-Ter Overdenking
lllussies.
aan een harer handen toegebracht
geroepen,
zelf."
Drommels,"antwoordde de bankier, dat
stand.
De officier van justitie was onmiddelijk
ter plaatse, Maar de beide mannen waren
er niet meer. Een van hen, de heer Jor-
dens, kon nog te Rouaan worden gevat.
Hij verklaarde, dat hij het niet was, die
geschoten had, maar zijn vriend, Bonzon.
Jordens gaf als zijn woonplaats op, hotel
de Caloie in de rue des Capucines te Pa
rijs. Hier deelde men mee, dat inderdaad
Een geneesheer, inderhaast
verleende aan de jorge vrouw de eerste is heel wat anders, ik ben getrouwd en ik
hulpzij verkeert nog in ernstigen toe- zou wel wiilen, dat mijn vrouw iets van
mijn dood vernam."
„O, zij zal er later wel van hooren, door
de dagbladen," had Jordens gezegd.
Om half twaalf waren ze berden in het
Hotel (T Ang'elerre aangekomen, lfevrouw
Jordens kwam uit den schouwburg, in ge
zelschap van een jongen man. Deze laat
ste ging echter gauw heen, toen men hem
er mee bekend had gemaakt, dat hij zich
in gezelschap van den man zjner dame
Jordens er sedert diis dagen logeerde, bevond
Het was reeds den tweeden keer binnen
een jaar, dat hij er afstapte.
Hij had voorgegeven een koopman te
zijn, afkomstig uil België, ongeveer 30
jaar oud. Toen hij Parijs verliet met Bon
zon, had hij er niets van gezegd, dat hij
heenging.
Volgens de verklaringen, die de heer
Jordens gaf, zocht men den heer Bonzon
te Parijs, waar hij bankier was en agent
in verschillende zaken. Hij had zijn kan
toor in de rue Lapellelier, men vond hem
daar echter niet, evenmin als in zijn wo
ning in de Avenue Niel.
Zondagmiddag werd hij eveuwel te Parijs
gevangen genomen.
Door de politie ondervraagd, vertelde
hij, dat hij sedert eenigen tijd de min
naar was van mevrouw Jordens. Deze
had het huis van haar man verlaten in
December en was gaan wonen in de rue
d'Anjou.
Toen zij hoorde, dat haar man voor zaken
terugkeerde, was zij met een vriend naar
Rouaan vertrokken.
Eergisteren, vertelde de heer Bonzon
naar de ka-
verder, ontving ik een bezoek van den
heer Jordens. Ik bekende hem, dat ik
kennis had gemaakt met zijn vrouw. Hij
verweet mij misbruik van vertrouwen
wij zijn vroeger vrienden geweest zeide
ook, dat hij zich op een schitterende wij
ze wilde wreken. Wij gaan, had Jordens
gezegd, ieder een revolver koopen, vervol
gens klimmen wij in een rijtuig en jagen
elkaar een kogel door het hoofd."
De heer Bcuzon zeide, dat hij dit
voorstel had aangenomen, hoe vreemd het
ook was.
Na de revolvers gekocht te hebben, ver
anderden de beide heeren echter van be
sluit. Ze kwamen overeen, dat het eenvou
diger was eens naar Rouaan te gaan, naar
mevrouw Jordens. Zij dineerden met hun
beiden, dronken een goed glas wijn en gin
gen om negen uur met den trein naar Rou
aan.
Voor zij in deze stad aankwamen, had
Jordens evenwel gezegd „Ik heb er over
nagedacht; ik gs eerst mijn vrouw dooden,
daarua schiet ik jou dood en ten slotte mij
Met hun drieën gingen zij
mer van mevrouw Jordens.
Meneer heeft me alles gezegd," zeide
de h°er Jordens tot zijn vrouw. yWat heb
ja tot je verdediging te zeggen
Natuurlijk antwoordde de vrouw niet.
De heer Jordens wendde zich daarop tot
Bonzon.
„Ik heb me weer bedacht. Je moet
mijn vrouw dooden."
En de heer Bonzon, zijn revolver opne
mende, had gehoorzaamd en vier schoten
op de ongelukkige gelost.
