Al 2616111 ïïiODff
AiverieiiiE- k Lailliiillai
lallende Sterree.
Donderdag 20 Augustus 1898.
40ste Jaargang No. 3125.
Uit en voor de Pers.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60'
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Hoe is het geld verdeeld?
OURAAIT.
UitgeverJ. WINKEL
Bnrean: SCHAdE^» liaan, B 4.
Binnenlandsch Nieuws.
»Vrij Tan schutter ij,"
Men schrijft uit HAARLEM
Een niet ongewoon verschijnsel is, dat
meu in de couranten aanbiedingen ziet van
huizen of perceelsgadeelten «rvrij van belas
ting."
In een plaatselijk blad te Haarlem las
men evenwel d.d. iets nieuws. Daarin
wordt voor f 1.80 per week te huur aange
boden ^een benedenhuis aan de Meester-
lottelaan (vrij van schutterij)."
Dat nu belasting al dan niet op een
huis drukt is begrijpelijk, maar dat een
huis vrijstelling van de schutterij waar
borgt, schijnt vrijwel onmogelijk. En toch
kon het zoo zijn.
Het bedoelde benedenhuis ligt in een
laan, door wier midden de grensscheiding
loopt tnsschen de gemeenten Haarlem en
Heemstede.
In Haarlem is de schutterij dienstdoen
de, in Heemstede in rust. Het beneden
huis ligt aan de Heemsteedsche zijde der
laan, zijn bewoner kan dos niet voor den
schutterlijken dienst in Haarlem worden
opgeroepen.
Hiervan maakte de eigenaar een handig
gebruik.
Ten Westen van TE3SEL i n
de Noordzee wordt de visscherij op tong
tegenwoordig met succes gedreven. Deze
vischplaats is verscheidene K.M. breed en
op sommige plaatsen is haar bodem met
groote rolsteenen bedekt. In de vorige
week besomde een visscher voor de tong,
daar gevangen, f 90. Gemiddeld bedroeg
de besommiog per schuit slechts 20 a 25.
Zaterdagnamiddag werd
een jongen van 12 jaar, die koeien hoed
de in de duinstreek achter de uitspan
ning Oranjezon, onder de gemeente VROU
WENPOLDER, door den bliksem getrof
fen en gedood.
Nu in de streek van WES-
TER-BLOKKER de bloemkool zoo goed
koop is, worden groote massa's ingezou
ten. Ook met het inmaken der uitjes
wordt nu een aardig daggeld verdiend.
FEUILLETON.
Roman van Bobert Byr.
DERDE BOEK. 20.
Reïmar had niet op de talrijke gasten en
bedienden gerekend, die juist op dit uur,
een paar oogenblikken voor tsble d'hote
allen in beweging schenen te zijn, gang en
trappen bevolkten en ieder vertrouwelijk ge
sprek eene onmogelijkheid deden worden.
Hij vond nauweljjks tijd, Hiide om een uur
te vragen, waarop hij haar ongestoord «pre
ken kon en ook daarop verkreeg hij geen
beslissend antwoord, daar Hildo zeide, dat
haar tijd te veel in beslag genomen werd;
maar zij hoopte toch, als hij weer in de
residentie kwam, hetn weder bij hare ouders
te zien, en zij haaete zich na dit getegde
opvallend, om maar zoo spoedig mogelijk
de trap af en naar buiten te komen
Hier stond zij echter verlegen stil. De
hofequipage, waarmede gravin Böh-
len haar zou afhalen, was er niet; de por
tier vertelde, dat zij in dien tussehentijd niet
voorgereden was ook, maar hij bood zijn
hulp aan, een ander rjjtuig voor haar te
halen, terwijl Reimar zijn geleide aanbood,
ingeval zij liever naar huis wilde wandelen.
Een oogenblik aarzelde Hilde, vervolgens
deed zij een keus. Welaan dan, een oogen
blik later of vroeger, het tijdstip waarop zij
ter verantwoording geroepen zou worden,
zou toeb komen; welaan, dan nu maar.
