YallenflB Sterren. Donderdag 2 Juli 1896. 40ste Jaargang No. 3111. te Schagen. Vrijdag 24 Juli a.s RIJTOIG- Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Z a 1 e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. UitgeverJ. WINKEL. JBurean: iCHAGKH* I<aan, 11 4. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. GemeenteSchagen. BekeDdmakiu^en. FEUILLETON. LUXE- Binnenlantlsch Nieuws. mem Wiens-, COURANT. Airalcilis- LuMlil BEVOLKING. Gr er-rit Kweldam, boeren knecht, voorheen woonachtig te huid- fy Noord Schermer, thans te Schagen, wordt in zijn belang aangemaand, zich te spoe digste ter Secretarie aldaar te vervoegen. POLITIE, Ter Secretarie dezer gemeente worden inlichtingen verzocht omtrent een verloren bruine Damesportemonnaie, inhoudende een bedrag van f 5. Tevens zijn inlichtingen te bekomen omtrent een gevonden bosje sleu tels, en een achtergebleven zakje en parapluie. Burgemeester en Wethouders van Scha gen brengen ter kennis van belanghebben den, dat, ingevolge de door den Raad dier gemeente vastgestelde regeling, betrekke lijk het onderzoek naar de broeiing van HOOI, enz. Ie de gemeente is verdeeld in eene Noor delijke en Zuidelijke Hooistekerswijk, en de scheidingslijn tusschen die wijken wordt geacht te ziju getrokkenj vanaf de brng aaD de Lange Suevert door de Hoep, over de Markt, naar en door de Heerenstraat, langs de Loet, den Menisweg en het pad loopende langs het Schagerwiel, en van daar langs den dijk, liggende aan den Zuidkant van den Polder Burghorn tot. aan de gemeente Sint Maarten. 2e dat voor het loopend jaar tol Hooiste- kers zijn benoemd Voor de Noordelijke wijk Willem Bleeker (Noord wijk A. no. 41) en Arie Kant (Korte Suevert wijk G 29.) Voor de Zuidelijke wijk Christiaan Speeta (Laan wijk D 25) en Tijs Blj- post (Laan wijk D no. 53.) 8e. dat ingevolge het bepaalde bij de po litieverordening voor deze gemeente, ieder houder van hooi en stroo, die daarin gevaar voor brand door broeiing ontdekt, verplicht is daarvan onverwijld kennis te geven aan den Burgemeester en een der Hooistekers, voor de Hooislekerswijk waarin hij woon achtig is, zullende de hooistekers boven dien ten allen tijde tot het ouderzoeken van het hooi en stroo moeten worden toegelaten; 4e. dat niet naleving der sub 3 vermel de bepaling strafbaar is gesteld met eene boete van ten hoogste f 25. Schagen, 30 Juni 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, W. A. HAZEU, Burg. a. i. De Secretaris, DENIJS. Roman van Bobert Byr. 1 EERSTE BOEK. De meid die daar ingeslapen aan de deur zat, eenigszins korzelig over het versforen van haar middagtukje, zeide tot Reimar, op alles behalve vriendelijken toon, dat hij wel binnen kon gaan, daar mijnheer de ba ron reeds op hem wachtte, j Kon men dan weten, dat hij komen zoa, of had men hem reeds gezien Nu, enfio, het huis was tenminste hetzelfde gebleven; maar reeds in het benedenhuis stond alles vol met koffers en mandeD, zoodat er nau welijks doorkomen aan was en toen hij ein delijk na een bescheiden kloppen, bet salon binnentrad, was ook daar de geheele in- riehting veranderd. Van de meubelen was niets meer te zien; op tafels, stoelen, de gansche kamer door, zoowel op sofa als piano, lagen kleederen, mantels, hoeden en allerlei bonte voorwerpen dooreen; alles wat maar eenigszins tot de uitrusting van een dame kon behooren. Onder dat alles bijna