Ziedaar, volgens de Pransche bladen,
het verhaal dat Bouzon deed. Een vreemde
geschiedenis inderdaad.
Een brutale bankdiefstal
heeft te Ohio plaa'.s gehad. Vijf bandieten
drongen het gebouw eener bank binnen en
deden door middel van dynamiet de brand
kast springen daarna hebben zij zich van
30.000 dollars meester gemaakt. Opge
schrikt door de ontploffiing, kwam de be
volking en de politie toeschieten en wer
den de roovers op de vlucht gejaagd. Twee|
hunner zijn in hechtenis.
Een zeker middel tegen
winteihielen is de ui. Men wrijve de zieke
plaats, vóór men zich nederlegt, flink met
een ui in of men hinde er een halve ui
op en late die gedurende den nacht liggen.
Dit moet herhaald worden en de genezing
volgt.
Hoe men zijn tegensta n-
ders bij de stembus bestrijdt. Krach
tens de wet moeten de nieuw benoemde
ministers in Hongarije zich aan een her
kiezing onderwerpen. Voor het meerendeel
worden zij krachtig bestreden door de on
langs opgerichte katholieke volkspartij.
Vooral de minister van eeredienst en open
baar onderwijs staat bloot aan felle tegen
kanting. Geen middel zoo zonderling, geen
motief zoo dwaas, wordt door de clericalen
verzuimd om hem échec te doen lijden.
Zoo verkondigde een priester van af den
preekstoel aan zijn getrouwen, dat, ingeval
de minister werd herkozen, elke man schei
den kon van zijn vrouw, haar kon verkoo-
al meermalen haar verlangen te kennen ge
geven, eens een kamerzitting te mogen bij
wonen.
Helbig was ook zeer ingenomen met deze
uituoodiging, Zijn rijtuig zou op tijd gereed
staan, opdat z ju lieveling, zooals hij be
weerde, volgens baar stand zou verschij
nen.
„Och vader," antwoordde zij, „gij bederft
mij telken dag meer."
Toch beviel bet haar wel, daar heen te
rijden, met den koetsier en huisknecht op den
bok, beiden in hun beste livrei en dat alles
ter wille van haar alleen.
Christina zat gauscb alleen in een loge,
men hud baar een plaats in de voorste rij
aangewezoD.
Zij had reeds eenigen tijd gezeten en de
verhandelingen waren reeds begonnen, maar
nog altijd kon het haar geen belangstelling
inboezemen. Eindelijk was het bouwen van
scholen voor middelbaar onderwijs voor
meisjes aan ds orde. Dat was iets voor haar,
maar er ontsponnen zich zulke geleerde
betoogen, dat Christina weldra de lust be
kroop, te vertrekken.
Daar stond de president op„mijnheer
doctor Streiohenberg heeft het woord," kon
digde hij de heeren aan.
Christina sprong als door den donder
getroffen omhoog. Bad zij goed gehoord
Zou er nog iemand bestaan met een der
gelijke naam Of zou bij het zelf zijn
Zij boog zieh over de balustrade en keek
naar beneden. Waarachtig daar stond bij
aan de ministerstafel. Bij moest eerst se
dert kort zjjn binnengetreden, want die
plaats was straks nog onbezet geweeBt.
Zij beefde voor bem; als hij eens de ne
derlaag lijden moest; als hij eens geen suc
ces had. Eu onbevreesd of hij haar ook
zien kon, boog zij zich ver voorover, om
hem geen oogenblik uit het oog te verlie
zen.
Als zoekend wierp Streiohenberg een
blik omboog, ontdekte haar en begon.
Bij sprak met gloed en vuur, term en
duidelijk, met overtuiging en kracht, gaf
schoone meesleepende voorbeelden en on
aantastbare en hechte bewijzen.
Zijne rede ondervond hevigen tegenstand,
niet bij Christina, die al de gesproken woor
den in de ooren klonken, als klanken uit
vroeger tijd.