Wellicht was het eerlijker en royaler,
er niet door te sluipen of uit te wijken;
maar zij was toornig op hem, die haar tegen
haar zin dwong, aan zijn zijde te blijven en
met weerziD in het hart gaf zij hare toostcm-
ming, dat hij aan hare zjjde bleef, wat meu
er ook van zeggen mocht, wanneer men
haar, de boffreule von Brandolf, vergezeld
zag, van een door zijne interessante verschij
ning opvallend jongman, dio niet tot de hof
kringen behoorde, bovendieD een vreemde, of
tenminste den meesten onbekend was, wat er
nog meer toe zon bijdragen, de nieuwsgierig
heid te verhoogen. Het gevaar daarloe was
overigens niet al te groot, want daar Ililde
in de residentie goed den weg wist, sloeg
zij den hoek,van het hotel om en een korte
zijstraat in, die onmiddellijk naar de zich
door het slo'park slingerende paden voerde.
Hier was het om dezen ti,d leeg en daar er
De minister van Justitie,
de heer Tm der Kaaij, heeft zijne werk
zaamheden aan het departement hervat.
Van de jasmijnrnps, die
o.a. op de aardappelplant leeft, zijn ook te
TESSEL eeaige exemplaren gevonden.
In de veenstreken der
gemeente EMMEN, woonde sedert ruim
20 jaren een arbeider, die in 1870 tij
dens den Fransch-Daitschen oorlog her
waarts gekomen en hier gehuwd en vader
van drie kinderen was. Dezen zomer
kwam hij, om er werk te zoeken, in het
naburige Munsterland, waar hij geboren
en vanwaar hij gedeserteerd was. Door
de Duitsche politie werd hij in het Mun-
stersche plaatsje Rutenbrök aangehouden
en thans is hij veroordeeld tot zeven
maanden gevangenisstraf, terwijl hij bo
vendien nog zijn diensttijd moet uitdie
nen. Daar de vrouw eu de kinderen on
verzorgd zijn achtergebleven, zal aan den
Duitschen Keizer gratie van straf voor dezen
deserteur worden gevraagd.
Zondag nacht is zekere v.
A., wonende in de Noteboomenlaan te UT
RECHT, door de politie naar de cholera-
barak aan den Jntphaaschen weg oveige-
bracht, daar zich bij den man verschijnse
len van cholera voordeden. (U. D.)
Men meldt uit AMSTER
DAM
Ten aanzien der viering van den Har
tjesdag vallen telken jare geringe wijzigin
gen te constateeren. Legt men zich in de
Jordaau nog toe op het afsteken van vuur
werk, op den Zeedijk kent men al reeds
geen ander doel meer dan zwabberen langs
de straat en dansen in de danshuizen,
waarbij de kelen zoo schor worden ge
schreeuwd, dat het zingen tot krijscheu
overslaat, en waarbij, vooral door zeer
jeugdige hartjesjagers, die zich liefst aan
stellen alsof zij stomdronken zijn, herhaal
delijk ruzie wordt gezocht, met het gevolg
dat er ook vaak eene vervaarde ruzie
ontstaatmeestal is het brein der krakee-
lande personen echter te zear beneveld
niet anders te veronderaielien was,dan dat gra
vin Böhlen zich door haar bezoek bij baar
vriendin Schwarsenau, die een lief buitentje
aan de Neahafer allee bewoonde, ver
laat had, zoo kon het rijtuig bijna niet an
ders dan dezen weg doorkomen en niet ge
mist worden.
Welbedacht sloeg zij een voetpad in, dat
hen tusschen de dichtste boscbjes doorvoer
de. Slechts zelden kwam hier een wande
laar in 't gezicht en in gaval men een ont
moeting niet ontgaan kon, manoeuvreerde zij
met haar parasol, om zich zoodoende voor
lederen te hidringerigen blik te vrijwareri.
Zoo stapten zij een poos sprakeloos ver
der, over de dorre afgevallen bladeren on
met de pnnten van haar gelakt laarsje
stiet zij als een luimig eu toch speelziek
kind, de ratelende bladeren voor zich uit.
Daarbjj werd zij telkens ongeduldiger en
haar toorn tegen haar geleider, die in zijn
diepe overpeinzing nog maar immer niet het
eerste woord gevonden had, werd boe lan
ger hoe grooter. Wat verlaDgde hij Dio
idylle van Bernau lag ver achter haar.
