Een journalisten-
k lacht.
Dezer dagen ontving de Redactie van
een Daitsch Zondagsblad van een der
lezeressen bij wijze van Nieuwjaarsgroet
een schrijven, waarm de inhoud van
het blad nogal gecritiseerd
werd.
In haar correspondentie-kolom ant
woordde de Redactie haar m^t het volg:nd
versje
Och, wat, ge allerliefste meid,
Toch vreeselijk eritisch van aanleg rijt
Zeg eens, ge moest maar eens probeeren,
Om zelf een blad te redigeeren 1
Op al uw vragen en nattige wenken.
Willen we n slechts dit antwoord sehenken:
Zeg eens, o Mina, gij, Perzische wijze,
Wiens schitt'rend vernoft, naar waarde, geen weet
te prijzen:
Wie toch het best het bier weet te brouwen
,Dat is de brouwer!»
Wie dan het best het land kan bebouwen
,Wie, dan boer Bouwer
Of wie het best weet te commandeeren
„Wel, een officier!'
Wie toch het best den man weet te seheeren
„Nu, de barbier I*
Wie dan het beste een blad wee» te schrijven l
„Daarover valt zoolang niet te kijven I"
Iedere groene en iedere bakvisch,
- --breeuw f, die wat bij de hand is.
het levenslicht ziet,
*-nr zeker niet I
scheCzar
,thode ia toe-
onderdanen te
Zestien stade-,
verhaalt de bericL
Standard", badder
tronw aan eten 0
wachtten na
Petersbnrg, dus
ildaar van „The
,erd den eed van
j leggen. Zij ver-
t Siberië gezonden
„r nam de zaak
»en hij er van hoor-
trouwe onderdanen
moeten zij maar bin-
1 verlaten en elders
een andere n&tionali-
jn. Daarna kunnen zij
willen, om hier hunne
studiën ie u"
De studenten, verwonderd, legden toen
terstond den eed van trouw at.
Laatste redmiddel.
Vagebond „Geld heb ik niet, werken
doe ik niet, en dus blijft mij niets an
ders over dan een rijk huwelijk te slui
ten.'
Aan een groot verzuim
hebben alle samenstellers van handboeken
over de gezondheidsplaatsen en herstel
lingsoorden van Europa zich schuldig ge
maakt, door het gezondste plekje grond van
Engeland over te slaan, namelijk de Pen-
ton viller gevangenis in het Noorden van
Londen. In het afgeloopen jaar werden
daar 12000 veroordeelden opgesloten, waar
van er slechts 9 stierven, inderdaad een
fabelachtig gunstig sterftecijfer. Het is ech
ter te betwijleleu of de overheid er wel
een grooten dienst aan de maatschappij
mee bewezen heeft, deze cijfers bekend
te maken. De lijdende menschheid zou
inderdaad in verzoeking] komen om het
een of andere misdrijf te plegen, ten eiu-
de zich een plaatsje in het sanatorium te
verzekeren.
Vriend (tot gelukkige va
der, die 5 huizen van hem afwoout)Hil-
lo, oude jongen, van harte geluk. Ik hoor
dat je een jongen hebt.
Gelukkige vaderZoo 1 kon je dat bij
jou ook hooren
Verstikking door kolen
damp.
In een hotel te Madrid had een jong-
gehawd echtpaar zich ter ruste begeven,
terwijl de kachel, waarin nog kolen gloei
den, open stond. Den anderen dag klopte
men vergeefs op de deur van hun kamer
en toen men die ten slotte open brak,
vond men in hun bed de beide jongelie
den stervende. Een in allerijl geroepen
dokter kon geen hulp meer verleeneD, de
ongtlukkigen stierven nog dien zeilden
morgen. De kamer was, toen men de deur
opende, geheel gevuld met een zwaren
kolendamp.
Hoe wordt men mager?
