Ludovicus.
Gemengd Nieuws.
op het volgende neer:
ondoorschijnend met hier en daar een
„De Jenever is wel schadelijk voor de lichter wolkje
gezondheid maar als men ze vergelijkt met Een vreeselijke eenr, die reeds be
de werking vaD de bedwelmende dranken dwelmt, is in de zaal en maakt zich dade-
uit het buitenland, bijv. met de Absioth, lijk meester van ieder die binnentreedt.
13 ze onachnldig als water-en-melk. Daar
om leve de Hollandsche Nijverheid 1
Hip, hip hip, hoera
Waarom in de practijk de FraDscheab-
sinth zooveel schadelijker is dan de Hol
landsche jenever ,is mij nooit recht geble
ken.
In Parijs is het absinth-gebrnik vol
strekt niet zoo algemeen en zóó in groo-
te mate, als het jenever-gebruik in Hol
land. Stel a niet voor, dat (natuurlijk in
't algemeen gesproken) een Parijzenaar,
evenals sommige Hollanders, 's morgens
zeer vroeg reeds zijn bedwelmend vocht
zal nemeD. Een Paruien gebruikt ab-
op als tweede laag weer rijshout of tak
ken van naaldboomen komen. Hierop worden
in parallelle richtiüg latten gelegd en de
tnsschenruimten met zaagsel aangevuld,
zood&t een gelijk mogelijke oppervlakte
ontstaat, waardoor het ontstaan van
grootere openingen, door welke de lucht
heendring», onder het ijs verhinderd wordt.
De gansche hoogte van dezen onderbouw
moet, wanneer hij belast is, liefst
niet minder dan 75 c M. bedragen.
Op deze onderlaag word het ijs gelegd.
Daaromtrent is nog op te meikenle.,
dat het ijs zoo mogelijk sterk moet zijn
en vrij van onreinheden 2o. dat het in
riet het hoofd achteroverbnigen, een mond I groote, vierhoekige blokken gezaagd en
Het is een geur die aan de natuur herin
nert, een geur van geheimzinnige kruiden
in de diepten der bosschen of op esnzame
open plekken verborgeD, van een gewas
ontloken onder tropische hitte.
Yan tijd tot tijd grijpt een band een
karaf en giet het ijskoude water druppel
voor druppel in het glas. Het wolkje
vormt zich, komt naar boven en draait
rond. De hand grijpt het glas aan, men
die drinkt, oogen, die zich sluiten
De man zwelgt de vergetelheid in
verandert zich zeiven kunstmatig,
hij
hij
sinth voor het dejeuner en voor het diner, geest
beide warme maaltijden. De absinth is
ook volstrekt niet geschikt om bij eenigs-
zins groote hoeveelheden tej worden ge
bruikt, daar zij dan te ganw walging op
wekt.
Een Hollandsch werkman die twaalf
borrels per dag aankan is volstrekt
geen curiositeit, terwijl drinkers van
twaalf glazen absinth per dag, niet be
staan.
Wenden wij ons eens, tot de meer ge
zeten kringen. De jheeren' die in hnn
vast café, vier h vijf bitteitjes pakken,
zijn zeer algemeeD, terwijl de betere stan
den in Parijs het met éen of twee #o-
péritils' doen. Het is dan ook opmer
kelijk hoe weinig beschonken menschen
men in de wereldstad op straat tegen
komt.
Ik wil daarom in het geheel het ab-
ainth-gebruik niet verdedigen; ik wil al
leen trachten een eenvoudige schets
geeft zich andere oogen, een anderen
hem
te geven, zonder partij te kiezen
tnsschen den Hollandschen jenever, de
Fransche absinth, o f de geheel onthou
ding.
Behalve in de gewone koffiehuizen,
wordt de meeste absinth in de eigenaardige
proeflokalen gedronken, die men in alle
wijken van Parijs aantreft.
Nemen wij een voorbeeld.
Het is noch een café, noch een wijn
huis, het heeft iets van beide. Het is
zoo'n plaats waar men bijna nitslaitend
absinth drinkt.
