Alm
Nitm-
tis- k Liiilinl
0ISTUII1G BLOED.
Donderdag 15 Februari 1894.
38ste Jaargang Ho. 2805
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Z a te r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uitgever, J. WINKEL.
Bureau: §CHAGEI, Laan, II 4.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van l tot 5 regels f 0.25iedere regel meer 5 ct
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Gemeente C ll 3 6 n. e;n gnnstiger rejg) betere omstandigheden
Bekend lil a k I ll g' e n, en evenveel succes.
Binnenlatidsch Nieuws.
Maandaghouders Een
FEUILLETON.
Roman van HERMAN HEIBERG.
De keuring; van hengsten ter
toekenning van twee Kijkspre-
miën sul f ÏOOO.— elk.zal worden
gehouden op Maandag 5 Maart
e. k. des namiddags één ure, in
de llollandsche Manége, verleng
de Vondelstraat te Amsterdam.
RAGER
COURANT.
o K eene uitvoering geven, dan wenschen wij het
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente worden inlich
tingen verzocht omtrent een uit een weide
vermist wit Schaap, overhouder, gemerkt
met lichtblauw op het schoft.
Burgemeester en Wethouders van Scha-
gen brengen ter algemeene kennis dat door
Thijs Bijpost vergunning is verzocht voor
het bouwen van een bakkersoven in het
petceel wijk D. nummer 1 7 aan de Lian al- j
daar en dat door hen tot het onderzoek
der tegen dit verzoek ingediende bezwaren,
eene zitting ten Raadhuize zal worden ge
houden op woensdag 28 dezer, des mor
gens van 10 tot 12 ure.
Scliagen, den 13 Februari 1894.
Burgemeester en "Wethouders voornoemd.
W. A. HAZEU, Weth.
de Secretaris
DENIJS.
WIERINGERWAARD. Het
was te voorzien, dat het gezelschap van
den Heer W. Hart Zondag j.1. voor een
haltvolle zaal zou moeten optreden. De gym
nastiek vereeniging Olympiaging naar
Winkel om daar aan eene uitvoering deel
te nemen en het weer was in één woord
slecht. "Vooral het laatste in aanmerking
genomen, dan had het gezelschap over de
opkomst nog niet eens te klagen. En zij,
die wind en weer hebben getrotseerd om
de uitvoering bij te woneD, zijn ervan over
tuigd, dat er goed gespeeld is. De rollen
waren blijkbaar flink bestudeerd cn de ver
tolking was goed, die van de h.h. W. Hart
en de Boer en van den heer en mevrouw
Blaaser zelfs voortreffelijk Waarom heb
ben wij ons afgevraagd, valt de keuze de
zer directie vaak op tooneelstukken van
twijfelachtig gehalte. De Blinde en zijn
Geneesheer is niet van onnatuurlijkheid en
overdrijving vrij te pleiten.
Wij maken ons sterk, dal dit gezelschap
met goede, degelijke stukken, die ons aan
het werkelijke leven doen denken en
zulke zijn er toch genoeg altijd en over
al voor een dankbaar publiek zou optre
den.
Mocht het gezelschap later nog eens
troepje werkvolk ging opeen maandagmor
gen naar de kroeg en vond het daar zoo
gezellig, dat bet werk vergeten werd. Te
gen twaalven trad eene vronw de kroeg
binnen. Zij liep naar een der maandag
houders t ie en zeide, „ge komt zeker wel
niet tbuisom te eten en daarom breng ik
u hier het middagmaal. Zij plaatste nu een
gedekte schotel op de tafel e:i ging heen.
De metgezellen vouden, dat de bevoorrechte
makker zijn maal met hen moest deelen.
Het deksel werd opgelichtde schotel was
leeg. Er lag een brietje in tn daarop
stond geschreven; „het is helzelfde, wat
ik met de kinderen heb gehad. Eet sma
kelijk."
