schouwe ran een talrijke menigte de eer
ste proe?en met het vliegtoestel genomen
boven alle verwachting slaagden deze proe
ven zeer goed.
Teekenen zonder instru-
menten.
Gesteld het geval, dA wij een geome
trische of technische teekening hadden
te maken en wij hadden ons teekenge
reedschap vergeten, dan zouden wij onge
twijfeld met de handen in 't haar zitien;
men moet zich echter maar weten te be
helpen.
Een liniaal maken wij, door een bree-
de reep teekenpapier in de lengte stevig
om te vouwen. Een andere strook vou
wen wij tweemaal op, en zoo krijgea wij
een teekenhaak, want de tweede vouw staat
rechthoekig op de eerste. Nu ontbreekt
ons echter nog een gewichtig instrument
de passer. Ons pennemes hebben wij ge
lukkig in den zak en dat kan als hulp
middel dienen. We behoeven slechts op
het kortste mesje een stompje potlood
van de vereischte lengte te steken en
onze passer is gereed. De behandeling is
zeker wel wat lastiger dan die van een
gewonen passer, maar... men moet zich
weten te behelpen.
Iederimmigrant, die inAr-
gentinië aankomt, wordt, indien hij het ver
langt, op staatskosten vervoerd naar de
plaats waar hij zich vestigen wil. Om
zooveel mogelijk het misbruik van deze
vergunning tegen te gaan, wat niet geheel
mogelijk blijkt, verlaDgl men van den im
migrant een soort pas of legitimatie-be
wijs. Dat 't hiermee niet zeer nauw ge
nomen wordt, toont het verhaal van een
Duitscher te Buenos Ayres in de Köln.
Volksz., die een nieuw-aangokomen jong
landgenoot vergezelde naar het bureau voor
immigranten ten einde als tolk hem te
helpen. De jouge man verklaarde hem,
niet in 't bezit te zijn van een pas of
wat daarop leek; maar hij haalde een pa
pier te voorschijn, waarop in de Holland-
sche taal verklaard werd, dat de bezitter
door de politie van ons land wegens land-
looperij zonder middel van 'bestaan over
de grenzen was gezet. Met dit papier, dat
van vele zegels en stempels waa voorzien,
trokken de beide Duitschers welgemoed
naar het bureau. De Argentijnsche amb
tenaar nam het merkwaardig documeDt aan,
bekeek 't langen tijdbegreep natuurlijk
geen woord van hetgeen er op te lezen
was, wat hij echter niet wilde laten mer
ken, en vroeg ten laatste, met de oogen
op de groote zegels en dan weer op den
trouwens behoorlijk gekleeden vreemdeling,
aan den als tolk fungeerenden Duitscher,
of hij ook niet meende dat 't passend was
zóó iemand eerste klasse te doen reizen
waarop hij natuurlijk een bevestigend
antwoord kreeg. Maar de oogen, die de
gewezen landlooper opzette toen hij later,
buiten het bureau hoorde wat 'n voorrecht
hem te beurt viel 1
kunt u na toch niet vertoonen. Na deze
gebeurtenis zal het gepast zijn, zich voor
eenige weken terug te trekken."
Brandolf was ten prooi aan een ondrage
lijke onzekerheid, die hem anders nooit
eigen was.
„Ja zeker ik weet slechts niet
stamelde hij.
Daar mengde Hilde zich in het gesprek.
„Neen papa,* aeide zij vast. „Ik heb vol
strekt ge9n reden, om mij te behoeven te
verbergen.*
„Maar mijn schatje, wie wil dat nn heb
ben riep Valeska uit. „Het is zeer na
tuurlijk, dat n zelfs geen schaduw van
verwijt treft van mij ten minste niet.