Wanneer zij de oogen sloot, meende zij
haar leeraar voar zich te zieD zitten, kalm re-
deneerend en bewijzend, da'gene wat hij
behandeldehoe gantch anders was het,
als zij ze opendeed, hoog opgericht stond
hij daar, het belang van de vrouw behar
tigend eD hier was niet een eenvoudig kiod
zijn gehoor, neen de knapste en geleerdste
mannen des lauds, hingtn vol bewondering
aan zijne lippen.
Een donderend bravo verbrak de stilte,
n*dat Stieichenberg geëindigd had, en be
daarde niet eerder dan nadat een ander
het woord gevraagd had, die op heftige
wijze de zooeven gehouden rede van dr.
Streicheoberg uit zijn verband trachtte te
rukken.
Andermaal stond dr. Streiohenberg van
zijn zetel op. „Dat is goed," dicht Christina,
„hem niet het laatste woord laten. O, moeht
en kon ik hem helpeo, en deze strijd met
bem winnen of verliezen I"
„Slechts weinige woorden, zal ik spreken,"
begon hij. Bij gat zijne bevrediging te ken
nen, dat het zijo tegenstander niet gelukt
was, ook maar een zijner bewijsgronden te
niet te doen. „Bij zulk een beroemd en kun
dig redenaar is dat niet anders te beschou
wen als de toestemming. Want zoo or iets
togen te zeggen geweest was, wie had dat
dan beter kunnen doen, wie had mij scher
per kunneu treffen, dan hij, die het verstaat
als met duizend tongen te spreken."
„Zeer goed, zeer goed I" viel de aldus
toegesproken redenaar onwillekeurig in.
„Bravo, bravo 1" klonk het luid van de
zijde zijner geestverwant.
Bet krachtig optreden van doctor Strei
ohenberg had de regeering de overwinning
bezorgd.
Toen de beslissing gevallen was, verliet
Christina hare lege Bet scheen haar toe,
alsof alles zich veranderd had, alles lachtte
haar buiten vriendelijk od bemoedigend toe.
Na een hevigen strijd, wist zij, wat zij te
doen had; bet was klaar en helder in baar
binneusto geworden.
Boneden stond het rijtuig. De bediende
stond met den hoed in de hand hare orders
af te wachten. „Naar huis?" vroeg hij, toen
zij niets zeide, „Nog niet," zeide zij, „breng
mij eerst naar dien grooteu bloemenwinkel,
in de Potsdammerstraat."
Toen zij daar na weinige minnten aan
kwam, monsterde zij met zorg den bloemen-
voorraad. „Hebt ge geen gele rozen
„Zeker mejuffrouw," zeide de verkooper. Die
vraag was hem reeds na de fancy-lair, me
nigmaal gedaan, dus hij wist, welke kleur
het wezen moest. Hij bracht een inand met
dergelijke rozen. „Zij zjjn zeer zeldzaam."
Christina scheen hem niet te hooren, zij had
geleerd met bloemen om te gaan en nam
er de mooiste en frisschte uit.
„Geel mij het adresboek." Zij zocht kor
ten tijd. „Stuur deze roos, zorgvuldig ver
pakt in groen zijdepapier, naar de Courbière
straat 97, drie t oog, bjj doctor Streiohen
berg. Maar dadelijk „Behoeft er geen
kaartje bij afgegeven te worden „Dat is
niet noodig. Alleen afgeven." Zij betaalde
en trad de winkel uit. „Na naar buis,"
kloiik het kortaf.
Zij zat zco rustig tegen de rijtnigkuesens
geleund, als had zij iets gedaan, wat van
zelf sprak.
pen op de markt en een andere er voor in
de plaats kon koopen, precies zooals men
handel drijft met ganzeD. Ook zouden de
beste katholieken joden worden en de lij
ken zonden niet langer begraven maar ver
brand worden. De vrome getrouwen in de
kerk hieven angstkreten aan bij deze vree-
selijke schildering der toekomst en beloof
den te stemmen voor den clericalen can-
didaat.
Huismiddelen.