Yan bniten is het een hoog, breed
huis met witgeschilderd houtwerk, heldere
rniten ea een flink, net voorkomen. Het
heelt iets deftigs, iets ernstigs. Het
is men ziet het reeds van buiten
klaarblijkelijk, dat men daar binnentreedt
om zijn zaken te eindigen. Het inwendi
ge is in overeenstemming met het uiter
lijke. Alle voorwerpen zijn net, zoo'n
schitterende zindelijkheid, zoo'n koude
weelde. In de geheele lengte
een groote tinnen toonbank, waar honderd
een plaatsje kunnen vinden. Tegen den
muur achter de toonbank, tegenover de
drinkers, een spiegel, planken met glazen
en flesschen, tegen den anderen muur,
tusschen de openslaande deuren, overai
waar maar een plaatsje open is, groote
vaten met metalen kranen. Aan iader
einde van de toonbank een koperen dia—
tilleerkan en overal daarachter de bedien
den met hun zwarte voorschoten, die, al
hebben ze geen bewegingen te maken, dan
die voor het inschenkeD en vullen der
glazen noodig zijn, het toch druk heb
ben.
Men drinkt niets dan absinth. De rij
glazen is groen, zoo melkachtig geel-groeD,
deze bij het transport met zoo scherp mo<
gelijke kanten moeten bewaard worden
So. dat het ijs niet in de ruimte moet
geworpen worden, maar er zoo nauwkeu
rig mogelijk in gepakt moet worden 4.
dat alle reten met zaagsel moeten dicht-
gestopt, en dit ook tnsschen de lagen moet
gestrooid worden. Boven op het ijs wordt
weer zaagsel gestrooid en ook aan de wan
den iedere opening daarmee zorgvuldig ge
stopt. Legt men ten slotte een flinke laag
stroo, of takken van naaldhont op den
voorraad, zoo is deze zoo goed verzekerd
als het mogelijk is.
Een orgineel denkbeeld.
De groote Fransche beeldhouwer David d'
Angers had eens het zeldzame idee om de
nagedachtenis van beroemde mannen te
eeren, door rijksmunt te laten slaan, voor
zien van hnn beeldenaar. Den lsten April
1839 sohreef hij toen aan Charles Blanc.
f Ik moet n een denkbeeld mededeelen
dat voor het eerst in mij opkwam in het
salon van Goethe, in 1828- Het maakte
indruk op alle personen, waaruit bet gezel
schap van dezen beroemden grijsaard be
stond. Het is ditMen graveert op het
geld de beeltenis van dec regeerenden vorst.
Waartoe dient dat Zon het niet beter zijn,
op vastgestelde tijdstippen geld te doen
slaan met de beeltenis van beroemde en
groote mannen Het komt mij voor, dat
men op die wijze het geld zou veredelen.
Het volk zou op het geld prijs stellen als
op een portretalbum waaraan een heele ge
schiedenis is verbonden. Iedereen zon om
zoo te zeggen een Pauthéoo in den zak
dragen. Wat dunkt n daarvan, mijn vriend
Honderd maunen als Parmentier zijn bij
voorbeeld wel een koning waard zooals Lo-
dewijk XV en het volk stelt meer belang
in de beeltenis van den man, die het voor
hongerdood heeft bewaard, dan in het ge
laat van hem die de natie o&teerd en ge
plunderd heelt...."
Troef. Een eenoogige, die gaarne
toonde dat hij geestig was, ontmoette een
Het bewaren van ijs. fikschen bochel op zijn morgenwandeling,
Het eenvoudigste is het voor kleinere ,Wel vriend!" zeide hij, ffje hebt je vracht
Het nor van de absinth is voor
het unr der droombeelden, der visioe
nen. Hij ziet niets, hij wil niets zien
van de straat, het wa^er, de wolken,
de voorbijgangers, zijn gelijken, die
hem aanraken, aan wie hij verbooden
is door dezelfde wet van arbeid en
ellende. In dat gias daar gevold met
het troebele vocht, ziet hij al wat hij
wil zieD, maar wat hij ziet vertelt hij
niet over. De gansche wereld, die in hem
tintelt en popelt door dien geheimzinnigen
genr der wouden, houdt hij voor zich al
leen.
Voor hem alleen ook de feeën, die in
gazen japonnen langs de oppervlakte van
deze poel zweven. Voor hem alleen ook
de wreede duiveltjes, die door zijn keelgat
springen, hnn wilde dansen uitvoeren iD
zijn hart en zijn hersenen, door zijn ar-
meo, zijn handen snellen, ja zelfs de top
pen zijner berende vingers niet met rust
laten.
