor de beste
vijf—weeksche lammeren besteed van f 3 tot
t i.
Veel is t gen lager^ markt van de hanc.
gedaan
De burgemeester van BRE
DA heeft al de eigenaars en het verdere
personeel van spellen en kramen op de ker
mis aldaar door de stads-geneesheeren doen
inenten.
L evend begraven. Te HULST-
Simperveld (L.) is zekere Graven, die in
deze beiden voorafgegaan door een meid een kiezeikuil werkzaam was, door het in
t
zi
en
gekomen, als men in gunstiger omstan
digheden had mogen verwachten, het was
druk genoeg en op sommige gedeelten
van den weg, die van het station leidt
naar den rooden steen, de markt, waar
het standbeeld staat, was de menigte zeer
talrijk.
Te 11.45 uur werd de extratrein ver
wacht, die de ministers naar Hoorn zou
brengen. Prompt op tijd stoomde de trein
het station binnen, waar een der wethou
ders en de secretaris ter ontvangst aan
wezig waren. In vijf rijtuigen ging het
langs de met vlaggen getooide huizen
naar het raadhuis, waar de burgemees-
stor, en het verdere dagelijksch bestuur,
de kommandant der schutterij en die van
het garnizoen, de hooge gasten in de raad
zaal opwachtten. Onder aanbieding van
den eere-wijn begroette de burgemeester
de ministers en verdere autoriteiten.
Intusschen begon de tribune zich met
dames en heeren uit de élite der bur
gerij te vullen en werden de plaatsen op
het afgeschoten terrein om het standbeeld
ingenomen.
Om het staketsel had intusschen eene
groote menigte post gevat, het oogenblik
verbeidende dat het stichtings-comité en
de ministers zouden verschijnen. Ten
half één deden zij hunne introe. Allen,
ook de heeren: Tak, Jansen, Lely, en Van
üedem, waren in burgergewaad.
Nadat de muziek het volkslied had
laten hooren, voldeed dr. Schaapman aan
de uitnoodiging van den minister Van
Dedem, om de plechtigheid met een in
leidingswoord in te leiden.
Op dr. Schaepman volgde als spreker
de minister van Dedem, die het stand
beeld aan de gemeente overdroeg, waar
na de burgemeester van Hoorn het mo
nument aanvaardde.
Hiermede was de officiëele plechtigheid
afgeloopen. De genoodigden begaven zich
naar het stadhuis, waar huu in de fraai
versierde raadszaal een déjeuner werd
aangeboden.
De andere feestvierenden wandelden
naar de Gedempte Turfhaven, waar een
groote harddraverij door paarden van
zessen klaar hen lang maar aangenaam
bezig hield.
Te zes uur ongeveer was de uitslag
bekend prijs (f 250) Sador van den beer
D. J. Florijn, te Rotterdam, le premie
(f 100) Kejectetl van den heer Th. J.
Dop, te Hilversum en 2e premie (f 50)
Mirka van den heer A. de Graaf, te
Bussum.
Nadat het druk was geweest in loge
menten en herbergen, waar het middag
maal werd gebruikt, wandelden allen langs
de haven naar de Karperkuil.
De oorlogschepen buiten de ree waren
geïllumineerd, mooie lijnen van kleine
sterretjes tegen den horizon weerkaatst
in het water.
Maar de Karperkuil zag er werkelijk
fantastisch uit. Honderden menschen
stonden er onder het zwaar geboomte
geschaard, dat het schilderachtig kolkje
omzoomt. En op dat spiegelgladde water,
donker getint door de bewolkte lucht,
dreef een flotille van verlichte vaartuigen,
schepen en jachten en gondels en vis-
schersschuitjes, langs alle mooie lijnen
versierd met ballons en vetpotjes. Een
wonderspel van licht, boven en op het
water, tegen het donkergroen der boomen
met een kleur als een boei, welke meid
een kinderwagentje voortduwde, over de
straten hebben zien hollen en de moe
ders hebben stellig hare harten vast ge
houden voor het kleine wurm, dat in de j
kinderwagen lag.
Wat was er geschied
Naatje, zei meneer, een drie kwar- I
tier van Den Bosch, met een deftigen
pas aan den arm zijner wederhelft stap- 1
pend voor den kinderwagen, Naatje, wat
'n zoet lief dingske is ons Jansje toch.