Wie ziek is, loopt zoo spoedig mogelijk
naar den geneesheer, tenminste als er in
de buurt een is en als hij 't betalen kan,
eu hij wordt beter (volgens de meeste dok
ters: door de geneesmiddelen, volgens en
kele geneesheeren: niettegenstaande de ge
neesmiddelen) of hij sterft. Wie gcon genees
heer betalen kan, wordt ook wel eens vanzelf
beter. Maar hoe verschillend deskundigeu
ook denken over de genezing van ziekten,
hierover zijn allen 't ééns: voorkomen is
beter dan genezen. Zoo kan men door een
doelmatige leefwijze en ook door 't gebrnik
van eenige middelen,' die de natuur ons
voor een prikje geeft, vele ongesteldheden
voorkomen; ot als dit niet is mogen geluk
ken, ze zelf genezen.
Over 't algemeen beseft men lang niet
genoeg hoe nuttig, ja noodig voor ons be
staan het gebruik van vruchten is. Aller
eerst noemen we den appel, zoowel om
zijne heilzame eigenschappen als omdat de
zuinige buismoeder hem gemikkelijk negen
maanden in 't huis kan hebben. Wie ge
regeld appels eet, zal slechts zeiden behoe
ven te klagen over slechte spijsvertering
of ongesteldheden van de keel. Een appel
vóór men gaal slapen bevordert zeer de
gezondheid. Niet slechts op't lichaam maar
ook op der geest en op de hersenen werkt
de appel, ook op de lever. Voor iemand in
een geprikkelden toestand, is niets beter
dan een appel. Voor kinderen vervangen
gekookte appels, bij eenigszins geregeld g -
bruik, alle poeders en geneesmiddelen, om
dat deze overbodig worden. Ja, zelfs is er
geen lichaamsdeel, bij kleineD en bij vol
wassenen, dat niet door appels wordt ge
sterkt of verkwikt.
Wie meent dat hij ter bevordering zij
ner spijsvertering iederen dag behoefte
heelt Ban een bittertje dat hem vijfcenten
kost, bereikt veel be er zijn doel wanneer
hij drie centen uitgeeft voer een sinaas
appel; die zal Dog bovendien zijn maag
genezen, zoodat hij geen prikkel meer be
hoeft.
Druiven zuiveren 't bloed, evenals
perzikeD, doch deze laatste mogen niet al
te rijp zijn eu worden "t
de nuchtere maag.
Citroenen zij n ook
zond voor 't lichaam.Bij groote hitte geen be-
ter drank dan water met citroensap er in.
Een kop koffie met citroeussp bedaart hoofd
pijn. Wie verkouden is, snijde een citroen
open, perse eenige druppels uit op de hand
en snuive die krachtig op, zoodat het sap
in de keel komt. Dit doet een beetje pijn,
veroorzaakt niezen en men iroet ;de neus
snuiten. Daarna snuive men weder wat ci
troensap op en der volgenden dag nog eens
en men zal verwonderd vragen: waar is
mijn verkoudheid gebleven?
Braambessensap met wat suiker
werkt hoeststillend; boschbessen stui
ten diarrhée.
Oader onze dagelijksche groenten
zijn er ook verscheidene die geneeskracht
bezitten. Zoo werkt spinazie op de nieren
evenals ajuin. Asperge zuivert het bloed,
is goed voor zenuwachtigheid en werkt zelfs
heilzaam bij zenuwkoortsen. Knoflook werkt
gunstig op den bloedsomloop en op de
voortbrenging van speeksel en maagsap.
Ajuin is een beproefd middel bij verzwak
king van 't spijsverterings—kanaal,
Geill. Volktbl. v. Nederl.
verbod en
een proces
echter, in
best gebruikt op
buitengewoon ge-
Een hongerdrama.
In een steengroeve te Denton - Valley,
nabij Gravesend, vond men de lijken van
van twee knapen, 8 en 9 jaar oud, met
afgesneden hals. Niet ver van daar lig de
vader, zekere Jackson, steenhouwer, even
eens doodelijk verwond. Met zijn laatste
krachten bekende hij, zijn kinderen en
zichzelf om het leven gebracht te hebben.
De ongelukkige, sedert 6 jaar zonder vast
werk, was door den honger tot deze daad
van wanhoop gedreven.