verborgen, zat Erna en aan 't venster zat hare moeder, aan een stuk wit goed, ijverig te naaien, zoodat Rei mar zich over het spoedige herstel harer oogen zeer verwonderde. Zijne verwondering zou evenwel nog toenemen, toen hij nit de eetkamer, de ba ron op zich zag toesehieten, die hem roet een zeer ongeduldig„zijt ge daar einde lijk!" begroette. „Ah, ja, maar, dat is hij in 't geheel niet," riep de baron vervolgens nit en stak daarna, om zjjn dwaling vroolijk lachende, den onverwachten bezoeker do hand toe. „Ja, ja, hoogst belachelijk. Nu, gij zijt ons even welkom, orsohoon gij nu niot zjjne hoogheid, mjjnheer de ritmeester bent, die den weg hierheen, voor een zondag te lang vindt. Of zijt gij wellicht een duivels-kun- stenaar Neem n in acht bij het voort gaan. Gij zijt midden in oen uitrustings- magazijn gestapt. Alles wordt gereed ge maakt voor een veldtocht." En het was werkelijk moeilijk voor Rei mar, tot de dames door te dringen, cm haar zijn compliment te maken. Slechts vluchtig beantwoordden tjj zijn groet. Zij waren Burgemeester en Wethouders van SCHA GEN, brengen ter kennis van belang hebbenden, dat door den Raad dier gemeente, met goedkeuring van Heeren Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, aldaar is ingesteld een jaarlijksche Paar denmarkt, te houden iu de maand Juli, en wel op den dag vóór dien waarop gelijke markt wordt gehouden te Haarlemmermeer, welke markt hoofd zakelijk is bestemd voor luxe— en rijtuig- paarden, geschikt voor den buitenlandscheu handel en voor paarden, geschikt voor de Re monte de l .atsten vanaf driejarigen leeftijd. De markt zal dit jaar worden gehou den op voor de aangevoerde paarden zal geen marktgeld verschuldigd zijn. Heeren paardenfokkers e.a., worden be leefd verzocht op deze markt, die o. a. zeer wenschelijk wordt geacht door het Hoofd bestuur der vereeuiging „het Nederlaudsch Paardenstamboek" en waarop ten vo- beidon, zoozeer bezig, dat zij dadelijk weder aan den arbeid fogen. Ook de baron scheen dezelfde niet meer van de vorige maal, of schoon hij nog hetzelfde sportcostuum aan hadt, en een vroege lenteroos, zijn gewaad een feestelijk aaDzien gaf en zijn gelaat van vergenoegdheid glansde. Niet één oogenblik kon het beweeglijk ventje op dezelfde plaats blijven en zijn heen en weer bewegen tusseben al die sierlijke zaken, scheen een potsierljjke eierdans. Wat was er toch gebeard, wat moest er toch ge schieden Spoedig genoeg zou Reimar het nit den mond van den baron vernemen. „Aardig, zeer aardig van u, mijnheer de ingenieur, dat gij nog komt, om afscheid te nemen. Hilde zal er zeer verheugd over zijn, dat zij u nog ontmoet, voor zij vertrekt." „Gaat zij f „Zeker, zeker. Ik dacht dat gij het reeds wist. Hee't men u dan nog niets verteld In zoo'n klein klets-nest spreekt, of liever babbelt men over alles. Ja, en reeds over morgen moet zij weg; er is baast bij, men laat ons nauwelijks den tijd tot inpakken. Tot ons geluk, is de geheele uitrusting nog in orde en wat er dan nog noodig is, kan achterna gestuurd worden. Het sohijnt dat de nood aan den man is. Maar de Brandolfs moeten voor hun plaats opkomen. Wij wa ren altijd zeer gezien aan het hof, en wan neer men de gewichtige diensten, die de familie bewezen heeft, beter in het oog had gehouden, cn zij door andere omstandigheden niet achteruit gegaan was, dan zou hot er nu geheel anders uitzien. Ik