De vergadering van de
vereeniging „Het Neder landsch
Pairden-Stamboek", afdeeling
„Noord-Holland", zal worden gehouden
op Maandag 26 F e b r u a r i 1891,
des namiddags 1 ure, in het café Kras-
napolsky te Amsterdam.
Punten van beschrijving
1. Notulen.
2. Ingekomen stukken.
8. Mededeelingen.
4. Verslag Afgevaardigden Algemeene
Vergadering.
5. Benoeming eener Commissie tot
onderzoek der rekening over 1893.
6. Benoeming van drie afgevaardig
den ter Algemeene Vergadering.
7. Bepaling van de plaats voor de
volgende Vergadering der Afdeeling.
8. Vaststelling der begrooting over
1894. (Zie onderstaande)
9. Op te geven voorstellen ter opna
me onder de punten van beschrijving
voor de Algemeene Vergadering der
Vereeniging.
10. Hetgeen verder aan de orde zal
worden gebracht.
Verder wordt den leden en andere
belanghebbenden bekend gemaakt, dat de
Keuringen voor het toekennen van de
Provinciale aanhoudingspremitn en Subsidién
voor tweejarige hengsten, en voor heng
sten minstens drie jaren oud, zullen
plaats hebben
(Vertalingsrecht verzekerd.)
32. -
Sedert den brief die Franz van Therese
ontvangen had, was er van eene ontmoe
ting tusschen hen nog geen sprake geweest; komst, dacht hij indruk op Therese te ma
Franz."
Toen Franz zich den inbond van dit
schrijven te binnen brccht, terwijl hij E-
dith beloofd had het overige deel van den
dag met haar door te brengen, scheen het
hem onmogelijk toe, zijn samenziju met The
rese tot één uur te bekorten. Hij kon slechts
tweëerlei wegen volgenEdith teleurstel
len en baar zijne verontschuldigingen maken,
of Therese schrijven, dat hij niet kwam,
omdat hij verhinderd was.
Beidon was pjjnlijk 't laatste was on
mogelijk, het zou in krasse tegenspraak met
zyn schrijven zijn juist door zijn spoedige
hij had haar, nog geheel en al door zyn
gevoeleD beheerscht, een kalmeerend en be
darend schrijven gezonden:
„Ik verklaar u opeu en vrij, dat ik maar
ongaarne een betrekking met een vrouw
aankooop, die mij verplicht, dat ik voor
anderen geen oogen en gevoel mag hebben.
Zeker zal degene, die een verbond sluit,
een vasten band aanknoopt met mij, iets door
de vingers te zien bobben, maar ik weet,
dat ik in den eigentlijken zin van het
woord, trouw, ben, zoodra ik mijn woord ver
pand heb.
Ik heb u ook lief met mijn hart, en u
bemin ik zoozeer, als ik maar vermag lief
te hebben. Wanneer ik met u over de
keo, en op zulke oogenblikken geloofde hij
wat bij schreef.
Eindelijk vond hij een middenweg. Hij
schreef Therese, dat hij eerst tegen zeven
uur kou komen. Na afloop van hel theater,
wilde hij afscheid van Edith nemen.
Edith was zeer teleurgesteld, toen Franz
tegelijk bij zyn verschijning, haar mededeel
de, dat bij het niet anders had kunnen in
richten, maar dat hij na afloop van het the
ater, afscheid van haar nemen moest. Tot
schadeloosstelling deed bij al het mogelijke
om haar te behagen, en verzocht dringend,
ot hij haar den volgenden dag in haar ate
lier mocht bezoeken.
„Het is jammer dat gij besproken zijtHet
te SCHAGEN, op Woensdag
14 Maart as. bij A. Visser,
des middags 13 ure;
te HOOFDDORP, op Donder
dag Ir> Maarta.s. op de Markt
des voormiddags ÏO ure;
te BEVERWIJK, op "Vrijdag
1C5 IVlaart, a,s. bij de Zon,
des voormiddags II ure.
Er zal vóór deze keuringen gelegen
heid worden gegeven, ter opname van
hengsten, en na afloop daarvan ter opname
van merriën in het Stamboek.