Knoopte hij nog onvervulbare wenschen
dairaan vast eu kon hij daarmede geen
vrede hebben zonder stuitende uiteenzettin
gen en een besliste weigering, die in hare te
genwoordige stemming niet anders dan
scherp en hard gegeven konden worden.
Dat had zij hem gaarne willen besparen,
maar hij wilde het niet anders. Zoo laat er
dan geschieden wat will Wat aarzelde hij
nog ianger
„Nu hebt gij het begeerde rendez-vous4,
zeide zij met bitterheid „en wanneer wij nu
eenmaal de lieve klotstongen der residentie
iets te babbelen gegeven bebben, dan wil
len wij daarvaD ons nut trekken. Spreek
dan 1*
Hij geloofde haar weer te hooren in haar
wereldverachtende stemming, waarin zij
zich over de grenzen, welke een meisje zich
gewoonlijk voorschreef, heenzetto. Maar de
trotsche scherts in dit oogenblik, deed hem
pijn er mankeerde elko hartelijke, warme
klank, wat bem zoo tot haar had aangetrok
ken. Hij trachtte haar in bare stemmiog
evenwel zooveel te gemcet te komen, dat
hij iedere overdreven uitdrukking ver
meed.
„Zijn er dan tusschen ons eigenlijk wel
woorden noodig, Hilde P* vroeg hij met een
mislukte poging, om de bevende lippt-n tot
eon glimlach to dwingen. „Zegt uw eigene
ziel niet, wat mij tot u dringt; verlangt uw
eigen hart niet naar een ongestoord sa
menzijn mot mijgcvcelt go niet, dat ik
naar zeen oogenbük vuiig heb gezocht,
dan dat eene flinke kloppartij eene
oplossing kan geveD.
De Zeedijk is op Hartjesavond het best
te vergelijken bij een nit-t te ontwarren
kluwen. Niemand weet de resultaten te
berekenen der verschillende krachten, wel
ke op hem inwerkenmen is in het on
gewisse waar men zal belanden en ra en
komt meestentijds juist terecht in het mid
den van een schreeuwende, lollende, dan
sende groep, die men liefst had willen mij-
deo. Het gecstelooze lied, waarvan de
woorden heisa, heisa, heisa, falderaldera
verstaanbaar zijn, en dat tot het hartjes
lied bij uitnemendheid verheven is, wordt
door tal van luidruchtige kerels en meiden
uitgeschreeuwd tot in den freure, en door
totaal beschonkenen nagestameld.
Twaalfjarige kinderen van de vrouwe
lijke kunne doen zich in woord en gebaar
voor als ontuchtige wijven, en knapen
van denzelfden leeftijd worden stomdron
ken op de schouders van waggelende ka
meraden naar eene of andere ongemakke
lijke rustplaats gebracht.
Da Jordaan maakte in zooverre een
beter figuur, dat daar de oude gebruiken
meer in eero werden gehouden en dus
eene meer bepaalde richting aan het
„volksfeest" werd gegeven. Daar zag men
als van ouds de jonge maagden met
bloemkransen om het hoofddaar werd
weder met het bontversierd straatorgel tot
middenpunt, waaromheen alles tolt, eene
danspartij geïmproviseerddaar slingerden
zich kleine optochten met vlaggen en
lampions door de dicht bevolkte straten
en daar werd weder op menige plaats een
solo—dans uitgevoerd, begeleid door har
monica, groote trom en tamboerijn.
Bont opgesierde of in manskieeren ge
stoken jeugdige vrouwen reden in open
rijtuigen, vergezeld van verliefde cavaliers,
van de Jordaan naar den Zeedijk vice
versaen in de buitenwijken ontstak de
jeugd vreugdevuren van zoo aanzienlijke
dimensiën, dat elk oogenblik brand mocht
verwacht worden.
De hartjesdag verliest al meer zijne
vroegere kenmerken en ontaardt allengs
in een spektakel van louter bandeloosheid
eu dronkenschap.
vooral nu, nu ik u zeggen mag, wat ik in
Barnhausen moest terughouden, hoe ont
zaglijk zwaar mij zulks ook vallen mocht
en dat ik toch niet waagde uit te spreken,
zelfs toen niet, toen gij mij daartoe reeds
het recht hadt gegeven."
