ii Bitlis-, AiltrrJ-1 Luilllll du. Zondag 14 Januari 1894. 30ste Jaargang No. 2795. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Z a te r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Uitgever, J. WINKEL. Bureau: SCHAOKH, Laan, I> 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van l tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente Sc hagen Bekendmakingen. Binnenlandsch Nieuws. FEUILLETON. Roman van HERMAN HEIBERG. Burgemeester en Wethouders van Scha- gen noodigen bij deze belanghebbenden, die over den jare 1893 van de gemeente iets te vorderen hebben, uit, hunne reke ningen vóór of op den len Februari a.s. ter plaatselijke Secretarie in te leveren. Schagen, 5 Januari 1894. Burgemeester en Wethouders voornoemd, W. A. HAZEU. a. i. de Secretaris, BENIJS. Burmeester en Wethouders van Schagen brengen ter algemeene kennis dat de op 30 December j.1. afgekondigde verordening tot wijziging van sommige artikelen in en toevoeging van een nieuw artikel aan de algemeene politieverordening voor die ge meente ingevolge het bepaalde bij art. 175 der gemeentewet gedurende drie maanden ter Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing ligt en vanaf heden ter Secretarie in druk verkrijgbaar zal zijn tegen den prijs van f 0.05 per exem plaar. Schagen den 9 Januari 1894. Burgemeester en Wethouders voornoemd, W. A. HAZEU, Wethouder, de Secretaris, DENIJS. Ten bewijzedathetinbe- gin dezer maand Januari sterk gevroren heeft, diene dat op den vijlden dezer, zes personen van de EW1JCKSLUIS, naar het eiland W1ERINGEN zonder gevaar zijn overgeloopen. Benoemd tot onderwijze- res te GROET-POLDER Alej. Blumen- dal te Winschoten. Door den heer J. Breebaart Cz. te KOLHORN is op 't gebied van ijs-sport eene uitvinding gedaan, die o.i zeer de aandacht verdient van het publiek en in zonderheid van heeren wielerfabrikauten. De door hem uitgedachte en vervaardigde 1 toestel wordt door hem wiel-priksleê ge noemd, en de proeven dezer dagen er me de genomen, zijn van dien aard dat zij ee ne nadere kennismaking overwaard is. Voor hen, die niet kunnen schaatsen rij den en toch gaarne aan het ijsvermaak deelnemen is deze uitvinding eene ware uitkomst. Naar wij vernemen is de heei Bree- baart bereid ieder, die er model van wil nemen, daartoe in de gelegenheid te stel len en verdere inlichtingen te geven. Te HEER HUGOWAARD g e- raakte in den namiddag van den 2den dezer het huis, bewoond door den heer A. Bierdoor het stoken met takke- bossen in brand en werd spoedig bene vens het naaststaand huis, bewoond door den heer J. Strooier, in de asch gelegd. De beide perceelen zijn onlangs bij publieke verkoop eigendom geworden van den heer A. Overtoom. De inboedels van beide bewoners gingen grootendeels ver loren, maar waren verzekerd. Het vee, dat niet verzekerd was, is gered. Aan de militairen in gar nizoen te ALKMAAR, is verboden koffie huizen of andere localiteilen te bezoeken, waar socialistische bladen en geschriften ter lezing liggen of socialistische sprekers, optreden. Zondag is te PURMEREND de jaarlijksche algemeene vergadering gehou den van den Provincialen Bood voor Har monie- en Fanfare-gezelschappen in Noord holland, op welke vergadering besloten werd dit jaar den wedstrijd te honden te Broek in Waterland, en tot juryleden bennoemd werden de heeren: R. Hol te Utrecht, Bouw man te