Hij zegt niets, geen woord. De wijn
drinker is een babbelaar, de absinth—drin
ker een zwijger. Hij wenscht zijn visi
oenen zijn droomen voor zich alleen. De
absinth-drinkers staan naast elkaar en toch
afgezonderd. Slechts weinigen kennen el
kaar, nog minder spreken te zamen. De
dronkenschap, in die walgelijkheid, zooals
wij die in Holland kennen, met zijn vloe
ken, scheldeD, vechtpaitijen en wat dies
meer zij, komt dsn ook slechts sporadisch
voor.
Waarom de jenever, dan zooveel beter
is dan de absinth P
Mij is 't niet recht dnidelijk.
weken geleden uit de gevangenis wasont-! Een koninklijk recht,
slagen, waar hij zes-en-een-half jaar tucht- i Toen zekere staatsman onlangs na
huristraf had ondergaan, had besloten zich lang in de sociëteit gezeten te hebben des
te wreken op allen, die tegen hem als avonds laat te huis kwam en de kamer
- wilde binnentreden, was het zijne echige-
noote die de kamer opende en haar gemaal
met een flinke boetpredikatie ontving.
Maar onze staatsman wist snel aan die
redevoering een einde te maken en zelfs
zijne vertoornde gade een glimlach af te
persen door de opmerkingAlleen de
Koning heeft het recht de Kamer met
eene rede te openen.'
Te Essen is een schrijn-
werker tot 4 maanden gevangenisstraf ver
oordeeld wegens majesteitschennis. Dat is
op zich zelf niets bijzonders. Maar het
bijzondere is, dat hij aangeklaagd werd
door zijn eigen zoon, uit wraakzucht, om
dat de vader weigerde, toestemming te ge
ven tot een huwelijk.
Een klein uitstapje!
Heeft de man een reden tot echtschei
ding, als de vrouw een uitstapje doet,
zonder dat haar echtgenoot er van weet?
Deze vraag had het gerechtshof te Edin-
burg voor een paar dagen te beantwoor
den.
Een zekere heer N., lid van de Ko
ninklijke Academie van Schotland, vroeg
echtscheiding aan. Hij was in het jaar
1889 getrouwd, had twee kinderen gehad,
die echter beiden gestorven waren. Toen
het laatste der twee overleden was, was
zijn vrouw, een burgeres van het vrije
verhoudingen, wanneer men den gsvoor-
raad in een of ander gebouw kan bewa
ren. De bodem moet dan van steen of
leem zijn en een weinig rond liggen. Dan
moet men zorgen voor het onmiddellijk
wegvloeien van het gesmolten water. On
geveer 75 c.M. van de buiteuwanden, tim
mert men houten wanden, welke de ei
genlijke ijsruimte begrenzen. Tusschen
die wanden, de buiteu- en binnenwanden
brenge meit een laag grove stukken
steen, welke het water doorlaten en hier
op, mutsaardhont n.1. Het overige van
de ruimte wordt met materiaal gevuld,
dat zoo slocht mogelijk de warmte geleidt,
nadat men aan een der binnenwanden een
dubbele deur gemaakt haeft. Als onder
laag voor het ijs legge men eveneens
eerst een laag grove brokken steen, waar-
al vroeg geladen 1"
t Daar kunt gij niet over oordeelen man
want je hebt de beide luiken nog niet
open', liet de andere erop volgen.
Om den smaak van medi
cijnen weg te nemen.
Eeu kleine hoeveelheid extract van zoet
hout neemt den smaak van aloë weg, en
die van zouten gaat verloren in pepermunt-
water. Melk vermindert den bitteren smaak
van chiniue, en kruidnagelen die van sen-
nebladeren.
Wonderolie proeft men niet als zij met
eiwit vermengd is.
Een hoogstgevaarlijk
mensch maakt seder een week den om
trek van Hirschberg in Siberië onveilig.
Een zekere Maiwald uit Leipe, die drie
getuigen waren opgetreden. Hij kocht een
geweer en begaf zich bet eerst naar Leipe,
waar hij het huis zijns zwagers in brand
stak. Daarna schoot hij op zijn moedei, die
z. i. boeten moest, omdat hij zulk
een slechte kerel was geworden.