In Marseille heerscht
zulk een koude, dat de waterleidingen zijn
bevroren. Men vreest dat de stad gebrek
aan water zal krijgen.
Wordt vervolgd.
'n Kamper stukje.
In het Zwitsersche kanton Ttssiuo is
dezer dagen een einde gekomen aan een
zeer eigenaardig proces. In het dorp Ma-
gadino hadden de geiten den bewoners
schade in de eikenbosschen aangericht,
door jonge boompjes af te knabbelen. Om
een tinde aan dit euvel te maken, vaar
digde het hcogwijze gemeentebestuur een
bevel uit, dat alle geiten in Magadino
zich de tanden moesten laten uit
trekken. Een in het dorp wonend smid
trad sis geiten-deiitist op.
Er wi s een boer, die bepaald weigerde
zijn dieren zto'n bubaarsche operatie te la
ten ondergaan en nu werd bem verboden
zijn geiten op gtmeer.t'grond te laten wei
den. Oize boer stak den draak met bet
nu zette het gemeentebestuur
tegen hem op touw, dat bet
alle instanties met glans ver
lor. Groote vreugde onder de geiten van
Magadino. De jonge geiten zullen hun
tanden mogen behouden en de oude heb-
oen het recht zich een valsch gebrt te la-
teu inzetten.
Een keizer gedagvaard.
De heer Castelli, eerste deurwaarder bij
de civiele rechtbank te Florence heeft, vol
gens art. 192 van het wetb. v. burg. rechts
vordering, den groot-kamerheer van Zijne
Majesteit kiezer Franz Jozef, verblijf hou
dende te Weenen, een exploit beteekend,
waarin Zijne Majesteit wordt opgeroepen
om 28 Eebr. te verschijnen voor de recht
bank in eerste instantie, ten einde die ver
klaringen af te leggen, welke noodig zullen
blijken te zijn in de aanklacht, ingediend
door de gezusters Paolina en Isabella Oisi-
ne, vergoeding vragende voor de verzameling
medailles gouden, zilveren en koperen munt
stukken, welke 1 Juni 1719 is afgestaan
aan Z. M. Franz van Lotharingen, keizer
van Oostenrijk en groot-hertog van Tos
cane.
Wie maakt ze zich niet, hoe arm, hoe
oud, hoe eenzaam, hoe gebrekkig ook En
hoevele er ook verijdeld worden, hoe ook
keer op keer teleurgesteld, de mensch laat
niet at telkens zich weer nieuwe te schep
pen, altijd weer op de toekomst te hopen.
Dat is goed en gelukkig, dat verlicht
den last des levens, dat doet leven. Onge
lukkig die mensch die levensmoe en levens-
zat alles heeft opgegeven, niets meer van
de toekomst wacht. Maar gelukkig de
mensch, wiens ideaal staat boven het zicht
bare en gebrekkige, wie zich vasthoudt aan
wat eeuwig is, wie zich troost en sterkt
met wat niet voorbijgaat, bedriegt, teleur
stelt, ontvalt, wie van de eeuwigheid wacht
wat deze wereld niet geeft, niet geven kan.
Want, wat zijn ze toch vele, de teleurstel
lingen, de ontgoochelingen, de verijdelde
verwachtingen dezes levens.
Daarvoor behoeft ge geen bijzonder be
proefde, geslagene, ongelukkige te zijn. Gij
allen die dit leest, als gij tot rijper jaren
zijt gekomen en het leven beter hebt lee-
ren kennen, wat hadt ge n in jonger jaren
veel van de toekomst voorgesteld, veel dat
u 't gelaat kou doen gloeien en het oog
kon doen schitteren.
Ja, de koudste, de nuchterste, de meest
prozaische mensch had wel zijn droomen
van eerzucht, grootheid, liefde, aangena-
men, vruchtbaren arbeid, en wat is er nu
van geworden Ziet, gij waart op weg, gij
waart nabij, uwe oogen zagen het, uwe
hand greep er reeds naar, en plotseling
dook het weg, week het ver terug, bleek
het geweest te zijn eene fatamorgana,
een nevelbeeld, een luchtspiegeling.