Deze vraag beantwoordt dr. Schwennin-
ger, lijfarts van vorst Bismark, in een
brochure, die bij een boekhandelaar in
Weenen het licht zag. In het kort samen
gevat, luiden de roorschriften, daarin ge
gevenWrijf uw lichaam geheel of ge
deeltelijk iederen dag koud of warm af,
Lat nw dikke vetmassa's kneden en druk
ken, hoe krachtiger des te beter en ver
heugt u bij de pijn op den'Jeersten dag
met het vooruitzicht van het genoegen,
dat ge later smaakt. Eet dikwijls en tel
kens weinig, want groote maaltijden be
vorderen de vctvorming, kleine daarente
gen het vetverbruik, zoodat men door de
eerste dik, door de laatste mager wordt;
eet vleesch en worst aller aard, zooveel
ge wilt, ook vet, kond en warm, eet
oesters, kaviar en kreeften, dat alles kunt
ge verdragen, als tenminste uw beurs daar
toe ook in st8at is; eet visch, gekookt, ge
braden, gezouteD, gerookt, eieren en kaas;
eet spinazie, zuurkool, augurken, kropsa
lade en ooft, het laatste rauw en gekookt.
Maar vermijdt: soepen, aardappelen, meel
spijzen (maccarroni), rijst, peulvruchten, ra
pen, evenals boter. Drinkt water en mine
raalwater „met" ot „zonder", witten wijn
en appelwijn, maar vermijdt; bier, rooden
wijn, koffie, thee, chocolade, melk en....
spiritualiën. Houdt ge u aan deze regels, dan
zal het gevolg niet uitblijvenhet
overvloedige vet zal verdwijnen.
De huid hangt u dan wel in vouwen
om het lichaam, ge ziet <r „ellendig, ui»,
ooi in V,ne
maakt u maar niet beangstDe huid
krimpt niet zoo spo?dig als het vet ver
dwijnt, maar spoedig wordt zij weder glad
over de ingevallen plaatsen en met een
lach der verrukking kunt ge in den spie
gel zien.
Een zonderlinge reis.
Men zal zich Herman Zaitung nog wel
herinneren, den Weener kleermaker, die in
een koffer van zijn woonplaats per spoor
naar Parijs en van d-.ar naar Amsterdam
reisde. Deze i3 thans nog overtroffen door
zijn stadgenoot, den kurkensnijder Zoël.
Deze sloop te Weenen in een goede
renwagen, en reed daarin tot Keulen. Hier
gelukte het hem, zich te verstoppen onder
de bank van een coupé eerste klasse. Zon
der zich te verroeren en door de 5 reizi
gers, die in de coupé zaten, ontdekt te
worden, legde bij de 13 uur lange reis
naar Parijs af. Aan het stition aldaar vond
men hem evenwelhij lag in zijn schuil
hoek vast te slapen. Zoël is 21 jaar oud.
Hij wil geen ophelderingen geven over
het doe] van zijn reis. Daar hij geen cen
time bij zich had, uam de politie hem in
verzekerde bewaring.
Aangeplakt in een hotel
te Schwarza, Thüringen„Ten onrechte
heb ik verklaard dat F.... W... de gemeen
ste schurk van de wereld is. Hij is niet
de gemeenste schurk."
F. W. was hiermede tevreden.
Een koe met een houten
been.
Eun koe in Peunsylvanië verheugt zich
in het gebruik van een houten been. Een
harer vier beenen door een spoorwegtrein
verloren hebbende, die het boven de knie
afsneed, nam een veearts het dier onder
handen en door zijn kunde en zorg bleef
de koe in het leven. Een schrijnwerker vol
tooide het goede werk, door 'l vervaardigen
van een houten been, dat vrij wel aan
het doel scheen te beantwoorden, en toen
de stomp van het been geheeld was, werd
het houten been er met leeren riemen
aan vastgebonden. In het eerste bleef de
koe op drie pooten voorthuppelen en bleef
haar houten been van den grond houden,
doch het duurde niet lang of het dier be
gon dit moede te worden en beproefde
voorzich'ig haar houten been.
Volgens de laatste berichten wist de ko)
't been goed te gebruiken, hoewel men
nog kan zien dat zij een weinig kreupel
loopt.De koe heeft de trotscheonderscheiding
dat zij wellicht de eenigste koe op de we
reld is, die van een houten been gebruik
maakt.