Bergen op Zoom. Utermöhlen te Hoorn, Kriens te Haarlem en M. J. II. Kessels te Tilburg. Te MAKKINGA iseenboe- renplaats groot 27 H. A. bouw-, wei-, hooiland en heidegrond, ingezet bij pu blieke veiling op ruim drie duizend gal den. Een groot verschil bij voor eenige jaren Voer de verkiezing van een lid voor de Tweede Kamer, district GOES, werden 2659 biljetten ingeleverd, waarvan 45 van onwaarde waren. Gekozen werd de heer mr. A. de Savornin Lokman (a. r.) met 1653 stemmen, De heer Stigter (lib.), mede gesteund door katholieken, had 944 stemmen. Daartoe aangemoedigd door reeds opgedane ervaring, heeft de kerkelijke administratie te LAMBERT- SCHAAG besloten, een stuk bouwlaud in kleine perceelen te splitsen, die dan tegen uiterst lageD huurprijs ten gebruike zal worden afgestaan aan oppassende arbeiders, hoofden van gezinnen. Ook vroeger reeds weid zuik een maatregel genomen, en de uitkomst overtrof toen de stoutste ver wachtingen. Stukjes bouwland, groot ge noeg om er voorraad voor een huisgezin gedurende een geheel jaar op te telen en toch niet te groot om door ééa persoon in zijn vrijen tijd te worden bewerkt, kun nen op het platteland, mits verkrijgbaar tegen matigen prijs, eenen dam opwerpen tegen armoede of verval. Treurige toestanden. Te Barendreeht deed zich dezer da gen het volgende geval voor. Een op passend werkman T. Monster, vader van een talrijk gezin, lag tegelijk met twee zijner kinderen aan de pokken. Een naast hem wonende oude moeder lag doodziek. Tot overmaat van ramp werd ook zijn vrouw aangetast, die als gevolg daarvan ontijdig beviel. De geneesheer, per rijtuig 's nachts ontboden, weigerde eerst zijne hulp. Eerst toen men hem voor de twee de maal kwam halen, is hij meegegaan, doch toen was de vrouw reeds gestor ven. Hoezeer in dit behoeftige gezin, in deze barre koude, alle hulp ontbrak, kan men nagaan uit feit, dat M. als poklij der tot aan de begrafenis van zijne vrouw al dien tijd naast haar lijk heeft moeten liggen, Een ongelooflijk staaltje van b ij geloof met treurige gevolgen. Johanna Oostuoeer, een jonge Scheve- ningsche deern, vermiste voor een tijd ge leden een gouden ketting, en wat ze ook praktiseerde, het mocht baar niet geluk ken te weten te komen wie de dief (Yertalingsrecht verzekerd.) 23. .Wilt gij de goedheid hebben, na te zien, of er een brief onder letter Y. is?* Na eenig zoeken overhandigde de postbe ambte het gevraagde. Zonder om te zien verwijderde Therese zich met den brief uit het postkantoor. In de Behreustraat ging zij staan in een buitenportaal van een onbewoond huis, brak den brief open en las. Daarna be gaf zij zich met vastberaden gang naar een boekwinkel, kocht daar een paar couverts en begaf zich naar het postkantoor tegen over de Linden. Hier schreef zij op een telegramformulier *e volgende woorden .Ik zal Zaterdagnamiddag om vijf nar door de passage gaan en mij van de Frie- derichstraat naar den Linden begeven. Ik wil n nog eenmaal zien, om n voor altijd vaarwel te zeggen. T. V.» Nadat Therese de letter Y op het couvert had gezet, wierp zij de brief op de post en begaf zij zich te voet naar het westelijk gedeelte van Berlijn. Zij wilde Tazia Fuld een bezoek brengen en haar ouders bedan ken voor het prettig avondje, laatst daar doorgebracht. Juist was zij de Lineasstraat ingeslagen, toen zij zeer beleefd gegroet werd door een