Ik neem geheel uwe partij en kan mij ook
heel goed uwe gevoelens voorstellen. O,
het is prachtig zoo trots te zijn. Nu zie
ik eigenlijk niet goed in, hoe gij het maken
zult met hier te big ven. De gekrenkte, de
verlatene, de treurende weduwe spelen, n
oondoleeren of felioiteeren laten, een van dat
alles moet toch gebeuren. Wij leven nn
eenmaal in geen groote stad, waar men on
aangename ontmoetingen ontwijken kan;
wij hebben hier één punt, waarom het ge
zelschap waarin wij moeten verkeeren, zich
groepeert en men ziet telkens weder dat
zelfde aantal en wederom hetzelfde, want
een ander is er niet. Waarom wilt ge met
uw hoofd tegen den muur rennen Het
is toch te vergeefs. Dus liever dat alles
onderdrukt, uit den weg gegaan, voor een
poosje ten minste, tot de stemming hier
zich veranderd heeft, tot er wat gras over
deze geschiedenis is gegroeid. Niet waar
mijn engel, gij egt er niet boos om, dat ik
u zoo iets zeg. Ik meen het goed zie
zoo en nu moeten wij weer gaan, wij moeten
nog een menigte bezoeken afleggen en heb
ben dus onmogelijk meer tijd. Opstappen
Felixl Maar wat drommel, je bent zeer
ongalant, spreek toeh tenminste je deelne
ming tegenover Hilde uit.*
„Ja gaarne. Met het grootste genoegen,"
haastte de graaf zich aan de aanmaning te
gehoorzamen en trad op Hilde toe. „Be
treur het zeer, op mijn eer, dat wij zulk
een pikante ruiteres uit ons circus verlie
zen. Drommels jammer I*
De gravin klapte van genoegen in de han
den.
„Hg is toch een zeer net mensch," riep zij
lachend, „maar boosaardig, ontzettend boos
aardig-"
Graaf Böhlen zag haar een beetje beteu
terd aan, niet wetende, wat voor geestigs
hij nu weer gezegd hadin 't geheel was
hij echter zeer tevreden met zijne verloofde
die in hem, waar niemand eenig talent bij
hem kon ontdekken, telkens nieuwe geestrijke
bronnen opspoorde. Valeska legde haar arm in
den zijne en knikte en lachto en groette den
baron en Hilde vriendelijk toe.
„Dus baron, de paarden verkoopt gij ons,
spoedig besluiten hoor. Ea wij lieve Hilde,
wij bljjven de ouden. Maar geloof mij ea
volg mijn raad opVerdwijn 1"
„Als vallende sterren,* voegde Hilde
Een paar gevallen van m e-
laatschkeid, in den laats'.en tijd te
Charlottenburg en Hal'e voorgekomen,
hebben de aandacht van het geneeskundig
rijkstoezicht in Daitscbland weer gevestigd
op de lepra, en vooral op het brandpunt
van besmetting dezer vreeselijke ziekte,
aan de Russische grens bij Memel. (Men
weet dat de melaatschheid tamelijk ver
spreid is in de Baltische provinciën.) Een
gevolg van het onderzoek, door geheim
raad Koch te Memel ingesteld, zal nu zijn
dat een leprozenhuis wordt opgericht aan
de Südeispitze bij Memel.
InEngelandis eene com
missie benoemd om te onderzoeken of er
wettelijke bepalingen zijn te maken, uit
welke bestanddeelen bier al dan niet
mag bestaan. Lord Pembroke is voorzitter.
De regeering had in de laatste zitting
van het Parlement het benoemen van deze
commissie beloofd.
Onschuldig veroordeeld.
In Duitschiand is weder een geval voor
gekomen dat onschuldigen zijn veroordeeld.
Een gipsfabrikant en zijn vronw, te Ba-
denhausen in Brunswijk, hebben namenlijk
terechtgestaan wegens brandstich
ting en ofschoon zij tot het laatste toe
hun onschuld betuigden, werden zij tot
gevangenisstraf veroordeeld en opgesloten.
Thans is op merkwaardige wijze gebleken
dat niet zij den brand gesticht hebben.
