Buitenlandseh Nieuw
s.
Politiek menickt der ml
GEMENGD NIEUWS.
Een ontbijt bij Rossinl.
F—
Zekere K. Bergsma teALK-
MARIJP (Friesl.) zou per boot een kalf
verroeren van Snikzwaag nair Jonre. Pas
had hij het dier in zijn vaartuig, of het
maakte zoodanige wilde sprongen, dat bei
den te water geraakten en wel B. onder
het kalf, met het hoofd in de modder,
op den bodem der vaart. Aan zijne vrouw
en een ijlings te hulp snellenden buurman
gelukte het een der nog boven water uit-
stedende handen van den drenkeling te
grijpen en hem vervolgens van onder het
dier weg te trekkeD, op het droge.
Nadat zoo spoedig mogelijk zijn gezicht
en mond van het ingedrongen vml eu
modder waren bevrijd en hij tot zich-zalf
was gekomen, nam hij nog al spoedig op-
nieuw den tocht naar Joure aan en slaag
de er in, dien ook te volbrengen. Kort na
zijne terugkomst is hij echter tengevolge
van ingedrongen vuil iu de longen gestor
ven.
Door de Ha&rL afdeeling
der Maatschappij tot bevordering van loon-
kunst zal 19 of 20 November a. s wor-
ken uitgevoerd l)as Paradies und die
Perie van Robert Schumann, met mede
werking van het orkest van het Concert
gebouw te AMSTERDAM.
Uit het OLDAMBT gaan b i t-
tere klachten op over de 'geringe prijzen
van alle voortbrengselen van den landbouw,
dre vcor het stroo ongelooflijk laag zijn,
en waarvan gevreesd wordt dat ze nog
meer zullen dalen wegen» den enormen
voorraad,die onverkocht gebleven is.
Roemde men voorheen aldaar „de rijke
en vette klei", die niet behoefde te wor
den gemest en waarvan per hectare soms
meer dan f 100 voor het stroo als spelde-
geld inkwam, als er niet weldra verande
ring komt, zal datzelfde stroo onverkoop
baar wezen en zal men niet weten van
waar de sommen om den veel te hoogen
pachtprijs te betalen,moeten worden verkre-
benanwende tijd, zncht de
gen.
't Is een
landbouwer.
De harddraver ij - veree—
niging „Wilhelmina*, te WOERDEN,
heeft besloten de op 21 Augustus a.s. uit
geschreven harddraverij en den wedstrijd
in schoonrijdeu niet te doen plaats heb
ben.
Woensdagnacht heeft de
65-jarige J. S„ wonende te ZWARTE-
BROET (gemeente Barneveld) zijn 22-ja-
jigen zoon met een mes een zoo ernstige
snede in de bnik toegebracht, dat zijn le
ven in gevaar verkeert. Joist Woensdag
was een andere zoon van S. getrouwd,
zoodat hoogst waarschqnlijk de sterke
drank de gemoederen verhit zal hebben.
In den nacht tnsschen
"Woensdag en Donderdag heeft in de ge
meente LUTTERADE (L.) een brutale
diefstal met inbraak plaats gevonden ten
huize van M. Geelen. De dief of dieven
zijn de woning, die eenzaam ligt, door het
venster binnengekomen, hebben een kist
en een commode opengebroken en daarnit
ontvreemd, wat naar hun gading was. Aan
de bewoners, die aan een brikkenoven in
Dnitschland werkzaam zijn, is van het ge
beurde kennis gegeven. Yensterlniken, kist
en commode schijnen met een beitel te zijn
verbroken. Van de daders geen spoor.
In de vergadering op don
derdag 1.1. van de TWEEDE KAMER
werd door den heer J. Breebaart Kz,
bij de behandeling van het punt
„Wijziging der wet van 5 Mei 1889
tot het tegengaan van overmatigen arbeid
van jeugdige personen en van vrouwen*
den vrouwenarbeid in de Zoiveltabrie-
ken van Noord Holland besproken.
Hij wees er op, dat nog steeds bekeu
ringen plaats hebben wegens het werken
van vrouwen in coöperatieve kaasfabrieken.
Spr. zou wenscben, dat de wet werd ge
wijzigd in dien zin, dat vrouwen ook op
Zondag in de kaasfabrieken znllen werken.