De vrouw werd door een toevallige om
standigheid niet gekwetst. In den waan,
haar gedood te hebben, trok Maiwald naar
het huis van den burgemeester, die inder
tijd een aanklacht had ingediend. Nadat
hij op diens vrouw had geschoten zonder
deze te raken, achtte hij het raadzaam
Leipe te verlaten.
Óp den weg naar Tolkenhain ontmoette
hij een oud vrouwtje, dat hij vriendelijk
groette. Toen zij bem voorbij was, greep
hij haar echter aan en poogde hij haar te
worgen. Toen zij om hulp riep, sloeg de
woesteling haar od het hoofd met het doel
haar het bewustzijn te doen verliezen. Plot
seling sprong hij echter op en vluchtte.
Dezelfde persoon staat nog onder verden
king een timmerman nit Hirschberg ver
moord te hebben.
NaarhetschijBtkrijgtde
sociaal-democratische leer in het Belgische
leger veel volgers. Naar de Chronique uit
gezeghebbende bron verneemt, luiden de
rapporten der generaals en officieren zeer
verontrustend; zij zijn het allen eens in
dit opzicht, dat zij niet meer kunnen in
staan voor hnn soldaten.
Het Titu s-g ezelschap.
In Londen is een vereeniging, die zich
zoo noemt. Zij ontleent dien naam aan
den Romeinschen keizer Titus, die eens
zeide, dat hij eiken dag verloren achtte,
waarop hij niets goeds had verricht. De
leden der vereeniging zijn verplicht dage
lijks ten minste éene daad van hulpvaar
digheid en liefde te volbrengen. Had ie
der mensch maar zoo'n vereeniging
Nieuw Leven. A. W. S.
De grootste klok der we-
reld is die van een Chineesch klooster (boa-
zenklooster) in de nabijheid van PekiDg.
Zij is 7 meter hoog.
Alle boeken van Boeddha zijn er op
geschreven.
DeEngelsche veestapel
was bij het einde van 1894 samengesteld
als volgt 2092290 paarden, 10780796
runderen, 80037818 schapen en 3794043
varkens.
Frankrijk kan in zijnbe-
hoefte aan eetbare kastanjes niet zelf voor
zien en ontvangt daarvan jaarlijks nog
210000 centenaars uit Italië, waar 50000
hectaren alleen met edele kastanjeboomen
beplant zijn.
Iets nieuw t.
Is er ook wat nieuws van daag
vroeg eeu nieuwtjesjager van zeker dagblad
deu inspecteur van het politiebureau, waar
hij 'b morgens was ingeloopen. Nie
mand verongelokt, den hals gebroken of
verdronken, verbrand, van een steiger ge
vallen, geen dief gepakt of zoo iets
De inspecteur keek hem een paar mi
nuten aan en zat zich te bedenken.
Nu, zeg dan eens op, is er niets nienws
van daag
Ja wel, antwoordde de inspectenr.
Wat dan
De balie waar je tegen aanleunt, is juist
nieuw geverfd.
de hare gemaakt had. En haar nu alleen
in bet boerenleven echter te laten, stond ge
lijk met goed te keuren, dat zij deze verkre
gen kundigheden wederom zou verloeren en zij
dus later niet zoo goed zouden harmonioeren.
En om nog eene andere reden wenschte
hij haar onder zijne hoede te houden. Zij
ne ouders hadden natuurlijk geweuscht,
haar eenmaal te zien, voor zij naar de plaats
hunner bestemming zouden vertrekken, en
ofsehoon de meening van tijne ouders geen
invloed op zijn besluit had uitgeoefend, zoo
wilde hij toch ook niet, dat Tobz hun ganscb
zou mishagen. Hij geloofde derhalve, dat
eenige maanden van onafgebroken samen
zijn met zijne baisgenooten, gedurende dat
hij een vaste plaats zocht, wat Tesz wel
licht voor een groote beproeving aanzag,
voor haar toch van zeer veel goeden ia-
vloed zou zijn.
