Al 2616111 ïïiODff AiverieiiiE- k Lailliiillai lallende Sterree. Donderdag 20 Augustus 1898. 40ste Jaargang No. 3125. Uit en voor de Pers. Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60' Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Hoe is het geld verdeeld? OURAAIT. UitgeverJ. WINKEL Bnrean: SCHAdE^» liaan, B 4. Binnenlandsch Nieuws. »Vrij Tan schutter ij," Men schrijft uit HAARLEM Een niet ongewoon verschijnsel is, dat meu in de couranten aanbiedingen ziet van huizen of perceelsgadeelten «rvrij van belas ting." In een plaatselijk blad te Haarlem las men evenwel d.d. iets nieuws. Daarin wordt voor f 1.80 per week te huur aange boden ^een benedenhuis aan de Meester- lottelaan (vrij van schutterij)." Dat nu belasting al dan niet op een huis drukt is begrijpelijk, maar dat een huis vrijstelling van de schutterij waar borgt, schijnt vrijwel onmogelijk. En toch kon het zoo zijn. Het bedoelde benedenhuis ligt in een laan, door wier midden de grensscheiding loopt tnsschen de gemeenten Haarlem en Heemstede. In Haarlem is de schutterij dienstdoen de, in Heemstede in rust. Het beneden huis ligt aan de Heemsteedsche zijde der laan, zijn bewoner kan dos niet voor den schutterlijken dienst in Haarlem worden opgeroepen. Hiervan maakte de eigenaar een handig gebruik. Ten Westen van TE3SEL i n de Noordzee wordt de visscherij op tong tegenwoordig met succes gedreven. Deze vischplaats is verscheidene K.M. breed en op sommige plaatsen is haar bodem met groote rolsteenen bedekt. In de vorige week besomde een visscher voor de tong, daar gevangen, f 90. Gemiddeld bedroeg de besommiog per schuit slechts 20 a 25. Zaterdagnamiddag werd een jongen van 12 jaar, die koeien hoed de in de duinstreek achter de uitspan ning Oranjezon, onder de gemeente VROU WENPOLDER, door den bliksem getrof fen en gedood. Nu in de streek van WES- TER-BLOKKER de bloemkool zoo goed koop is, worden groote massa's ingezou ten. Ook met het inmaken der uitjes wordt nu een aardig daggeld verdiend. FEUILLETON. Roman van Bobert Byr. DERDE BOEK. 20. Reïmar had niet op de talrijke gasten en bedienden gerekend, die juist op dit uur, een paar oogenblikken voor tsble d'hote allen in beweging schenen te zijn, gang en trappen bevolkten en ieder vertrouwelijk ge sprek eene onmogelijkheid deden worden. Hij vond nauweljjks tijd, Hiide om een uur te vragen, waarop hij haar ongestoord «pre ken kon en ook daarop verkreeg hij geen beslissend antwoord, daar Hildo zeide, dat haar tijd te veel in beslag genomen werd; maar zij hoopte toch, als hij weer in de residentie kwam, hetn weder bij hare ouders te zien, en zij haaete zich na dit getegde opvallend, om maar zoo spoedig mogelijk de trap af en naar buiten te komen Hier stond zij echter verlegen stil. De hofequipage, waarmede gravin Böh- len haar zou afhalen, was er niet; de por tier vertelde, dat zij in dien tussehentijd niet voorgereden was ook, maar hij bood zijn hulp aan, een ander rjjtuig voor haar te halen, terwijl Reimar zijn geleide aanbood, ingeval zij liever naar huis wilde wandelen. Een oogenblik aarzelde Hilde, vervolgens deed zij een keus. Welaan dan, een oogen blik later of vroeger, het tijdstip waarop zij ter verantwoording geroepen zou worden, zou toeb komen; welaan, dan nu maar. Wellicht was het eerlijker en royaler, er niet door te sluipen of uit te wijken; maar zij was toornig op hem, die haar tegen haar zin dwong, aan zijn zijde te blijven en met weerziD in het hart gaf zij hare toostcm- ming, dat hij aan hare