De ontploffing te Mon-
t a n a. - Omtrent de vreeselijke
ontploffing te Butte iu City in
Montana, worden thaus nieuwe bijzonderhe
den medegedeeld. In een opslagplaats van
het Montana Centra'. Railroad Station ont
stond in den avond van 15 dezer brand.
Een groot aantal nieuwsgierigen verdron
gen zich in den omtrek en de brandweer
stelde alle pogingen iu het werk om het
vunr te beperken, temeer daar men wist
dat zich twee wagonladingen kruit, dyna
miet en nitro-glyceriae in de nabij zijnde
pakhuizen bevonden. Een ontploffing van
nitro-glycerine kostte het leven aan drie
brandweermannen en richtte groote ver
woestingen aan. De toeloop van nieuws
gierigen werd na deze ramp zeer vermeer
derd. De brandweer spaude alle krachten
in tot blussching van de vuurzee en een
aantal personen sielden een onderzoek in
naar de slachtoffers van het onheil. Vijf
minuten na de eerste ontploffirg volgde
een tweede, nog veel heviger. Een gat
van 75 voet diepte werd iu den grond
geslagen en stukken brandende stoffen
en hout weiden ver in den omtiek weg
geslingerd. Het aantal gedooden door de
tweede ontploffing is niet op te geven,
want spoedig daarna volgde een derde, die
minder hevig was dan de beide andere,
maar toch weder slachtoffers maakte.
De aanblik van de plaats des onheils
was vreeselijk. Tot op hondeiden voeten
afstand waren verminkte ledematen en
lichamen van de ongelukkige redders weg
geslingerd; vele zwaar gewonden kwamen
in den vuurpoel terecht en vonden daar
den dood.
De huizen en pakhuizen in den omtrek
werden alle min of meer beschadigd en in
brand gestoken. De verwoesting was ais
die van een hevigen cycloon. Hoeveel rnen-
schen bij de ramp gedood werden, is nog
niet zeker op tegeven. Men schat het aan
tal dooden tusschen 75 en 100; terwijl dat
der gewonden zeker 150 bedraagt. Van de
ze laatsten zullen waarschijnlijk nog een
25tal bezwijken. Den geheelen nacht werd
het reddingswerk voortgezet. Veertig lijken
werden gevonden, alle deerlijk verminkt.
Vermoedelijk zullen van sommige slacht
offers de overblijfselen in het geheel niet
worden teruggevonden.
Men heeft vermoeden, dat de brand het
werk is van een brandstichter. De opslag
van zoo groote hoeveelheden ontplofbare
stoffen op deze plaats was een wetsovertre
ding, zocdat een onderzoek zal worden in
gesteld. De stoffelijke schade wordt geschat
op f 1,000,000 dollar.
Gepast antwoord.— Toen
Ctomwel tot lord Protector van Engeland
verkozen was, zond de Koning van Dene
marken hem als zijn gezant den jongen
Rozenkranz. wiens bovenlip nog maar door
een teer doiis versierd werd.
Cromwel, die nu juist niet nitmnnlte door
beleefdheid, zag er iets minachtends in,
dat de gezant geen man van rijper leef
tijd was, en gaf zijn misnoegen in krach
knevel van den jeugdigen Rozenkranz de
stof leverde.
Droog gaf deze ten antwoord:
„Mylord, oud is mijn knevel nog niet,
maar toch onder dan uwe republiek."
Cromwel was verbluft en behandelde
voortaan den jongen gezant met de mees
te henschheid.
De ontdekking van den
phoDograaf.
Het blijkt, dat de ontdekking van het
beginsel, waarop de phonograaf berust,
evenals met bijna alle andere groote ont
dekkingen het geval was het gevolg
is geweest van wat men het tosval pleegt
te noemen. Alweder hebben wij hier eeu
herhaling der geschiedenis van Newton en
den appel. Edison heeft ergens verhaald,
hoe de zaak zich heeft toegedragen, en
hij zegt er het volgende van: „Ik ontdek
te het beginsel door een puur toevallige
omstandigheid. Ik stond te zingen in hel
mondstuk van een telephoon, toen de tril
lingen der stem de fijue stalen punt in
mijn vinger deden dringen. Dat bracht
mij aan 't denken. Indien ik de bewegin
gen der punt kon vasthouden, en de punt
zich later weer over dezelfde oppervl kte
kon laten bewegen, zag ik geen reden
waarom het ding niet zou spreken. Ik
bracht de proefneming allereerst op een
strook telegraafpapier ten uitvoer, en nam
waar, hoe de punt het alphabet weergaf.