Eene vervolging is ge-
steld tegen een 16-jarigen knaap te SPIER
DIJK (N. H.), die verdaeht wordt twee
schapen te hebben ontvreemd.
Zooals men weet, werd on
langs de heer J. H. v. Balen, redacteur
van het Helders Dagbladdoor de Recht
bank te ALKMAAR veroordeeld van f 60
boete, wegens beleediging, in artikelen in
genoemd blad, van den heer A. P. Staal
man, lid van de Tweede Kamer. Dezer
dagen nn ontving de heer Van Balen de
quitantie van die boete ten geschenke,
Die verrassing was naar wij verne
men den heer Van Balen bereid door
een aantal ingezetenen van ailerlei riek
ting aldaar en teekent de toestanden te
Den Helder, waar een aanzienlijk deel der
bevolking weinig sympathie gevoelt voor
zijn afgevaardigde, die door den heer Van
B., in bedoelde artikelen h faire was ge
nomen. (Het Vaderland)
Door arbeid tot verbet e—
ring. De onlangs in Friesland
opgerichte vereeniging Door arbeid tot
verbeteringstelt zich blijkens baar thans
Koninklijk goedgekeurde statuten ten doel
zooveel mogelijk de sociale nooden in
Friesland te beperken.
Zij beweegt zich op zniver sociaal ge
bied en sluit alzoo alle staatkundige en
kerkelijke vraagstukken en meeningen
buiten den kring harer bemoeiingen.
deren
a. Het aansporen tot en laten uitvoe
ren van prodattieven arbeid, ter verbete
ring van reeds in cultunr zijnde gronden
b. eene regeling van den oDdernouds-
plicht van de verkeerswegen, zoo te land
als te water, welke aan de meerderen toe-
behooren, uit ééoe haod behooren te wor
den onderhonden en niet toebehooren &sd
het Rijk, provincie, gemeenten of water
schappen.
e. het nemen van maatregelen, om den
waterafvoer te verbeteren
d. Het oprichten van waterschappen
e. een voldoende regeling der slik— en
armengelden
f. de ontginning van daarvoor geschik
te gronden
g. het verharen van bouwgrond aan
arbeiders voor matigen prijs;
h. het boawen van goede arbeidswo-
ningen
i. de kennis van de loonen, van den
arbeidsduur, van de werkloosheid, met op
sporing en toepassing der middeleD om die
te beperken.
Te half elf eergisteren-a-
vond is de stoomtram der „Noordhollandsche
Tramweg-Maatschappij, komende van E-
DAM, vlak bij bet station aan de overzijde
van het IJ gederailleerd. De locomotief kan
telde omver, en de goederenwagen daar
achter schoof tegen de locomotief op en
kwam rechtovereind te staangelukkig
bleven de daaropvolgende wagens op de
rails. De stoomtram derzelfde maatschappij
die van Parmerend in aantocht was, werd
bijtijds gewaarschuwd en zoo werden ver
dere onheilen voorkomen.
Den machinist van de eerste tram wer
den de handen gebrand door den stoom
andere persoonlijke ongelukken vielen niet
voor.
Te KROMMENIE, alwaar de beer
J. van "Wermeskerken als Gemeenteraadslid
is herkozeii, hadden véor de stemming de
raadsleden A.Schut, J.Booij, Jb. van Vliet en
D. van Leijden verklaard, dat zij bij herkie
zing van den heer Van Wermeskerken hun
ne zetels ter beschikking znllen stellen en
zich niet bereid verklarenweder een man
daat aan te nemen.
Genoemde heeren klagen den heer v. W.
bij hnnne medeburgers formeel aan van alle
gelegenheden aan te grijpen om, zoowel ano
niem als in vergaderingen, hnnne daden ver
dacht te maken en hnnne goede bedoelingen
ta miskennon.
Ook het herkozen raadslid W. C. Kaars
Spijpesteijn vereenigt zich ten volle met de
houding der genoemde leden. KI. Ct. v. R.
Fijne familie.
Onlangs kwam 's avonds te half elf
een juffrouw te BREDA een paar op de
haven rondstappende politieagenten berich
ten, dat in de Rozemarijnstraat iemand
burengerucht maakte.