geloof, dat er geen tweede persoon is, die meer aanspraak op een plaats als opperstalmeester kan ma ken dan ik, ja, die er zoovele goede eigen schappen voor heeft als ik. SereDissimns heeft juist in deze richting, wanoeer ik bet zoo noemen mag, geene bijzondere verdien sten; hij heoft zich nooit veel om paarden bekommerd, ja, uien heeft van die onder kruipers, die vieten slechts het voer van een ander op, en zijn zelf voor niets te gebruiken. L)aar noemt men den eersten den besten zondagsruiter en bet valt zulk een zwetser en kruiper gemakkelijk men be hoeft hem slechts aan te zien, wanneer hij op eeu paard hangt 1 En dat moet een op perstalmeester worden maar laat ik mjj stilhouden, 't Is voorbij. Het heeft mg gekrenkt, zoo over het hoofd gezien te wordeD; ik beken dat eerlijk en dat was ook do reden, waarom ik mj vrijwillig terug trok, en naar mjjn verblijf ging, otn kool te bouwen, cum otium ot-et di-gi-digita- I rigen jare bij mimen afzet, 270 der b e s- t e paarden zijn aangevoerd, door het aanvoeren hunner daarvoor geschikte die ren ook thans te willen medewerken, mede in hun eigen belang. Kunnen toch die dieren te Scha gen van de hand worden gedaan, dan worden daardoor de belangrijke kosten ver meden aan het vervoeren naar verder af gelegen markten, b. v. te Haarlem en elders, verbonden. Buitenlandsche kooplieden hebben reeds verklaard, de markt te zullen bezoeken, indien op eenigen aanvoer gerekend kan worden. Schagen, 25 Juni 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BERMAN. de Secretaris. DENIJS. Raadzitting te Nieuwe Niedorp, op zaterdag den 27sten Juni, ten 8 ure namidd. Na opening worden de nog al omvang rijke notulen der vorige bijeenkomst ge lezen. De heer Halff geeft te kennen, dat vol gens zijn gedachte, iets aan de notuleering ontbreektwaarop de geheugens eens haarfijn worden gescherpt en men zich ten laatste herinnerd, dat foch het slot der toen gehouden besprekingen was, zoo als in de notulen vermeld is, waarom ze dan ook worden goedgekeurd. Nair aanleiding der ni tulen bespreekt men wtêr de zaak Leijerbrug. Volgen» de Schager Courant weuschte de gemeen teraad van Oude Niedorp aan de gegeven wenken geen gevolg te gaven. De heeren Kuilman en Wijn zouden nu, in vereeniging met ffSchattervaer" en de belanghebbende gemeenten Winkel en Barsingerhorn, willen trachten, als men daar eenig recht had, dit te doen gelden, daar niet uitsluitend de schippers, maar ook de overige gemeentenaren er belang bij hebben, dat de af- en aanvoer hunner goederen zonder belemmering kan plaats hebben. lis". „Oiium cum dignitate", trachtte Erna, die vlak in zijne nabijheid stond, hem op streek te helpen. Hij knikte en zag haar ten hoog ste verwonderd aan. „Dat zeg ik toch 1P Heb ik het an ders gezegd P Het gebeurt wel meer, dat in de hitte van het gesprek, de tong maar fiat, dat is ook hetzelfde. Kleine gouvernante 1 Hilde heeft gelijk Doet anders ook niets ter zake, ik heb slechts willen zeggen, dat ik er mijne redenen voor heb gehad, om mij terug te trekkenmaar ik wil toch alles vergelen en vergaven, als men mij van boven de hand ter verzoe ning reikt. Ik ben een loyale onderdaan, dat waren de Brandolfs altijd. Nu komt de verzoening niet van den kant van den vorst maar slechts van de priuses-weduwe; maar toch wil ik het mij aangedane onrecht ver geten en niet in alle eeuwigheid blijven