Den heelen langen weg heb ik het nog
niet gehoord.
O, 't is een engeltje, antwoordde
de echtgenoote. Het kind kan slapen als
een roos.
Een kwartiertje verder werd halt go-
houden en de moeder boog zich vooro
ver om den kleine eens te zien.
Zachtjes werd binnen in den wagen
gegluurd maar eensklaps, als had
mevrouw het hoofd in een wespennest
gestoken, trok zij terug en riep
Drieka maar, Drieka, daar ligt
kind in!
geen
Wat mevrouw,
riep het ontstelde
dan heb ik het
meisje. Lieve hemel,
zeker vergeten!
En nu ging het dadelijk rechtsomkeert
en nu niet met den boemeltrein-pas
maar grande-vitesse naar de stad terug.
Gelukkig dat de buren zich over den
kleine, die in zijn eenzaamheid hartver
scheurend had liggen te huilen per
mitteer de min of meer juiste vergelijking
als een uitgehongerd jakhalsje, had
den ontfermd. Het kind lag nu rustig
te slapen bij den buurman op de kinder
kamer.
De meid stond 's avonds nog buiten de
deur.
Menschrijftaan deTele*
graaf. Eeuigszins in tegenspraak met de
bewering, dat de beschaving oude gewoon
ten verdringt of wijzigt is de mededeeling in
De Telegraaf vsn Zondag 1.1 betreffende
het dauwtrappen te AMSTERDAM. Stel
lig is dit een overoud gebruik, dat zach
tjes aan het sterven is.
In het overheerscheDd Roomsch-Ka-
tholieke deel vm de Betuwe leeft het nog
voort bij de bevolking. Voor middernacht
trekken kleine troepjes jongens uit, voor
zien van noodige victualiën, en tegen den
morgen komen zij, veelal niet geheel nuch
ter meer, terug.
storten van den kuil onder eene groote hoe
veelheid kiezel bedolven geraakt en leven
loos daaronder uitgehaald. Hij laat eene
weduwe met 2 kinderen achter.
Een 40-j arige werkmant
DELFT, die wekelijks wat van zijn loon
afzonderde, heeft na twee jaar sparens
zijne vrouw met beide kinderen verlaten
en is er van doorgegaan met een 48-ja
rig vrouw. Deze heeft haar man, met
wien zij meer dan 20 jaar in deu echt
was vereenigd, met een groot aantal kin
deren laten zitten.
De respectievelijke echtgenooten heb
ben zich tot de politie gewend met ver
zoek beide op te sporen en bij ontdek
king hen in overweging te geven tot hun
wederhelften terug te keeren.
Als eene b ij zonderheid op
het gebied van wielrijden disne, dat gis
teren een ingezeten van Lit op een saftey
naar Den Bosch is gereden (afstand 4^2
uur gaans), waarop tegelijkertijd zijn zoontje
van twee jaar zich bevond, n.1. vóór op de
„rusten*, met de handen aan het stuur.
Onderweg moest de vader (veehouder)
naar zijn vee gaan zien, en daartoe de Maas
bij Alem overzwemmen; daar zoontje ook
de koetjes moest zien, nam papa hem op
den rug en zwom met den 2jarigen jonge
heer de Maas over.
Voorwaar! dat belooft een onverschrok
ken sportman te worden, die kleine!
De Heer J. Pool te WINKEL heeft
met gunstig gevolg het examenafgelegdals
spodela volapükik wereldtaal correspdt.
I tUCL A n Jti.
Niet onwaarschijnlijk staat dit gebruik
in verband met het volksgeloof, dat aan
dauw op sommige tijden geneeskracht toe
kent. O aden van dagen heugt het nog,
dat hier jong en oud in St. Jansnacht
uittoog om dauw te slaan". Dit geschied
de met uetten. die als zij nat waren, wer
den uitgewrongen. De aldus opgevangen
dauw werd aangewend als geneesmiddel
voor zeere oogen, uitslag, etc.