„Ik u? Wanneer is dat geweest 4 vroeg
zij koel.
Yol bevreemding zag hij haar aan. Was
dat schalksch spel P
„Moet ik u eerst herinneren aan dien
avoud aau dien afscheidskus
„Met welke ik u mija philippientje be
taalde," zeide zij, de wenkbrauwen fron-
zende, terwijl zij meteen een paar pis
varder van Reimar ging loopen. „Het was
een weinig te grootmoedig, maar het kwam
door het afscheid en door den dank voor
hetgeen ge voor papa gedaan hadt. Dat
was de bedoeling."
„En verder niets ?4 voer hij indringend
met vragen voort. „Hebt gij niet het zegel
verbroken, waarmede gij mij te voren den
mond gesloteu hadt P4
Geen trek van haar gelaat veranderde;
hij zag haar vergeefs strak in 't gelaat, zij
bleef kalm, slechts haar stern klonk eea wei
nig ongeduldig.
„Gij schept u beelden voor oogeD, die
mij onbegrijpelijk zijn", gaf zij ten ant
woord.
„Werkelijk, Hilde, werkelijk? Waarom
loochent gij, wat ge toch evengoed weet
als ik zelf? Welke andere beteekonis kon
het hebben, al hetgeen gij mij in hot voor
jaar op den muur hebt toegevoegd Weet
ge het nog. Ieder woord zou ik u kun
nen herhalen. Ik kon hot niet aDders be
grijpen, ofschoon gij op mijn directe vragen
een ontwijkend antwoord gaaft. Gij hebt
mg een doel aangewozen, dat het gold te
vermeesteren en gij hebt er de voorwaarde aan
vastgeknoopt, die mij waardig in uwe oogen
zou maken. Ja, het doel hebt gij zelve aan
gewezen. Gij hebt mij aangevuurd, het te
bereiken en hebt mij den wog gewezen, dien
ik te gaan had." Zonder dat Reimar er
aan dacht, was zijn toon nu toch ernstiger
en hartstochtelijker geworden. In warme
bezieling ging hij voort: „Dag en nacht
heb ik het voor mij gezien, dat doel, en
al mijn verlangen gold u, ofschoon ik aan
de mogelijkheid, om het nader te komen,
bijna twijfelde. Er zjjn oren gekomen,
waarin do hoop mij veriie'; maar de ge
voelens in mijn bart werden daarom niet
zwakker, zij brandden daar slechts te hef
tiger, des te smartelijker. Ol eene onuit-
wischbare gedachte, een vurig gekoesterde
wensch bet geluk magnetisch dwingen kan.
Dat zegt de Prov. Gron. Ct.
de socialistische leerstellingen telkens
en allerwege meer adepten vinden,
het ware boerenbedrog of zelfmisleiding
het te loochenen. Maar even ave-
rechtsch ware het, dit succes te stollen
op rekening der hechtheid van de fun
damenten, waarop de socialistische stel
sels zijn opgetrokken. De propaganda
is het gevolg van de heerschende on
tevredenheid en deze op hare beurt is
wel is waar op verre na niet geheel
er is in de onderste lagen, en in de
kleine burgerkringen en de kleine amb
tenaarswereld ook veel ellende en ont
bering maar wel voor een groot
deel het uitvloeisel van inblazingen en
voorspiegelingen van volksleiders en
gelukszoekers, tegenover wier geschetter
niet genoeg wordt te keer gegaan door
de deskundigen die, zetten zij zich er
toe, bij machte zouden wezen, misschien
niet de critiek op het bestaande altijd
te weerleggen, maar zeker om de on
bestaanbaarheid en onmogelijkheid van
het Luilekkerland, dat voor oogen ge-
tooverd wordt, helder te maken als
glas. Uit het oogpunt der critiek van
het bestaande verdient de statitiek de
aandacht, waarop dezer dagen door
Georg Michelet is gewezen met betrek
king tot de verdeeling van het roerend
fortuin in Frankrijk, eeno statistiek, die
volledig omverhalende werkt op eene
van de meest geliefkoosde stellingen der
socialisten. Men weet dat bij deze bij kris
en kras volhouden dat het roerend ver
mogen in de verschillende landen is op
gehoopt in eenige zeer weinige handen.
