11(11
AiTertsilifi- k LhIIiitIUL
MUG BLOED.
Donderdag 23 November 18S3.
37ste Jaargang Fo. 2780.
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel, Verslag
gemeenteraad Anna-Pau-
lowna.)
Gemeente 8 c h a g e n.
Binnenlandsch Nieuws.
—O ogstfeest in Groningen
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uitgever, J. WINKEL.
jBurcan: SfHAOlH. liaan, I) 4.
Prijs per jaar f 3.E'ranco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5ct
Groote letters worden naar piaatsruimte berekend.
f?
B e k e n «1 in a k i n g' e n.
Burgemeester en Wethouders vanSchagen;
gelet op art. 265 der Gemeentewet, bren
gen ter kennis van belanghebbenden, dat
het door Heeren Gedeputeerde Staten op
den 15en November 1.1. goedgekeurde
Suppletoir Kohier van den boofdelijken
omslag dezer gemeente en dat voor de
belasting op de hondeD, dieust 1893, ge
durende vijt maanden ter Secretarie der
gemeente voor een ieder ter leziüg is
nedergelegd.
Bezwaren tegen den aanslag kunnen
binnen 3 maanden na den dag der uit
reiking van het aanslagbiljet, bij den Baad,
op ongezege]d papier, worden ingebracht.
Schageu, den 21 November 1893.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
W. A. HAZEU, Wetb.
De Secretaris,
DENIJS.
Konden wij voor omstreeks
14 dagen berichten, dat den huurders der
heerlijke landerijeu in de gemeente SINT
MAARTEN 30% der pachtsom was kwijt
gescholden, wat voor 't meerendeel den mid
denstand ten goede kwam. De Raad van
die gemeente heeft in zijne vergadering van
den 20sten dezer den minderbedeelden
ook bedacht. In die vergadering is beslo
ten, aan de verschillende huurders der par
ken van den Westfrieschen Zeedijk (welke
pachtsom ongeveer f 2000 bedraagt) een
reductie te verleenen vnn 20%
We! wat, vroeg maar voorwaar toch een
aardig Sint-Nicolaas Cadeau.
Dat het navolging moge vinden
Vergadering van den Raad der
gemeente Barsingerhorn, gehouden op
Dinsdag 21 November 1893.
Tegenwoordig alle leden Voorzitter de
heer tïKossenwaarnemend Burgemees
ter.
Ns opening der vergadering worden de
notulen gelezen en goedgekeurd.
Vastg?steld wordt de begrooting van het
algeineene Burgerlijk Armbestuur dezer
gemeente voor 1894.
Mede wordt vastgesteld het suppletoir
kohier van den boofdelijken omslag tot een
bedrag van 1 67,335, het suppletoir kohier
dtr belasting op de houden tot een bedrag
var. f 16, benevens een beslnit tot hel doen
van af-en overschrijven op de begrooting
dienst 1893.
Op een adres van de veldwachters dezer
gemeente om vethooging van jaarwedde
wordt met algemeene stemmtn afwijzend
beschikt.
Algemeen was men van gevoelen dat
hunne jaarwedde in verhouding tot de
aan hunne betrekking verbondei^jerkziaui-
heden ruim voldoende is.
Niets meer ie behandelen zijnde en bij
de rondvraag niemand het woord verlangen
de, sluit de voorz'tler de vergadeiing.
Na afloop dezer vergadering werd door
den Raadsleden aan den heer C. Bol
wegens zijne 25-jarige ambtsvervulling als
gemeentebode, een zeer fraaie en
solide schrijfcasette aangeboden, als blijk
van belangstelling en waardueting zijner
getrouwe plichtsvervulling.
Toen de vorige week te
ARNHEM zekere K. en zijne vronw des
avonds tehuis kwamen ging de man, vol
gens gewoonte naar zijne kinderen zien,die op
ecne hoogere verdieping sliepen. Terug-
keerende, viel bij van de trappen. Drie da
gen lang was hij bewusteloos en zaterdag
is hij aan de gevolgen overleden.
Zaterdag wei d te Den HAAG
gearresteerd een student, die uil »aardig-
heid" een pakje uit een mand van eene
dienstbode had weggenomen,
Te Nieuwe PEKELA is
eene anarchisten-vereeuiging opgericht.