Eene andere Pinkster-gewoonte, voor 'n
60-tal jaren nog inkeemsch in de Betn-
we, heeft zich nog slechts te Varik en
omgeving gehandhaafd: hel plaatsen van
Pinkster-poppen. In den nacht van Pink
ster-Zondag op Maandag wandelen ver
trouwde kameraads van 18-20 jaren het
dorp rond en plaatsen voor de woningen,
die huwbare maar niet-in-trek-zijode jonge
dochters herbergen, op moeielijk te berei
ken en in het oog vallende plaatsen (liefst
in hooge boomen) stroopoppeu: geen ge-
wenschte surprise natuurlijk. Het kost pa
pa een goed „pruifke"
worden.
Waarmee staat dit gebruik in verband?
Bedoelt men er mee te zeggen: „even aan
trekkelijk als dezen stroopoppen zijn ook
Een soldaat heeft meer kans op een lang
leven dan een zeeman, maar iu tijd van
vrede sterven er meer soldaten en zeelui
tengevolge van eene verwaarloosde gezond
heid, dan dat er in den oorlog of door
een ongeluk gedood worden. Het is hun
niet genoegzaam bekend, dat SEQUAH'S
geneesmiddelen het lichaam harden. Een
voorraad Prairie flower en SEQUAH'S olie
moest in ieder kamp, op ieder schip, zoo
ook in ieder huishouden gevonden worden.
Deze beroemde middelen genezen zenuw
achtigheid, slechte spijsvertering, galachtig
heid, rheumatiek, nier- en leverziekten.
Verkrijgbaar bij
J. ütaiikc te Scliugen.
EL. V Schilling*.
Te B rétignolles bij Laval,
liet een jongen van veertien jaar, Mala-
drevie genaamd, soep etende met een
steenen lepel, dezen vallen, zoodat hij braak
„Dat zeg ik aan moeder riep zijn tien
jarig zusje. „Dan schiet ik je dood, "ant-
woorde de knaap. „Ik zeg het toch!" her
haalde het meisje. Daarop nam de jongen
een geweer en vuurde op haar; zij werd
zoo ernstig in den arm gekwetst, dat de
arm waarschijnlijk zal moeten worden afgezet.
De dader, terstond in hechtenis genomen,
toonde volstrekt geen berouw.
Eentreurigfamilietafreel.
De ongelukkige gevolgen vau den drank
duivel kwamen weder duidelijk aan het
licht bij de behandeling
der zaak tegen
eer ze verwijderd llen arbeider Eriedrich Brauer, voor het
Hof van Gezworenen te Berlijn.
Brauer woonde vroeger in Herzfelde, doch
vestigde zich in het jaar 1887 met zijn diens linkerhandje in zijn rechterhand. Zoo
I n lic-f uroer t 1 1 l i
De gevolgen bleven niet uit, herhaal
delijk ontstonden oneeuigheden, waarbij
vrouw en dochter telkens aan de ruwste
mishandelingen van de zijde v.n Brauer
jloot stonden. Dagelijks vonden de erger
lijkste tooneelen p'.aits en de dochter, die
op het punt stond, moeder te worden, moet
zich zelfs heden nog op krukken bewegen.
De schoonzoon zag zich dan ook ge
drongen, den ouden Brauer net huis uit te
jageD, zoodat deze een ander onderkomen
moest zoeken. Ii.tosschen bleef hij at en toe
zijn vrouw en dochter bezoeken en koos
daartoe steeds een uur, dat hij wist, dat
zijn zoon en schoonzoon niet tehuis waren.
Het gevolg hiervan was, dat de schoon
zoon eindelijk in alle stilte met vrouw,
schoonmoeder en zwager een andere wo
ning betrok. Dit hielp echter slechts een
poosje, want spoedig wist de oude Brauer
het nieuwe adres op te sporen en de wal
gelijke tooneelen van vroeger herhaalden
zich weder.
In den avond van 21 Augnstns van het
vorig jaar verscheen Brauer wederom in de
woning van zijn schoonzoon. Deze was niet
te huis, maar deed een boodschap. Daarom
opende vrouw Brauer dan ook dadelijk de
deur in de stellige meening, dat haar schoon
zoon thuis kwam. Men kan zich haar ont
steltenis denken, toen z;j den echtgenoot
voor zich zag staan, die zeer vriendelijk
vroeg of hij mocht binnenkomen. De arme
vrouw kon van schrik geen woord spreken.