heer, en toen zij de oogen opsloeg, zag zij Felix von Bendler voor zich. Het liefste was zjj hem ontweken, haar geweten deed zich hoorenmaar hij trad op haar toe, schudde haar vertrouwe lijk de hand en verzocht een eind haar te mogen vergezellen. Hij deelde haar mede, dat hij beden uit Qotha, waar zijne mami thans woonde, was teruggekeerd, dat Ruth zich bij haar gelukkig gevoelde, en dat hij dezer dagen zijn examen zou doen. Yan Franz had by niets gehoordhet was zijn plan, Otto Vincent zoo spoedig mogelijk op te zoeken. ,Hoe gaat het met hem en met n, mejuffrouw Therese?* .Wij zijn intusscben verhuisd. Wij wonen nu op het Belle-alliaoce-plein no. 11, in een nieuw huis. Hoe dat ia toegegaan, zal ik u vertellen.* Felix zette groote oogen op, toen Therese hem alles omtrent de erfenis had medege deeld. Otto had er opgestaan, dat zij dadelijk zouden verhuizen, tot nu hadden zij nog slechts een gemeubileerde woning. Otto koesterde evenwel het plan, zijn eigen meubelen aan te schaffen. .Otto En gij niet vroeg Felix onwillekeurig. Ja, ik ook natuurlijk antwoordde Therese, maar het ODtgiug Felix niet, dat zij deze verklaring slechts gedwongen gaf. Eensklaps schoot het hem in de gedachte dat dit met Franz in verband stond. Een uitdrukking van leedwezen en van vrees stond op zijn gelaat te lezen; zij had hare verzekering doen vergezeld gaan van zenuw achtig hoofdknikken. Maar daarin had juist iets gokuustelds gelegen. Felix besloot zich zekerheid te verschaffen en zeide .Is het onbescheiden te vragen, of gij reeds aan trouwen deukt, mejuffrouw Therese Hij sprak gelaten, alsof het een zaak gold, die van zelf sprak. Maar Therese antwoordde niets, zij zweeg, keek onrustig heen en weder en bewoog de lippen, .Ah riep Felix getroffen uit. ,Ik heb iets aangeroerd, dat uIk dacht Hij wierp een blik op het buitengewoon scboone, slanke meisje, dat trots haar be scheiden optreden voortdurend de aandacht der voorbijgangers trok, en hij kon bet oog niet van haar afwenden. Een zwart, nauw sluitend manteltje omsloot baar bovenlijf, een met zwart zijden lint opgemaakte hoed in dezelfde kleur liet het blonde, goudkleurige haar vrij en een eenvondig opgemaakte ja pon in een donkergrijze kleur voltooide hare kleeding. Daar zij hem ontweek, stapte Felix van dit ontwerp af, vroeg op onverscbillen toon naar allerlei zaken en nam eindelijk op den hoek der HobeDzollernstraat afscheid van Thesese, die op zjjn vragen wel op vrien delijken doch toch beknopte wijze had ge antwoord. „Adieu, mejuffrouw Therese. Groet vooral Otto. Ik kom bepaald spoedig; voor mijn examen bob ik natuurlijk daartoe geen ge legenheid 1 Adieu Zij reikte hem de hand; blijkbaar wilde zij nog iets zeggen, tiij aarzelde daarom nog eenige cogenblikken en coodigde haar door zijn blik uit, te spreken, was. Eindelijk wiut zij den wijzen raad in van haar tante, een vrouw, die veel erva ring bezit en het nichtje weet over te ha len eens een bezoek te brengen aan zeke re vrouw, die het talent heeft om in de kaarten heel veel waars te lezen. Zoo ge zegd, zoo gedaan, men begeeft zich naar die beroemde juffer cn wie denkt ge nu wel, dat door de waarzegster als dief wordt aangewezen Och, lezer, een doodonschul dig buurvrouwtje, die van den prins geen kwaad weet. Doch Arendje, zoo heet dat vrouwtje, die dat ter ooren komt, is lang niet malsch en in den