zjjde bleef, wat meu er ook van zeggen mocht, wanneer men haar, de boffreule von Brandolf, vergezeld zag, van een door zijne interessante verschij ning opvallend jongman, dio niet tot de hof kringen behoorde, bovendieD een vreemde, of tenminste den meesten onbekend was, wat er nog meer toe zon bijdragen, de nieuwsgierig heid te verhoogen. Het gevaar daarloe was overigens niet al te groot, want daar Ililde in de residentie goed den weg wist, sloeg zij den hoek,van het hotel om en een korte zijstraat in, die onmiddellijk naar de zich door het slo'park slingerende paden voerde. Hier was het om dezen ti,d leeg en daar er De minister van Justitie, de heer Tm der Kaaij, heeft zijne werk zaamheden aan het departement hervat. Van de jasmijnrnps, die o.a. op de aardappelplant leeft, zijn ook te TESSEL eeaige exemplaren gevonden. In de veenstreken der gemeente EMMEN, woonde sedert ruim 20 jaren een arbeider, die in 1870 tij dens den Fransch-Daitschen oorlog her waarts gekomen en hier gehuwd en vader van drie kinderen was. Dezen zomer kwam hij, om er werk te zoeken, in het naburige Munsterland, waar hij geboren en vanwaar hij gedeserteerd was. Door de Duitsche politie werd hij in het Mun- stersche plaatsje Rutenbrök aangehouden en thans is hij veroordeeld tot zeven maanden gevangenisstraf, terwijl hij bo vendien nog zijn diensttijd moet uitdie nen. Daar de vrouw eu de kinderen on verzorgd zijn achtergebleven, zal aan den Duitschen Keizer gratie van straf voor dezen deserteur worden gevraagd. Zondag nacht is zekere v. A., wonende in de Noteboomenlaan te UT RECHT, door de politie naar de cholera- barak aan den Jntphaaschen weg oveige- bracht, daar zich bij den man verschijnse len van cholera voordeden. (U. D.) Men meldt uit AMSTER DAM Ten aanzien der viering van den Har tjesdag vallen telken jare geringe wijzigin gen te constateeren. Legt men zich in de Jordaau nog toe op het afsteken van vuur werk, op den Zeedijk kent men al reeds geen ander doel meer dan zwabberen langs de straat en dansen in de danshuizen, waarbij de kelen zoo schor worden ge schreeuwd, dat het zingen tot krijscheu overslaat, en waarbij, vooral door zeer jeugdige hartjesjagers, die zich liefst aan stellen alsof zij stomdronken zijn, herhaal delijk ruzie wordt gezocht, met het gevolg dat er ook vaak eene vervaarde ruzie ontstaatmeestal is het brein der krakee- lande personen echter te zear beneveld niet anders te veronderaielien was,dan dat gra vin Böhlen zich door haar bezoek bij baar vriendin Schwarsenau, die een lief buitentje aan de Neahafer allee bewoonde, ver laat had, zoo kon het rijtuig bijna niet an ders dan dezen weg doorkomen en niet ge mist worden. Welbedacht sloeg zij een voetpad in, dat hen tusschen de dichtste boscbjes doorvoer de. Slechts zelden kwam hier een wande laar in 't gezicht en in gaval men een ont moeting niet ontgaan kon, manoeuvreerde zij met haar parasol, om zich zoodoende voor lederen te hidringerigen blik te vrijwareri. Zoo stapten zij een poos sprakeloos ver der, over de dorre afgevallen bladeren on met de pnnten van haar gelakt laarsje stiet zij als een luimig eu toch speelziek kind, de ratelende bladeren voor zich uit. Daarbjj werd zij telkens ongeduldiger en haar toorn tegen haar geleider, die in zijn diepe overpeinzing nog maar immer niet het eerste woord gevonden had, werd boe lan ger hoe grooter. Wat verlaDgde hij Dio idylle van Bernau lag ver achter haar. Knoopte hij nog onvervulbare wenschen dairaan vast eu kon hij daarmede geen vrede