Ik riep de woorden,„Hallo! hallo!" in
het mondstuk, trok het papier terug over
de stalen punt, en kreeg een zwak: „Halio!
hallo!" bij wijze van antwoord."
Zijne medewerkers lachten hem uit, toen
hij hun vertelde wat hij ontdekt had
maar al spoedig waren zij met hem bezig
aau den phonograaf, en riepen zij er in,
dagen achtereen „Mary had a litile lamb,
lamb lamb De phonograaf wordt te
genwoordig voor allerlei doeleinden gebe
zigd, zoowel voor het laten spreken van
klokken en poppen, als ten behoeve van
handelsbelangen. Iemand, die onlangs ten
huize van Edison gelogeerd was, schrikte
zich bijna dood, toen hij te middernacht
een grafstem in zijne slaapkamer hoorde
uitgalmen„Het middernachtelijk uur
heelt geslagen O mensch, bereid u voor
op de eeuwigheid Hij vluchtte zoo snel
als hij kon uit de kamer, maar kwam ge
lukkig in de gang zijn gastheer tegen, die
bem gerustelde met de mededeeling
„Wees maar niet bang; 't is niets an
ders dan een klok De Nederlander.
De wraak. Op de bank van be
klaagden zat dezer dagen te Orlerns een
man, die een moord gepleegd had. Da
vermoorde was in den nacht van 5 op 6
December in een der straten met verplet
terenden schedel gevonden. Voordat de
justitn nog pogingen tot onderzoek in het
werk had kunnen stellen,verscheen beklaagde
bij de politie en vertelde, dat hij de dader
was. Hij had den dood van zijn kind,
dat kort te voren in een bosch opgehangen
werd gevonden, willen wreken.
Hij voor zich zelf was overtuigd dat de
vermoorde dezen vreeselijken dood gepleegd
had. Een ingesteld onderzoek gaf niet de
minste gegevens, waarmee hij dit vermoeden
kon staven.
De man antwoordde op de vraag van den
president of hij zijn daad betreurde, neen:
integendeel, ik ben blij, want hij was de
moordenaar van mijn kind.
PresidentJe hebt den vermoorde op
den dag van de misdaad in een herberg
ontmoet? Wat zei je tegen hem
BeklaagdeIk zei als altijd Moor
denaar, ik zal jou behandelen, zooals je
mijn kind behandeld hebt.
PresidentJe moet hem ook gezegd
hebben: „Heden is 'tje Natste dag!
BeklaagdeDat kan wel wezen.
PresidentVertel eens omstandig het
verloop van de misdaad.
Beklaagde: Toen ik den ellendeling
zag, die mijn kind vermoord had, sprong
ik op hem toe, voordat hij wederstand
kon bieden. Ik smeet hem op den
grond en schreeuwde uit Moordenaarnou
mot je er an gelooven 1 Toen heb ik
hem gewurgd en smakte hom met zijn
hoofd tegen den grond, totdat hij geheet
dood was. Daarna stak ik een kaars aan
en zette die nevens het lijk, want ik
wilde niet, dat het lijk overreden zou
worden.
PresidentJe hebt hem gedood zonder
zeker te weten dat hjj de moordenaar
van je dochter is.
Beklaagde. Ik ben daar heilig van
oveituigd.
President. Ik moet u nog eens onder
het oog brengen, dat gij geen recht had
dien man te dooden. Hebt gij berouw
BeklaagdeNeen, zoolang ik hem niet
gedood had, kende ik geen rust; die heb
ik nn gevonden.
De gezworenen waren door dit verhaal
en door de houding van den beklaagde
zoo verward, dat zij, in verband met de
motieven, die hij ter verontschuldiging van
zijn daad aanvoerde, hem eenparig vrij
spraken.