Een soldaat, die zieh met verlof ter plaatse
bevond, was in den nacht van den brand
met een meisje vlak bij den tuin van de
fabriek. Hij zag, hoe een persoon, dien hij
kende, uit .de fabriek kwam en dat daarna
deze in brand geraakte. Uit vrees dat hij
als getuige zou worden gedagvaard en dan
het meisje in opspraak zou komen, en in
de hoop dat de oorzaak van den brand
onbekend zou blijven, vertrok hij nsarzijn
garnizoensplaats in den Elzas, zonder een
woord te zeggen van wat hij had gezien.
Eerst geruiraeu tijd later kreeg hij uit
Baderihausen een pakje, gewikkeld in een
courant, welke hij toevallig doorlas, en
welke het verslag bevatte van de terecht
stelling en de veroordeeling der verdachte
personen. Zijn geweten liet hem nu geen
rusthij schreef naar huis en legde
daarna voor den rechter een verklaring af,
welke tot een nieuw onderzoek leidde.
Dientengevolge werden de reeds veroor
deelde personen uit de gevangenis ontsla
gen en zal de zaak opDieuw voor de jury
behandeld worden.
E en zonderlingUilennest.
Een vermakelijk tragisch staaltje had
onlangs plaats in een Belgisch plaatsje in
de onmiddellijke nabijheid der grens. Een
klokkenluider had wat spaargeld, tegen
ffals er weer eens een aardige dag kwam."
Zijn vrouwtje mocht daar natuurlijk niets
van weten.
Onze goede man dacht na waar hij zijn
schat 't best zou wegstoppen. Eindelijk
dacht hij aan den toren, daar kwam zijn
or koud en op onbeschrijfelijken toon
aan toe.
De gelukkige verloofde trok zwijgend de
schouders op, als wilde zij zeggen: „Mijn
hemel, wat verbeeld jij je wel," en huppel
de vervolgens de deur uit, in den zonneschijn
baars levens, die in contrast met den nevel
die hier was neergestreken, nog schitteren
der en warmer straalde.
Langzaam stapte Brandolf naar de sofa te
rug. Hij bad zijn volle elasticiteit nog altijd
niet herwonnen, die hij anders zoo vast on
der zjjn wil had en die feitelijk de grond
slag van zijn bestaan was bij was immers
de ten gronde gegane edelman, die zich door
groote woorden en buitengewone gebaren,
moest laten geldenvele slagen en te
leurstellingen hadden hem reeds getroffen,
maar toch altoos had hij tijd gevonden zich
van nit den diepsten jammer op fe richten,
nu evenwel was hem dat onmogelijk, zelfs
de handel met zjjn paarden kon hem niet
vroolijker stemmen.
„Vallende sterren!" mompelde hij het
opgevangen woord db. Hij zuchtte diep.
Het bleef echter onbegrijpelijk, of hij hier
mede het oog had op zjjn diep beleedigd
kind, of de aan zijn hand ontwrongen circus-
zweep. „Er aal wel niets anders overblijven",
meende hij kleinmoedig. Vervolgens maak
te een soort woede zich van hem meester,
die met geweld de omstandigheden scheen
te willen veranderen „Maar blijft ons dan
werkelijk niets anders Er is immers toch
reeds zooveel mogelijk geweest. Geef mij
den brief eens, ik moet zelf eens
Hij las nu met groote opmerkzaamheid
den brief van den prins en scherpte al zijn
diplomatische handigheid, opdat er nog iets an
ders uit zou kunneD groeien, dan nu het ge
val bleek te zijn.
.Maar, daar staat nog wat, dat hebt gij
mij niet Ijverig bestudeeide hij nu
ieder woord. „Veroorloof mij slechts nog
de schade, die ik veroorzaakt heb te ver
goeden, tenminste zoo dat mogelijk is.*
Maar wat moet dat nu beteekeoen Esn
schade vergoeden je moet me niet kwa
lijk nemon, maar daar begrijp ik geen zier
van."
„Dat is juist het punt, papa, waarover
ik nog met u wilde spreken." Terwijl zij in
korte woorden hem mededeelde, wat er lus-
sehen den prins en haar was voorgevallen
eu hoe hij daarbjj heur haarkam had stuk
getrapt, haalde zij van uit haar taschje, dat
zij bij zich gedragen had, een étui te voor
schijn. „Hier, zie welfDat is de grootste
beleediging, die men mij heeft kunnen aan
doen. Dat waagt men mij als vergoeding
aan te bieden."