Nu kwam echter de zoon Wilhelm tusschen-
beide en verzocht zijn vader, ter vermijdiug
van onaangenaamheden, onmiddellijk de
woning te verlaten. Daar Brauer hieraan
geen gevolg gaf, werd hij door zijn zoon
behoedzaam de deur uitgezet. Daarop stak
de vader den zoon met een mes in den arm
en de zoon, die op dat oogenblik nog niet
wist, dat hij met een mes was verwond,
sloeg den vader op zijn beurt, zoodat deze
op den grond viel
Eerst wilde Wilhelm de deur dicht doen,
doch toen hij zijn vader op den grond zag
liggen, gevoelde hij berouw en droeg den
ouden man naar de stoel. In plaats van
dankbaarheid te betoonen, bracht Brauer
zijn zoon een diepe messnede in den buik
toe.
De verwonde vloog daarop zijn vader
te lijf met de woorden: „gemeene hond,
moet je mij steken?" Op het geschreeuw
kwamen de buren toesnellen ea wezen den
ouden Brauer, dien zij als twistziek ken
den, de deur. De vader suelde dan ook
de trap af en ging naar de kroeg.
De zoon echter zeeg onder het uiten
der woorden: *o, God, hij heeft mij in
den buik geraakt, dat zal mijn dood zijn!"
ter aarde. De verwonding was zoo hevig,
dat de patiënt naar het ziekenhuis moest
worden overgebracht. Na een langdurig,
vreeaelijk lijden maakte de dood op 31
Januari van dit jaar een einde aan zijn
nog jeugdige bestaan.
Bij de lijkschouwing, vond men een
abces in de lever, waaraan de dood werd
toegeschreven.
Ter terechtzitting beweerde de vader,
in noodweer te hebben gehandeld, want
zijn zoon had hem op den grond gewor
pen en deerlijk mishandeld, waarop bij
door drift niet wetende wat hij deed, zijn
mes trok en in den wilde om zich heen
sloeg. Hij gaf verder nog op, dat de schuld
van de huiselijke oneenigheden niet aan
hem lag, maar aan zijn huisgenooten, die
hem slecht behandelden en niet eens ge
noeg te eten gaven. Bovendien bestond er
tusschen zijn vrouw en zijn schoonzoon
een ongeoorloofde gemeenschap en dit had
ook aanleiding gegeven tot groote onaan
genaamheden.
De gehoorde getuigen spraken deze op
gaven echter beslist tegen.
De gezworenen verklaarden den beklaagde
schuldig, doch onder aanneming van verzach
tende omstandigheden, waarop het gerechts
hof hem tot drie jaar gevangenisstraf ver
oordeelde. {Politienieuws.)
D irk'seerite schoolbezoek
Donderdag 6 April j. 1., 9 uur 'smor-
gens, kwam te Rijswijk, gem. Maurik, Ne-
der-Betuwe, het raadslid v. K. zijn zesja
rig zoontje Dirk voor 't eerst op school
brengen. De school begon. De vader pos
teerde zich naast zijn lieveling, met diens
hand in de zijue. Kwart voor elven, noo-
digde de heer De V., het hoofd der school,
den vader uit, een kop koffie met hem te
gaan drinken in zijn woning en eens te
probeeren, den jongen alleen te laten.
De vader vond dit goed en zei zoo tot
ziju zoontje: „Dirk, ik ga even met den
meester een kop koffie drinken, ik kom
zoo terug, wees maar niet bang, ik kom
stellig weer". Maar Dirk gaf te kennen
dat hij niet alleen durfde blijven en va
der nam den kleinen Dirk mee in mees-
ter's huis en ging na den speeltijd weer
zoet met Dirk naar school. Des namiddags
kwam de vader weer mee en bleef den ge-
heelen schooltijd naast Dirk staan, met
Dien morgen was het hoofd der school
afwezigen zijn zoon nam zijn plaats waar. De
ze ergerde zich aan dit schoolbezoek, en
sprak den man aan met te zeggen; „Zou
je maar niet heengaan en Dirk alleen la
ten? Hij heeft het Zaterdag ook alleen
uitgehouden, hij heeft wel wat geschreeuwd,
ma»r dat houdt wel op." De arbeider
antwoordde alleen; »'t Zsl nie goan mester
„J.wel,, probeer 't maar eens, ge kunt
hier toch niet den geheelen schooltijd
Dirk bij de hand houden, bij moet er
toch aan gewennen en hoe eer hoe beter",
enz. enz.