De heer Félix Faure, de
nieuwe president der Franscbe republiek,
heeft onmiddellijk na zijne verkiezing
25000 francs ter beschikking gesteld van
de Fransche armen. Van deze som is 20.000
francs bestemd voor de behoeftigen van
Parijs.
I - w tf C w 1 Jia fv uw LU J Q
ju het ge.a-tdcch dat geeft niets, tige bewoordingen te kennen, waartoe d,
Uit de school. Om duide
lijk te makeD, wat meu onder een won
der te verstaan heeft, vroeg een school
meester aan een zijner leerlingen:
„Als iemand van een hoogen toren valt
zonder zich te bezeereD, wat is dat dan?"
Lig „Toeval", antwoordde de leerling.
„Hm, ja,'dat zou" men zoo kunnen op
vatten. Maar als hij nu nog eens van dien
toren valt zonder zich te bezeeren, wat is
dat dan?"
„Geluk." zeide de leerling.
„Jawel! Maïr als hij nu voor de derde
maal, hoort ge wel, voor de derde maal
Hair beneden valt zonder letsel te krijgen
waar moeten we dan aan denken?'
„Aan oefening", was het antwoord.
I nvarschi11ende streken
van Engeland woedden sneeuwstormen en
hebben er overstroomiogen plaats. De kie
zers van Evesham moeten voor een deel
Daar de stjmbus roeien. Het geheele kies
district is overstroomd.
Bij de jongste operatiën
in Algerië liet generaal Jeinson zich in
een oogenblik van woede zoover door
zijn hartstocht voeren, dat hij zijn adju
dant een karwatsslag toediende. De offi
cier greep naar zijn pistool en mikte op
den generaal. Gelukkig ging 't schot niet
af. De generaal sloeg hem het wapen
uit de hand en voegde er met een glim
lach bij: „Acht dagen arrest, omdat uw
wapens niet in orde zijn!"
Zekere heer Milo heeft
den weg van Brussel naar Antwerpen
achteruit loopend afgelegd. Hij had
daarvoor schoeneD laten maken met ca-
outchouc-zolen en een verhooging onder
aan de punt. Morgen zal hij de terugreis
op dezelfde wijze ondernemen.
Tegengift voor zuring-
zout. Het is meermalen voorgekomen,
dat onwetende dienstboden in de apoiheek
in plaats van het onschuldige zuiveringzout
(dubbel koolzure soda), het vergiftige zu
ringzout haalde en daardoor hun meester
onwillens vergiftigden. Een goed tegengift
in zulke gevallen is het drinken van water
waarin men zaiver wit krijt heeft gedaan
ook gebrande magnesia kan goede diensten
bewijzen.
Een groote lakenfabriek
te Jiigerndorf, eigendom van de Gebr.
Horuy, is afgebrand. De schade wordt op
200.000 gulden geschat.
Echt en valseh. De Spaan-
sche Regeering is (ot de minder aangena
me ontdekking gekomen dat in Spanje
thans 24 millioen nagemaakte piasters in
omloop zijn, die van zilver vervaardigd nog
hater gehalte hsbben dan de echte munt. Do
valsche stukken, grootendeels in Frankrijk
en Amerika nagemaakt maar men
meent dat ook te Sevilla, Barcelona en
Carthagena munt geslagen wordt leve
ren den vervaardigers voldoende winst op,
wijl de piaster 2*/2 pesetas aan zilver be.
vat en een normale waarde van 5 pesetas
vertegenwoordigt. Na aftrek van de kosten
zal er dus wel een paar pesetas winst op
elke piaster zijn.
Betreurenswaardige ver
gissing.