Naar hunne voorstelling worden de
„groote baronnen der financieele we
reld" van dag tot dag rijker, terwijl de
massa der bevolking telkens armer
wordt en zelfs voor hare eerste levens
behoeften de rijkaards naar de oogen
moet zien, daar deze het in de macht
zouden hebben de prijzen ook van de
ik west het niet. Ik meende het echter,
toen het mij als eeu gave des hemels zoo
in den schoot geworpen werd. Het kan niet
anders zijn, onze zielen nebben in gemeen
zaam verlangen gesmacht, waartoe ik al
leen niet genoeg kracht zou hebben be
zeten.
„De mensoh heeft een schutsengel noodig,
dio hem bijstaat en zijn ster is. "Wie zal
niet een geloovig kind worden, als hetgeen
hij zich gedroomd heeft, zoo onverwacht
hem in den schoot wordt geworpen Gij
waart hot, die er den stoot aan gaaft, toen
het nog daarboven in de wolken ronddwaal
de en naar een menseh zocht, die het ge
lukkig zou maken. Gij hebt het ui'gewerkt,
uw hand heeft mijn werk vertoond, die lie
ve hand, die ik niet eens heb mogen kus
sen. Eu nu stelt gij u vreemd eu koel te
genover mij en het lot, waaraan gij toch die
gelukkige wonding hebt gegeven 1 Is dan
de voorwaarde niet vervuld, niet elke hin
derpaal uit den weg geruimd? Wat man
keert er nog aan, dat ik niet naar uw vader
gaan mag, die mij eens zelf gezegd heeft,
dat hem als schoonzoon elke brave man, die
een huishouden onderhouden kan, welkom
zon zijn? Wat mankeert nn nog daaraan?"
„Mijne toestemming," antwoordde zij
zachtkens.
„Wilt gij dan niet mijne vrouw worden,
Hilde vroeg hij innig en week.
Zij boog het hoofd. Zjjn vrouwdie lie
ve, hartelijke, dwaze man 1 Men had hom
zoo eensklaps wol om den hals willen val
len en hem wederMaar wat moest
daaruit geboren worden Was zij dan
ook werkelijk een van die velen, wier leven
geheel door het gevoel wordt beheerseht,
die slechts gehoor geven aan do zoot-vlei-
ende stem van een liefhebbend hart en in
het bijzijn van dengene, dien zij beminnen
vergeten, dat het leven nog andere eischen
stelt, dan liefde en maneschijn P En nu aau
een sentimcntoele bui gehoor goveD, nu, nu
zij het doe), waarnaar zjj mot hart en ziel
had gestreefd, dat schitterende verschiet zoo
nabij zag, dat doel, dat zoo geheel anders
was, dan deze goede baseheiden man haar
voorspiegelde Neen, zij moest sterk zijn
voor hen beiden, nn hom dnideljjk maken,
dat er voor zulk een droom geen werkelijk
heid bestaat. Maar het deed haar leed, en
om hem niet meer pijn to doen dan nood
zakelijk was, traotitto zij hom te bepraten.
Wellicht dat haar stem daarbij to week-
hattig klonk.
„Gij moet mij geen vragen stellen," zeide
zij zacht, „die ik a reeds lung beantwoord
heb. Ik meende toenmaals, dat gij mij be-
noodzakelijkste voorwerpen naar bene
den te drukken of naar boven te jagen
naar harteleed. Zoodat het recept bij
hen voor het grijpen ligt, en de oplos
sing van het vraagstuk der armoede
voor hen zoo eenvoudig als maar moge
lijk ismen behoeft niets ander te doen
dan de oneindig kleine minderheid, die
in het l)6zit is van het roerend vermo
gen, te dépossedeeren ten bate van de
overgroote meerderheid die niets heeft.