mor ren. En dan, men kan nooit weten, welke keer de zaken nog kunnen nemen. Onze troonopvolger is reeds tegen do veertig, zon der minnelijke nakomelingen en schijnt geen zin te hebben, zich nogmaals in 't huwelijk te begeven, hoezeer Serenissimus bet ook wenscht. Een wild jager, een woest ruiter waDneer er een ongeluk ik wil geen profeet zijn. God beware me, de hemel be- scherme ons doorluchtig huis, maar het kan zoo komen men heeft voorbeel den en dan is prins Ottomar de eerste opvolger en prinses Amelie in de gelegen heid om - „De benoeming van den heer von Bran- dolf tot opperstalmeester te bewerkstelligen. Sedert twee dagen droomt papa van niets anders moet ge weten." Bg den eersten toon van Hilda's stem had Reimar zich omgewend en stODd zij voor hem, hartelijk lachende en toch met een ern- stigen blik, die weinig bij die vroolijkheid pas- te. „Daar hebben wij haar reeds I" riep haar vader en zette mot een graciense handbe weging de voorstelling voort„Mijnheer Rei mar komt om zich het geluk te verschaffen, om uwe voorspraak te verzoeken. Mijnheer de ingenieur, gij ziet hier voor u, de jongste hoffreule van hare hoogheid prinses Amelie." „Nog niet geheel," voegde Hilda er met voorbehoud bij; terwijl zij Reimar's stomme buiging met een hespottolijke, diepe hofnei- gieg beantwoordde. „Het is maar de vraag of wij genade in hare oogeo zullen vinden." „Bah, iets voor den vorm I" blies mijn heer von draudolf de bedenking als een stofje weg, „de prinses behoeft u slechts De heer Viseer merkt ook op, dat de boeren hier lang niet malsch zouden ziju, als men daar eens een hek op den weg zette, dat steeds open en dicht gedaan moest worden en een vaart waB toch zoo goed een weg als de rijweg. DeVoorz. stelt voor,de gevolgen een poos af te wachten en blijkt het noodig te zijn, later verdere maatregelen te nemen. Ofschoon de heer Viseer dc zaak liefst dadelijk zou afma ken besluit men officieele tijding van Oude Niedorp af te wachten. Nu wordt gelezen, een schrijven van den vertrokken mede-armenvoogd en weesmees ter, den heer Bh. Nierop, waarin deze als zoodanig bedankt, en gaat men over tot stemming voor de benoeming van een Ar- menvoogd. Bij deze eerste stemming bekomen de heeren: J. B. Wilhen 3, K. Groot 2 en C. Smit 2 stemmen, waarop volgt de tweede vrije stemming en nu verkrijgen de heeren: J. B. Wilhen en K. Groot ie der 8 en de heer C. Smit 1, en bij de herstemming overwint de heer Groot met 4 tegen 3 stemmen en is dus benoemd. Onvermoeid gaat de raad voort en nu zijn 't weer de op de stembriefjes geplaatste namen van voor weesmeester geschikte per sonen, die de lucht dien galmen en beko men de heeren P. Haringhuizen 2, P. Zwanenburg 2, C. Smit 2 en/. B. Wilhen 1 stem, alweer dus 2de vrije] stemming en evenals bij de hierop volgende herstem ming hebben de heeren: P. Haringhuizen 4, C. Smit 2, en P. Zwanenburg 2 stemmen op zich vereeiiigd en wordt dus de heer P. Ha ringhuizen als Weesmeester benoemd. De beiden benoemden wordt bericht ge zonden en kort daarop verneemt men, dat de heer Haringkuizen de betrekking wil aanvaarden. Door Burgemeester en Wethouders wordt aangeboden, een door dat college opge maakte suppletoire begrooting voor het dienstjaar 1895, groot in ontvangsten f 5487.39 en in uitgaaf f 4117.95, sluiten de alzoo met een batig saldo van f 1369,44. Gezegde supp. begrooting is noodig ge