hebben zonder stuitende uiteenzettin gen en een besliste weigering, die in hare te genwoordige stemming niet anders dan scherp en hard gegeven konden worden. Dat had zij hem gaarne willen besparen, maar hij wilde het niet anders. Zoo laat er dan geschieden wat will Wat aarzelde hij nog ianger „Nu hebt gij het begeerde rendez-vous4, zeide zij met bitterheid „en wanneer wij nu eenmaal de lieve klotstongen der residentie iets te babbelen gegeven bebben, dan wil len wij daarvaD ons nut trekken. Spreek dan 1* Hij geloofde haar weer te hooren in haar wereldverachtende stemming, waarin zij zich over de grenzen, welke een meisje zich gewoonlijk voorschreef, heenzetto. Maar de trotsche scherts in dit oogenblik, deed hem pijn er mankeerde elko hartelijke, warme klank, wat bem zoo tot haar had aangetrok ken. Hij trachtte haar in bare stemmiog evenwel zooveel te gemcet te komen, dat hij iedere overdreven uitdrukking ver meed. „Zijn er dan tusschen ons eigenlijk wel woorden noodig, Hilde P* vroeg hij met een mislukte poging, om de bevende lippt-n tot eon glimlach to dwingen. „Zegt uw eigene ziel niet, wat mij tot u dringt; verlangt uw eigen hart niet naar een ongestoord sa menzijn mot mijgcvcelt go niet, dat ik naar zeen oogenbük vuiig heb gezocht, dan dat eene flinke kloppartij eene oplossing kan geveD. De Zeedijk is op Hartjesavond het best te vergelijken bij een nit-t te ontwarren kluwen. Niemand weet de resultaten te berekenen der verschillende krachten, wel ke op hem inwerkenmen is in het on gewisse waar men zal belanden en ra en komt meestentijds juist terecht in het mid den van een schreeuwende, lollende, dan sende groep, die men liefst had willen mij- deo. Het gecstelooze lied, waarvan de woorden heisa, heisa, heisa, falderaldera verstaanbaar zijn, en dat tot het hartjes lied bij uitnemendheid verheven is, wordt door tal van luidruchtige kerels en meiden uitgeschreeuwd tot in den freure, en door totaal beschonkenen nagestameld. Twaalfjarige kinderen van de vrouwe lijke kunne doen zich in woord en gebaar voor als ontuchtige wijven, en knapen van denzelfden leeftijd worden stomdron ken op de schouders van waggelende ka meraden naar eene of andere ongemakke lijke rustplaats gebracht. Da Jordaan maakte in zooverre een beter figuur, dat daar de oude gebruiken meer in eero werden gehouden en dus eene meer bepaalde richting aan het „volksfeest" werd gegeven. Daar zag men als van ouds de jonge maagden met bloemkransen om het hoofddaar werd weder met het bontversierd straatorgel tot middenpunt, waaromheen alles tolt, eene danspartij geïmproviseerddaar slingerden zich kleine optochten met vlaggen en lampions door de dicht bevolkte straten en daar werd weder op menige plaats een solo—dans uitgevoerd, begeleid door har monica, groote trom en tamboerijn. Bont opgesierde of in manskieeren ge stoken jeugdige vrouwen reden in open rijtuigen, vergezeld van verliefde cavaliers, van de Jordaan naar den Zeedijk vice versaen in de buitenwijken ontstak de jeugd vreugdevuren van zoo aanzienlijke dimensiën, dat elk oogenblik brand mocht verwacht worden. De hartjesdag verliest al meer zijne vroegere kenmerken en ontaardt allengs in een spektakel van louter bandeloosheid eu dronkenschap. vooral nu, nu ik u zeggen mag, wat ik in Barnhausen moest terughouden, hoe ont zaglijk zwaar mij zulks ook vallen mocht en dat ik toch niet waagde uit te spreken, zelfs toen niet, toen gij mij daartoe reeds het recht hadt gegeven." „Ik u? Wanneer is dat geweest 4 vroeg zij