I Uitlui-, Alratsilis- Laitliullal JACHT. Zondag 8 December 1895. 39ste Jaargang Ho. 3052. Dit bi verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Z a t e r a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERïNTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZCDEN STUKKEN één dag vroeger. Uitgever J. WINKEL. Bureau: SCHAGEflf, Laan, D 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Bij it nummer behoort een Bvoegsel. Ge m enteSchagen. gekndntakiii^en, De Buemeester van S c h a g e n, brengt, nr aanleiding van een ont vangen tegram van den Heer Com missaris c Koningin in deze provin cie, ter hnis van belanghebbenden, dat met gang op 5 December a.s. imer in BELGIË zal worde toegestaan van JUeiler- landüo rundvee bestemd voor groe abattoirs en ook invoer van iliapen worden veroor loofd. Schsn, 29 November 1895. J Burgemeester voornoemd, S. BERMAN. NA'ONALE MILITIE. Inschrijving» Het Kiesrechtontwerp naar zijne innerlijke waarde. Binnenlandsch Nieuws. gemeester en Wethouders aan te geven tusschen den lsten en den 31sten Januari. Bij ongesteldheid, afwezigheid of ont stentenis is zijn vader, of, is deze overle den, zijne moeder, of, zijn beiden overle den, zijn voogd tot het doen van die aan gifte verplicht. ART. 20. Hij, die eerst na het intre den van zijn 19de jaar, doch vóór het volbrengen van zijn 20ste, ingezeten wordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats heeft, ter inschrijving aan te geven bij Burge meester eu Wethouders der Gemeente, waar de inschrijving, volgens art. 16, moet geschieden. Daarbij gelden de bepalingen der 2de zinsnede van artikel 18. Zijne inschrijving geschiedt in het regis ter van het jaar, waartoe hij volgens zij nen leeftijd behoort. Afgekondigd en aangeplakt vcor de Eer ste maal te Schagen, den 3en December 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd: De Burgemeester, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. Art. 19 der Wet.) Burgemster en Wethouders der Ge meente Sogen, brengen ter openbare ken nis, dat mannelijke ingezetenen, gebo ren in hejaar 1877, zich ter i n s c h r ij- v i n g vir de Nationale Militie behoo- ren aan t melden ter Gemeente-Secreta rie, tussen den lsten en den Sisten Ja nuari 181, Voor diinschrijving zal zitting worden gehouden deren werfcdag van des voor middags i ure tot des namiddags 4 ure. Verder irdt de aandacht gevestigd op onderstaam artikelen der wet van den 19den Aujstus 1861 (Staatsblad No. 72), welke betr king hebben op de inschrijving voor de M.tie: ART. II Jaarlijksch worden voor de Militie icgchreven alle mannelijke inge zetenen, ditop den lsten Januari van het jaar hun 11e jaar waren ingetreden. Voor ingeten wordt gehouden: lo. hij, iens vader, of, is deze overle den, wiens neder, of, zijn beiden overleden, wiens voogd ïgezeten is volgens de wet van den 28sten uli 1850 (Staatsblad No. 44); 2o. hij, ie, geen ouders of voogd heb bende, gedunde de laatste, aan het in de eerste zinside van dit artikel vermelde tijdstip voorgaande, achttien maanden in Nederland vblijf hield; 3o. hij, in wiens ouders de langstle vende ingezen was, al is zijn voogd geen ingezen, mits hij binnen hel Rijk verblijf hond Voor ingeien wordt niet gehouden de vreemdeling, behoorende tot eenen Staat, waar de Nterlander niet aan den ver plichten krijsdienst is onderworpen, of waar ten aatien der dienstplichtigheid het beginsel van wederkeerigheid is aangeno men. ART. 16. De inschrijving geschiedt: lo. van ai ongehuwde in de Gemeen te waar de vader, of, is deze overleden de moeder, 1 zijn beiden overleden, de voogd woont; 2o. van «n gehuwde en van een we duwnaar in Gemeente, waar hij woont; 3o. van em, die geen