De keuringen van éénjarige hengsten
voor de toekenning van aanhoudingspre-
miën zullen tegelijk met die van de mer
riën plaats hebben en later worden be
kend gemaakt.
Houders van fokpaarden worden er
aan herinnerd, dat de merriën met welke
zij naar eene aanhoudingspremie willen
mededingen, in het Nederlandsch Paar-
den-Stamboek moeten zijn ingeschreven
of daarvoor op den dag der keuring
zijn goedgekeurd; daarbij moeten zij door
een premie-waardig gekeurden hengst
zyn of worden gedekt. Hengsten, welke
niet op de keuringen zijn aangeboden of
niet premiewaardig zijn gekeurd, kunnen
dus hiervoor niet worden gebruikt.
De begrooting voor 1894, is geraamd
op: in ontvangsten: f 915.en uitga
ven f 915.
De begrooting Provinciale Subsidie
1893 bedraagt in ontvangsten f5000.
en uitgaven f 5000.
P. S. In het getal en de verdeeling
der subsidiën en premiën, zal eenige
wijziging moeten worden gebracht,
omdat een gedeelte daarvan voor de
eilanden Texel, Terschelling en
Wieringen, beschikbaar moet wor
den gesteld.
Een ongelukkige vrouw. Op d e Ou
de Gracht nabij de Geerteburg te UTRECHT
woonde siuds geruiraen tijd eene dame van
middelbaren leeftijd, die dikwerf diende
tot vermaak der edele stiaatjeugd.
Wanneer eenige belhamels bet waagden
door de ruiten naai hinnnen te gluren,
toekomst niet zoo ernstig overlegde als gij is gezellig, om na het theater nog eeDS te
wel wensebtet, en mijn onzekere inkomsten
als grond daarvoor aanvoerde, geschiedde
dat niet, omdat ik mij daarachter wilde ver
schuilen. Niet waar, mijn dierbare Therese,
luchtige levensopvatting staat nog niet gelijk
met lage bedoelingen en gebrek aan grond
beginselen.
keuvelen, ik beD er tenminste verzot [op
zeide Editb, terwijl zij naar buis reden
„Och ja Wanneer ik eons een man moebt
ontmoeten, die half zou was als gij, en half
zooals. Otto Vincent, die zon naar mijn smaak
zijn
„Alzoo bevalt u slechts de helft van
Wisch, bid ik u, den indruk uit, dien gij mij viel Franz haar in de rede. „Maar
verkregen hebt. Laat ons ons geluk genie- dat zou ik mij nog laten welgevallen, wan
ten en dat is de hoofdzaak; bestemt neer gij mij niet tegenover dien onverdrage-
8Ö> waarheen gy gaan wilt, of gij te Ber- lijken Oito Viccent ste'det. Uw smaak in
bjn bij eene familie dan wel dat gij bij mij dit opzicht is mij geheel en al onbegrijpelijk l*
ie moeder wenscht te wonen. "Ik mag hem gaarne, omdat ik een gevoel
Ook tot het laatste ben ik genegeD, of- van gerustheid over mij krijg, wanneer ik
genegeD, of
schoon gij weet, dat daar veel tegen te
ïePgen is. Maar gij moogt beslissen.
Neem, alswaren zij mijzelf, bedeD mijne
bloen-en in liefde aan, en tooi n er mede,
"1 beboet mijn lief, aargefceden meisje gee-
oe Versiering. Morgen namiddag om vijf uur
bij u, om in uwe aimen de vergif-
aan te hooren vcor uw liefhebbenden
kem ik
tv ia
bij hem ben, en omdat hij een zeer edel
bart heeft. Iets meegaande kon hij zijn, ze
ker, maar daarom bid ik den hemel ook
telkens cm een man, half aan hem en half
aan n gelijk."
„Dat wil dus met andere wcorden zeg
gen, dat ik niet genoeg te vertrouwen ben 1"
antwoordde Franz op tuchtigen toon, maar in
wendig boos.