FEUILLETON.
Roman van HERMAN HEIBERG.
(Vertalingsrecht verzekerd.)
8.
„Gaat gij naar boven „zeide Terese, toen
Otto aarzelde zijn woning binnen te tr-.den.
„Ik zal wachten, en kan het
niet anders, dan ga ik in een eenvoudig,
goedkoop hotel voor dezen oenen nacht Otto,
wij zullen dan morgen wel iets vinden. In
het uiterste geval verkoop ik mijne sieraden.
God ral ons verder helpen!
Nog een oogenblik aarzelde Otto, dan ech
ter kwam hjj tot betzelfde besluit en zeide:
„Gij hebt gelijk. Ik zal u in het hotel „de
„Kroonprins brengen. Het is niot ver van hier.
Beter zoo, dan dat gij aan een valsche beoor
deeling blootgesteld zijt. Ik zal du even naar
boven gaan, rayne bagage wegleggen en mij
van mijn kamer verzekeren. Dos, wacht eten!
Ik kom zoo spoedig mogelijk weder hier
Wij eten dan nog ons avondbrood tezamen."
Ken last viel Tberose van het hart. Zij
had Otto niet willen wederstaan, wijl zij hem
met haar wantrouwen niet had willeu kren
ken, maar haar vrouwelijk gevoel bad zich
er sterk tegen verzet, den Dacht m dit huis
door te breBgen. Voor een lichtzinnig meisje
aangezien te worden, dreet haar bet bloed
du reeds met kracht naar de slapen; zij stel
de zich reeds den blik voor, waarmede de
vrouw beneden haar zou aanzien.
Nadat Theresa bijna reeds tien minnteo
voor de deur gestaan had, begon zij hui
verig te worden en liep, zonder de oogen
op te slaan, langzaam voor het huis op en
neder. Zij zag de mannen niet, die hsar
voorbij gingen, en zich omkeerden om haar
na te zien, en zij bemerkte in gedachten
verzonken ten laatste ook niet, dat twee
honden hevig vechtend, en tegenelkaar op-
springend en bijtende de plaats naderden
waar zij op en neeiliep. Plotseling bevond
zij zich te midden van het gevecht dor bei
de groote en razende hondeD, en zij gaf een
gil, toen zij het icderdaad groote gevaar be
merkte, waarin zij zich bevond.
Doch maar slechts eenige seconden. De
ruggen der bonden werden onthaald op ee
nige go. d aankomende stokslagen, zoodat
zi) uit elkander stoven. Theresa gevoelde
zich door haar redder, een man met een
Zaterdag avond, terwijl
de bewoner even alwezig was, werd er bij
een daglooner te OUD—BEIERLAND
f 1034 aan bankbiljetten en specie gesto
len. Daar de bestolene algemeen voor zeer
arm werd gehouden, en zelfs onderstand
genoot van het burgerlijk armbestuur, is
het bijna zeker dat de dief geen vreemde
is.
De Thomson's prijs van f 25.00
is op zaterdag 18 November '93 ten deel
gevallen aan den heer W. Coedhuys Ut-
rechtsche str. 12, de premie aan den win
kelier B. Baiger beiden, te Amsterdam.
Beslag op /r/artisten*.
Te ZU1DBROEK werden jl. Woensdag
bij gelegenheid der kermis aldaar in beslag
genomen 2 gedresseerde ossen, 2 paarden
en een muilezel, toebe'noorende aan den
heer Schuiteeoerder, die aldaar met zijn
circus voorstellingen gaf. Het geschiedde
op last van deu lieer J. H. Rood te De
venter.
B ij het Nationaal Biljart
Concours, door de biljart-club „Alles over
Band* uitgeschreven op de bovenzaal van
caférestaurant Otto Brinkman, te AMSTER
DAM, heelt de heer J. Reetoom van
Schagerbrug met 13 carambols in
één stoot, den eereprjs (een gouden eere-
teeken) behaald.
Een handige dief
Talrijk zijn ec blijven de diefstallen van
kippen en eenden te Haarlemmermeer en
omstrekeDde dader is bekend, doch
neemt, geholpen door een drietal honden,
zijn maatregelen zoodanig dat hel niet mo
gelijk is hem op heeterdaad te betrappen.