Daar aankomende zagen zij voor het
raam van een onverlichte bovenwoning een
man zitten, die ten aanboore van ieder
een luide verklaarde„dat ze d'r niet
inkwam."
Die »ze' bleek zijn echtgenoote te zijn.
Ze stond beneden aan de straat, te mid
den van de buren, die nit hun respectie
ve bedden waren gekomen om te zien wat
er te doen was.
Laat je vrouw binnen 1 zeide een
der agenten „waar dient dat non voor
Ze kan den heel en dag wel boven
op zolder liggen slapen laat ze
dat non ook maar doeD. Ze komt d'r niet inl
Och, hij is dronken, riep men van
beneden.
Haal je vrouw boven
't Is veel te warm, denkt-ie zeker!
Hebben jelui je koperen bruiloft
al gevierd zoo klonk het nit de menigte.
Laat je vrouw binnen 1 vermaande
een der agenten.
De man zwichtte eindelijk voor dien
aandrang en de vronw werd in de kamer
gelaten, waarna de man weer aan 't raam
ging zitten en aan de omstanders vroeg
of ze niet iemand wisten, die hem een
gemarineerde haring wou poffen
Hij is flauw aan z'n hart, begon het
weer beneden.
Vrouw Dinges, slaat'm met de pook
op z'n kop
Nee, met de tang, die slaat dobbel I
Zeg, klonk het plotseling van bo
ven ga uit mijn bedD-r uit zeg
ik je. D'r nit nit of je krijgt een pak slaag.
(De man voor het raam afde vronw
komt er voor zitten.)
Ja, meDscheD zoo is-t-ie non altijd.
Maar ik zal wel op den stoel blijven
zitten. Ga jij maar leggen, ouwe, je doe
lekker, hoor. Droom ja 'ns
'k Won dat
'k een glaasje boerenjongens had.
Hoor eens, ze krijgt ook trek.
Och ze drinken allebei.
Ze zijn aan elkaar gewaagd.
Slaat-'m op z'n kop, riep de stem van
daar straks, blijkbaar spijtig dat 't zoo
kalm afliep.
Kom menschen, vermaant een agent
weer, gaat in je haizen. Ea jelui geen le
ven maken hoor.
De menigte verspreidt zich. De agen'
ten vervolgen hnn ronde. De booze man
ronkt luiJe op zijn nachtleger. De vronw
blijft zitten voor 't raam, starend
naar buiten in de donkere nanwe straat,
tot ze straks ook in slaap valt.
En dan droomt de man wellicht van
haring en de vrouw van brandewijn met
Men beweert wel eens„het volk is
zoo het land, d. i. het klimaat, is.' Een
bestendige, gelijkmatige tempsraiunr kweekt
kalme, gemoedelijke karakterstropische
landen, met ook vulkanische bodem, zijn
de bakermat van opvliegende, licht ont
vlambare naturen.
Wat de landen en volken van Zuid—
Amerika aaDgaat, schijnen genoemde stel
lingen op een grond van volkomen waar
heid te rusten.
Zaid-Amenka van zijnen schakel van
uitgebrande en werkende valkanen, langs
de westkust, met zijne verzengende zonne
hitte, zijn allerhevigste onweders en ge
vreesde orkaBen, bezit in zijne Spaansch-
kreoolsche bevolking een ras, geheel in
overeenstemming met den aard en de ei
genschappen van het land en het klimaat.
Als ergens eene bevolking in voortdu
rende beroering verkeert, dan is het wel
aan gene zijde van de landengte van Pa
nama. Na eens hoort men van volksopstan
den, dan weer zijn de pronnnciamentos
van leger of vloot aan de orde, terwij 1 ge
stadige presidectsverwisselingen de repu
blieken in een stadinm van voortdarende
gisting honden.
'i Is niet te verwonderen, dat handel
en nijverheid in die streken kwijncnP Waar
men nog sporen van indnstrie waarneemt,
kan men gerost aannemen, dat die in han
den van vreemdelingen is.
't Kan ook niet anders. De bevolking
politiseert op straat en in bnis, bij dag
en bij nacht, overal en altijd. Bleef
het daar echter maar bij. Maar helaas,
al te vaak wordt het verschil in staatkun
dige meeniDg afgewisseld met een bloed
bad. In een kort verloop van jaren bra
ken in NicaraguaSan SalvadorGuate
mala, Costa Rica en Venezuela opstanden
om 't gezag nit. Gezag beteekent daar
onbetwist heerschen, een goud mijn voor de
vrienden, schrik en vervolging voor de te
genstanders.
Brazilië verkeerde het keizerrijk in een
republiek, Columbia en Ecuador zuchten
onder den druk van burgerkrijg. Thans
staat weer een oorlog tnsschen Peru en
Bolivia voor de deur.
Eene onbeduidende, onbekende grens
strook in bet Indianengebied, die voor den
bezitter van nol en geener waarde is, dreigt
genoemde rijken in een langdnrigen bloe-
digen krijg te wikkelen.
't Schijnt dat Bolivia dit oogenblik voor
bet juiste houdt om zijn werkelijke of
vermeende rechten te doen gelden. Peru
verkeert door den jongsten burgerkrijg in
economisch en financieel verval. De jong
ste revolutie eindigde met de zegepraal
der opstandelingen, die op het congres te
Lima, Nicola Pierola tot president wisten
te doen verkiezen.
De nieuw-benoemde president speelde
reeds eenmaal een belangrijke rol in het
ongelukkige Peru.
In den oorlog, die Peru, met zijne bond
genoot Bolivia in 1877 tegen Chili voer
de, bracht hij, terwijl het land in de
grootste moeielijkheden verkeerde Pvada ten
val, om zelf daarop als dictator op te
treden. Met den stenn der clericale gee
stelijkheid wist hij heel het land in een
groot legerkamp te herscheppen. Doch ook
dit mocht niet baten. Chili behaalde over
winning op overwinning en Peru werd
bij den vrede in 1880 genoodzaakt zijne
zuidelijke provincie aan Chili af te staan.
President Pierola vluchtte naar Parijs,
vanwaar hij thans andermaal tot de hoog
ste waardigheid werd geroepen. De dank,
dien hij daarbij aan de kerk schuldig is,
opent voor Peru andermaal een tijdperk
van militairisme en priesterheerschappij.
maar. Slaap
van me. (Na een pauze).
De vereeniging tracht haar doel te be- ro">eP"" *e «enigste artikelen die mis-
j-u j tii._ schun nog te krijgen zijn a>s de bennne-
riug aan den huwelijksdag.
De rest, het beste, de liefde, is ver-
d wenen voor altoos I
bereiken, door z.ch op de hoogte te stellen
van den sociaal—economischen to-stand in
deze provincie, daarover vervolgens meer
kmni8 te verspreiden en voorts te bevor-
't Kan echter ook zijn, dat een onge
lukkige oorlog tegen Bolivia aan de re-
geeriug van president Pierola spoedig een
einde maakt en met dien val zon de libe
rale partij weder als gevierde optreden.
Terwijl nit het woelige Zuid-Amerika
dergelijke berichten tot ods komen, seint
de telegraaf ons uit het niet minder woe-
ige Balkanschiereiland een moordaanslag
op den Bismarck van BULGARIJE,op den
gewezen president-minister Stamboeloffdie
helaas maar al te wel is gelukt.
Stephan Stamboeloff was nog slechts
49 jaren ond. Reeds op 22-jarigen leeftijd
in 1875, wist hij eeD plaatselijken opstand
tegen Turkje te verwekken, die echter we
gens zijn lokaal karakter spoedig werd
onderdrnkt. Nadat de kleine bende was
verstrooid, uam de jeudige aanvoerder de
wijk naar Boecharest in Roemenie, waar
hij zijne afgebroken stndien voorzette en
het diploma als doctor in de rechten ver
wierf. In den Russisch-Turkscheu oorlog
van 187778 vocht hij als vrijwilliger in
het Russische leger. Na don vrede waar
bij Bulgarije als een onafhankelijke staat
werd erkend, vestigde Stamboeloff zich als
advocaat te Tirnova, dat hem spoedig daar
op als afgevaardigde voor de 8obranje ver
koos. Door zijne kennis, maar bovenal
door zijne overtuigende welsprekendheid
benoemden hare leden hem tot voorzitter.
Onder de regeering van Alexander van
Battenberg, 1879 tot 1886, wist hij de
draden van het net machtig te worden,
waaronder de machtige Slavische nabun
Bulgarije dacht te vangen. Toen Alexan
der voorgoed van de troon afstand had
gedaan, trad Stamboeloff als hoofd van het
regentschap op, in welker waardigheid hij
de kuiperijen der Russische agenten, met
name die van den beruchten generaal Kaul-
bars, zoo goed wist te verijdelen, dat ze
alle schipbreuk leden. In zijne pogingen,
om voor Balgarije weder een vorst te
verkrijgen, mocht hij ra herhaalden te
genspoed eindelijk slagen.
I Den 22 Ang. 1889 deed Ferninand van
Saksen-Coburg zijn intocht binnen Sofia.
Stamboeloff trad als eerste minister op.
Hiermede opende zich een tijdperk van rust
en ontluikende welvaart voor het nieuwe
vorstendom. De binneDlaDdsche beroerin
gen doofden wegens onvoldoenden aanvoer
van buitenlandsche brandstoffen langzamer
hand uit, de geldmiddelen werden geregeld,
industrie en nijverheid sloegen hunne vleu
gels nit, het leger, na den Servischen
oorlog de nationale trots, werd de waar
borg voor 's lands onafhankelijkheid. Na
deze verbeterde inwendige toestanden,
wist hij de dynastie van vorst Ferdinand
te bevestigen, door diens huwelijk met eene
princes van Parma. Dit hüweljjk werd te
vens den ondergang van Stamboeloff. De
zelfstandige, vrije patriot paste Diet in 't
gareel vsn den hofdienst. De eerste intri
ges tegen hem op 't touw gezet, misluk
ten wel, doch tegen vrouwenlist en invloed
was het zwakke karakter van den Cobnr-
ger prins op den duor niet bestand. Na
8 jaren, waarin hij het wordende Bulgarije
de grootste diensten had bewezen, k-erde
Stamboeloff in het maatschappelijk leven
terug. De geschiedenis van Bulgarije zal
eenmaal een stralenkrans om de nagedach
tenis van haar zoon vlechten, waarbij de
snoode ondankbiarhtid vin den zwakken
vorst in een nog helderder licht zal prij
ken.
Aangaande den aanslag op Stam boelof
kan het volgende gemeld worden. Terwijl
Stamboelof per rijtnig, in gezelschap van
Petkof de clnb Union verliet, werd hij
aangevallen door drie individuen. Zijn be
diende schoot herhaaldelijk met een revol
ver op de aanvallers. Stamboelof, uit het
rijtuig stappende, ontving een hevigen
messteek, op de hoogte van zijn borst. Den
stoot afwerend, werd hij ernstig aan de
pols gewond. Er werd hem vervolgens met
een dolk een tweede steek toegebracht in
het hoofd, en een revolverkogel trof hem
in den rng, waarop hij neerviel en nog
twee dolkstooten ontving. Zich met de on
gedeerd gebleven hand verdedigend, werd
deze hem bijna geheel afgesneden. Toen
de voorbijgangers kwamen toeloopen, na
men de aanvallers de vlucht. Petkof, die
Stamboelot verdedigde en daarbij vuistsla
gen opliep, verklaart dat de aanvallers nog
jonge lieden waren. Petkof, bracht Stam
boelof per rijtuig naar zijn huis.
Woensdagavond verloor de patiënt het
bewustzijn en Donderdag-ochtend overlesd
hij. Zoodra zijn dood bekend werd, begaven
de vertegenwoordigers der mogendheden
zich naar Mevrouw Stomboeloff, ten einde
haar hnn deelneming te betuigen. Tevens
ontving de weduwe een telegram van den
prins van Wales. Zaterdag zal het stoffe
lijk overschot van den vermoorden staats
man ter aarde besteld worden. Het lijk is
geplaatst op een katafalk.
De moordenaars zijn nog niet opgespoord.
Te Sofia wordt verteld, dat de justitie hen
niet wil vinden, terwijl geen der inwoners
eenige inlichtingen wil verschaffen over hnn
vermoedelijk verblijf. De bevolking be
toont niet de geringste deelneming met het
droevig uiteinde van den oud—minister, ze
ker wel een bewijs, hoe gehaat Stamboe
loff zich te Sofia door zijn willekeurig be
stuur heeft gemaakt.