„Ja tenminste in liefdeszaken, is niet
op u to vertrouwen. Dat is helder genoeg
bewezen," gaf zij hem lachende ten antwoord.
Dicht bij de woning van Edith, in do
Königgrasserstrasse, riep Franz uit„Schan
delijk, dat nu alles eindigen moet I Wat
zondt gij er van zeggen, Edith, wanneer wij
morgenavond weder bij elkander kwamen en
het verlies van hedenavond inhaaldeu. Wilt
gij
Tot zijne verrassing weigerde zij.
„Neen, morgen kan ik niet Franz."
„Hebt gij geen tijd?"
„Neen dat wil zeggen ik heb een
afspraak met uwcu go ba ten vriend, Otto
Vincent
„Hoedat? Gaat gij met hem om? Wilt
gij met hem uitgaan?" riep Franz verbolgen
uit.
Hij zag Edith gespannen en met opge
trokken wenkbrauwen aan; hij kon het niet
verdragen, dat zij dien ander voortrok.
„Hij wil mij nmr de voorstellingen der
Indianen breugen."
Zoo zoo goed I Dan wellicht
overmorgen. Neen dat niet, dan kan ik
niet, dan ben ik op een souper genoodigd
alzoo een andermaal, op Pinkster over twee
jaar of kort voor dat de wereld vergaat,"
eindigde Franz spottend.
En dan voegde bij er aan toa, zoodat
Edith het nog verstaan moest„Nu gij, ra
re, doorluchtige hoogheid, de hertogin van
Perigord hebt afgezet, rijdt gij nog, beer
koetsier in vliegende galop, naar de Krenz-
bergstrasse, eerste villa rechts Adieu
adieu volstrekt geen dank, Kleintje I
Het is mijn plicht, uwe doorluchtigheid te
danken. Groet uwe kostvrouw van mij, eo
zeg baar, die huisplagen zijn nog al
nieuwsgierig, dat bat hoogste lot zooeven
door Franz von Bendler getrokken is, na
melijk de vriendschap der goddelijke Edith
Malente
Dit compliment, werd door Edith Malen
te met een minachtendenblik beant
woord.
Franz riep echter, zoodra hij buiten haar
gehoor was, den koetsier toe: „Niet naar
de Krenzbergstrasse koetsier, maar naar
het Beliialiance-plein, nummer elf.—
Daar aangekomen, vond Fraoz het huis
reeds gesloten, en hij overwoog reeds, of bij
waar men eeo chaos van allerlei voorwer
pen en meubeleD in beva'.ligen wanorde
kon gewaar worden, dan kwam een vreemd
uitziend vrouwtje te voorschjjn, die dan
steeds door bare vreemde gestalte en ge-
laats uitdrukking de bengels op de vlucht
joeg.
Kwam het mensch op straat, dan was
zij ook daar immer het voorwerp van de
spotternijen der straatjeugd en had ze al
tijd een staf van gillende en schreeuwende
jonge straatbnrgers om zich vereenigd, aoo-
dat ze nergens meer veilig was voor haar
kleine kwelduivels.
Siuds eenige dagen hoorden de buren
baar niet meer en toen eindelijk eene vrouw
die somtijds bij het mensch ging werken
gedurende geruimen tijd tevergeefs had ge
scheld, werd de politie met de zaak in ken
nis gesteld.
Zaterdagmorgen wist deze het huis bin
nen te komen, waar den handhavers der
openbare orde oogenblikkelijk een minder
aangename lucht tegemoet kwam.
Bij het onderzoek dat uu volgde, vond
men het lijk van de ongelukkige vrouw,
hetwelk reeds in staat van ontbinding ver
keerde.
Over boord geslagen.
De stuurman op de stoomboot van De
LEMMER naar Groningen is eergisteren
door een hevigen rukwind tusschen Ber-
gum en Garijp over boord geslagen en
verdronken. Men heeft het lijk eenigen tijd
later gevonden, en het naar Groningen
vervoerd.