Een gevieesd man is die J. G.in
geroimen kring om zijn woning hebben
de bewoners dan ook besloten geen kip
pen 6f eenden meer te houden, daar zij
zich in het bezit daarvan toch niet mogen
verheugen.
Meermalen heeft J. G. met politie en
justitie kennis gemaakt, doch te hem las
te gelegde feiten kunnen niet bewezen
worden.
Een aardig staaltje van den toestand
voorzeker het volgende
is
De landbouwer A. K. had prachtige Ita-
li&ansche kippen en om ze tegen de roofzucht
van G. te beschermen, nam hij hem in het
werk, op voorwaarde dat hij de kippen on
gemoeid zou laten. Werkzaam was hij ech
ter niet en de boer zond hem weldra weg;
den volgenden morgen echter waren zijn
kippen, ondanks de buitengewone sluiting
van het hok ontvreemd.
Eenige dagen later, terwijl de kippen
reeds in anders banden waren overgegaan,
beloofde de boer, bevreesd voor meerdere be
zoeken, hem weer werk, doch drukt tevens
zijn ontevredenheid uit over den diefstal.
Kort daarna vond hij zijn kippen des mor
gens weer in het hok terng; J. G. had ze
weer ontvreemd van den persoon aan wien
hij ze verkocht had.
En de politie staat bij dit alles mach
teloos.
Thans kunnen de bewoners van Haar
lemmermeer en omstreken etnigen tijd
gerust zijnde gevreesde dezer dagen op
jacht gaande (want stroopen was zijn ge
liefkoosde bezigheid) had het ongeluk,
dat zijn geweer afging, ten-wij! hij in een
schuitje staptezoodat hij in hei gasthuis
le Amstd. is opgenomen.
De afgetreden Gouverneur-
generaalPijnacker Hordijk is in de Residentie
aangekomen.
Hij werd namens den minister van ko
loniën ontvangen door den secretaris-gene
raal Elias.
Verscheidene oud- of met verlof te 's Hsge
vertoevende Indische ambtenaren waren ter
verwelkoming aan het station aanwezig; de
broeder vac den ex-gouverneur generaal,
het kamerlid Pijnacker Hordijk/ was hem
tegemoet gereisd.
Tot de gewoonten, die in den loop der
tijden in onbruik raken, behoort ook het
oogstfeest, dat met name in bet Noorden
van de piov. Groningen telken jare in den
tijd der inzameling van de veldvruchten
pleegt plaats te hebben. In dat deel van
Groningerland, hetwelk het OLDAMT ge
noemd wordt, nabij den Dollard alsmede
in Hunsego aan- de Groniuger Wadden,
vindt men nog altijd, hoewel vroeger
meer dan thans, uitgestrekte kool- of
raapzaadvelden.
Voorbeen prijkte in die streken bunder
net voorkomen, opgetild en rustte eenige
oogenblikken iu zijne beschermende ar
men.
Zeer ridderlijk trad bij, nadat zy zich
hersteld en woerden van dank gesproken had,
terug, wees op een zeer beleefde manier
haar dank af, haalde zijn hoed af en ging
heen.
Nauwelijks eenige minuten later trad Ot
to haastig zijn huis uit, zette een opgeruimd
gezicht en trok Therese met een„Ja, ja,
alles is ia orde, ik zal het ja dadelijk ver
tellen, met zich voort."
„Ga liever nog heden avond naar uwe vrien
den!" ried Therese nadat Otto bast Da in bet
kort z nontvangst bij zijn hospita gemeldt hsd
nog don brief van Felix Bendler toonde.
„Ik wacht n met het avondeten, óf ik gebruik
slechts een kleinigheid en leg mij dan meteen
ter ruste. Ik kan bijna niet meer verder. Mijn
leden zijn als gebroken en de pas doorge
stane schrik heeft mij de rest gegeven." Na
eerst vertelde Therese haar broeder het
zooeven voorgevallene.
„Arm Treesje, wat moet gij al niet lijdon.®
schertste Otto, in zij blijde stemming zijn
hand door Therese'e arm schuiveude.