koel. Yol bevreemding zag hij haar aan. Was dat schalksch spel P „Moet ik u eerst herinneren aan dien avoud aau dien afscheidskus „Met welke ik u mija philippientje be taalde," zeide zij, de wenkbrauwen fron- zende, terwijl zij meteen een paar pis varder van Reimar ging loopen. „Het was een weinig te grootmoedig, maar het kwam door het afscheid en door den dank voor hetgeen ge voor papa gedaan hadt. Dat was de bedoeling." „En verder niets ?4 voer hij indringend met vragen voort. „Hebt gij niet het zegel verbroken, waarmede gij mij te voren den mond gesloteu hadt P4 Geen trek van haar gelaat veranderde; hij zag haar vergeefs strak in 't gelaat, zij bleef kalm, slechts haar stern klonk eea wei nig ongeduldig. „Gij schept u beelden voor oogeD, die mij onbegrijpelijk zijn", gaf zij ten ant woord. „Werkelijk, Hilde, werkelijk? Waarom loochent gij, wat ge toch evengoed weet als ik zelf? Welke andere beteekonis kon het hebben, al hetgeen gij mij in hot voor jaar op den muur hebt toegevoegd Weet ge het nog. Ieder woord zou ik u kun nen herhalen. Ik kon hot niet aDders be grijpen, ofschoon gij op mijn directe vragen een ontwijkend antwoord gaaft. Gij hebt mg een doel aangewozen, dat het gold te vermeesteren en gij hebt er de voorwaarde aan vastgeknoopt, die mij waardig in uwe oogen zou maken. Ja, het doel hebt gij zelve aan gewezen. Gij hebt mij aangevuurd, het te bereiken en hebt mij den wog gewezen, dien ik te gaan had." Zonder dat Reimar er aan dacht, was zijn toon nu toch ernstiger en hartstochtelijker geworden. In warme bezieling ging hij voort: „Dag en nacht heb ik het voor mij gezien, dat doel, en al mijn verlangen gold u, ofschoon ik aan de mogelijkheid, om het nader te komen, bijna twijfelde. Er zjjn oren gekomen, waarin do hoop mij veriie'; maar de ge voelens in mijn bart werden daarom niet zwakker, zij brandden daar slechts te hef tiger, des te smartelijker. Ol eene onuit- wischbare gedachte, een vurig gekoesterde wensch bet geluk magnetisch dwingen kan. Dat zegt de Prov. Gron. Ct. de socialistische leerstellingen telkens en allerwege meer adepten vinden, het ware boerenbedrog of zelfmisleiding het te loochenen. Maar even ave- rechtsch ware het, dit succes te stollen op rekening der hechtheid van de fun damenten, waarop de socialistische stel sels zijn opgetrokken. De propaganda is het gevolg van de heerschende on tevredenheid en deze op hare beurt is wel is waar op verre na niet geheel er is in de onderste lagen, en in de kleine burgerkringen en de kleine amb tenaarswereld ook veel ellende en ont bering maar wel voor een groot deel het uitvloeisel van inblazingen en voorspiegelingen van volksleiders en gelukszoekers, tegenover wier geschetter niet genoeg wordt te keer gegaan door de deskundigen die, zetten zij zich er toe, bij machte zouden wezen, misschien niet de critiek op het bestaande altijd te weerleggen, maar zeker om de on bestaanbaarheid en onmogelijkheid van het Luilekkerland, dat voor oogen ge- tooverd wordt, helder te maken als glas. Uit het oogpunt der critiek van het bestaande verdient de statitiek de aandacht, waarop dezer dagen door Georg Michelet is gewezen met betrek king tot de verdeeling van het roerend fortuin in Frankrijk, eeno statistiek, die volledig omverhalende werkt op eene van de meest geliefkoosde stellingen der socialisten. Men weet dat bij deze bij kris en kras volhouden dat het roerend ver mogen in de verschillende landen is op gehoopt in eenige zeer weinige handen. Naar hunne voorstelling