worden, door het tijdelijk aangaan van een kasleening en het weder aflossen van die miar te zien, Eene verschijning met nwe lieftalligheid, uwe beslistheid, uwe volmaakte en „Papa, ik ben niet eene van uwe goud vossen," viel zij hem in de rede; maar hij stoorde zich daar weinig aan en ging [met va derlijken trots voort: ,lk stel je aan hare hoog heid voor. Een korte proefdienst en afge daan is de zaak. Men moet maar gelukkig zijn, en zulk goud Ach ja, apropos, goudvossen. Die moet gij eens zien, mijn heer de ingenieur 1 Prachtige dieren 1 Stelt gij daar belang in? Ja, dan zullen wij da delijk slechts een oogenblik ik moet eerst Hij wendde zich haastig naar de eetka mer, waarbij hij in zijn haast nog een on derrok aan zijn voet meesleepte, die zonder Erna's spoedige hulp verloren geweest was. Hilde bekommerde zich daar volstrekt niet om. „Ha, daar is eindelijk uw schetsboek, vandaag hebt gij bei dan tenminste eens medegebracht. Gij zijt zoo'n tijd weggeble ven, dat het bijna te laat was Het daarin voor hem gelegene verwijt ont ging Reimar niet; toch koo hij er geen teleurstelling uit hooren, alleen zco iets van ongenade, zoodat hot hem onmogelijk was, een enkel woord ter verontschuldiging te spreken. „Gy hebt het willen zien; maar gij zult er niet veel bezienswaardigs in vinden," zeide hij bescheiden. „Dan is tenminste mijne nieuwsgierigheid bevredigd; dat gaat dikwijls zoo, dat juist iets onze verwachting gespaouen houdt, wat ons later bij nadere kennismaking zoo tegen valt." Zou hij daaraan een diepere beteekenis moeten hechten Het klonk bijna zoo' Hilde had intuschen het schetsboek hem uit handen genomen en bladerde daarin, alsof haar werkelijk niets bezienswaardig voor kwam. Beimar wilde juist, daar hg het on afgebroken zwijgen onaangenaam voad, het voorwendsel te baat nemen, dat hij onge legen kwam, om zoodoende de plaat te kun nen poetsen, toen de baron wederom bin nenkwam, met een wandelslok ondor den arm en nog bezig, een goed gevulde sigarenkoker, weg te bergen. „Nn ben ik tot nw dienst 1" riep hij, de kamer in, en vervolgens riep hij langs den bezoeker, die hij dien geheelen tijd had la ten staan, zijne vrouw Inid toe: „Ik zal meteen een wandeling naar do stad doen, misschien tref ik menschen, b v. Riomer, die morgenochtend vroeg hier zijn moot, om aan deo grooten koffer ta helpen. Hij kan hier schuld, gedeeltelijke afschrijving van het grootboek-kapitaal en het betalen van den eersten termijn Vio van de toegezegde subsidie aan de stoomtramwegmaatschappij Wogn u m-Scha gen. \oorts een besluit, om te betalen uit den post ^onvoorziene uitgaven" over genoemd dienstjaar, tot p.en bedrag van f149,75.Beide financië le documenten worden goedgekeurd en zullen aan de nadere beoordeeling van H.H. Gedeputeerde Staten worden onder worpen. De Voorzifter brengt nu ter tafel een, door den bouwkundige, den heer Swagerman, ontworpen bestek van de aan den toren wenschelijk geachte restauratie, die volgens den heer Swagerman i 275.zal kosten. Bestek en begeleidend schrijven worden gelezen, en men beslnit, B. en W. op te dragen, bij de timmerlieden en metselaars in de gemeente, het werk aan te beste den. Ondertusschen komt bericht in, dat de heer Groot bedankt voor de hem bewezen eer, doch ook voor de benoeming. Stellig dacht de Voorz. aan het spreekwoord verandering van spijs doet eten", toen hij voorste!de„ maar weer te gaan stemmen", Weêr gingen de biljetjes rond en nu was aan den heer B. Wilhen de zege met 4 tegen de heeren C. Smit en P. Zwanenburgresp. 