En als ge bereiktet wat ge gehoopt hadt,
als uw wensch werd vervuld, ziet, wat op
een afstand zoo schoon scheen, wat viel
het tegen, toen het in uw bezit was, hoe
menigmial bleek het begeerde een water
bel, die een oogenblik schittert in het zon
licht en dan wegspat in het niet. Wat zoo
schoon en veelbelovend was op een afstand
door de nevelen van het rooskleurig ver
schiet, viel van nabij zoo tegen, de u toe
lachende waterspiegel in de gewaande oase
der woestijn bleek een blinkend woestijn
zand, waar de zon op, waar de zon mee
gespeeld hid, uwer ziele ten spot. Ach,
al het aardsche kan zoo bitter tegenvallen
en teleurstellen.
En ja, dikwerf hadt ge uwe teleurstel
ling slechts u zeiven te wijten, als gij ij-
dele hersenschimmen, bedriegelijke dwaal
lichten najaagdet, als gij gehoor gaaft aan
schoonscbijoende woorden en voorstellingen
van booze menscben, die alleen eigen eer
en voordeel bedoelden of eigen hartstoch
ten botvierden, u als middel wilden gebrui
ken tot ge te laat uw dwaling inzaagt of
werdt weggeworpen als een uitgeknepen
citroen.
Ja, dikwerf waart gij er zelf schuld van,
als gij greept naar gevaarlijk speelgoed, naar
de brandende vlam of de verboden vrucht,
als ge begeerdet wat onvermijdelijk moest
teleurstellen. Maar toch ook, gij hadt illu
sies en idealen, waarover gij u niet behoeft
te schamen, die u tot eer verstrekken, en
ook van deze, wat is er van geworden?
Eu toch, we hebben ze zoo noodig op
eiken leeftijd, tot in den hoogsten ouder
dom. Wat zou het leven zijn zonder haar,
het leven desgenen, die niets meer hoopt
of verwacht?
Daarom blijf hopen, blijf verwachten en
zoo ge ongelukkig genoeg wiart dit niet
meer te kunnen, bezondigt u niet door ze
uwen naaste te ontnemen, hem even el
lendig makend als gij zijt.
Als gij ontmoet die werken aan het
ware goede en schoone, die streven naar
verbeteiing van zoovele toestanden en lee-
met] opgewektheid en moed, tot ge g.
overgaat in een eeuwigheid, waar g0aS
hoop meer bedriegt, geen verwachting m
teleurstelt. Rott. Nbld.
Vier sous zijn 30 c e n t i e
iets minder dan een dubbeltje in ons ge[/
De arme, die in Parijs over deze som b<J
schikken kan, is in staat zich daar®^
een warm, zij het ook niet zeer co®fot8
label onderdak en een dampend bord soe
te bezorgen.
Fradin, een bekend kok, heeft 8e(jef,
vele jaren in de Rue St. Denis een g,0ot
huis als goedkoop logement ingericht.
Voor de twrntig centimes, die de ar_
bij het binnenkomen betaalt, krijgt
een kroes voedzame soep en een goed on.
derdak. Maar het goede in dat onderdak
moet hjj zelf zoeken, hij moet voor lj5f
nemen de plaats, die hij vindt. De gasten
zitten op onde banken en stoelen en W
gen zich met het hoofd op de tafel neer
Iederen avond is het huis van den kei
der tot het dak met bonderden arme man-
nen gevuld. Fradin doet daar met jij»
helpers de ronde en deelt uiteen grooten
ketel de soep uit. Voor 10 centimes wordt
de kroes voor de tweede maal gevuld
voor 20 centimes wordt vleesch of een
glas wijn, voor 15 centimes kaas, voor 10
centimes brood verschaft. In elke
brandt voortdurend een kleine
men is natuurlijk voor wanordelijkheden
bevreesd, doch deze komen nooit vo0r
Fradin is voor allen zóo vriendelijk en
voorkomend, dat bijna allen zijn vrienden
zijn en een rustverstoorder krachtigen te
genweer zon ondervinden. Elders betalen
zij minstens 45 centimes zonder eten, de
weldaden van Fradin apprecieeren zij dan
ook zeer.