vader, moeder of voogd heft of door dezen is achterge laten, of wieis voogd buiten 's lands ge vestigd is, ii de gemeente waar hij woon1; 4o. van aeu buiten 's lands wunenden zoon van eei Nederlander, die ter zake van '8 landsdienst in een vreemd laud, woont, in de Gemeente, waar zijn vader ot voogd het laatst in Nederland gewoond heeft. ART. 17. Voor de MiUie wordt niet ingeschreven: 1. de in een vreemd Rijk achtergeble ven zoon van een ingezeten, dn geen Ne derlander is; 2o. de in een vreemd Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon van een vreem deling, als is zijn voogd ingezeten. 8o. de zoon van den Ntderlander, die ter zake van 'e lauda dienst in '«Rijks overzeesche bezittingen of koloniën woont. ART. 18. lste en 2de lid. Eli, die volgens art. 15 behoort te worden inge schreven, is verplicht zich daartoe bij Bnr- De Burgemeester van Schagen, brengt ter algemeene kennis het navolgende De Commissaris der Konin gin in de provincie NOORD- HOLLAND, Gezien het besluit van Gedeputeerde Staten dier provincie dd. 27 November 1895 No. 49; Gelet op art. 11 der wet van 13 Juni 1857 (Staatsblad No. 87,) tot regeling der Jacht en Visscherij Biengt ter kennis van belanghebbenden: dat de sluiting der jacht op klein wild, met ui: zondering van die op houtsnippen, voor NOORD ROLLAND is bepaald op Dinsdag 31 December 1895, met zonsondergang, en dat alzoo op grond van het bepaalde bij het eerste lid van artikel 27 der aangehaalde wet, het verkoopen, te koop uitstallen en vervoeren van het hierbe- doelde klein wild, uiterlijk tot en met 14 Januari 1896 zal mogen plaats hebben. En zal dit besluit in het Provinciaal Blad worden geplaatst en voorts in elke gemeente van Noord-holland worden aan geplakt. Haarlem30 November 1895. De Commissaris der Koningin voornoemd, (get.) SCHORER. Schagen6 December 1895. De Burgemeester voornoemd, S. BERMAN. Er is in het Yoorloopig "Verslag over het Kiesrechtontwerp eene af deeling, die, als zij naar eisch ter hand genomen was, inderdaad tot eene principiëele behande ling der zaak had kunnen leiden, den Minister althans voor de taak gesteld zou hebben, zijn stelsel op zichzelf te verdedigen. Wij bedoelen die, waarin het ontwerp naar zijne innerlijke waarde wordt be oordeeld. Hier althans ware aanleiding geweest om de grenzen scherp te trekken en de gevoelens groepsgewijze duidelijk tegen over elkander te stellen. Maar ook hier leert men niets anders, dan wat men buitendien reeds wistdat er veel verschil van ge voelen bestaat over de zaak dat er zijn, die aan Tak's ontwerp de voorkeur geven; dat anderen met van Houten meegaan; dat een derde groep zelfs niet zoo ver wil gaan als van Houten. Maar hoe deze laatste groep de grenzen getrokken zou willen zien, verneemt men niet. Trouwens, als men daarmede begon, zou men weldra bespeuren, dat het eenig vereenigspunt tusschen hen, die tot de ze derde groep behooren, is bun afkeer van een uitgebreid kiesrecht, en dat zij uiteengaan, zoodra zij beproeven de grens aan te geven, die de gevaarlijke vaD de ongevaarlijke kiezers scheidt. Daarom heeft deze groep geen kans om een eigen stelsel te zien aangenomen. Men zou echter verkeerd doen, haar te ver- waarloozen. Integendeel, zij juist moet scherp in het oog gehouden worden want omdat zij niet alleen minder ver wil gaan dan Tak, maar zelfs niet zoo ver als van Houten, zal het haar, om het zeer zacht uit te drukken, niet te leurstellen, als ook van Houten's ont werp van de baan raakt en het Yoor loopig Kiesreglement van 1887 voors hands blijft bestaan, Yoor de beoordeeling der innerlijke waarde van het ontwerp behoort men ech ter na te gaan, wat de Takkianen en de aanhangers van het Regeeringsvoorstel ervan zeggen, en voor ons doel heeft vooral het laatste waarde. Dat het oor deel, van de zijde der aanhangers van de vorige Regeering uitgesproken,in hoofd zaak overeenkomt met onze eigen ziens wijze, blijkt er duidelijk uit, en het is niet noodig, dit in het licht te stellen. Wat echter voeren de verdedigers van van Houten's ontwerp aan? Dat is ui termate zwak. Gezegd wordt, dat het vorig ontwerp is afgestuit op grondwet telijke bewaren, bepaaldelijk op het gemis van positieve kenteekenen van welstand en geschiktheid. En daarop volgt dan: „Uit de Memorie van Toelichting blijkt dan ook duidelijk, dat de Regeering zeer goed beseft, dat eene in alle opzichten bevredigende oplossing van het vraag stuk door haar niet is verkregen. Het streven der Regeering, om aan het be vel der Grondwet te voldoen, gaf haar intusschen, naar men meende, aanspraak op welwillende beoordeeling van haar voorstel. In eenvoudigheid staat deze re geling natuurlijk achter bij het voorstel der vorige Regeering. Dat voorstel liet, nevens bevoegden, velen, die de noodige geschiktheid en welstand misten, tot de stembus toe. Iets dergelijks wordt door de betere methode, welke in het aan hangig voorstel wordt gevolgd, echter uitgesloten. Het geheel vormt wel dege lijk een stelsel, mits men de deelen niet uit elkaar rukke." Hoe steekt dit beroep op de „welwil lendheid" der tegenstanders af bij de felheid, waarmede Tak's ontwerp bestre den werdhoe de deemoedigheid, waarmede nu een zacht oordeel gevraagd wordt, bij den hoogen toon, waarop men toen verzekerde niet alleen, dat de Grond wet positieve kenteekenen eischte, maar ook, dat zij gemakkelijk waren aan te wijzenToen had men ze voor het grij pen en nu komt men tot de bekentenis, dat zij niet te vinden zijn Met zoovele woorden wordt hier niet door de tegenstanders, maar door de voorstanders erkend, dat het doel niet bereikt ishier wordt niet de grondslag van het stelsel met nadruk verdedigd; hier wordt een zacht oordeel gevraagd, omdat de Regeering toch zoo haar best heeft gedaan. Men heeft nu positieve ken teekenen, maar die de vereischte ma te van welstand en geschiktheid niet op bevredigende wijze aangeven men heeft voldaan aan een eisch, dien men wille keurig in de Grondwet gelegd heeft: dat de kenteekenen positief zijn, en daaren tegen verwaarloosd den eisch, dien zij uitdrukkelijk steltdat men de grens aanwijze, waar de in een kiezer te vor deren welstand en geschiktheid niet meer gevonden wordt. Inderdaad, scherper cri- tiek op het stelsel van het ontwerp is moeilijk te leveren dan hier door de ver dedigers geschiedt! Critiek op het ontwerp werd ook nog op andere wijze geleverd door tegenstan ders van de vorige Regeering, maar nu door hen, die wel het voorstel toejuichen omdat het positieve kenteekenen bevat, maar wien het te ver gaat. „Eenige de zer leden meenden, dat het voorstel der Regeering omtrent het kiesrecht voor de Tweede Kamer en voor de Provinciale Staten niet was overeen te brengen met hetgeen door haar met betrekking tot de keuze van gemeenteraadsleden wordt aangegeven". Inderdaad wordt hier de aandacht ge vestigd op eene tegenstrijdigheid, waar op door ons al vroeger gewezen werd. Natuurlijk was onze gevolgtrekking eene andere, niet, dat men het kiesrecht voor Kamer en Staten meer moest be perken, maar dat men het voor den Baad ook verder moest uitbreiden. Maar dit daargelaten, het maakt toch een geheel eigenaardigen indruk, dat van tweeërlei, tegenovergestelde kanten de tegenstrijdig heid wordt aangetoond van redeneeringen, waarmede men verschillende plannen tracht goed te praten, die niet van éene, flinke, kloeke gedachte uitgaan, maar geen ander doel schijnen te hebben dan velen te vangen onder éénen hoed! Hoe wordt ook hierin weder het vo rig Kabinet gerechtvaardigd, dat van oor deel was, het gemeentelijk kiesrecht af zonderlijk te moeten regelen, omdat ee ne nadere regeling van de taak en den werkkring der gemeentebesturen daar aan moest voorafgaan. Wel neenheet te hetdat was een gebrekkige manier van werken. Juist het gemeente-kiesrecht moest erbij; want men zou anders voor de gemeentebesturen,bezwaren doen ontstaan, die men niet kon overzien. En het kon ook best! Dat zeiden de opvolgers van het vorig Ministerie ook, en bijna het eerste woord dat zij tot de vertegenwoor diging spraken, was, dat het gemeente lijke kiesrecht met dat van de Staten en de Kamers zou geregeld worden. En ziet, al wederom, nu men zich neder zette om dat plan te volbrengen en het werk van veelgesmade voorgangers te verbeteren, nu komt men met eene re geling voor den dag, die niet alleen zeer gebrekkig is, maar op een grondslag rust, waarvan het wankelbare zoo scherp wordt aangetoond, alweder door de ei gen vrienden der Regeering, door hare bondgenooten in den strijd tegen Tak en zijne kieswet. Waarlijk er is in dat Voorloopig Ver- slag veel dat de Regeering tot beschei denheid stemmen kan! Aan denKolfwedstrijd die Dinsdag j.1. te KOLHORN gehouden is, namen 17 personen deel. De prijs werd Zewonnen door den heer C. Kapermet 131pnnten,delepremie door den heerR.Wai- boermet 131 punten en de 2e premie door den heerG.Beers,met 123 punten.Hoog ste Serie den heer Jb. Westerman, met 47 punten. Aan den te gelijkertijd gehouden biljart wedstrijd namen 10 personen deel. De prijs werd gewonnen door den heer D. de Beurs, de le premie door den heer D. de Beurs en de 2e premie door den heer C, Butter, Gisteren ochtend om- streeks 11 uur werd de veerschuit van den schipper S., varende van OU DE- SLUIS op Amsterdam, op do Zaan nabij Westknollendam, aangevaren door de stoomboot „de Olievos*. Da schuit be kwam een hevig lek en was in korten tijd met haren inhoud, bestaande in ver schillende vrachtgoederen, gezonken. Waar schijnlijk moet het ODgeval wordpn toe geschreven aan den hevigen wind, w ar- door het onmogelijk was, aan de schapen eene bepaalde richting t8 geven. Gelukkig zijn geene persoonlijke ongelukken te be treuren. Onder voorzitterschap van den heer J. Breebaart Kzn. is te ROT TERDAM de jaarlijksche vergadering van Eet Ned. Paardenstamboek gehouden. Uit het jaarverslag bleek, dat de Veree- nigiog steeds in bloei toeneemtde paar denfokkerij in ons land gast vooruit en de stamboekveieenigingen konden daar bij als vertrouwbare gidsen dienen. In bet geheel waien 328 hengstan en 1550 merriëu in geschreven. De rekening en verantwoording over 1894 sloot met een batig saldo van f 119. De begrooting voor 1895 sloot in ontvangst en uitgaaf met een bedrag van f1226. Het voorstel van het hoofdbestuur, om de vraag in de vergadering te brengen en te bespreken, of het wenscbelijk is, dat het Rijk hengsten vau Rijkswege, s'atin- neert, zal in een volgende vergadering be handeld worden. De vraag van afdeeling Noord-Holland: ffIs het wenschelijk en noodig, dat van heugsten en merriën, die aan de eischen van goeden bouw en goede gangen beant woorden, een zekere snelheid of record vereischt wotdt en dat premiën worden toegekend aan premiehengsten en merriën, die een zekere snelheid kunnen toouen,* werd ontkennend beantwoord. De beer Punt zal zijn voorstel, om bij de inschrijving in het stamboek onderscheid 'e maken tusschen warmbloedige luxe- tuigpaarden, tevens geschikt voor bndbouw- werk) en koudbloedige paarden, formulee- reD, opdat bet hoofdbestuur dit voorstel aan de afdeelingen kan overbrengen. Valsch- o a u k o 11 j e 11 e n De politie te ROTTERDAM heelt aan ver schillende k-ssters— en wisselkantoren al daar meegedeeld, dat er wederom valscbe bankbiljetten van 100 gulden in omloop zijn gebracht en wel tot een bedrag van twintig duizend gulden. Te Amsterdam zouden er n.l. reeds zijn aangeboden. Men meldt oit AMSTERDAM dat de verhouding tusschen den raad van bestnnr der Nederlandsche Opera en den heer Van der Linden gunsuger is gewor den. De raad van bestuur bad iemand anders in zijn plaats als directeur willen benoemeD, doch dez? bedankte na kori beraad en sedert is de quaestie van het ontslag vao den heer Yan der Linden maar blanw-blauw gelaten. Aan de stemming ter ver- kiezing vsd twee leden van het Hootd be stuur van het Nederlandsch Ouderwijzers Genootschap is deelgeuomen door 178 af deelingen. Voorde vacature buiten AM STERDAM is gekozen, de heer fPF, Hildebrand te Garmerwolde en voor de va cature in Amsterdam moest herstemd wor den tusschen de heeren: P. de Geus en A. L. Roest te Amsterdam. In de verga dering op Donderdag 12 December, zal die herstemming in de Afdeeling Schagen plaats hebben, Een ingezetene van HOS TE RLAND (Schouwen), die bij adverten tie werd aanbevolen als lid van den ge meenteraad, schijnt daarmede zoo vereerd te zijn, dat hij deDgene, die voor hem de ze aanbeveling had gepbatst, heeft uitge- noodigd zich bij hem aan te melden, ten einde een »rgoede belooning" te ontvangen, Welke ernstige gevolgen het veroorzaken van een schrik kan heb ben, is te BEESD dezer dagen op treuri ge wijze gebleken. Een jong meisje, krach- tig en gezond, struikelde voor enkele we ken op een donkeren avond over een zwart voorwerp, dat later bleek een jongen te zijn, die zich opzettelijk op den grond had gelegd, om schrik aan te jagen. Nog den zelfden avond moe*t een geneesmiddel aan gewend worden, om haar geschokte zenuwen tot rust te brengen. Niets mocht echter ba ten. Hare zenuwachtigheid ging over in krankzinnigheid en dezer dagen is zij over leden. T e KOLMSCHATE b ij Deren, ter viel de 21-jarigen zoon van den land bouwer G., die aan toevallen lijdende was, voorover in een aaltgat (mestgat), waarin hij stikte, Kunstlievende leden, be- gnustigers en belangstellenden van Nut, Rederijkerskamer en Fanfarecorps te HEER HUGOWAARD hebben drie aangename avouden gehad. In de buitengewone ver gadering van het Nut, met medewerking van Rederijkerskamer en Fanfarecorps was de groote zaal vol. Het optreden van do drie verschillende corporatiën viel blijkbaar in hooge mate in den smaak van het aandachtige publiek. Zondags toen de Rederijkers alleen op traden was de zaal eigenlijk nog voller en ook toen, even als Dinsdags is het optreden der Rederijkers met gespannen aandacht gevolgd en haar spel zeer geroemd. Vergadering van den Raad der gemeente NIEUWE NIE- DORP, gehouden den 5enDecember 1895. Voorzitter: D, v. d. StokAfwezig zijn de wethouders Ral ff en Wijnbenevens de heer de Moor De voorzitter opent de vergadering en daarna leest de secretaris de notulen, welke onveranderd worden goedgekeurd. Ingekomen is: le. een adres van B. J. Strijbis, dood graver, die hooger loon en eene andere regeling wenscht. De voorzitter, erken nende, dat al wat op het begraven be trekking heeft, aan herziening behoort te worden onderworpen, geeft de verzeke ring, dat Burgemeester en Wethouders spoedig voorstellen in dien geest zullen doen, met welke verzekering de Raad ge noegen neemt. 2. Een schrijven van den heer A. Schild, waarin deze verklaart, dat hij 1 Mei 1896 de woning en het gedeelte, thans voor postkantoor dienende, zal

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1895 | | pagina 1