Hij nam bet étui in handen, drukte op de
voer en stiet een uitroep van bewondering
uit bij den glans, die hem vanuit de donkere
zijde tegenstraald9.
Het was eveneens een haarkam, die even
wel door den fijnen smaak van den juwelier
tot een waar pronkstuk gevormd. Het
was een sieraad, dat waard was door de
gemalin van een vorst te worden ge-
vrouw nooit en hij borg zijn gold ach
ter een dikken balk. Om zeker te zijn dat
men daar niet zou zoeken, schreef hij op
den balk »Hier wonen uilen.'
Vervolgens vaardigde hij een bevelschrift
uit voor alle bezoekers van den toren,
dat het streng verboden was „uilennes
ten'uit te haLn. Op zekeren dag kwam
een persoon aan den balk in kwestie en
kon de bekoring niet weêrstaan om eens
een nilenjong van nabij te zien en stak
de hand aebter den balk. Hoe stond de
man verwonderd er een goed spaarpotje te
vinden 1De uilenliefhebber stak het
geld in den zak, veegde bet opschrift van
den balk en schreef er deze woorden in
de plaats uHier hebbeu uilen gewoond
Nn kwam een slechte tijd, en de klok
kenluider ging met een blijmoedig gelaat
naar zijn spaarpotje. Maar toen hij het
opschrift las, brak het konde zwe8t hem
al uit. Schuddend en bleek als een
lijk voelde hij in het nestje en de
uilen waren gaan vliegen. Dat onze man
droefgeestig was, kan men wel begrijpen
en om zich te troosten veegde hij nu op
zijne beurt het opschrift weg en schreef
in de plaats daarvan„Hier zullen nooit
uilen meer wonen
Vleugels.
Elip heeft er, voor grof geld,
den rechter-v 1 e u g e 1 staan
Nu moet er links een dito aan;
Nu vleugels aan zijn huis
laatst vleugels aan zijn stal,
Hoe schoon dat alles vliegen zal 1
Staring.
D r n i f 1 u i s.
In Pruisen wordt met groote zorg ge
waakt tegen de aantasting der wijn
gaarden door de druifluis. Van 1891 1896
zijn jaarlijks gemiddeld 380,000 mark
uitgegeven tot bestrijding der ziekte en
tot onteigening van aangetaste planten.
Zoodoende is het gelakt den omvang der
kwaal zeer te beperken. In 189596 zijn
van oDgeveer 20,000 hectaren, die met
wijngaarden zijn beplant, slechts 130 hec
taren aangetast.
Werkdadige vrouwen-
Emancipatie. Een joDgmeusch kreeg met
een jonge vrouw in de Soldatenstraat te
Paramaribo, ten gevolge van onvrien
delijke aanraking, met elkander een beetje
ruzie, die in klappen ontaarde. De jonge
vrouw, de zwakke, riep om hulp en dade
lijk werden zij omsingeld eerst door 4,
later door een 20-tal vrouwen, die allen
het jongmensch duchtige slagen toebrach
ten, zoo erg, dat toen de moeder van het
slachtoffer er bij kwam, zij hem onken
baar toegetakeld op den grond vond lig
gen en zijne kleederen in flarden ge
scheurd.
Het gevaar van snurken.
Een student uit Praag, die te Weenen
in een hotel logeerde, werd in zijn eer
sten slaap gestoord door een krachtig ge
snurk. Hij sprong uit het bed, stak een
dragen. Brandolf, die bet met brillanten
omzette kleinood,! welgevallig tusschen de
vingers draaide en in het door het venster
vallende licht, spelen liet, waarbij hij zich
verdiepte in de heerlijke kleurschakeeringen,
maakte dadelijk de opmerking, dat het zeer
zeker een deel van den bruidstooi was, die
voor Hilde was bestemd geweest.