Angel was bij een der naburige boeren
een meelmolen wezen bezichtigen om daar
iets te zien, dat hg later op zijn gedoe ook
in praktijk wenschte te brengen; hij had al
zijne zaken nog eens rijpelijk overdacht en
was vast besloten thuisgekomen, om nog
eenigen tijd iD dien molen werkzaam te zijn-
En wat bad hem daartoe gedreven? Ze
ker de gelegenheid, om bet malen en buide
len te leeren en tevens, omdat deze mo
len vroeger nog in het bezit geweest was
van een tak van den onden D'Urborville. Zoo
werden bij Angel steeds de practiscbe vra
gen beslist door bij-omstaDdighedeD, die
met de zaak volstrekt niets gemeen hadden
Zij besloten daarom te zamen, na de brui
loft daarheen te trekken en in plaats van
een reisje door stedeu en landerijen te ma
ken, daar een veertien dagen te bljjven.
«Vervolgens tallen wij eenige boerderijen
onder Londen bezichtigen, welke mij zijn
aanbevolen geworden,* zeide Angel, ,en
in Maart en April brengen wij mijne onders
een bezoek.*
Vragen van verschillenden aard deden zich
aan Tesc voor; maar verdwenen weder
even spoedig, en de dag, die gewichtige
dag, op welken zij de zijne zon worden, ver
hief zich schrikwekkend, hoe langer, hoe
dichterbij komend. De een pd dertigste De
cember, was de dag. „Zijn vrouw 1" fluis
terde zij. „Kan het werkelijk zijn Zij bei
den steeds samen, niet te scheiden, iedere
gebeurtenis gemeenzaam te dragen; kon dat
werkelijk zijn En waarom niet En toch
waarom
Op een zondagmorgen keerde liz Hnett
nit de kerk terng en zeide heimelijk tot
Test„Gij zijt dezen morgen niet afgele
zen geworden
„Hoe
,Gy hadt toch hedenmorgen afgelezen
moeten wordenantwoordde zij, Tesz
kalmpjes aanziende. „Gjj zult toch op 31
December bruiloft vieren
De andere knikte.
„Gij moet toch driemaal worden afgelezen
en nn blijven er nog slechts twee zondagen
over."
Tesz voelde boe bleek zij werd. Izz had
geluk het moest driemaal geschieden.
Had Angel het vergeten Wanneer da»
het geval was, zoo moest nog een week met
trouwen gewacht worden en dat was een
ODganstig geval. Hoe kon zij Angel daar
aan herinneren? Zij,die tot dusverre zoo terug-
Houdend was geweest, nn plotseling zoo vol
ijver en baast?
Een gelukkig toeval kwam haar evenwel
te bnlp. Itz had over het geval met vronw
Erich gesproken en deze nam het voorrecht
der gehnwde vronw te baat en informeerde
belangstellend naar dit pnnt.
„Hebt gij daaraan niet gedacht," mjjnheer
Angel
Ik meen aan het aflezen
„Natuurlijk antwoordde Clare, „dat heb
ik niet vergeten*.
Zoodra hij met Tesz alleen was, zeide
bij
„Verontrust n niet over deze zaak. Een
stille dienst is voor ons veel aangenamer,
ik heb daarover voornit beslist, zonder nw
raad in te winnen. Wanneer gij nu op
zondagmorgen naar de kerk gaat, znlt gij
uw naam niet hooren, zelfs al zoudt gij het
nu wenschen.*
„Ik wensch hem ook niet te hooren
antwoordde Tesz trotsch.
Desniettemin, was het voor haar een
groote verlichting, te weten, dat de zaken
haar gewonen gang gingen, daar zij reeds
gemeend had, dat iemand, om hetgeen er
me» baar gebeurd was, de aflezing had ver
boden.
„Ik vt rontrustie mij,* zeide zg tot zich
zelf. „Al dit groote geluk zal later zeker
op mij worden gewroken. Zoo zal het wel
geschieden. Ik wilde maar, dat de gewone
aflezing gedaan was.*
Maar alles ging goed. Zij overlegde bij
zichzelf of het hem aangenamer zou zijn,
dat zij in het oude witte kleed trouwde, dan
dat zij een nienw kocht. De vraag werd spoe
dig opgelost, doordat er aan haar adres een
groot pak werd bezorgd. Daarin vond zij
alles, van den hoed tot de schoenen toe, ge
heel geschikt voor een eenvoudige bruiloft,
zoools zij zelf van plan was geweest te niezen.
Hij betrad het huis kort nadat het pakkket
bezorgd was en hg hoorde dat Tesz het
opende.