Maar alles stuitte af op het onverander
lijke: „'t Zal nie goan mester." «Dirk,
trek moar streepjes," voegde de man er
bij, terwijl hij voor Dirk, die zijn hand
niet losliet, met. zijn vrije hand de liniaal
vasthield. Dirk trok een lijntje, zette
streepje en de arbeider stond onwrikbaar
pïl op den post, hem door zijn meester
aangewezen. Zoo verliep de (ochtend. Des
nammiddags was het hoofd der school weer
aanwezig. Deze had vsn zijn zoon de
verschijning van den nieuwen satelliet
vernomen.
Weer stond deze bij deu aanvang der
school op zijn post met Dirk's hand in
de zijne, „Gij zijt hier van morgen ge
weest", zei de meester, „maar van mid
dag gebeurt het niet meerik kan het
niet langer gedoogen, ge moet heengaan".
De arbeider zei: „'t zal nie goan, mester".
Maar de meester begon weer met kracht
en aandrang; „hoor eens, het moet gaan,
ge moet er uit, daar is de deur, ik wil het
niet langer toestaan, het moet uit zijn".
De arbeider beweerde opnieuw:, 't Zal nie
mester", en voegde er nu bij; „ik
te blijven".
„Die orde", antwoordde de meester,
hier niet van kracht, wij zullen er
goan
heb orde om
vis
niet
langer over praten, ge moet weg!" „Als
't dan zoo staat", zei de man, „dan neem
ik Dirk maar weer me«". „Dat kan ik
niet verhinderen", antwoordde de meester,
„dat is op uw veranwoording". En de
arbeider ging met Dirk weer terug naar
het huis van Dirk's vader v. K. Den vol
gende morgen werd het vaccinebewijs
gehaald en Dirk gaat niet meer school te
Rijswijk. {Schoolblad.)
De Grieksche wijsgeer Dion werd
eens, verhaalt men, door een scheldenden
straatjongen tot zijne woning nageloopen.
Dion ging rustig voort. Toen hij zijn huis
zou binnengaan, zeide de jongen: „en hebt
gij op dit alles niets te antwoorden Dion
keerde zich tot hem en sprak alleen, ter
wijl hij de deur dicht deed: „Niets*. .Set
was duidelijk, dat hij van een woordewis
seling hier geen heil verwachtte. Zwijgen
is dikwijls goud 1
DevermaardeRomeinsche
veldheer Cajus Fabricius leefde, zoolang
hij niet ten oorlog was, op een zeer een
voudige wijze. Van weelde had hij een af
keer. Daarom wilde hij ook geene geschen
ken aannemen, die het volk hem gaarne
zou gegeven hebben, na eene glansrijke
overwinning. Hij zeide, toen hij die pracht
afwees „lk ben rijk, omdat ik mijne be
hoeften weet te beperken.* Dat is een
merkwaardig woord. Het goeft veel te den
ken.
Eenzonderlinggevalheeft
zich voorgedaan te Genua. Dezer dagen
werden een zekere heer Curro en zijn zoon
door hun knecht Orsini wegens een dezen
toegediende scherpe berisping doodgescho
ten. Thans is het testament van den heer
Curro geepend en blijkt deze 2000
lira's te hebben vermaakt aan
wen dienaar Michele Orsini."
zijn „trou-
s gezin te Berl.wn. In bet vreedzame kleiue
jelui"? Of: „je kunt geen werkelijken vrij- sta^i® 'e®fde de famillie rustig en gelukkig
er krijger, welnu, hier heb je een strooien"? en '"houding tusschen Brauer en zijn
Die 't weet, mag het zeggen
Uit Wijhe wordt van 26
Mei gemeld: doen heden middag de vrouw
van den hoepelmaker A. R., na het ver
richten van eenige werkzaamheden tehuis
kwam, vond zij de wieg in brand staan,
waardoor een kind van acht maanden zulke
vreeselijke brandwonden bekwam, dat men
voor het behoud van het leven vreesde,
het is waarschijnlijk dat een vonk van het
vuur, waarop hout gebrand werd, op
de wieg gespat is.