De Weener correspondent van de Köl-
nische Zeitung deelt mede, dat in de bij
eenkomst van de vertegenwoordiger» der
mogendheden te Sofia werd besloten, den
minister van buitenlandsche zaken, ^at-
cbewitcb, ten strengste bun afkeuring over
den moordaanslag te betuigen. Den Duit-
schen consul werd opgedragen dit besluit
ter kennis te brengen van den minister.
Van de vele telegrammen, welke me
vrouw Stauiboloff ontving, verdient nog
vermelding eene dépêche van Keizer Frans
Jozef, haar door den Ooatenrijkschen con-
snl overhandigd. Voist Feidinand onthield
zich van verdere betnigingen van deelne
ming, nadat Stambuloffa weduwe bad ge
weigerd, den hofmaarschalk te ontvangen.
eene zij-deur, waar Robinet met
de viDger aanklopte.
trillen-
In den zomer van 1862 wilde een zeer
begaafd leerling van het Conservatorium
der Muziek te Parijs, gaarne gebruik v a-
ken van de gelegenheid om eene juist
opengevallen beurs te verkrijgen, daar de
financieele toestand, waarin zijne familie
verkeerde, het voortzetten zijner stadiën
steeds meer bezwaarlijk maakte.
Op aanraden van betrouwbare vrienden
zocht de jonge musicus, Jules Robinet
geheeten, voor zijne sollicitatie steun bij
eenige invloedrijke personen, waaroAder
vooral de nog in onze dagen bij muziek-
kenneis en mnziekliefhebbeis zoo geroem
de Rossini behoorde.
Rossini bewoonde in dien tijd de eerste
verdieping van het prachtige hoekhuis aan
den Bonlevard des Italiens te Parijs te
genover het elegante café Vignon.
In gezelschap van een stndiemakker
maakte Robinet zich op zekeren morgen
op om een bezoek te brengen aan den
groot-machtigen componist, van wiens me
dewerking voor een groot deel althans zij
ne toekomst afhing.
Terwijl zijn vriend in het café den nit
slag der audiëntie zou atwachten, stapte
Robiuet de trap op, die naar de bel-étage
leidde eu belde aan voor eene gesloten
glazen deur, die dadelijk door eene een
voudige kamenier geopend werd.
Binnengekomen wees de kamenier
„Binnenwas het antwoord en na
weinige oogenblikken stond de jonge mu
sicus tegenover den grooten meester.
Rossini was toen 73 jaren oud, dik,
met kalen schedel, waarop een oude prnik
gezet was, en met ingevallen mond, daar
hij geen kunstgebit wilde dragen. De ou
de heer verkeerde namelijk in de mis
schien niet onjuiste meening, dat het kunst
gebit den smaak wegnam, en Rossini
was een vereerder van smakelijk eten.
Robinet droeg den Meester zijne belan
gen in uitgezochte bewoordingen op de
beste wijze voor en Rosini boorde den
jongen man, die hem reeds niet geheel
onbekend was, met teekenen van vriende
lijke belangstelling aan.
jWij znllen zoo aanstonds daarover ver
der spreken,* viel Rossini in de reden,
terwijl hij schelde, rop het oogenblik heb
ik mij met iets anders bezig te Londen
ik moet jnist ontbijten. Wees zoo goed
en ontbijt met me mee, dan kennen wij tege
lijk over nwe zaak handelen.'
Robinet, geheel ingepakt door zooveel
eerbewijzen, beantwoordde de vriendelijke
uitnoodigmg met eene hoffelijke buiging.
De kamenier kwam binnen, schoof eeni
ge boeken en muziekwerken op de tafel
ter zijde, en plaatste daarop een zeer
groot tafelblad, dat al zeer ruim voor
zien was.
Het tafelblad bevatte een groote kan
met heete koffie, eene kom met melk, ee
ne gevolde suikerpat, een sierlijk korfje
met zes groote nieuwbakken wittebroodjes,
een leiigen schotel en een grooten diepen
kom met een zilveren lepel er in.
„Annette,* sprak Rossini tot de kame
nier, „breng nog een kom en een twee
den lepel. De jonge heer zal met mij ont
bijten."