Eene meid uit het hotel „Mengelle"
te Brussel, werd Maandag uitgezonden om
couranten te koopen. Op het oogenblik
dat zij die wilde betalen, miste zij hare
portemonnaie. Zij verdacht dadelijk een
heer, die een oogenblik naast haar had
gestaan, en volgde hem. Zij verzocht een
koetsier, den heer te helpen aanhouden,
waarin deze toestemde. De man protes
teerde, doch het hielp niet. Hij moest
het rijtuig in en mee naar het policiebu-
reel, waar hij zich deed kennen als ba
ron B., een van de achtbaarste inwo
ners der Leopoldswijk. Na opgemaakt
procesverbaal gingen de meid en de baron
beiden naar huis, doch een kwartier la
ter kwam het meisje terug, om te ver
klaren dat zij haar portemonnaie in de
keuken op tafel had laten liggen
In Schweslich, district,
Grottkan, in Silezië, is een oude vrijer
door een beroerte getroffen, overleden
inde doodkist, die hem reeds jaren
lang tot rustplaats diende.
Steeds blijkt in Duitse h-
laud de longziekte onder het rundvee te
blijven heerschen.
In Pruisen zijn het vooral de distric
ten Maagdenburg Hildesheim en Keulen,
in Saksen, Leipzig en Zwickan. Ook komt
de ziekte nog in Beijeren en Anhalt
voor.
Op 1 Januari van dit jaar waren in
Duitschlaod 30 boerderijen in 22 gemeen
ten door da longziekte besmet.
Dat was de bedoeling
niet.
Een pas getrouwd krankzindelijk vrouw
tje zag tot haar schrik een man met be*
modderde klompen en met een zak gruis
hare met schooue loopers bedekte trap op-
gaan.
't VrouwtjeMan, zou je met klompen
aan de trap wel op kunnen
De man„'k Zal 't probeeren, me
vrouw," en met een daukbaar knikje
voor de groote zorg van mevrouw, wa» in
één oogenblik de schooue heldere looper
moddervuil.
Te Chimay trachtte een
dief de woning binnen te komen van een
alleen wonende vrouw, langs den niet
alledaagschen weg der Zierikzeesche kraaien.
Het ongelukkig toeval wilde, dat hij mid
den in den schoorsteen aan een zijner klee-
ningstukken bie f hangen. Om niet het
gevaar van stikken te loopen, als men vuur
maakte, was hij verplicht hulp te roepen.
Toen hij verlost was, herkende men in
hem een gevaarlijk smokkelaar, die reeds
meer dan ééae straf onderging.
De veldwachter hi-ld htm aan en wilde
hem naar de gemeente-ge vacgenis brengen,
doch onderweg wist de dief zich los te
rakken en de plaat te poetsen. Hij had zelfs
de vrijpostigheid naar de woning van den
veldwachter te gaan en daar aan diens vrouw
de historie te vertellen, waarvan hij de
held was geweest. Men lacht niet weinig
over dit dubbel avontuur.
Wat de reus er van zei.
Een jonge dochter uit het geslacht
der reuzen ging op zekeren dag de poort
uit van den bnrcht haars vaders, om een
poos te wandelen, en kwam, zoo al wande
lend, met reuzenstappen, voor 't eerst van
haar leven terecht iu de landen der men-
schen. Zij keek heel wat op van die in
haar reuzen-oog zeo nietige wezentjes, die
'l zich nochthans druk maakten, evenals
wij met zekere hooghartige belangstelling 't
krioelen van en miertnbende gadeslaaD,
en zij moest wel terdege toezieD, dat zij
niet hier of daar een vertrad.
Zij vond het heel aardig en kon' den
lust niet weerstaan nu en dan zoo'n we
zentje voorzichtig op te pakken, zoo maar
midden uit zijn drnkste werk, zoodat zij
zijn werktuigen er bij kreeg, als hij ze
tenminste niet van schrik had laten vallen.
Zorgvuldig borg zij al die meuschjes in
haar voorschort, en toen zij haar verza
meling groat genoeg vond, keerde zij naar
het hooge ouderlijke kasteel terug. Nau
welijks was zij daar aangeland, ot vol blijd
schap over haar vangst, begon zij den
voorraad terstond uit te pakken en op de
tafel te plaatsen.