avond van 8 Decem ber wacht zij met haar man het zwakke buurmeisje af om haar eens over die las terpraatjes te onderhouden. Welnu, dat was haar recht, maar man en vrouw waren voorzien van verradelijke wapenen. Huibert Schellingerhout, de 26-jarige gemaal had een ijzeren emmer in de hand en sloeg gruwelijk op het hoofd, van het meisje zoodat zij, zooals zij zich uitdrukt .akelig vreeselijk* bloedde. De vrouw sloeg haar te gelijkertijd met een pook op den arm, alsof zij een beest was. Man en vrouw houden vol, dat zij door de broers van do Scheviningsche het eerst waren aangevallen, hetgeen Johanna nog de eigenaardige uitdrukking ontlokt .dat zij bier komt om recht te spreken.* De ongelukkige 24—jarige dienstbode draagt nog de zichtbare sporen van die gruwelijke mishandeling in het gelaat. En dat alles tengevolge van de adviezen van een opvolgster van Mme Lenor- mand. De eisch luidde tegen den man, zeven tegen de vrouw drie dagen gevangenis straf. Te G ARSTHUIZEN heeft een sterfgeval plaats gehad onder zeer treu rige omstandigheden. Er zon een lijk ter aarde worden be steld. Twee dienstdoende buren zouden de lijkbaar halen. Hoe beving de schrik die mannen, toen zij, op de begraafplaats gekomen, het pas gedolven graf naderden en in de onmiddel lijke nabijheid er van den ouden doodgra ver Harm Kalk zagen liggen, uitgestrekt als een lijk. Hier moest echter oogenblik- ,Ik schat u zeer hoog en ik stel een on begrensd vertrouwen in u, mijnheer von Bendler," begon zij. „Gij hebt zooeven nog een vraag gedaan, welke ik onbeantwoord liet. Ik bid u, laat Otto voorloopig niets van uwe indrukken merken. Wilt gij Maar nog iets anders 1" ging zij met een zekere ge jaagdheid voort.Mag ik mij tet u wenden, wanneer ik in nood en twijfel geraak, wan neer ik wanneer ik ,Nu, ik bid u, mejuffrouw Therese „Ik meen, wanneer ik voor de beslissing sta, en toch niet Otto het jawoord kan geven. Wilt gij mij dan ter zijde staan Felix von Bendler zeide niet dadelijk ja, .Laten wij, wanneer gij het goed vindt, nog een eind samen opwandelen, mejuffrouw Theresel" verzocht hij. Ea toon zij hem bereidwillig naar de diergaarde volgde, zeide hij .Gij wilt dus niet met Otto trouwen Gjj kant niet. dat hebt gij reeds na voor u zal ven uitgemaakt Therese haalde vrij adem. ,Ik weet niel, wat ik doen moet. Ik ben nameloos onge lukkig. Wanneer ik er aan denk, dat hjj van mij eene beslissing vordert, dan staat mijn hart stil. Ik acht hem meer daD ik zeggen kan, maar ik heb hem Diet zoo lief, dat ik zijn vrouw kan worden. Ik weet intnsscben, dat hij zeer ongelukkig zal zijn, en mijne dankbaarheid voor alles, wat bjj voor mij gedaan heeft, is zoo groot, mijn medelijden" zij brak den zin af. Felix had zwijgend toegeluisterd. Wat zij zeide, had hij immers vermoed, hij had het bij voorbaat geweten. Nu kwam het nog aan op het laatste. .Misschien bemint gij een ander, dat is des te moeielijkerzeide bij een beslist antwoord ontduikende, en daar zij daarop niets antwoordde, en bij daarin een bevesti ging van zjjn vermoeden zag, voegde hij er aan toe: .Ware het niet beter, dat gij alles aan Otto zeidet „Hij weet het reeds; hij hoopt, dat de tijd mijne gezindheid zal veranderen. Nu wij finantieel onbezorgd zijn geworden, verwacht ik eiken dag zijn vraag. En wat dan, wan neer ik neen zeg?