Een juffrouw te UTRECHT,
rlie reeds tweemaal wegens dronkenschap
vrouw, die hem zestien kinderen had ge
schonken, liet niets te wenschen over. \"an
al die kinderen zijn slechts enkelen in le
ven gebleven, terwijl alleen een zoon en
een dochter in dit drama een rol spelen.
De dochter was namelijk met een kost
ganger van de familie in het huwelijk ge-
ook deu geheelen volgenden dasr, Yrijdag
Zaterdags probeerden men Dirk tot 11
uur alleen te laten. Na een uur luidkeels
geschreeuwd te hebben, werd de jongen
zoet en te 11 uur werd hij voor belooning
door een nicht met een rijtuig afgehaald
Hoe zou het nu Maandag gaan.
Onderwijl had zica door het dorp het
gerucht verspreid, dat v. K. weer heta b
- i g'n8 leeren met «jn zoontje en er waren
treden en allen woonden bij het jonge paar er, die het vermakelijk vonden en er om
cilijn in huis. an af het oogenblik lachten. Des Zaterdagsavonds was de heer
DTdllër VB11 MfinTHïlftillq anc cornr.rloprl r. 17 r\
De kleine schoenpoetser.
„Wat? Ben je bezig je eigen schoenen te
borstelen?* vroeg een heer aan een schoenpoe-
stersjougen.
„O, mijnheer!* was het lachende ant
woord, „ik doe het alleen, als ik die van
anderen niet glimmeud behoef te maken;
want ik denk, dat het mij tot aanbeveling
zal zijn, als ik zelf geen doffe of modde
rige schoenen aan de voelen heb; men ziet
er dan fatsoenlijker uit.*
„Dat is waar* sprak de heer, „en
iet toont ook, dat je niet lui bent. Weet
e, wat je doen moest? Kom morgen och
tend eens aan mijn huis. lk zal oveije
denken. Misschien kan ik je wel gebrui
ken.*
De jongen kwam, werd aangenomen,
werd de vertrouwde knecht, eindelijk de
vriend van den mau, wiens hart hij door
zijn schoenpoetsen gestolen had. Hij werd
later zelf de opvolger vsn den ander in
uitgebreide zaken.
Hetafkalvenvanhet rund-
vee. Ja, ik herinner het nog zeer goed
dat ik vroeger jaren eene land bouw verga-
deriug bezocht, waar ook eens gesproken
werd over het vervelende nachtwaken dat
men soms moet doen, ten einde tegen
woordig te zijn als de koe kalft. Achter
in de zaal zat een oud boertje dit gesprek
te hooren. Nadat, d»
aan
hooren. Nadat de een dit en een
ander weer dat in het midden had gebracht
ue lange nachten te bekorten, stond
boert j
e op en zeide: „Vrienden! ik heb
v. K.
nu eu dan beschenen door rood of groen veroordeeld was tot een verblijf van zes meer aan den drank verslaafd
in
dat Brauer ven woonplaats was veranderd, uv „as L
had er een merkbare verandering in zijn avond bnitecgewoon amusant Men
levenswijze plaats, want terwijl de man
I voorheen een voorbeeldig ech'tgencot en
vader was geweest, werd hij nu twistziek
en onverdraagzaam en geraakte meer en
i.p de scciteit. Daar was het dien
had nu
wat te praten, en v. K. v erd duchtig ge
plaagd. Hij kon zich tegen al die aan
vallen niet verweren. En's Maandags kwam
hij niet met Dirk mee naar school, maar
zond zijn arbeider.
om
ons
u nauwlettend" nagegaan en ik kegrijp niet
waarom ge over deze zaak zooveel drukte
maakt. Doe als ik en ga gerust slapen. Ik
zorg er voor, dal al mijne koeieD op klaar
lichten dag kalven en nog wel des voor
middags tnsschen 10 en 12 uur*.
Alle aanwezigen sloegen van verbazing
de handen ineen en schaarden zich om den
ouden man, hem vriendelijk verzoekende
om hun dit kunstje inede te deelen.
„Indien gij mij vooraf belooft*, 'zei de
man, *om het te beproeven, dan wil ik
u het geheim medede len. Luister dan: