Zondag 11 November 1894. 38ste Jaargang No. 2888. De E BIJVOEGSEL. FEUILLETON. a. een proces-verbaal van opneming der boeken en kas van den Gemeente- Ontvanger, d.d. 22 Sept. jl. waaruit blijkt, dat op het tijdstip der opneming in kas was een som van f 1129.965; ROMAN van ÜRANT. V ergadering van den Iiaad der gemeente BARSINGERHORN, g<- honden op Woensdag 7 November 1894, des voormiddags ten 10 ure. Tegen woordig alle leden. Yoorz. de heer D. Spaan», Burgemeester. Na opening der vergadering, lezing en goedkeuring Jer notulen, wordt mededee- ling gedaan van de volgende ingekomen ■tukken. b. een piovinciaal blad, houdende de benoeming van J. Hoekstra en 1). Raat, tot zetters dezer gemeente 0. een schrijven van Mej. de wed. P. Stuurman, inhoudende dat zij bij haar vertrek uit de gemeente, haren dank be tuigt voor de geldelijke ondersteuning, die zij van de gemeente heelt genoten, sedert het overlijden van haren echtgenoot; d. missive van Ged. Staten, houdende toezending van een beschikking op een bezwaarschrift van J. Pool, tegen zijnen aanslag in den hootdelijken omslag; e. een besluit van Ged. Staten, d.d. 31 Oct. jl. houdende vaststelling der Ge meenterekening, dienst 1893. Aangenomen voor kennisgeving. 1. een adres van het bestunr der afd. Bamngerhorn, der Noord-Hollandsche vereeniging „Het Witte Kruis", om sub sidie voor het maken van een regenbak, hetzij te Kolhorn bf te Haringhuizen. B. en W. adviseeren hierop, om een subsidie te verleenen van f 50.met bepaling onder meer, dat de bak te Kol horn moei wordeu gemaakt, omdat naar hunne meening de voorkeur aan deze plaats moet worden gegeven, wegens het groot aantal arbeiderswoningen, welke men daar heeft zonder regenbakken. Overeenkomstig dit advieB wordt be sloten. Aan de orde wordt gesteld de behan deling der geraeentebegrooting voor 1895. De Commissie, belast gawetst met het voorloopig onderzoek, rapporteert, dat zij op de begrooting, zooals die door B. en "W. is ingediend, geene aanmerkingen heeft en adviseert tot onveranderde vaststelling, waarmee de vergadering zich zonder discussie vereenigt. De begrooting is als volgt UITGAVEN. Hoofdstuk 1. Kosten van het Huishoudelijk Bestuur. Jaarwedde van den Burgemeester f 400. „de Wethouders 100. den Secretaris 425. Ontvanger 200. Presentiegeld der Eaadsleden 100.— Jaarwedden en toelagen voor Ambtenaren en bedienden ter Secretarie, den conciërge en de boden 250. Reiskosten ena. 30. Kosten van licht en brandstoffen 36 Schrijf- en bureaubehoeften, druk- en bindwerk, briefporten, vrachtloonen en andere kleine uitgaven 175. Kosten van het onderhonden en schoon houden van het gebouw of vertrek bestemd voor de vergaderingen van den Raad en van den Burgemeester en Wethouders, mitsgaders de secretarie dezer gemeente 60.— Onderbond en aankoop van meubelen voor die gebouwen of vertrekken 20. Kosten van bet aanleggen en bijhouden der registers van den Bnrgerly ken Stand 70. Idem van de dnbbelen der leggers en plans van bet kadaster 1. Idem van de bevolkingsregisters 1.— Kosten van de Kiezerslijsten en bet uitoefenen der kiesverricbtingen 40. Kosten van aanplakken en omroepen enz. 15. Kosten van staats - en prov.- blad en andere bladen 20. Kosten van zegels van registers, rekeningen enz. 60. Boekwerken voor het archief 20- Advertentiën in Dagbladen 10. Kosten voor het leveren van vcrver- schingen in vergaderingen cn op de gemeentesecretarie uitgenomen die, welke op verkiezingen betrekking hebben 70. Hooldstuk II. Kosten van invordering der Plaatselijke Belastingen en teruggave deswegens. Kosten op de invordering vallende 25. Uitkeering aan hetRjjk van het aandeel in de kwade posten, wegens de directe belastingen, (wet van 29 Juli 1848, Staatsblad No 32 en 18 September 1852, Staatsblad No. 177) 20.— Jaarwedden van de haven- en kaaimeesters 20. Vergoeding van het Rijk van 21/, pCt. van het onzuiver bedrag der grond en personeele belasting, ten behoeve der gemeente geheven, voor zoover de opcen ten betreft 60. Kosten schatting en berscbatting, in gevolge de drankwet 15. Belooning en kosten by bet lossen van vee te Kolhorn 6. Hoofdstuk III. Kosten van onderhoud van Gemeen te-eigendommen en deswegens verschuldigde lasten. Afdeeling I. Jaarwedde*. Jaarwedden van de opzichters over ge meentewerken, klokkenluiders, klokke nisten en uurwerkmakers 100. Jaarwedden van den molenaar in de Deellanden 25. Idem van twee opzichters over de alge- meene begraaiplaatsen, tevens Jdoodgr»vers], 240. Afdeeling IL Onderhoud wan gehouwen, ent. Onderhoud van huizen, torens, poorten en dergelgken Dag- en weekgelden der werklieden en dergelijke bedienden, in dienst der ge meente, mitsgaders verdere kosten der fabricage 50- Afdeeling III. liegen, pleinen, vaarten, bruggen, planteoenen en andere werken. Onderhond van straten en pleinen 80. Onderhond van pompen en riolen 25. Onderbond van havens, vaarten, kaaimuren, sluizen en andere waterwerken 200. Diep- en schoonhouden van havens, grachten, slooten, putten 10. Onderhond van klokken, borlogiën, speelwerken en dergelijken 25. Onderhond van begraaiplaatsen en kosten van begraving 50. Idem van landerijen met inbegrip der kosten van hokken en dammen 20.— Idem en daarstelliDg van gemeentelijke urinoirs en privaten tO. Voor den aanplant en het snoeien van hoornen en heesters 20. Afdeeling IV. Latten. Grondlasten wegens landerijen f 120. Dijk- en polderlasten 275. Hoofdstuk IV. Kosten der openbare veiligheid en van de brandweer. Afdeeling I. Jaarwedden. Jaarwedden van de veldwachters 800. Jaarwedden van hooistekers 40. Onkosten van de brandspnitlieden 50. Bureaukosten der brandmeesters 12.50 Gratificatiën aan de veldwachters 75. Afdeeling II Andere kotten wegens de openbare veiligheid, als onderhoud, ent. Kleeding en uitrusting van de agen ten vau politie en veldwachters 80. Onderhond der hooistekersgereedschap- pen 5. Onderhond der brandspniten, brand ladders en». 50. Onderhond der lantaarns en verdere kosten van verlichting 40. Kosten in 't belang der openbare veiligheid 30. Hoofdstuk V. Kosten der Plaatselijke Gezondheids- politie. Kosten van de dcodschonw en de vaecinatie. 100. Kosten wegens het ophalen van haard- asch vuilnis en faecalien 100. Belooning van keurmeesters over 't vee 5. Kosten by epidemische ziekten 1. Hoofdstuk VI Kosten van het Onderwijs. A fdeelingl Lager Onderwije. Jaarwedden der onderwijzers 7035. Kosten voor het herhalings-onderwjjs 200. onderhoud vau scholen en onderwgserswoningen 200. Kosten van het aanschaffen en onder honden van schoolmeubelen 150. Kosten van het aanschaffen en onderhon den van schoolboeken, leermiddelen en schoolbehoeften 400. Kosten van verlichting en verwarming en van het schoonhouden der schoollo- calen t 325.— Kosten van belooningen en eereblijken. f Belooning aan Mej. S. van der Wonde, als assistente bij het onderwijs in de handwerken aan de school te Kolhorn 240. Belooning aan Mej. G. van der Hoek, voor het geven van onderwijs in de handwerken aan de school te Haringhuizen 125.— Idem aan Mej. H. van der Woude aan de school te Barsingerhorn 240. Bijdrage aan Heeren Kerkvoogden der Hervormde Gemeente te Kolhorn, in het onderhond der kerkstraat tevens toegang gevende tot de openbare school 15. Hoofdstuk VIL Kosten van het Armwezen, mitsgaders subsidiënen bijdragen aan verschillende en daarmede in verband staande instellingen Belooning van doctoren, heelmeesters, vroedmeester, vroedvrouwen, enz. f 1560. Geneesmiddelen voor behoeftigen 1, Kosten van verpleging van arme krank- ainnigen 185.— Snbsidiën aan armbesturen, te wetent a. aan het algemeen Burgerlijk armbestuur 900. Hoofdstuk VUI. Benten en aflossingen. Renten van geldleeningen 142.50 Aflossing van geldleeningen 500. Hoofdstuk X. Andere uitgaven, niet onder de vorige hoofdstukken behoorende. Kosten vallende op het honden der loting der Nationale Militie en Schut terij 5.— Kosten van Begeleiding van militie- plichtigen en Verlofgangers 6. Kosten van den jjk en herijk der maten en gewichten,mitsgaders voor het lokaal deswegens 6. Kosten voor openbare vermakelijkhe den en feesten en voor het uitsteken van vlaggen, 25.— Kosten van brandverzekering van gebouwen 100. Kosten ten behoeve van den telefoondienst 235. Subsidie voor den wagendienst van Bar singerhorn en Behagen 200. Voor het maken van een ligger op de wegen in deze gemeente met daarbjj be hoorende schetskaarten ingevolge art. 3 van het reglement op de wegen in Noord-Holland 350. Hoofdstuk XII. Onvoorziene uitgaven. Onvoorziene uitgaven 94.— VERZAMELING DER UITGAVEN. Benaming. Hoofdstuk I. Kosten van Huishoudelijk Bestuur 2202. Hoofdstuk II. Kosten van invordering van de plaatselijke belasting en teruggave deswege 145. Hoofdstuk III. Kosten van onderhoud van gemeente eigendommen en de deswege verschuldigde lasten 1700. Hoofdstuk IV. Kosten der openbare Georg Bendler. 2. Cbristina ontwaakte reeds vroeg in den morgen en zag slaapdronken rond Het duurde een oogenblik eer z|j wist, waar ij) zich bevond. Het bed was zoo groot en breed, zooals zij nog nooit gezien bad, de kamer was zoo hoog en door de dichte, donkere gordijnen, droDg maar slecbts een smal zonnestraaltje binnen. Eerst nu kwam zij tot hare normalen toestand terug. Ja, bet was gisteravond geweest, dat men baar hier gebracht bad, naar dien vriende lijken mijnheer en die bleeke dame. Men had baar gevraagd, of zij hier blijven wilde; zij zou ook een speelkameraad hebben, die even oud was als «ij. Die zou «ij eerst vanmorgen leeren kennen; dusaanstoDds reeds, 's Nachts zou «y in een vreemd huis 6lapen. Ja, zoo was het gebeurd. Toen haar dit als weder duidelijk gewor den was, viel baar blik op het kieine, zwar te rouwkleed, dat over de leuniug van den Btoel tegenover haar bed hing, en nu kwam eok wederom de herinnering aan de laatste dagen, met al bun leed en smart die ty gebracht hadden, by baar boven, en zij begon bitter te weenen, zoodat hare tra nen over de fijne met kant voorziene kus sens rolden. Daar sloeg het teven uur. Dat was het uur, waarop zij thuis ontbeet, om tijdig in school te zgn, en als riep het ge luid van den klok, haar een plicht voor den geest zoo drong «ij krachtig hare tranen terug' en sprong vlug uit bed. Slechts met moeite hanteerde tg die grooie waskom en waterkan en al de vreemde zaken, die haar oog trollen, bielden haar weldra zoo bezig, dat baar smart geheel en ai vergat. Fluks maikte tij, zooals zg dat thuis ge woon was, haar bed op en toen werd er ook reeds op de deur geklopt en haar naam geroepen- .Binnen', riep zy, wel oen wei nig verlegen en «acht. Dskar Heibig was de eerste, die naar het kind kwam Hij stak baar de hand toe. „Goed ge- "Tt kind knikte en boog het hcofd, toen ay den blik tan don man tegenover baar, of zich voelde rasten. Ja, dat was ontegenzeg gelijk baar kind; dezelfde gelaatsvorm, de zelfde mond met omgekrulde lippen, dezelf de oogen, door lange wimpers beschaduwd; slechts was bier alleB donker, wat bij de moeder licht was geweest. De natuur had zich de weelde veroorloofd hetzelfde beeld in andere kleuren te geven, Hy hield Dog altijd de handen van bet kind vast. „Kent gij mij niet Het kind schudde het boofd. „Weet gy ook niet, wie ik ben f' „Mijn voogd, heeft men mij gezegd.' „Zoo is het goed en derhalve tal ik voor u zorgen, wanneer gy een zoet en volgzaam meisje zijn zult. Gij zult hier een speelka meraadje viuden, dat gy als een «aster be schouwen moet. Ook moet gij mij van uwe moeder vertellen, later als er meer tijd is," voegde hij er aan toe, toen hij zag, dat do oogen van bet kind vochtig werden „Wacht hier maar, tot gij aan het ontbijt geroepen wordt, eu wees niet bevreesd, mijn kind.' Hij streek baar over het zwarte haar, zag haar nog eenmaal met volle tevredenheid aan en verliet de kamer. Buiten in deD gang kwam hij Thesi tegen en bood hem baar hoofd tot een morgenkus aan. „Goeden mor gen Thesi.' Na het ontbijt, toen de kinderen samen hadden kennis gemaakt, liet mevrouw Me- laoie de gouvernante bij zich komen, die ook in de huiselijke aangelegenheden haar stem hooren deed. „Juffrouw Kloinholz, wij zullen nu aan de kleediDg van bet vreemde kind moeten gaan denken; want wat zij meegebracht sal hebben, is wellicht niet veel bijzonders.' Joffrouw Kleinholz trok de wenkbrauwen op en deed moeite, een minachtend gelaat te trekken. „Wilt gij die zaak op o nemen Ik ge voel mij volstrekt Diet wel eo zal er n zeer dankbaar voor zyn.' „Mevrouw beeft slechts te beveleo. Zal alles besteld moeten worden, sooals juffrouw Thesi het heeft, of van minder kwaliteit Er ontstond een pauze. Eindelijk antwoord de mevrouw, als kwam die vraag haar on gelegen: „Msak het zooals gij het goed vindt.' Juffrouw Kleinhols wist nu genoeg, en bestelde alles van minder kwaliteit. Zoo bad dan de heer des huizes zijn wil doorgezet. Gemakkelyker was het hem ge- j vallen, dan hij gedacht had; en evenzeer als by gehangen had aan zyn bartewensch, evenzeer was by nu verheugd bij de vervul - jling daarvan. Zorg om dit vreemde kind had dikwijls den slaap van zijn legerstede gebonden. Aan haar wilde en moest hij goed maken, wat hij aan de moeder misdreven had. En waarom had hij gezondigd? Door het verkoelen zijner genegenheid Neen. Wanneer bij tegenover zichzelf eerlijk zijn wou, dan moest hij bekennen, dat het niets dan egoïsme geweest was, niets dan stre ven naar rijkdom, wat hem bewogen had, baar op een tijd te verlaten, toen zij het grootste reebt bad op hem in het oo genblik, dat zij hem deze Christira geschon ken had. Kort na de geboorte van dit kind, was hij getroawd en een zeor rijk man gewor den. Üedert dat oogenblik bad hij veel be leefd, maar in oogenbiikken van bevrediging zijner wenscben, was bem altijd de herinne ring aan de verlatene als een spook verschenen en had dit zijne schoonste oogenbiikken ver bitterd. Wel had hjj voor moeder en kind gezorgd; zooals een rijk man gewoonlijk doet, maar altijd had het denkbeeld van het niet vervallen van zijn plicht hen zwaar op het harte gewogen, te meer daar bij zyn eerste liefde nog tot heden bewaard had, voor dat scboone, eenvoudige schepseltje, dat zich zoo vol voltrouwen aan hem had overgegeven; zij, die nadat bij baar verlaten had, hem nog nooit een verzoek of vraag gedaan bad; zij, die het als iets dat gebeu ren moest had beschouwd, dat bij dien zij zoo hoog boven zich erkende, zich niet voor altijd aan baar verbonden had. Als een onverdiende gonst bad zij het beschouwd, dat hij zoo ruimschoots voor hear en het kind zorgde, en tot aan haar laatste oogen blik had zij zijne belofte geloofd: na haar dood, het kind tot zich te znllen nemen. Dat had hij nn gedaan en op een manier zooals zij zich zeker niet had voorgesteld Dat was het, als hij over dat alles nadacht, wat hem een gevoel van bevrediging gal zooals bij nog nauwelijks ooit in zgn leven gekend had. Zyn geheim was bewaard gebleven; hot scheen hem toe, als ware bij het verschijnen van de kleine Cbristina in zijn huis, eerst het ware gelnk daar binnen getreden. In de levendige oogen van zyn kind, zag bg zijn eigen jeugd weder, alle (riscbheid, die bij te vergeefs bij zyn wettelijk kind zocht, vond hij hier in alle aantrekke lijkheid en verkwikking. Zijne aan geen banden gelegde en door geene etiquette bedwongen jeugd, scheen in dit jonge wezen oerboren. Hoe dik wij Is had hjj niet naar een vroolyken, helderen lach verlangd, die bij de gewoonte van zgn huis niet scheen te pas sen. Hij was niet voor die stijve ailedaagsch- heid geschikt. Die had hy in zijne zaken meer dan genoeg en daar scheen het bem iets onvermijdelijks toe. Maar in zijn huis bad hij gaarne vroolijkhdid en leven en niet en kel deftigheid. Licht wilde hij hebben, en niet enkel een met zorg geleid zonnestraal tje. Bleek en bedaard, deftig en vervelend waren zij beiden, moeder en dochter, even als de kleur der tapijten eu de klenr der meubels. Na scheen bet hem toe alsof lieht en vroolykheid, leven en gloed, intrede in sy- ne woning gedaan hadden. Melanie kreeg een anderen indruk en juf frouw Kleinholz, die dat zeer goed bemerk te vond, het Doodig, die zijde te kiezen. Slechts weinige dagen waren verloopen of reeds drongen klachten op klaohten tot hare meesteres door; het waren kleine en geringe dingen met den noodigen ophef verteld, maar het waren toch reeds klachten. Dan had het kind hare zaken niet opgeruimd, dau was zij met ODOpgemaakt.baar in de kamer gekomen, dan had ig staan praten met de dienstboden, of juffrouw Kleinhols beklaag de zich over een onbehoorlijk antwoord door Christina aan hasr gegeven. En altijd was bet slot „Ja, juffrouw Thesi 1 Zoo iets vindt men ook nergens meerl* Het was juffrouw Thesi; Christina moest zich met haar een- voudigen naam vergenoegen. Melanie was te zeer doordrongen van hare waardigheid, dan dat zij met beidienden, al hadden deze nog zulk een vertrouwen ge noten, zooals joffrouw Kleinhols bijvoorbeeld, gemeene zaak zou makende woorden vielen echter op eeD vuehtbaren bodem. Zij had haar man wel toe moeten geven, maar de zaak zelve s'ond haar tegeD en ook het kind had hare sympathie niet kannen verwerven. Hoe had het ook anders kannen zijn- Geen grooter tegenstelling was er denkbaar dan deze beide kinderen, reeds in de uiter lijke verschijning. De eene, mager en bleek fijn gebouwd, met lang gelaat, lichtblau we oogen met groote kringen er onder, dr oomend en zon der indruk de wereld inziende, de nens klein en plomp, bet blonde, niet te volle haar, in een vlecht op den rug hangende, geleek dit 1 veertienjarige meisje ten hoogste op een tien jarig kind. Alles was neg slecht ontwikkeld, de uitdrukking van het gelaat getuigde van lauwheid en gehoorzaamheid, hare bewegin gen waren afgemeten en alles geschiedde al leen op hoog bevel. Aan hare kleeding was geen smetje te zien, dat er niet op behoor de; zij maakte den indruk van-een modelkind. Daarbij was de uitdrukking van haar gelaat terugstootend in overeenstemming met de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1894 | | pagina 5