Weinige minuten later had Therese reeds
een eenvoudige, maar nette kamer van het
hotel betrokkeu, cn Otto begaf zich, nadat
bij met haar in de nabijheid nog iets gege-
b n had, hair teruggebracht en goeden nacht
gewenscht had, ijÜDgs naar de Postdummer-
straat om Felix vou Bendler op te zoeken
en hem te bedanken.
De volgenden dag ging Frans von Bendler
omstreeks het middaguur met graaf Kurland
naar Potsdam.De laatste hadden vorigen avond
zijn begeerte laten doorschemeren, om de om
trek dier stad r og voor den winter eenmaal te
betoeken en daar de nog altijd schoons
herfstdagen daartoe ruim gelegenheid
boden, ondersteunde de steeds naar atwisse-
ling hakende Franz von Bendler dit voor
nemen van den graaf en verzocht vergunning,
zijn geleider te mogen zijn.
In deze dagen kreeg Franz von Bendler de
gelegenheid, een dieperen blik te slaan in
het gemoed van zijn bloedverwant. Met
een aan dweperij grenzende levendigheid
nam de graaf de indrukken der natuur in
zicb op. Sanscouci, in de verbleekte kleuren
van den herfst prijkende.bracht hem zoo in ver
rukking dat b0 er over sprak, om in bet
voorja.r een tijd in Potsdam te wonen. Ook
1 de historische herinneringen in de kasteelen,
trokken htm bijzonder aan. Bij deze bezich
tiging trad tegelijk de techte kennis van
den graaf aan het licht. Hij deed vragen
aan do bediond n en maakte opmerkingen
die verrieden, dat hij zoowel met de feiten
als m«t de waarde der kunststukken ten
zeerste bekend was. Een gekuischte
sm tak verbond zich bij hem met een gelijk
matig, kiuderhjk gevoel voor het sehoo-
ne. Bij een later gesprek trad hierover een
objectiviteit en een idealisme bij den graaf
te voorschijn, dat Franz bij den koelen en
scepti8chen en zeer aan luimen onderhevig
zijnde man niet verwacht had. Zijne mee-
ningen over religie, politiek, en vrouwen
waren van zeer bijzonderen aard.
„Volgens mijne meening bestaat er slechts
een godsdienst, en die heet mededlijden met
deD modemenseh en verloochening van onze
eigenliefde ten bate van dien medemensch.
Daarmede is alle wetenschap uitgeput, o'-
schoon er meer theologische werken geschre
ven zijn dan duizende kerken kunnen her
bergen. Eu wat de moraal betreft, dan is
hare diepste beteekenis door twee woorden
uit te drukken: De mensch moet goed zynl
Daarmede wordt elke wet nageleefd."
En over de vrouwen zeide hij: „zij hebben
de wereld bebeerscht vanaf de oudsie ge
schiedenis der volkeren; zij zuilen in de toe
komst den mannen den scepter ontwringen
en de verwijfde heeren der schepping door
hare eigenschappen onder het juk bren
gen. Die eigenschappen der vrouwen lijn: de
kunst om op te offeren, den plicht boven
alies stellen, zonder klagen te lijden en zich
te bekrimpen en het hart nooit zonder bet
verstand, het verstand nooit zonder hart te
laten handelen."
Toen graaf Kurland sprak over de bestaan
de ODgelyke verdeeling der aardsche goede
ren en meende, dat het voor het gevoel van
geluk er niets toe deed, of men iets bezat,
gaf Franz hem dienaangaande zijn twijfel te
kennen Franz beweerde, dat zulk eene
beschouwing alteen kon worden uitgesproken
door iemand die nooit ontberingen gekend
had, en op zich zeiven bedoelende sptak hjj
over het gebrek aan vooruitzicht zijner car
rière, en hij liet duidelijk doorschemeren, hoe
bet bezit van aardsche rijkdommen en daar
door het verkregen overwicht over andoren,
hem als het hoogste geluk toescheen. Graat
Kurland betwiste het met nadruk, keek Franz
ceuige oogeublikken aan en zeide:
„Niet waar, u bljjlt na afgelegd assessor-
examen, tot gij een goed bezoldigde betrek
king kunt bekomen, buiten uw gewoDe werk
nog veel tijd over? Dat bigreep ik tenmin
ste0 gisteren van uw broeder Felix, die mij
bezocht. Ik wil met u, laten wij zeggen voor
deu tijd van drie jaar, een overeenkomst
aan bunder met dat schoone gewas
het was de gouden tijd der koolzasdboe-
ren. Evenwel is zoo min als de koolzaad-
cultuur,ook het oogstfeest nog niet door
alle landbouwers afgeschaft, en vindt men
nog altijd gebrui'ien, die van oudsher wor
den in eere gehoudeD.