Eenige minuten later kwam zij beneden,
met roode wangen eu tranen in de oogen.
„Hoe opmerkzaam zijt gij fluisterde zij,
hare wangen tegen zijo schouder drukkend.
„Zelfs aan handschoenen en zakdoeken hebt
gij gedacht l Mijn schat, mijn alles, hoe goed
«yt 80 1*
„Neen, neen Tesz het handelt hier slechts
over de gevatheid van een handelsvrouw in
Londen dat is allos.*
HOOFDSTUK IX.
ADgel gevoelde behoefte, ver verwijderd
van de boerderij, neg een enkelen dag met
Tesz alleen door te brengen, terwijl zg nog
brnid en bruidegom waren een roman
tisch samenzijn, vol eenvondige bekooring
en aantrekkelijkheid. Hij gat derhalve voor,
dat hg de volgende week nog eenige zaken
bad in da naastbgzijnde stad en verzocht
Tesz, hem te vergezellen.
Clare's leven op de boerderij was in verge-
lijkingmet dat, wat hij vroeger plaobt te leiden,
seereenzaam geweest.Maandenlang was hijniet
in de nabijheid eener stad geweest en wan
neer hg reed, dan nam hij van den boer diens
hengst en rijtnigje. Op dezen dag maakte
zij evenwel eveneens van dit voertuig ge
bruik.
Voor de eerste maal in haar leven gingen
zij als paartje, arm in arm, van den eenen
winkel naar den andere. Het was een dag
voor kerstmisoveral waren de winkels op
zijn schitterendst uitgestald en opgesierd.
Tesz betaalde het gelnk aan Angels arm
rond te mogen dwalen, met de straf, dat zg
om hare schoonheid het meest werd aange
zien.
's Avonds keerden zg naar de herberg
terng, waar zij paard en rgtuig hadden neer
gezet en Tesz wachtte in de gang, terwijl
Angel even heenging, om naar paard en
wagen te zien. De gewone gelachkamer
was vol gasten, die bestendig in en nit
liepen.
Wanneer de deur geopend werd, viel het
volle licht telkens op Tesz' gelaat. Onder
anderen kwamen ook twee mannen haar
voorbij, die haar met groote opmerkzaam
heid monsterden. Een van beiden scheen
«eer verrast, en Tesz verbeeldde zioh, dat
het een persoon nit Trantridge was, of
schoon dat dorp mijlen en mijlen ver verwg-
d ird lag, zoodat zij zich eigenlgk wel moest
vergissen.
„Een lief deerntjezeide de eene.
„Ja, lief genoegMaar wanneer ik mij
niet vergis Het slot der opmerking
ging in een dof gemompel over.
Clare die juist ait den stal terugkwam en
met den man juist tegelijk op den drempeljtrad,
hoorde de woorden en zag Tesz ineenkrim
pen. De beleediging, die hij haar toegevoegd
geloofde, deed zgn bloed koken en nog
voor hg goed wist wat hg dsed, liet hij met
volle kracht zgn vnist kennia maken met
's mans kin, zoodat hij in de corridor terugtui
melde.
De man vloog op en scheeo geneigd den
aanval te beantwoorden, zoodat Clare naar
buiten trad en een vechtende bondig aan
nam. Zgn tegenstander scheen zich even
wel te bezinnen. Hij zag Tesz, toen hg
haar voorlegging aan en zeide tegen Clare
„Ik vraag n om vergiffenis mijnheer I Het
was eene vergissing. Ik hield haar voor een
meisje nit onze omgeving.*
Clare, die gevoelde, dat hg te heftig was
geweest en dat hij eigenlgk een goede straf
verdiende, omdat hij Tesz alleen had laten
staaD, besloot bij zichzelf te doen wat zgne
gewoonte bij dergelijke gevallen was en
drukte den man als pleister een goede fooi in
de hand; zg gingen vervolgens als goede
vrienden uiteen. Zoo spoedig Clare de tengels
in de hand had en met zgne gezellin voort
gegaan was, wandelden ook de beide man
nen in dezelfde richting.
„Was het werkelijk eene vergissing
vroeg de tweede.
„Neen waarachtig niet Maar waarom zoa
ik dien mynheer beleedigen."
Juist waren Tesz en Angel uit het gezicht.
WOEDT VERVOLGD.