Tegenover deze bewering zijn in Frank
rijk cijfers gesteld. Het roerend for
tuin wordt in dat land geschat op 80
milliard franks, waarvan zestig milliard
zijn belegd in Fransche waarden.Welnu iu
welke handen bevinden zich deze zestig
milliard De Fransche rente, die een
kapitaal vormt van 26 a 27 milliard, is
ingeschreven ten name van niet minder
dan 5.096.811 belanghebbenden. Het
gemiddelde der inschrijvingen is 159
francs rente per jaar. En wie meent
en het is een algemeen volksvooroor
deel dat een aandeelhouder in de
Fransche Bank niets meer of minder is
dan een Croesus, die met zijne weinige
collega's de massa exploiteert, komt al
even bedrogen uit. Deze gewaande na
bobs zijn niet minder in getal dan 28358,
van wie ieder gemiddeld minder dan 5
acties, een kapitaal van frs. 17500 ver
tegenwoordigende, bezit. Maar dan zijn
de „richards" wellicht te zoeken in den
boezem der spoorwegmaatschappijen, wier
aandeelen meer dan twintig van de zes
tig milliarden in Fransche waarden be
legd vertegenwoordigen. Al evenmin.
Ook hier moet de legende het voor de
cijfers afleggen. Dit reusachtig kapitaal
van 20 milliarden is het verdeeld eigen
dom vaa twee millioen personen, wat
voor elke familie afzonderlijk een fortuin
aanwijst van hoogstens 12 h 15000 frs.
Het blad is er zeker van, dat wan
neer ook in ons land eene dergelijke
statistiek werd opgemaakt, zij tot resul
taat zoude hebben, dat ook hier te lande
er iemand is, die rijker is dan zelfs de
markies van Carabas, en dat deze ie
mand iedereen is. Een feit is het alvast,
dat uit de jaarlijksche verslagen der
rijkspostspaarbank blijkt dat verreweg
grepen hadt."
„Ja, zooals ioemaals de zaken stonden,"
meende hij te moeien an'.woorden. „Maar
hebt gij mi) niet zelf op de toe
komst gewezen Wat zou het anders te
beteekenen hebben, dat gij mij aanraadet
mijn kracht als man in te spannen, en gij mij
toeroept.hoogor op 1 hoogor op I"
„Dat dat wus de angstkreet van een
bedelaar, die zïchzelve van de ellende die
hem drukt, tracht los te rakken."
„Ku waDneer dat zoo was," droDg hij
aan, „is er dan nu niet de vervalling van
dien wensch Ik heb een betrekking gekre
gen, een werk om to verrichten, dat mij
nooger op brengen zal. Het is geen schit
terende maar oen zorgelooze toekomst, die
ik u aanbieden kan, een edeler en iu ieder
geval zegenrijker, dan u mettertijd beschei
den is; gijzelf bebt die ook slechts als nood
hulp aangenomen. Nu reik ik u de hand
en zegvertrouw op mij en kom met
mij
Zg zweeg en hare lippen presten zich
vast opeen en slechts hot heftig op en neer
gaan van haar boezem,verried den strjjd, waar
aan zij innerlijk ten prooi was.
„Is u dat niet genoeg?" vroeg hij liefde
vol eu vleiend.
„Neen 1" antwoordde zij hoogmoedig en
soherp.
„Hilde I" riep hij uit.
Zij luisterde uiet naar hem, want in haar
binnenste verhief zich een machtige stem,
die haar toeriepWees sterk 1 en om
iedere uiting van zwakte onmogelijk te ma
ken, verschanste zij zich achter een stalen
schild. Beter te hard dan verder nog in
gevaar te moeten verkeeren en zich ten
slotte nog door zjjn vleiend smeeken
te laten vermurwen on zich gowonnnen te
geven.
„Neen 1 Wat u een schoon en gelukkig
leven toeschijnt, is niels anders dan een le
ven in een hutje, goed voor een torteldui
ven-natuur, voor bravo, rustige huisvrouwen,
die zich mat koffiegeklots en kouseubreien
tevredenstellen; goed voor die droomende ziel
tjes, die zelfs in bet hol van een eskimo en
gedekt door een rendiervel zich gelukkig
iu zijne nabijheid gevoelen. Neen, neen, mijn,
waarde mijnheer bouwraad, dat is de
wereld niet, waarin ik pas en waarin ik mij
gelukkig voelen kan. Mijn ideaal van gelnk
ia een ander."
De hoon, welke er in hare woorden lag,
deed hem het harte van pijn ineenkrimpen.
Hij zag haar verwonderd aan, als was zij een
ganrch ander persoon, dan het weten, dat hij
al reeds zoo lang vergoodde in zijn boezem