Terwijl zij daar druk mee bezig was,
kwam haar vader binnen en vroeg belang
stellend „Wat heb je daar
„O, vader," antwoordde zij met hoog
roods kleur, „zulke aardige wezentjes. Kijk
eens!" En al uitpakkende, kreeg zij een
mannetje voor den dag met een kort pijp
je in zijn mond, met de pet opéén oor,
ernstig van uitzicht, en met hein een ploeg
met twee paarden, wier leidsels hij nog
vast in de hand hield.
Nauwelijks echter ziet dit de reus, of
de zware wenkbrauwen fronsend, roept hij
toornig„Wat heb je daar uitgevoerd,
stoute meid Daar heb je een boer meege
pakt, een van de nuttigste menschen. Dat
is geen speelgoed voor je. Breng hem gauw
terug met zijn ploeg en zijn paarlen.
„Eu laat mij nu eens zien, wat je nog
meer in je boezelaar hebt."
Nu kwain een ambachtsman voor
dag, met zijn gereedschap bij zich.
Daarna een man met een zeer
gelaat. Eu ook een paar vrouwen, de eene
onder de hand nog een steekje breiend,
en de ander met hoog opgestroopte mou
wen en roode armen, alsof zij zoo pas van
de waschtobbe was weggerukt.
En wederom sprak de vader in toorn
„Heel gauw dien timmerman, dien geleer
de, dia vlijtige huismoeders teruggebracht
hoor je! Anders zal het niet goed met je
afloopeu. Dat zijn aüemaal wezens, die
hun bestaan meer dan dubbel waard zijn
en buiten wie de menschen maatschappij in
het geheel niet kan bestaan."
den
„Mag ik dan niets honden, vader", vroeg
de dochter pruilend.
„Dat hangt er van af, wat je nog meer
hebt."
En de meid ging weer aan 't uitpakken.
En nu kwamen te voorschijn: dwaas op-
gedrilde dametjes, potsierlijk uitgedosc'nte
beertjes met onbeduidende gezichtjes en
gekke maniertjes, ook menschen met boe
ventronies, en een stuk of wat mannetjes
met verfonfaaide kleeren aan 't lijf en erg
glimmonde roode neusjes.
Toen de oude heer deze figuurtjes zag
begon hij kostelijk te lachen en zei, ter
wijl hij zijn dochter op den schouder klopte
„Deze mag je voor miju part houden,om je er
mee te vermaken. Dan dienen zij tenminste
nog voor iets, en aan de menschen wereld be
wijzen w i een dienst, als wij ze hier hou
den, Want nietsdoende of als zij iets doen,
kwaaddoende wezens, hebben zij daar meer
dan genoeg."
f rij naar Gham'mo. Nieuw Leven.
G. J. V. D. H.
IJSTGKEZOUSTDIEIN".
Mijnheer de Redacteur
Verzoeke plaatsing voor het volgende.
Als vrijwillig brandweerman kom ik op
legen de bewering van Jongejan, geuit in
zijn gedicht,geplaatst in de Zijper Courant j.1.
Ofschoon hulde brengende aan Jongejan's
dichterlijk gevoel, ben ik 't in sommige
punten niet met hem eens. Vooraf de
vraag waarom uw gemoed niet in ons'plaat-
selijk blad lucht gegeven? Kunt gij de
Schager krant vaa leugens betichten, als zij
voor de zooveelste keer vermeldt. Lycur-
gus was als gewoonlijk vooraan? Vindt
gij het ridderlijk, om 's avonds in
donker stillekens te vertrekken, zonder
bet minste gerucht te maken Is concur
rentie goed laat 't een eerlijk wedijver
zijn. Sluit geen hekken of dammen dicht
dat getuigt niet voor u ea uwe makkers.
Welaan amicielaat ieder trachten zoo
vlug mogelijk Let terrein te bereiken
maar laat het eerlijk gaan. Is de Blauwe
dan weer voor, geloof me, ze zullen de
damp niet hebben, doch ze zullen jelui
kranige kerels noemen.
U mijn dank heer, Redacteur, voor uw
bereidwilligheid, O. Dekker.
Mjnheer de Redacteur t
In antwoord op enkele vragen, en tevens
ter berinnering, dient hier de opmerking,
dat reeds in de vergadering der vereeniging
„Door Oefening Grooler" te BaisiDgerhorn