( Waar been moet ik dan gaan Ik sta immers geheel alleen op de wereld. Ja, wanneer wij niet geërfd hadden; maar nu zal bij mij toevoegen zoolang gij in nood verkeerdet, was ik goed genoeg nu, daar gij mij niet meer noodig hebt, gaat gij heen I" „Neen, dat zal hij niet doen. Hij zal on noemelijk lijden, misschien ten onder gaan, maar hij zal u door geen woord, geen ge- kelijk gehandeld worden. De ongelukkige werd opgenomen en in de naastbijzijnde behuizing gebracht. Juist kwam hier de heer Frima, arts te Stndem, aan. Vermoedende, dat het leven wellicht nog niet geheel geweken was, stelde deze alle middelen in het werk om den ouden man in het leven te bewaren. Helaas, het mocht niet baten. En aleer de bepaalde begravenisplechtigheid kon plaat» hebben, moest de lijkbaar die door bovengenoemde mannen zou gehaald wor den, nog eerst dienst doen, om den man, die het graf gegraven had, als lijk huia- waarts te brengen, waar eene oude wan hopige echtgenoote hem wachtte. Te NIEUWE-NIEDORP wenscht men verbetering in de straat verlichting te brengen. De heer ■J. Merz te Schagen wordt met een en ander belast. Het hoofdbestuur der maatschappij Tot Nut van 'f Algemeen heeft aan het departement WINKEL, eene subsidie van f 200 toegestaan, ten behoeve der aldaar bestaande inrichting van „Handenarbeid". Bebosschen der zeedui- nen. Dezer dagen werd aan de leden der Nederlandsche Heidemaatschappij een aflevering van het Tijdschrift der maat schappij toegezonden, waarin zooals reeds was gemeld, opgenomen is het verslag vaneen bezoek, door twee leden van het bestuur gebracht aan Skagen, in (Den.) om de duinbeplanting aldaar tebestudeeren. Vooral met het oog op de voorgeno men bebossching der zeeduinen bij Schoorl was deze reis ondernomenen bestaat de verwachting, dat onze kale duinen nu langzamerhand tot de geschiêamTU- len gaan hehooren, mitsgaders de dui zenden welke ze thans jaarlijks kosten aan onderhoud en vastleggen. Waar men toch in Denemarken, vlak aan het strand, prachtig groeiende, van vijf tot zeven meter hooge dennen vond, is een dusdanige bebossching in ons ver reweg gunstiger klimaat zeker mogelijk en zal zij daarenboven strekken, om de aantrekkelijkheid onzer zeebadplaatsen alleszins te verhoogen. baar laten boeten tenzij, dat gjj „Nu - „Tenzij, dat gij buiten zijn weten met een ander betrekkingen hebt aange knoopt." Therese schudde onmatig het hoofd. Zij gevoelde zich beleedigd. „Gij hebt eene opvatting der dingen, wel ke ikeerlijk bekend niet begrijp, mijn beer von Bendler. Aangenomen, dat mijn blik zich vestigde op een ander, ik zeg: aangenomen Heb ik dan mijn ziel ver pand aan Otto Heb ik bel recht, om te voolen en te denken naar mijne eigene in geving, prijs gegeven P* .Neen, volstrekt niet! Maar voor een af doende verklaring tusschen u beiden ver sta mij goed, ik kan mij immers vergissen, maar bet is mijne meening moet bij kun nen aannemen dat gjj niets deedt, wat, wat Rij begrijpt mij Therese zeide niets. Het stormde geducht in haar binnenste. Had zij niet zooeven den brief op de post gedaan? Had zij de trouw breuk niet reeds begaan, niet reeds dat ge daan, wat Otto's vriend laakte Maar het was nog niet te laat. Zjj kon Franz verkla ren, dat er omstandigheden waren opgetre den, welke baar komst belet hadden Maar ook "zij kon tot Otto gaan en hem zeggen „Laten wij ieder onzen weg gaan ik kan n niet toebehooren I* „Ach, wanneer gij