Uit WILDERVANK schrijft
men:
Indien het gerucht waarheid bevat, dan
is gister nacht ook in die gemeente eene
gewelddadige aanslag gepleegd op den ei
gendom en de veiligheid van andenen. Hei
groote houtstek van de flruaa Meihuizen,
houthandelaren en ook fabiikanten, werd
dien nacht een prooi der vlammen.
Ook de woning van den heer Everts,
lid der firuia, naast het houtstek, is totaal
afgebrand. Door den sterken wind aange
wakkerd en door den hooivoorraad voort
durend gevoed, grepen de vlammen met
groote snelheid om zich heen en weldra
stond een der aangrenzende huizen in
brand.
De zeer spoedig op het terrein aanwezige
spuiten, waatonder ook een paar uit Veen-
dam, hebben de vlammen in dat huis,
niet liever zou omkeeren. Maar door deze
hindernis juist aangespoord, trok hij aan de
bel en riep den knorrend naderbij komenden
portier op zijne vragen: „Wat is er? Wat
wilt ge en wie zijt gij kortaf toe
„Ik ben de dokter Ik ben geroepen. Licht
heb ik zelf!" en trad, nadat hij den sleutel
gekregen en weder overgegeven bad, bet huis
binnen.
Toen bij de laatste trap opging, en nog
maals eeo lucifer aanstreek, zag hij tot zijn
niet geringe verbazing een vrouwelijke ge
stalte op de bovenste trap zitten.
„Ja, ja, ik ben het, wees bedaard,' kwam
het langzaam over Therese's lippen,
„Gij hier Therese? Wat is er, om gods
wil—?1 fluisterde Franz verschrikt en boog
zich tot haar over. Tegelijk giug het licht
nit en in bet donker, fluisterde net meisje hom
toe:
„Verlaat, bezweer ik n, oogenblikkelijk
weder bet huis Het kan niet, het is onmo
gelijk, dat gij mij nog zoo laat komt bezoe
ken. Mijn meisje is reeds te bed, en al was
dat niet zoo, dan kon ik u toch niet ont
vangen. Gij bezoekt mij morgenmiddag, op
gewonen tijd, of 's morgens Om te ver-
boeden, dat gij bellen zoudt, wachtte ik hier
reeds meer dan een half uur en uit voor
zichtigheid in duisternis
Franz was overtuigd van de waarheid
harer woorden, maar bare aanwezigheid ver
stoorde bem wel.
„Gij zijt nog boos op mij gij zijt nog
altijd niet verzoend, Therese. Och. hoe
lang pruilt ge kwam bem in één adem
over de lippen. „Wat moet ik nu nog meer
doeD
Zij antwoordde niet, en zoo vond de man
zijn vermoeden bevestigd.
„Spreek ik bid u," verzocht hjj baar
dringend, terwijl hij hare wangen streelde
en daarbij ontwaardde dat zij nat van bare
tranen waren.
„O, gij weent, mijne Therese, mijne lieve
Therese om mij Is het, omdat ik
trots mijn schrjjven, niet gekomen ben
Een driogende zaak verhinderde mjj een
werk, dat morgen afgeleverd moest worden
d it was de reden vergeet me pruil
niet langer
Maar ook nu zeide zij niets, en zijne
baDd, die zij zooeven op baar hoofd duldde,
schoof zij weg. Het was hem duidelijk, zij
bewoond door mej. de wed. Van Olm,
nog weder bedwoDgcn. A*n de groote
krachtsinspanning der brandweer is het te
danken, dat deze ramp nog niet grooter
afmetingen heeft aangenomen. Men schrijft
den brand toe aan kwaadwilligheid.
In de maag van een [koe is
door den slager S., te GOES, een open
knipmes en een oude kous gevonden.
Verkeerd opgevat. De
koster eener protestantsche plattelandsche
gemeente in Noord-Holland herdacht de
vorige week zijn geboortedag. Voor deze
gelegenheid had moeder de vrouw „een
broeder" gebakken met rozijnen, sucade,
enz., welke na een kwartier uur uit den
pot te voorschijn zou komen, naar zij hoopte,
als de broeder bij uitnemendheid.