Amerika, ziek geworden en de dokter had
verandering van lucht voorgeschreven. Om
dien raad op te volgen, logeerde zij bij
verschillende vriendinnen op 't land en
schreef regelmatig aan haar man. Deze
had geen reden om te denken, dat zijn
vrouw slecht handelde. Terwijl hij zich
bevond tusschen de bergen van Schotland,
ging zijn vrouw naar Londen, terwijl hij
beslist had, dat zij bij vrienden van hem
zou logeeren. Groot was echter de ver
bazing van den heer N., toen hij bij die
vrienden kwam en gevaar werd, dat zijn
vrouw er niet eens was geweest. Nog
dacht hij niets kwaads, want hij wa» niet
pessimistisch. Maar wel was hij ongerust.
Doch het duurde drie en een halve maand
toen verwaardigde zioh mistress N. hem
een telegram te zendenheel uit Syd-
ney, in Australië, en daarin vroeg zij om
geld, ten einde naar Londen terug te rei
zen.
Hij was zoo goed aan haar wensch te
voldoen; maar toen zij terng was diende
hij een klacht in bij de justitie en vroeg
echtscheiding aan, tengevolge der talrijke
mededeelingen die hij met aandoenlijke
eenstemmigheid van zijn vrienden ontving.
Een reis naar Australië gaat niet zonder
eenig gevaar gepaard, daarom had mevrouw
N. zich op haar onderzoekingstocht naar
beter lucht doen vergezellen door een huis-
vriend van haar man. Deze vriend, die
thans in Engelsch-Indië is, had haar niets
durven weigeren, maar had haar ten slot
te schandelijk verlaten.
De rechters te Edinburg noemden zoo'n
uitstapje van de vrouw ongeoorloofd en
spraken de scheiding nit.
Hypnotisme.
Te Petersburg is een jong meisje, mej.
Roumyantsef, wegens vergiftiging van haar
vader tot een zekere straf veroor
deeld. In hooger beroep werd de straf ech
ter tot vijf jaar gevangenis verminderd op
grond dat zij onder den invloed van hyp
notische suggestie de misdaad had gepleegd.
Mej. Routnyantseff was verlietd op een
kapper, die op bevel van een geneesheer,
moest masseeren. Op diens aanstoken heeft
zij haar vader, een rijk grondeigenaar, om
het leven gebracht door middel van een
langzaam vergif. Drie maanden lang zag
zij het lijden van den armen man aan, zon
der de minste wroeging. Ook bij het ver
hoor bleef de beschuldigde volmaakt on
verschillig. Haar advocaat vond hierin aan
leiding een geneeskundig onderzoek der
verstandelijke vermogens van het meisje te
verzoeken. Dit werd toegestaan en bracht
aan het licht, dat de kapper haar in hyp-
notischen toestand had gesuggereerd, haar
vader te vermoorden.
Van een bestraffing ol gerechtelijke ver
volging van den kapper meldt het bericht
niets.
Een
dood.
Voor eenige dagen hoedde een meis
je van 20 jaar bij het gehucht Vaas in
Wallis (Zwitserland) de koeien. Daar het
tamelijk kond was, deed zij haar best een
vuurtje aaD te steken. Dat bekwam haar
echter slecht, de wind joeg een vonk naar
haar toe, die haar kletreu op den mg in
den brand stak. Zij bemerkte daarvan
echter niets, voor de vlam haar hoofd be
reikte en toen stond zij ineens in de
brsnd. Zij trachtte, door zich over den
grond te rollen, het vuur uit te dooven,
maar het waaide zoo hard, dat haar dit
niets hielp; de wind wakkerde steeds de
vlammen aan.
Toen schijnt ze zich te hebben willen
outkleeden, maar weldra kon ze geen ge
bruik meer maken van haar deerlijk ver
brande handen. Toen richtte ze rich naar
den kant van het dorp, maar zij kon dit
niet nreer bereiken en viel aan het voet
pad neer.
Haar kreten werden echter gehoord en
men kwam haar te hulp, maar ongeluk
kig te laat. Van haar kleeren had ze
niets meer aan dan de kousen en de schoe
nen. Bijna het geheele lichaam was één
brandwonde. En toch stierf zij eerst tien
dagen later, na eeD ontzaglijk lijden.
Snelpersdruk van J. Winkel te Schagen.
verschrikkelijke