wanneer gij met Otto wildet spreken, mijnheer von Bendler. Dat zou een vriendschapsdienst zijn, zonder weerga. Ik kan het niet*. En in harts tochtelijke angst ging zij voort.Zegt gij hem, dat ik, wanneer hij het wenscht, afstand wil doon van olk geluk met een anderen man. Om hem niet te krenken, o n hem mijne dankbaarheid te bewijzen, wil ik alleen blijven, maar trouwen trouwen kan ik hem niet*. Felix legde onwillekeurig zijn hand op den schouder van het schoone, verslagen meisje. Hare hooghartigheid vervolde hem met achting, en hare angst en zorg baarden hem zelfs leed. En toch zeide hij „Onder millioenen menschen zult gij niet znlk een nobei karakter vinden, als Otto. Ik vind hem, uitgezonderd zijn sterk spre kende trots, onberispelijk. Hij zou u op de handen dragen, mejuffrouw Therese. Gij werpt een onschatbare parel weg en wilt daarvoor ruilen een schitterenden steen van twijfelachtige echtheid. Tbercse ontsteldeHij wist dos alles En zoo beoordeelde hij zijn eigen broeder? Of had hi] daarbij alleen het oog op Franz' onzekere toekomst In ieder geval bad zij niet alleen haar maar ook zijn geheim te bewaren. Ook wilde zij zich niet zoo voet stoots aan Felix onderwerpen. Daarom antwoordde zij„Gij zinspeeldet reeds eenmaal op eene andere genegenheid mijnerzijds mijnbeer von Bendler. Nn spreekt gij van een daadzaak en karakteriseert de persoon, terwijl toch „O neen, neen, ik bid o, mejuffrouw Therese riep Felix von Bendler met na druk nit, blijf, wat gij waart 1 Alles, wat ik van n boorde, was zoo bewonderens waardig, dat ik mij den goeden indrnk van u niet wil laten ODtnemen. Gij bemint mijn broeder, mejuffrouw Therese. Mijn gevoel, de door Otto gedane mededeeliageD, zeiden bet mij. Maar ik waarsebnw n 1 Mijn broeder is geen mensch die in staat is, harten te omstrengelen. Misschien, nu mis- scbieu meent hij het ernstig en eerlijk, maar hij is veranderlijk, innerlijk nog lang niet waar hij wezen moet, niettegenstaande zijne uiterlijke beslistheid en zijn gevoel van eigen waarde. En ten slottewelke voor- nitzichteo heeft hij Ja, het is mogelijk, dat graaf Knrland zich en hem getronw blijft, maar ook het tegendeel is denkbaar. „Gij zijt te goed, om hem tot tijdverdrijf te dienen, en bij, hij wil niet slecht bande len, maar zijn zucht naar genot, zijn on stuimig bloed, zijn wulpschen zin sloepen hem mede. ,Ja, ik ga nog verder, ik moet het zog gen wanneer gij Franz werkelijk huwdet, zoödt gij op den duur toch niet gelukkig worden met bem. Hij kan nu eenmaal niet tronw zijn in de liefde. Hij is een van die naturen, die nooit een vrouw aan zich boeien kunnen. Z.ijn natuur is nu eenmaal zoo en hij bezit niet de macht zijn hartstochten te be- heerschen. En evenals men in nucbteren toe stand niet te water springt, wanneer men niet zwemmen kan, zoo moet ook een man met een onbestendig hart geen hnwelijk aangaan. Ik weet wel, dat gij denkt, dat ik een pedant heer, een enghartig mensch ben, die spreekt als een grijsaard. Znlke woorden passen niet voor een mensch van mijnen leeftijd. Mijne bezonnenheid stoot u af. Maar ik werd er mede geborenja, misschien vu het beter, dat ik er wat luchtiger over kon beenstappen. Franz heeft meer genot van het leven dan ik. Maar ieder kan zich slechts geven zooals zjjne individualiteit is." WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1894 | | pagina 1