2 en 1 stem. Hierna wordt gelezen een adres van het bestnnr der vereeniging „De Am bachtsschool voor Alkmaar en Omstreken" mededeelende, dat de lessen van de Bur geravondschool wel door de sladsmaar niet door de buitenleerlingen kunnen ge volgd worden, waardoor deze laatste ten achter komen. Hierin zal kunnen wor den voorzien door hun Zaterdagnamiddag extra-onderwij» te verstrekken en nu wordt gevraagd, in de kosten daarvan te willen bijdragen. De Ambachtsschool wordt ten hoogste geroemd door de heeren Visser en de Moor, zoodat men gaarne besluit de toegezegde jaarlijksche subsidie van f 10 op f 25.te brengen, aanvang nemende met het volgende jaar. Aan de orde is „bespreking beproeving brandspuit." Wordt op voorstal des Voorz. besloten, dan meteen nog een paar zaakjes in orde brengen. Wacht evenwel niet op mijne thuiskomst, kinderen, want het kan wellicht zeer laat worden." „Papa, papa 1 Zie eens!" Eene der schet sen bad nu toch Hilde's opmerkzaamheid ge troffen. Zij reikte het boek aan haarvader over, die eerst zijn lorgnet op zijn neus zette, en vrij onverschillig het blad bekeek om het met een vluchtig „heel aardigi" terug te geven; doch Hilde nam hot zoo niet aan. .Maar herkent gij bet dan niet? Het is Birubausen, zooals het zijn moest. Daar voor de helling ,de entree, de burcht daarach ter." „Bernhausen Wat je zegt? Ach waar achtig ja, ja, zooals het eigenlijk zijn moest 1" Nu werd ook bij bem de belang stelling opgewekt. „Gij hebt geheel mijne gedachte daaromtrent geraden, mijnbeer de ingenieur, geheel od al 1 Inderdaad, zoo moest bet er nitzien, wanneer ik eenmaal in de gelegenheid ben het te restanreeren. 't Is voortreffelijk 1 't riet er overheerlijk nit. Deze bouworde, die sierlijke moren, die to ren, slechts de vlaggestok moet er nog op, met de Brandolfscbe kleuren in de vlag. Geef het eens even aan mama over Erna, opdat zg het ook eens zien kan. Merkwaar dig, juist zooals ik bet in mijn hoo'd had. Werkelijk uitstekend, mijnheer de ingenieur. Ik heb u er al reeds over gesprokeD. Maar dat gij het zoo zonder meer, zoudt kunnen uitwerken. Er ligt beslist veel talent in. Dat moet gij ons een tijdje laten hou- deD. O, ik heb nog allerlei plannetjes. Eerst het slot, dan een stal, weet ge, een stal, gemaakt naar mijn eigen idee, een pa leis van esn stal, dat zult ge eens zien 1 Maar nu gaan wjj voorloopig naar de goud vossen." „Dan ga ik ook mede," verklaarde Hilde. „Neemt gij mij mede, papa?" Het was een verzook, dat op geen toestemming wachtte. ErDa meende echter, dat hare zuster moest thuisblijven, daar er cog zooveel te doen was; maar deze vermaning vond geen ge- boor. Hilde trok ongeduldig de wenkbrau wen op. „Ach lieve hemel, er zijn daar nog zoovele zaken, en van de Moeren hier heb ik nog niets gebruikt. Er was nooit gele genheid toe. Voor noodhulp ben ik nu toch genoeg toegerust en wat er aan veranderd moet, omdat het nit de mode is, dat zal ik daar wel laten doen, want daartoe zijn we geen van allen in s'avt. Ik wou wel moe der, d it gij u niet zoo vermoeide»." „Maar dat moet tenminste toch „Wanneer er iets neg niet geheel in or de is, zal ik daar leege uurtjes genoeg vin-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1896 | | pagina 1