De kamenier verwijderde zich, terwijl
zij Robinet een medelijdenden blik toe
wierp. Onmiddellijk daarop kwam zij terug
en bracht het verlangde.
Intcsschen hield Rossini zich bezig met
ds samenstelling van zijn ontbijt. Eerst
goot hij den geheelen inhoud van de kof
fiekan in de kom, daarna al de melk in
de koffie en door dit alles heen werd de
suikerpot leeggestort. Vervolgens werden
de zes wittebroodjes op den schotel ver
brokkeld en bij gedeelten in de kom neer
gelaten. Dit alles met den lepel omgeroerd,
vormde weldra een bruine, dikke brij.
Met innerlijke walging en toenemende
verbazing zag Robinet de werkzaamheden
van zijn gastheer aan en bet kwam hem
voor of zijn arme maag zich een paar sla
gen wilde omdraaien in het lijf, als bij er
aan dacbt,dien kost te moeten helpen op
eten.
^Eindelijk gereed', riep Rossini vroo-
lijk,terwijl hij nog een onderzoekenden blik
op de kom wierp. „Zó<5 ben ik gewoon te
ontbijten, sedert ik mijne tanden verloren
heb. Deze koffie-melk-suiker-tarwebrood-
gelei is iets van mijne eigene vinding!
Komaan, mijn vriend! tast toe en laat het
u goed smaken!"
Robinet zette zich tegenover zijn ijve-
rigen gastheer aan tafel, die den tweeden
kom met de bruine pap vulde en ze hem
met vriendelijken blik toeschoof.
Hoe gaa me zou de jonge man zich voor
dit oogenblik uitRossioi's gezelschap verwij
derd hebben Met ware doodsverachting
werkte hij evenwel den eersten lepel van
het mengsel naar binnen.
^Verbeeld u,* begon Rossini, terwijl
hij met zichtbaar welbehagen in zijne kom
rondklotste, «rdaar kwam gisterenmorgen
om dezen tijd een jonge toonkunstenaar
tot mij om dezelfde zaak, als waar
om gij mij bezoekt.Ook hem noodigde ik uit,
met mij te ontbijten, en toen ik hem een
bord vol van mijne gelei voorzette, stond
hij op, bleek als een doek, wendde plotse
ling ongesteldheid voor, liep als een waan
zinnige de kamer uit en is niet terugge
komen. Zoo'n onzoozele hala! Ik ben er ze
ker van, dat hij de beurs niet zal krij
gen.'
Deze interressante mededeeling wakkerde
den moed van Robinet niet weinig aan en
met vernieuwde woede bedwong hij zijne
weerspannige maag door te eten wat hij
kon.
„Nn, hoe smaakt u mijn gerecht F*
vroeg Rossini.
„Zeer uitstekend, heerlijk hoog vereer
de meester!" antwoordde Robinet met een
gebnicheld lachje.
„Dat verheugt mij zeer. Ik zie met
genoegen, dat ge mijne tafel eer aan doet.
Alle toonkunstenaars van eenige beteoke-
nis waren steeds voortreffelijke gasten aan
tafel. Wie niet goed eet, kan ook geen
goede muziek maken.'
„Volkomen waar geëerde heer 1"
»Mijn jonge vriend, uwe kennismaking
voldoet mij in zoo hooge mate, dat ik n
de verzekering geef, al mijn iüvloed te
zullen aanwenden, ten einde u de benra
te doen erlangeo.'
#Gij zijt waarlijk de goedheid zelf, hoog
vereerde meester. Mijn innigsten dank
daarvoor. Mijn gansche leven lang zal ik
aan dit ontbijt denken
»Iot heden heb ik nog geen zoo ver
nuftig oordeelende en etende mensch gevon
den', antwoordde Rossini verrukt. ,Won-
derlijk, gij zijt de eerste, wien mijn
ontbijt eveD zoo goed bevalt, als aan mij
zelf. Gaarne zou ik u nog een tweede
kom vullen, doch ik vrees, dat er dan
voor mij niet genoeg zou overblijven.
Intnsschen, als ik..."
Robinet dankte iu stilte den Hemel, dat
hij nu eene geschikte gelegenheid had, om
te verhinderen, dat hem de marteling op
nieuw kwam bezoeken, van na deze nog
op