Wanneer het koolgewas gemaaid is, gaat
men over tot het dorschets en wel op
het open veld. Dit is nu het eigenlijke
feest dat na den afloop met een flinken
maaltijd besloten wordt. Slechts een en
kel landeigenaar bezit al de werktuigen en
gereedschappen voor het dorschen benoo-
digd. Vooreerst een goed en groot kleed,
dat op het veld wordt uitgespreid en
vastgesjord met pinnen in den grond
dan een groot zwaar blok en
eindelijk vorkeD (gaffels), zeven en draai-
kleeden. Wil nu een boer dorschen, dan
bespreekt hij alles met den eigenaar
en betaalt daarvoor zekere huur.
Op den bepaalden tijd trekken mannen,
vrouwen, jongens en meisjes op lange
boerenwagens het dorp uit en naar het
veld. De paarden zijn met bloemen en
groen getooid. Niemand, die „veerdige"
loden heeft en opgeroepen is, blijft thuis.
De wagens worden ontladen en de klee-
den op het dorschveld uitgespreid de dra
gers brengen op zeildoekkleeden groote
hoopen koolstruiken aan. Alsnu worden
deze struiken tot eenen cirkel gebonden,en wel
dra komt de/rkoning", de bestuurder der
prarden, met zijn fraai uitgemonsterd span,
met het zware blok; om dit over den dro
gen hoop struiken te laten wentelen cn
rollen, waardoor de kleine sleufjes geplet
worden en ce zwarte zaadkorrels bij duizen
den op het kleed spatten. Dit wordt herhaald
totdat de gansche hoop van zaad ontdaan
is, als wanneer audereu klaar staan om de
stuiken weg te brengen en nieuwe aan
te voeren. Het gedorschte zaad wordt een
eind verder gezuiverd, men doet het in
zakken, en laadt deze op wagens die allengs
den oogst naar huis en onder dak bren
gen.
Fr zijn tentjes op het dorschveld aan
gebracht, waar melk, bier of chocolaad
verkrijgbaar is, hetgeen vooral het jonge
volk zeer aanstaat, wat echter niet belet,
dat zij zich dapper weren met het opra-
aangaan, beste Franz. Gij zult rijkelijk o^er
geld kunnen beschikken, teneinde gelegenheid
te hebbtn, u dat geluk to veioviren, waar
naar gij verlangt. Tegelijk zal het doel van
onze overeenkomst zijn, dat gij menschen en
toes'ardeD bestudeert en vriendschap aan
knoopt, maar ook moet gjj uw keunis uit
breiden. Ik zal u maandelijks een aanzien
lijk bedrag toekennen. Maar let goed op.
Voor mevr kom ik niet op. Schulden rnoogt
gij niet maken en ik zal ze ook nooit betalen.
Gij zijt oud en wijs genoeg om te beslissen,
of gij mijn voorstel, hetwelk ik alleen doe in
uw belang, wilt aannnemen."
Franz Bendler had eerst gedacht dat de
graaf met hem gekscheerde. Toen hij even
wel zag, dat het alles ernstig gemeend was,
en de gedachte: zijn moeder niet meer tot
last te zijn ou voor zich zeiven en voor Fe-
hx een reeks van jaren een ruim bestaan te
winnen, hem toelachtte, toen bezielde hem een
gevoel l-etwolk de beste voornemens bij hem
deed ontstaan.
„Ja, ik wil en ik dank u van harte, mijn
heer de graaf!" antwoordde hij ten zeerste
aangedaan. „Ik hoop, dat ik u mijn vertrou
wen waardig zal betoonen."