„Zoo iets kan men niet koopen, znlke
zaken worden slechts op bestelling gele
verd. Je ziet, met welk een grootsche
pracht de prins je wilde omringen. Ziet eens
hier, nieuwe paarlen, een gravenkroon, die
u toegedacht was, als de toekomstige gra
vin. En na komt daar alles niets van.'
„Zoo, dus dat begrijpt ge ook reeds
zeide zij moer bevreemd, dan door zijn zuch
ten geroerd.
„Ja mijn liefje," antwo rdde hij met iets
van de oude hartelijkheid, „geloof je dan niet
kindje, dat ik met al die omstandigheden
rekening gehouden heb, dat ik niet iedere
kleinigheid bedacht en in bet oog gehouden
heb f Ik had de meest mogelijke zekerheid
voor uwe toekomst."
„Zeker al eerder, vooraleer ik wist wel
ken prijs er voor mij bedongen werd."
Hij vond bet verstandiger op dezen scheid
pen nitval niet te antwoorden, en deed, alsof
hij in de aanschouwing van de steeneu ver
diept zat. „Zeg mij toeh eens, hoe je er
aan komt om dit als eene beleediging op te
nemen.,
„Maar voelt gij dat dan niet?" sprak zij
vuur vattend. „Voor een onbeduidend aar
digheidje, zulk een schat terug te geven.
En de hoon die er in de uitdrukking gele
gen is, om aan de vergoeding die dit ding
beef» te twijfelen. Een ding dat nauweljjks
een paar mark gekost heeft, in vergelijking
met dit, dat een vermogen waard is."
„Het is een vorstelijk geschenk."
„Een afkooping is hetstiet zij nit.
„Behoor ik tot degenen, die zich een ge
broken woord af koopen laten; men neemt
het terug, omdat men het beter oordeelt,
maar men drukt daarbij de andere geen fooi
in de band, als het eene of andere marktwijf,
wier koopwaren men beschadigd heelt en
zegt: „daar, neem dat maar, en jammer nu
niet moer, want dat is vervolend en deze fooi
weegt rijkelijk tegen de schade op." Zou
mij zooiets moeten laten welgevallen Dat
is geringschatting, eene beleediging, die ik
niet zal dulden."
„Een geringschatting, je hebt eigenlijk
gelgk. Ja waarachtig, gelijk I* gaf Bran
dolf toe, plotseling door een nieuw idéé
geïnspireerd. „Zeker, het is te weinig.
Nauwkeurig nagegaan, hebt ge recht op
hoogere aanspraken en wanneer men die
voor het gerecht doet gelden
„Maar papa."
„Nu ja, ik zeg dat zoo maar. In Enge
land ontzien zelfs de fijnste dames zich
niet, om zoo iets tc doen. Gjj zijt bedro
gen geworden, gij hadt in dien tusBchentijd
een ander huwelijk kunnen doen Böhlen
bij voorbeeld kortom, gij zoud» dit pro-
es winnen. Men zou er het in dit geval
kaars aan en doorzocht zijn kamer; onder
het ledikant vond hij een jongen man in
diepeD slaap. De student riep een paar
kellners, die den vreemdeling vastgrepen
en naar het politiebureau brachten. Daar
werd hij herkend als een in de politie-
b'aden gesignaleerd slo'enmakersgezel uit
München. Hij bekende, d t hij met het
doel diefstal te plegen, in de kamer was
geslopentoen hij geen voorwerpen van
waarde had gevonden, had hij besloten de
terugkomst van den logeergast af te wach
ten om diens horloge en portemonnaie te
stelen. Hij was onder het ledikant gaan
liggen en daar door den slaap overmand
hij scheen zelf niet te vermoeden, dat hij
zoo snurkte,
E en merkwaardige veroor-
deeling.