worden de „groote baronnen der financieele we reld" van dag tot dag rijker, terwijl de massa der bevolking telkens armer wordt en zelfs voor hare eerste levens behoeften de rijkaards naar de oogen moet zien, daar deze het in de macht zouden hebben de prijzen ook van de ik west het niet. Ik meende het echter, toen het mij als eeu gave des hemels zoo in den schoot geworpen werd. Het kan niet anders zijn, onze zielen nebben in gemeen zaam verlangen gesmacht, waartoe ik al leen niet genoeg kracht zou hebben be zeten. „De mensoh heeft een schutsengel noodig, dio hem bijstaat en zijn ster is. "Wie zal niet een geloovig kind worden, als hetgeen hij zich gedroomd heeft, zoo onverwacht hem in den schoot wordt geworpen Gij waart hot, die er den stoot aan gaaft, toen het nog daarboven in de wolken ronddwaal de en naar een menseh zocht, die het ge lukkig zou maken. Gij hebt het ui'gewerkt, uw hand heeft mijn werk vertoond, die lie ve hand, die ik niet eens heb mogen kus sen. Eu nu stelt gij u vreemd eu koel te genover mij en het lot, waaraan gij toch die gelukkige wonding hebt gegeven 1 Is dan de voorwaarde niet vervuld, niet elke hin derpaal uit den weg geruimd? Wat man keert er nog aan, dat ik niet naar uw vader gaan mag, die mij eens zelf gezegd heeft, dat hem als schoonzoon elke brave man, die een huishouden onderhouden kan, welkom zon zijn? Wat mankeert nn nog daaraan?" „Mijne toestemming," antwoordde zij zachtkens. „Wilt gij dan niet mijne vrouw worden, Hilde vroeg hij innig en week. Zij boog het hoofd. Zjjn vrouwdie lie ve, hartelijke, dwaze man 1 Men had hom zoo eensklaps wol om den hals willen val len en hem wederMaar wat moest daaruit geboren worden Was zij dan ook werkelijk een van die velen, wier leven geheel door het gevoel wordt beheerseht, die slechts gehoor geven aan do zoot-vlei- ende stem van een liefhebbend hart en in het bijzijn van dengene, dien zij beminnen vergeten, dat het leven nog andere eischen stelt, dan liefde en maneschijn P En nu aau een sentimcntoele bui gehoor goveD, nu, nu zij het doe), waarnaar zjj mot hart en ziel had gestreefd, dat schitterende verschiet zoo nabij zag, dat doel, dat zoo geheel anders was, dan deze goede baseheiden man haar voorspiegelde Neen, zij moest sterk zijn voor hen beiden, nn hom dnideljjk maken, dat er voor zulk een droom geen werkelijk heid bestaat. Maar het deed haar leed, en om hem niet meer pijn to doen dan nood zakelijk was, traotitto zij hom te bepraten. Wellicht dat haar stem daarbij to week- hattig klonk. „Gij moet mij geen vragen stellen," zeide zij zacht, „die ik a reeds lung beantwoord heb. Ik meende toenmaals, dat gij mij be- noodzakelijkste voorwerpen naar bene den te drukken of naar boven te jagen naar harteleed. Zoodat het recept bij hen voor het grijpen ligt, en de oplos sing van het vraagstuk der armoede voor hen zoo eenvoudig als maar moge lijk ismen behoeft niets ander te doen dan de oneindig kleine minderheid, die in het l)6zit is van het roerend vermo gen, te dépossedeeren ten bate van de overgroote meerderheid die niets heeft. Tegenover deze bewering zijn in Frank rijk cijfers gesteld. Het roerend for tuin wordt in dat land geschat op 80 milliard franks, waarvan zestig milliard zijn belegd in Fransche waarden.Welnu iu welke handen bevinden zich deze zestig milliard De Fransche rente, die een kapitaal vormt van 26 a 27 milliard, is ingeschreven ten name van niet minder dan 5.096.811 belanghebbenden. Het gemiddelde der inschrijvingen is 159 francs rente per