Graaf Knrlaud schudde langzaam en na
denkend het hoofd, alsof hij twjj 'elde. Maar
dat was ook maar een oogenblik. Daarna
gal hij Franz met een gemoedelijk gezicht de
hand en zeide:
„Oo-d, afgedaan dus. Zoodra gij over
eenige weken met goed gevolg uw exauieu
hebt afgelegd, maken wij ens plan en wer
pen wij ons in don maalstroom van bet le
ven." En lachend besloot hij: „Ik hoop, dat
gij als welgesteld man later nog eeoigen tijd
over hebt voor uw vriend en bloedverwant,
graaf Kurland, en dat ik af en toe u mag
ontmoeten en gij mij bet een en ander van
uwe ervaringen zult willen mededielen."
„O, mjjnheer de graaf!" riep Franz uit,
„Hoe kunt gij dat nog vragen!? Waar zou
ik meer opwekking en onderrichting vinden
dan in uw gezelschap? Voor het overige
is alles mij nog een droom. Slechts een
man als gij kan zulk een gedachte krijgen
en zulk een plan lot werkelijkheid maken!
Wat zal mijn moeder wel zeggen!?*
„Ja, dat is nu alles uw zaak, goede vriend
De verantwoordt g Deern ik niet op mij, ge
lijk ik zeide. Ook bebt gij natuurlyk nog
bedei klijd. Na uw examen kunt gjj mjj nog
met neen o! ja antwoorden!"
„Ik zeg nu re< ds ja!" riep Franz uit, bij
wien in zyn vurige begeerte om zich zulk
reu geluk te veroveren, de vrees opkwam,
dat de graaf over zijn aanbod berouw zou
kannen gevoelen. „Zoodra ik mijn examen
heb gedaan, en om daarvoor te beter ge
reed te komen, verzoek ik het verlof, vcor
een geruimen poos afscheid van u te nemen,
zal ik zoo vrij zijn, mij bij u aan te
melden en voor do toekomst om uw raad
te vragen."
Graaf Kurland knikle goedkeurend met het
hoofd; hij vond alles geea.
Het was twaalf uur 's middags van den
volgenden dag. Voor de eerste maal in dit
seisoen viel, door den stormwind voortge-
zweept, de sneeuw neder, warrelde door de
straten en de°d de menschen, die zich op
straat bevonden, huiveren van koude. Ook
Otto Vincent snelde bibberend naar de Ka-
nom ierstraat en gekomen in het perceel waar
graaf Kurland zijn woning had, gaf bij zijn
kaartje af en wachtte met spanning op het
antwoord.
.Mijnheer de graaf betreurt het zeer, u
niet te kunnen ontvangen en verzoekt u, in
het begin der volgende week uw bezoek wel te
willen herhalen.
Een oogenblik aarzelde Otto Vincent; bij
kon bet niet gelooven, dat de graaf hem
op zulk eene wijze afwees. Zeker wist hij
niet wie hij was! Hij besloot dus nog
eene poging te wagen, en zeide:
„Ik bid u, wilt gij mij nog niet eens aan
dienen? Er heeft bepaald eene vergis-ing
plaats! Mijnhter Felix von Bendler beeft mij
medegedeeld, dat mijnheer dc graaf mij van
morgen verwacht. Ik bid u, wil vooral zeg
gen, dat ik de persoon ben, over wien mijn
beer von Bendler gisteren gesproken heeft!"
Juffrouw Wenck, "de hospita, baalde de
schouders op en zette een gezicht, waarop
te lezen stond, dat zij aan een gunstiger
uitslag Diet geloofde.Maar ze ging toch, al
was het schoorvoetend, en Vincent bleet in
den gang bij de geopende deur staaD, Na een
korle poos kwam mejuffrouw Wenck terug
en verklaarde kortaf:
„Mijnheer de graaf laat' n mededeolen,
dat bij bet zich zeer goed herinnert, maar
u wegens hevige ongesteldheid toch niet
kan ontvangen. Hij laat u verzoeken, dat
gij hem morgeD om denzelfden tijd weder
de eer wilt gunnen. Hij hoopt dan weerge-
nezen te zyn 1"
Een kort hoofdknikje der dame en eene
zeer gedachteloos „zcer gaarne, ik zal zoo
vrij zyn!" van de zijde van Otto, en daarna
verliet bij bet huis.
WORDT VERVOLGD.