Eenige dagen geleden viel in den
schouwburg te Sydney een toeschouwer
van de galerij boven op een heer, die in
het parterre zat. Niet lang daarna stierf
de heer aan de gevolgen van de bekomen
kneuzingen. De ander, die ongedeerd
was gebleven, werd tot zes maanden ge
vangenisstraf veroordeeld. Hij behoefde
echter zijn straf niet uit te zitten, op
grond, dat hij voor de eerste maal hst
misdrijf pleegde (first offenders act). Zoo
dra de beschuldigde zich nogmaals aan
een dergelijk feit schuldig maakt, zal de
straf in toepassing worden gebracht.
De man zal dus zeer verstandig doen,
als hij bij verdere schouwburgbezoeken
kal» in de benedenste rangen plaats
neemt
Een ongelukkige speler-
Het Berl. Tagéblatt verhaalt dat een
bediende van het bankierskantoor Bleich-
röder 25 jaren lang hetzelfde nummer
heeft gespeeld in de Pruisische Staatslo
terij en wel nummer 132Ö5. Nooit had
hij een prijs gelrokkeD, en daarom gaf hij
het bij de laatste trekking eindelijk op.
Ea zie, juist bij die trekking viel op dat
nummer de prijs van 60000 mark. De
aanhouder wint als hy maar geduld
en.... tijd van leven heeft.
§In de Vereenigde Staten
van Amerika is het aan elke godsdienstige
gemeente overgelaten, de gelden, benoo-
digd voor hare instandhouding als wel
ter kwijting der jaarwedde van hare ziel
verzorger, bijeen te zamelen, welke gelden
van de lidmaten geïnd moeten wor
den. De middeleD, welke menig priester
en gemeente aanwenden, om hoorders en
betalen de lidmaten zich te verwerven, zijn
eveuwel dikwijls van zeer zonderlingen
aard. Zoo worden o. a. zoogenaamde „ker
kelijke bijeenkomsten" gehouden, gezellige
samenkomsten, aardbei-partijtjes, oester
partijtjes, picknicks die veelal met bazirs
of fancy—fairs verbonden zijn.
Zoo had de veelgelezen roman „Tril-
by« zelfs invloed op de door de kerk in
gestelde bijeenkomsten. Trilby, de heldin
van dien roman, is, gelijk bekend
is, een kunstenaars-model, dat naast an-
niet toe laten komen, ik wil er alleen maar
mede zeggen, dat ge reeht hebt, veel meer
te vorderen."
„Maar ik wil niet I Begrijpt ge dan
niet, wat ik bedoel?" viel zij hem onwillig
in de rede, terwijl haar van ergernis het
bloed naar de wangen steeg. „Ikwilnkt!
Niet het kleinste steentje uit dezen schat,
't Liefst vertrapte ik het ding onder mijn
voet, zooals hij het mijne vertrapt hee't.
Maar neen, men zou dan kunnen geloo-
ven noen, hij zal alles ongedeerd terug
krijgen. Het brandt mij als vuur in mijn
vingers. Voort met dien rommel opdat
ik het niet terugzie! daar, daar, dit ook!"
Zij haalde hierbij den gouden koker uit haar
zak, dien zij op de tafel gooide en die zoodoen
de naar den baron toevloog, die hem juist bij
tijds opving. Hij vreesde zeker, dat er een
sieraad in zou zitten, want zjjn gelaat be
trok zeer, toen hij er een opgerold papier
uit haalde. Maar na een paar oogenblik-
ken veranderde zijn gelaat en werden zjjn
trekken vrooljjker.
„Wat? dat is waarachtig een volko
men rechtskundige akte van schenking," riep
hij vrooljjk verrast nit. „Bernhausen
En wjj geloofden allen, dat die Jenisch
maar dat is grootmoedig. Kindje, waarom
is dat nu toch gebeurd Bernhausen
Maar dat doet mijn hart toch goed, die
eeuwenoude burcht Nu, wanneer wjj dan
toch van hier verdwijnen moeten, hebben
wij toch weer een toevluchtsoord."
„Neen, dat hebben wjj niet," verklaarde
zij nadrukkelijk. „Want gg zult de oorkon
de, evenals het sieraad dadelijk terugzenden."
„Teruggeven In de grootste verwonde
ring zag bij haar aan. „Je bent niet bjj je
zinnen".