Jammer genoeg werd moeder in het
heetst van haar werk door eenige buur
vrouwen gelukgewenscht met dezen heuge-
lijken dager werden een paar glaasjes
rood met suiker gedronken, eenige koekjes
er bij gebruikt en na het vertrek der
vriendinnen bleek bet, dat de heerlijke
broeder verbrand was.
Moeder huilde van spijt, die heerlijke
traclatie weg en dat op haar mans ver-
jaagdag en door hare ontachtzaamheid ver
oorzaakt!
De koster, een gemoedelijk man, schikte
zich in zijn lot, maar keek toch bedrukt,
toen de namiddag-godsdienstoefening zou
beginnen en de dominé hem vroeg „Wat
zie je treurig koster, hapert er iets aan
„Neen, dominé,' zeide deze. „Ik geloof
van wel", sprak de dominé, ik zie het
aan de uitdrukking van je gelaat, er ia
wat.'
Nu vertelde de koster, dat er in zijn
huis 'a middags om één uur een broeder
verbrand was, en wou verder gaan, maar
net sloeg de klok 2 uur en dominé moest
voor de gemeente optreden. Hoe verwon
derd keek echter de koster op, toen domi
né in het nagebed den ongelukkigen broe
der van den koster herdacht, welke op
zoo'n smartelijke wijze den dood had ge
vonden.
Er is nog niet gemeld of dominé de
volgende week de zaak nader heelt opge
helderd. Reiz. Nievwsbl.
Uit den gemeenteraadvan
UITINGERA DEEL.
Gedeputeerde Staten van Friesland heb-
geloofdo hem niet en wanneer zij hem ge
loofde, verzette zij er zich tegen. Het was
ook een zeer vage uitvlucht geweest. Nu
viel bet hem in, dat zij hem kou verwijten,
dat bij zijn werk wel tot 's avonds laat of
's nachts had kunnen uitstellen.
„Ik bid ik bid u, Therese, wees we
der goed op mijUit Heide moet gy
mij vergeven vleidde de man, die uit
schaamte en berouw waarlijk weekhartig
geworden was, en in wiens binnenste op
dit oogenblik het modelijden eu de lielde hun
invloed deden gelden.
Hij omarmde haar nogmaals, trok haar on
stuimig aan zijn borst, en drukte vurige kus
sen op bare wangen.
Maar zij beantwoordde ze niet, hare wan
gen waren koud, het was of bare levens
geesten verstomd waren
Onrustig verdrong de eene gedachte de
andere, in Fran'z hoofd. Wat zon hij doen?
Haar na verlaten, dat was gruwelijk, en de
gedachte, zijn smeken om vergiffenis bier
in dooker voorttezetten, waar zijn gebaren
en oogen zijn smoken niet ondersteunen kon-
deD, scheen hem onbehaaglijk toe.
„Open mij uwe woning, ot breng mij daar,
waar wij kunnon praten. Toerese, wilt gij
geen van beiden ik zie het aan u, gy
zijt nog boos.
Zij deed hem zijn rede afbreken, doordat
zij zich van hem losmaakte en op doflen toon
tot hem zeide
„Goede nacht wellicht kan ik beden
en, gisteren sloot ik geen oog
goeden nacht
„Zeg nog één vriendelijk woord There
se Ontwijk mij zoo niet Therese
mijne Therese En wanneer mag ik
morgen komen
„Ik zal u dezer dagen schrijven, laat mij
nu gaan ga heen En plotseling
op angstigen toon voortgaande „Om he
mels wille ik hoor beneden voetstappen
klinken. Er komt iemand. Maak spoe
dig of neen verberg je, zorg dat nie
mand je ziet ee verlaat dan het huis
Na deze woorden, snelde zy heen: hij hoor
de hoe zij vlog en zachtjes de denr harer
kamer opende en binnentrad, en hoe zij die
wederom voorzichtig in het slot liet val
len.
WORDT VERVOLGD.