jaar. En wie meent en het is een algemeen volksvooroor deel dat een aandeelhouder in de Fransche Bank niets meer of minder is dan een Croesus, die met zijne weinige collega's de massa exploiteert, komt al even bedrogen uit. Deze gewaande na bobs zijn niet minder in getal dan 28358, van wie ieder gemiddeld minder dan 5 acties, een kapitaal van frs. 17500 ver tegenwoordigende, bezit. Maar dan zijn de „richards" wellicht te zoeken in den boezem der spoorwegmaatschappijen, wier aandeelen meer dan twintig van de zes tig milliarden in Fransche waarden be legd vertegenwoordigen. Al evenmin. Ook hier moet de legende het voor de cijfers afleggen. Dit reusachtig kapitaal van 20 milliarden is het verdeeld eigen dom vaa twee millioen personen, wat voor elke familie afzonderlijk een fortuin aanwijst van hoogstens 12 h 15000 frs. Het blad is er zeker van, dat wan neer ook in ons land eene dergelijke statistiek werd opgemaakt, zij tot resul taat zoude hebben, dat ook hier te lande er iemand is, die rijker is dan zelfs de markies van Carabas, en dat deze ie mand iedereen is. Een feit is het alvast, dat uit de jaarlijksche verslagen der rijkspostspaarbank blijkt dat verreweg grepen hadt." „Ja, zooals ioemaals de zaken stonden," meende hij te moeien an'.woorden. „Maar hebt gij mi) niet zelf op de toe komst gewezen Wat zou het anders te beteekenen hebben, dat gij mij aanraadet mijn kracht als man in te spannen, en gij mij toeroept.hoogor op 1 hoogor op I" „Dat dat wus de angstkreet van een bedelaar, die zïchzelve van de ellende die hem drukt, tracht los te rakken." „Ku waDneer dat zoo was," droDg hij aan, „is er dan nu niet de vervalling van dien wensch Ik heb een betrekking gekre gen, een werk om to verrichten, dat mij nooger op brengen zal. Het is geen schit terende maar oen zorgelooze toekomst, die ik u aanbieden kan, een edeler en iu ieder geval zegenrijker, dan u mettertijd beschei den is; gijzelf bebt die ook slechts als nood hulp aangenomen. Nu reik ik u de hand en zegvertrouw op mij en kom met mij Zg zweeg en hare lippen presten zich vast opeen en slechts hot heftig op en neer gaan van haar boezem,verried den strjjd, waar aan zij innerlijk ten prooi was. „Is u dat niet genoeg?" vroeg hij liefde vol eu vleiend. „Neen 1" antwoordde zij hoogmoedig en soherp. „Hilde I" riep hij uit. Zij luisterde uiet naar hem, want in haar binnenste verhief zich een machtige stem, die haar toeriepWees sterk 1 en om iedere uiting van zwakte onmogelijk te ma ken, verschanste zij zich achter een stalen schild. Beter te hard dan verder nog in gevaar te moeten verkeeren en zich ten slotte nog door zjjn vleiend smeeken te laten vermurwen on zich gowonnnen te geven. „Neen 1 Wat u een schoon en gelukkig leven toeschijnt, is niels anders dan een le ven in een hutje, goed voor een torteldui ven-natuur, voor bravo, rustige huisvrouwen, die zich mat koffiegeklots en kouseubreien tevredenstellen; goed voor die droomende ziel tjes, die zelfs in bet hol van een eskimo en gedekt door een rendiervel zich gelukkig iu zijne nabijheid gevoelen. Neen, neen, mijn, waarde mijnheer bouwraad, dat is de wereld niet, waarin ik pas en waarin ik mij gelukkig voelen kan. Mijn ideaal van gelnk ia een ander." De hoon, welke er in hare woorden lag, deed hem het harte van pijn ineenkrimpen. Hij zag haar verwonderd aan, als was zij een ganrch ander persoon, dan het weten, dat hij al reeds zoo lang vergoodde in zijn boezem

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1896 | | pagina 1