„Mjjn God, begrijpt gij mij dan niet Kunt
ge u mjjno gevoelens dan niet indenken
Het moet, het zal gebeuren. Vandaag nog 1"
„Maar Jjo hebt toch gehoord, dat de
prins op reis is." hield hg haar voor.
„Hindert niet! Dan zal men het hem wel
schrijven, de hoofdzaak is, dat die aalmoezen
niet in mijne handen bljjven, geen minuut
langer. Ik wil niet, dat het den schijn
heett, alsof ik er eerst nog over zou hebben
nagedacht."
„Dat vind ik audors toch wel zaak.
Ik zie niet in, waarom gij het zoudt terug
geven. Eu wanneer ik u dat zeg, als uw
vader
„Ik begrjjp u niet, papa. Kan er dan
nog twjjfel bestaan, over dat wat gebeu
ren moet Dat gesohenk is een schadeloos
stelling, die n en mjj beleedigt, zwaar be-
leedigt. Wanneer ik dit aaDnam, was ik
verder niets waard, dan dat men mjj, zoo
zonder meer aan den djjk zotte. Neen, ik
ben het mijzelf verschuldigd deze beleediging
niet te dulden. Niet ik, zal mij behoeven te
schamen- Do schande zal op diengene
terugvallen, die zo mjj heeft toegedacht.
Liever verhongeren."
,,'t Ziet er alles heel mooi ea goed ait,
maar het is verduiveld dom en onpractisch"
gaf hg in overweging, „Wilt ge dan
dete voorrechten buitengewoon schoon ge
vormde voeten bezat.
Men arrangeerde nu zoogenaamde »Tril
by-a vonden."
Een van dezen, den 23 Juni 1896 ge
houden door de jonge dames der St. Jo-
hannes-Episcopal-gemeente te New-Bruns-
wick in den staat New-Yersejr, wordt in
een voornaam New-Yorksche Courant vol
gender wijze beschrevenHet terrein van
de ten bate der kerkelijke kas ge
geven bijeenkomst, was de van bezoekers
overvulde kapel, in welke de voorste zit
plaatsen voor de eerste maal sedert het ont
staan der gemeente uitsluitend door jonge
mannen waren ingenomen. Boven het plat
form, op hetwelk gedurende de godsdienst
oefening de priester plaats neemt, was een
voorhangsel gespannen, welks onderkant
echter acht duim boven den grond zweefde.
De jonge mannen verrieden groote opge
togenheid, toen Cbarles Wright voor het
voorhangsel verscheen en de navolgende
woorden sprak tot de vergadering: Ver
scheidene jonge dames onzer gemeente, zul
len op de beurt af achter dit voorhangsel
verschijnen. De hier aanwezige jonge hee-
ren zijn verzocht op die dame te bieden
wier voeten op hun schoonheidsgevoel den
grootsten indruk makers. De meestbieden
de der joDge heeren zal de eer en het ge
luk geriieten, die dame later aan het sou
per te geleiden en tegelijk het bedrag vol
doen, hetwelk wij tot heil onzer kerk zul
len bestedeD."
Een luiden bijval begroette deze mede-
deeling, waarop de vergadering zich de
haRen uitrekte, om het paar voeten te be
wonderen, hetwelk dadelijk daarop onder
het voorhangsel zichtbaar werd. #Twee Dol
lars riep een jonge man „Drie', ant
woordde een auder. Vijf* bood een derde.
Hiermede hield het bieden op, en de ei
genares der voeten trok zieh terng, om na
een korte poos met kousen en schoenen
gekleed voor het voorhangsel te verschij
nen en zich ter beschikking te stellen
van den gelukkigen bieder. Het eene voe-
tenpaar volgde na op het andere. De ker-
kekas verrijkte zich even snel als de porte-
monnaie's der jonge mannen werden gele»
digd.
Zoo verschenen er een paar voetjes, wel
ke een Andalusische schoone hare eigena
res ongetwijfeld zou hebben benijd. »Tien
dollars om te beginnen 1" schreeuwde een
in vuur en vlam geraakt jongmensch..