De ellende is thans in Parijs zeer groot
na het Panama-schandaal hebben de mee-
ste industrieelen het aantal hunner arbei
ders verminderd en er is voor deze ontsla-
genen nergens werk te vinden. Tengevolge
van de alom heerschende armoede loopt
het hotel van Fradin eiken avond vol.
ruimte
nigitig van zooveel sociale noorleD, die zoo
hopeD, o roept
en spottend
optimistisch zijn in hun
hun dan niet lachend
daar komt toch niets van, geeft het maar
toe:
op, daar is niets meer aan te doen.
Blijft hopen, blijft verwachten, blijft le
ven voor, werken aan uw ideaal, en ook
hoeveel teleurstelling uw deel zal zijn, gij
zult niet tevergeefs hebben geleefd; gij zult
ook zelf er goede vruchten van oogsten,en
ge zult aldus het leven kunnen leven
Spaansche aardigheden.
Drie Spanjaarden zaten dezer dagen in
een herberg te Caresse. Een van hen trok
een krijtstreep op den grond en riepOp
den eerste, die daar overheen stapt, schiet
ik, en tegelijk haalde hij zijn revolver te
voorschijn. De twee anderen lachten en
stapten erover, waarop terstond het schot
viel, zonder iemand evenwel te raken. De
anderen vielen hun landgenoot nn met
dolken aan en verwondden hem vrij ern
stig. De politie heeft alle drie in verze
kerde bewaring genomen.
TeDuren werd de rent
meester van het kasteel Bnrgau, de heet
Olbrisch, op 100 schreden van het kasteel
doodgevroren gevonden. In de gemeente
Afferde bij Unna vond men een arbeider
dood op den weg door de koudo bevro
ren.
Te Gorredijk is zondag-
avond, gedurende de godsdienstoefening,
het plafond der Hervormde kerk ingestort,
Het ongeval liep zeer gelukkig af.Slechte
één persoon werd gewond. Het gaf natuur
lijk een vreeselijke ontsteltenis.
De rechtbank heeft de
Stad Elberfeld tot eene schadevergoeding
van 88,000 mark veroordeeld, te betaler
aan den koopman Heinrich Bockhacker.
De heer Bockhacker was namelijk op
een dag in den zomer van 1890 met licht
een vertrek van zijne woning binneDgetre-
ben, waarin daags van te voren de wed-
lieden der stedelijke gasfabriek haddei) ge
werkt. Daarbij moet de gasleiding een defecl
gekiegen hebbes,want toen de heerBockhac
ker in het vertrek trad, volgde een hevig'
gasontploffing, waarbij hij aan het gel»1
en de rechterhand zwaar werd gewond.
De veroordeelde gemeente zal echtei fl
hooger beroep gaan.
Engelsche koelbloedig'
heid. Lord Rosse is een der meest bek®'
de machinerie-ingenieurs. Onlangs ko»1
hij opeen zijner wandelingen voorbij e«'
fabriek; eene stoommachine stond op te
open ruimte te werken. Hij gaat naar h
machine eu kijkt haar met gelatenh®
eenigen tijd aaD. Plotseling schudt hij h'
hoofd, haalt zijn horloge uit den zak
ziet afwisselend van zijn horloge naar d
machine.
De stoker staart den vreemdeling rer
wonderd aan.
Wat is er toch? vraagt hij eindelij'
Wat lijkt u niet goed toe?
O, antwoordt lord Rosse, wij 'ir
alles goed toe. Ik wacht alleen maar,
de machine in de lacht zal spriQgen-
In de lucht? Zijt ge gek meB^J
NeeD, maar wanneer ge nog
minnten met die losse schroef werkt,,lie-
zij zeker inde lucht. 1
De stoker kijkt de machine na,
bleekt en laat stoppen. Maar vool
duivel, zeide hij daarna, waarom hebt
uw mond niet eerder opengedaan? I
Wel? Waarom? Ik heb nog 1
een machine in de lucht zien spwj
Hij zeide niets meer en ging
Snelpersdruk van J. Winkel te Scb