„Twaalf dollars!' klonk het van de twee
de rij. ^Vijftien I' antwoordde de eerste
bieder, waarbij hij zich tot zijn tegen
partij wendde en hem toeriep: ffHet geeft
u Diets, al biedt gij tegen mij. Die jonge
dame zal met mij soupeereD, al moet ik
ook den geheelen nacht bieden en al zou
mijn souper ook een dejeuner worden 1'
Er volgde geen hooger bod. Zoo ver
schenen op den rijaf de schoonste en lief-
talligste meisjes der gemeente achter het
voorhangsel, tot elk jong man, bij opbod,
een tafeldame gekregen had
soms gelooven, dat ik met nw, met mijn
eer minder rekening houdt dan gijzelve. Dat
zijn van die persoonlijke, toornige opwellingen
waarbij men alles uit het oog verliest. Moet
ik u dan eerst nog onder het oog brengen,
dat gij rekening hebt te houden met de po
sitie nwer familie. Wij zijn door die om
standigheden, ik wil nu niet zeggen door
jou schuld, om je geen pijn te doen uit
de schitterendste droomen ontwaakt. Ik heb
mij groote uitgaven getroostkort
om, ik mag aan uwe eischen niet toegeven
Dat is zot gehandeld, zulke waarden terug
te zenden. Neen, het is mijn plicht, daartegen
op te komen."
De groote nadruk waarmede hg sprak,
maakte op Hilde in 't geheel geen indruk.
Hare stemming was ie opgewonden om een
dergelijke tegenspraak te verdragen. Yoor
de eerste maal gevoelde de dochter, die
het anders zoo goed met haar vader hebben
kon, het verschil tusschen haar en zijn ka
rakter en dit gevoel dreigde de liefde voor
hem te verdrijven.
„Maar papa, ik ben reeds meerderjarig
vanaf mijn drie en twintigste jaar; dns heb
ik met uwe autoriteit niets noodig. dat weet
ik zeer nauwkeurig. En daar deze dingen nog
in mijn bezit zijn, zal ik er ook naar eigen
wil over mogen beschikken. Gij zult dus
aan mijn wensch gevolg moeten geven, of gij
dwingt mjj bet zelf te doen. Daar ik echter
zelf niet naar de villa kan gaan, zal ik ge
bruik maken van de post."
Mot een onwillekeurige beweging legde
hij de beide banden op de schatten.
„Neen, neen, dat past niet riep hij
angstig. „Nu laat maar, Hildje, ik zal zien
„Dus gg brengt die beide dingen terug
Zuchtend voegde hij zich naar haar ver
langen.
„Wanneer gij er dan op staat en het ge-
beuren moet."
„Kom dan! Dan kont ge dadelgk door
rijden als gij mij aan onze nieuwe villa hebt
afgezet."
Hij stond op, maar scbean oogonblikkeljjk
een andere gedachte te krijgen.
„Ga jij vooruit," zeida hij- ,,Ik heb hier
nog een boodschap te doon. Ga en bereid
je goede moeder voor. Die arme mama*
Hoe zal het haar ter harte gaan. Ik kan
het haar niet zeggen."
Zij sloeg de beide armen op zijn hals en
troostte hem. „Vergeet vooral niet papa,
hetgeen ik u heb opgedragen. Zoo spoedig
mogelijkIk reken erop."
)>JJ. ja. gjj kant u op mij verlaten,"
mompolde hij. Liefkozend streek hij haar
over de wangen, maar zijn oog ontweek
het hare. Plotseling scheen hij zijn ouden
veerkracht herkregen te hebben. „Nu, den
moed niet verloren. Hoofd omhoog. Wij
blijven altijd de Brandolfs en zullen wel
middelen vinden om ons boven water te
houden. Vertel» gij het mama maar." Alg
een galant ridder geleidde hij Hilde tot aan
de deur en zond haar op den drempel nog
oen kushandje toe- „Adieu, cchatjel Ik
kom dadelgk. Verlaat je gerust op mü."
SLOT VOLGT.